Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rijswijk

Uitvoeringsnotitie Bbz 2020

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRijswijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingUitvoeringsnotitie Bbz 2020
CiteertitelUitvoeringsnotitie Bbz 2020
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-07-2022nieuwe regeling

03-03-2020

gmb-2022-339157

20.008317

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoeringsnotitie Bbz 2020

 

2. SAMENVATTING

De uitvoering van het Bijstandsbesluit zelfstandigen (hierna Bbz) is in Rijswijk compact en overzichtelijk. De regeling is organisatorisch belegd bij de opgave Inkomen & Participatie en wordt technisch goed uitgevoerd. Een belangrijk financieel risico van het Bbz is dat organisaties met weinig toekomstperspectief financieel (te lang) worden ondersteund. Dit risico is klein in Rijswijk. De Bbz consulent maakt een goede inschatting van de mogelijkheden van de zelfstandige en de onderneming en vaak wordt een extern advies opgevraagd. Als een krediet wordt verstrekt, wordt een op maat gemaakte aflossingsafspraak vastgelegd. Het debiteurenbestand is hierdoor overzichtelijk en de aflossing op kredieten is hoog.

 

Vanaf 1 januari 2020 verschuift de financiële verantwoordelijkheid van het Rijk naar de gemeente. De grootste consequentie is dat gemeenten ervoor moeten gaan zorgen dat de kredieten volledig terugbetaald worden. Op basis van onderzoek naar de uitvoering in Rijswijk verwachten wij nu dat dit voor Rijswijk geen problemen zal opleveren. De aflossing op kredieten gaan wij de komende tijd wel monitoren. Als dit nodig is, wordt het incassoproces verbeterd.

 

Er zitten wel kanttekeningen aan bovenstaande conclusie. Uit het onderzoek naar de uitvoering van het Bbz blijkt dat er in Rijswijk meer zelfstandigen met financiële problemen zijn dan uiteindelijk met een Bbz krediet worden geholpen. Hierdoor ontstaat het vermoeden dat wij niet iedereen (op tijd) weten te bereiken. Het risico is dat zelfstandigen onnodig stoppen met hun onderneming of te lang doorgaan. Minder mensen doen daardoor mee in de samenleving en er kunnen mentale klachten ontstaan. Het Bbz is dus niet alleen een technisch juist uit te voeren regeling, waarbij risico’s zo veel mogelijk uitgesloten moeten worden. De regeling is onderdeel van het sociaal domein. Als een zelfstandige in de betalingsproblemen komt en uiteindelijk een Bbz krediet aanvraagt, dan kan het al te laat zijn. Het is dus zaak de zelfstandige (eerder) te bereiken en (eventuele) onderliggende problematiek aan te pakken. We ontwikkelen daarom het komende jaar een informatiefolder voor zelfstandigen, maken verbinding met ondernemersplatforms of andere netwerken, verbeteren de informatie op onze website, leggen verbinding tussen het financieel servicepunt en partners, die zijn gespecialiseerd in hulpverlening aan ondernemers. Tot slot onderzoeken we de mogelijkheden om aansluiting te vinden tussen het armoedebeleid en ondernemen. Hiervoor hebben wij een uitvoeringsagenda opgesteld, die is opgenomen in deze notitie.

Tot slot; het Bbz kan worden gezien als een re-integratie instrument. Samen met een onderzoek naar hybride varianten, als parttime zelfstandige, onderzoeken wij hoe wij dit instrument beter kunnen inzetten.

3. HET BIJSTANDSBESLUIT ZELFSTANDIGEN (BBZ)

1. De regeling in vogelvlucht

Het Bbz 2004 regelt het recht op een bedrijfskrediet of inkomensaanvulling. De regeling geldt voor zowel gevestigde zelfstandigen als voor personen die vanuit een werkloosheidssituatie een eigen bedrijf willen beginnen. De belangrijkste voorwaarden om in aanmerking te komen zijn:

 

  • 1.

    de onderneming is levensvatbaar1

  • 2.

    de zelfstandige is aangewezen op een inkomen uit eigen bedrijf

  • 3.

    en een Bbz-uitkering is de enige oplossing

De doelgroep:

  • 1.

    Voorbereidende zelfstandige:

    Dit is de zelfstandige met een uitkering, die in maximaal 12 maanden begeleid wordt naar de start van een onderneming. Eventueel wordt een voorbereidingskrediet verstrekt.

  • 2.

    Startende zelfstandige:

    Dit is de zelfstandige, die in maximaal 3 jaar een levensvatbaar bedrijf heeft. Ter ondersteuning krijgt hij een uitkering voor levensonderhoud en kapitaal.

  • 3.

    Gevestigde zelfstandige:

    Dit is de zelfstandige, die 3 jaar of langer een onderneming heeft, maar door omstandigheden tijdelijk financiële ondersteuning nodig heeft.

  • 4.

    Oudere zelfstandige:

    Dit is de zelfstandige, die 55 jaar of ouder is en al minstens 10 jaar als zelfstandige werkt.

  • 5.

    Beëindigende zelfstandigen:

    Deze zelfstandige ontvangt alleen een uitkering voor levensonderhoud.

De uitkering:

 

Hieronder is schematisch in kaart gebracht op welke financiële ondersteuning de zelfstandige maximaal kan rekenen. Naast de financiële ondersteuning kan de zelfstandige ook gecoacht worden, ook na de start nog.

 

 

 

Maximaal2bedrijfskapitaal

Maximale duur uitkering levensonderhoud

Voorbereidende zelfstandige

€ 2.708

12 maanden

Startende zelfstandige

€ 36.762

36 maanden

Gevestigde zelfstandige

€ 199.680

36 maanden

Oudere zelfstandige

€ 9.984

tot 65 jaar

Beëindigende zelfstandige

n.v.t.

12 maanden

 

Er geldt een maximale looptijd van tien jaar en een vaste rente van 8% per jaar.3 Per situatie wordt de werkelijke looptijd bepaald. Tijdens deze looptijd kan uitstel van rente en aflossing worden aangevraagd.

 

Een uitkering voor levensonderhoud is gelijk aan de bijstandsnorm die op de persoonlijke situatie van toepassing is, eventueel verhoogd met woonkostentoeslag. Ook deze uitkering wordt in de vorm van een lening verstrekt en achteraf definitief bepaald, aan de hand van de winst uit onderneming.

2. Het Bbz vanaf 2020

In 2017 en in 2019 is in opdracht van het ministerie van SZW onderzoek uitgebracht over het Bbz. 4 Het ministerie van SZW heeft de adviezen overgenomen; per 1 januari 2020 wijzigt het Bbz als volgt: 5

 

  • 1.

    Vereenvoudiging van de financieringssystematiek

  • 2.

    Uniformering van het Bbz met de Participatiewet6

  • 3.

    Bbz aan zelfstandigen in de binnenvaart niet meer bij een centrumgemeente7

  • 4.

    Instroom van oudere zelfstandigen, die zijn geboren voor 1 januari 1960 beperken.

De financieringssystematiek en uniformering met de Participatiewet:

 

Veel belangenorganisaties hebben kritiek op de wijzigingen. In plaats van een meer effectieve aanpak van de regeling voor zelfstandigen wordt vooral ingezet op verschuiving van de financiële verantwoordelijkheid van het Rijk naar de gemeente. Het Rijk doet dit als volgt:

  • 1.

    De middelen voor het levensonderhoud voor gevestigde, oudere en beëindigende zelfstandigen worden toegevoegd aan de gebundelde uitkering. Dit betekent voortaan volledige budgettering en een overgang van een financiering op basis van historische uitgaven naar een financiering volledig op basis van objectieve factoren.

  • 2.

    Het bedrijfskapitaal wordt in een periode van 5 jaar tot 75% van gemeenten teruggevorderd door het Rijk.8 Dit ziet er schematisch als volgt uit:

  • 3.

    De gemeente draagt zelf het financiële risico als de zelfstandige niet in een periode van 5 jaar 75% van de lening terugbetaalt aan de gemeente. Daar staat tegenover dat de gemeente het meerdere mag houden.

  • 4.

    De middelen ten behoeve van onderzoekskosten worden toegevoegd aan het gemeentefonds en aan het btw-compensatiefonds.

4. DE UITVOERING IN RIJSWIJK

1. De inrichting van het Bbz in Rijswijk

Het Bbz is een specialistische, heel technische regeling. Een consulent Bbz moet kennis hebben van de lokale economie, kennis van vergunningen, inzicht in de economische ontwikkeling van bedrijfstakken. Een consulent Bbz moet ook kennis hebben van benodigde ondernemersvaardigheden en daarbij de inschatting kunnen maken of de startende of gevestigde zelfstandigen in voldoende mate beschikt over deze vaardigheden of deze kan aanleren. Daarnaast is de doelgroep erg klein, dat is landelijk zo en in Rijswijk is dat niet anders. Rijswijk heeft daarom geen eigen Bbz consulent, maar huurt hiervoor specialistische kennis in. Al jaren maakt Rijswijk gebruik van dezelfde persoon. De feitelijke uitvoering gebeurt wel in Rijswijk. De uitvoering is belegd bij de afdeling Inkomen & Participatie

2. Het Bbz proces

Het proces dat doorlopen wordt, start met een melding en (indien nodig) een intake. Vervolgens start de aanvraag en het onderzoek naar de levensvatbaarheid. Op deze manier worden alleen ondernemingen gestimuleerd die succesvol lijken. Dit onderzoek wordt uitbesteed aan het IMK. In een enkel geval wordt ook deze fase overgeslagen en wordt overgegaan tot toekenning (bij lage risico’s). Na de toekenning vangt de fase aan van aflossing van de lening. Ook dit proces wordt uitgevoerd door de consulent Bbz. In de toekenning is een op maat gemaakte aflossingsafspraak gemaakt. Er wordt regelmatig (doorgaans 1 keer per kwartaal) gecontroleerd of aan de betalingsverplichting wordt voldaan. Optioneel vindt een heronderzoek plaats of wordt uitstel van betaling verleend. Tot slot kan worden overgegaan tot beslag als de zelfstandige is opgehouden te betalen.

 

 

Zelfstandigen, die willen starten met een bedrijf, zullen zich daar eerst op moeten voorbereiden. Deze periode wordt een voorbereidingsperiode genoemd. In een jaar tijd bereidt de zelfstandige, daarbij begeleid door een aangewezen re-integratiebureau en de consulent Bbz, zich voor op zijn onderneming. Dit jaar wordt afgesloten met de indiening van de aanvraag, waarbij de procedure zoals als hierboven beschreven, wordt gevolgd.

3. Uitkeringsbestand Bbz

Aantal aanvragen

 

Het aantal formele aanvragen neemt de laatste jaren iets toe. Daarmee wijkt Rijswijk af van andere gemeenten. Gevestigde zelfstandigen zijn ondervertegenwoordigd ten opzichte van starters.

 

Jaar

 

Aantal totaal

Aantal toekenningen

Waarvan gevestigd

2017

15

5

2

2018

17

14

3

2019

21

15

5

 

Een aanvraag wordt toegekend als het bedrijf naar verwachting levensvatbaar is. Die levensvatbaarheid wordt vastgesteld nadat een onafhankelijk, gespecialiseerd bureau advies uitbrengt. Dit advies is nog geen garantie; in Rijswijk moest de afgelopen jaren gemiddeld 50% toch stoppen met de onderneming. Deze groep zal het geleende bedrijfskrediet ook moeten terugbetalen. Landelijk is het slagingspercentage iets hoger (65%).9 Het zijn vooral starters die een aanvraag indienen. Gevestigde zelfstandigen dienen minder vaak een aanvraag in. De groep gevestigde zelfstandigen die wel een beroep doet op het Bbz stopt minder vaak met zijn onderneming nadat een Bbz krediet is verleend.

 

Aantal zelfstandigen met een uitkering

 

Op dit moment heeft Rijswijk 11 zelfstandigen met een Bbz-uitkering voor starters en 4 zelfstandigen met een Bbz-uitkering voor gevestigde zelfstandigen. Dit is lager dan de het landelijke percentage; gemiddeld worden er 18 Bbz uitkeringen verstrekt.10 Van de 1403 zelfstandigen met een uitkering is 0,007 uitgestroomd naar een eigen onderneming. Landelijk stroomt 0,8 van de zelfstandigen met een uitkering uit naar een eigen onderneming.

4. Bekendheid met de regeling

Zelfstandigen, die willen starten met hun bedrijf, melden zich via hun werkcoach bij de consulent Bbz. Zelfstandigen, die in financiële problemen komen, melden zich via hun boekhouder of 155 – Help een bedrijf bij de consulent Bbz.

 

155 - Help een bedrijf is een dienst van het Instituut Midden- en Kleinbedrijf (IMK). Zelfstandigen krijgen advies van het IMK als zij in de problemen dreigen te komen. Het IMK kan voor deze zelfstandigen de weg banen naar sociale regelingen, waaronder het Bbz. Uit de jaarcijfers 2019 blijkt dat deze dienst 64 meldingen kreeg van Rijswijkse zelfstandigen met financiële problemen. 5 hiervan doen een beroep op het Bbz. Rijswijk (de consulent Bbz) werkt verder met bureaus, die gespecialiseerd zijn in schuldhulpverlening aan zelfstandigen, zoals Menzing & Partners en Zuidweg & Partners.

 

Van het Bbz is bekend dat de regeling vrij onbekend is. Dit geldt niet alleen in Rijswijk, dat is een landelijk beeld. Ten behoeve van deze uitvoeringsnotitie is uitgezocht hoe Rijswijk bekendheid geeft aan het Bbz en hieruit blijkt dat op de website van Rijswijk ontbreekt informatie over de regeling, is de regeling intern ook onbekend en zijn er weinig werkafspraken (vastgelegd).

5. Debiteurenbeheer11

Als eenmaal een lening is toegekend en uitbetaald, en een aflossingsafspraak is vastgelegd, wordt de lening toegevoegd aan het debiteurenbestand en vangt de afgesproken aflossing aan.12 Als de debiteur ook niet meer in staat is om de lening terug te betalen, of als blijkt dat de lening ten onrechte is verstrekt, wordt de lening omgezet in een vordering. Incasso en beslag volgen. In de praktijk controleert de consulent Bbz regelmatig of wordt terugbetaald conform afspraak.

 

Het actuele debiteurenbestand is als volgt: er zijn 80 debiteuren, die samen een openstaande schuld hebben van € 684.539,55. Voor de toekomstige financiële verantwoordelijkheid is vooral de aflossing op de 33 bedrijfskredieten van belang. De overige leningen worden doorgaans omgezet naar een bedrag om niet en vallen voortaan in de reguliere BUIG.

 

 

De aflossing op bedrijfskredieten is jaarlijks meer dan 75%.13 De reden voor dit hoge percentage is dat op een groot aantal oude Bbz leningen trouw wordt afgelost. Een tweede reden van dit hoge aflossingspercentage is dat ten tijde van de kredietcrisis een groot aantal Bbz werd verstrekt, die trouw aflost en Rijswijk ‘profiteert’ daar nu van. Dit hoge aflossingspercentage zal op duur verdwijnen, omdat er jaarlijks minder bedrijfskredieten worden verstrekt.14

 

Conclusie

 

64 gevestigde zelfstandigen meldden zich in 2019 bij het IMK met financiële problemen. Ondersteuning met Bbz gebeurde in slechts 8% van de gevallen. Het aantal Rijswijkse starters en gevestigde zelfstandigen ligt lager dan landelijk gemiddeld. Vooral starters vallen sneller terug in de bijstand dan landelijk gemiddeld.

 

De (interne en externe) communicatie is beperkt. De regeling wordt van A tot Z uitgevoerd door 1 medewerker. De regeling wordt technisch juist uitgevoerd. De regeling is goed beheersbaar, omdat de aantallen (aanvragen, uitkeringen en debiteuren) erg klein zijn.

5. NAAR EEN NIEUWE AANPAK

Wat haalt Rijswijk uit het Bbz?

 

Het Bbz regelt dus onder welke omstandigheden zelfstandigen recht hebben op een bedrijfskrediet of een tijdelijke uitkering voor levensonderhoud. Het is een technische regeling, maar gemeenten kunnen desondanks beleidskeuzes maken over hoe het Bbz wordt ingezet. Het Bbz kan namelijk voor startende zelfstandigen worden ingezet als een re-integratievoorziening en voor gevestigde zelfstandigen als een schuldhulpverleningsinstrument.15 Dit is een wettelijke taak, maar gemeenten kunnen zelf bepalen hoe ze deze taak verder vormgeven; actief of passief.

 

De inzet van het Bbz kan bijdragen aan het stimuleren van de lokale economie, de lokale arbeidsmarkt en de in- en uitstroom uit de Participatiewet. Het draagt er bovendien in positieve zin aan bij dat de zelfstandige meedoet in de samenleving. Daar staat tegenover dat (te) ruimhartig financieel steunen van zelfstandigen tot concurrentievervalsing kan leiden. Een tweede nadeel is dat de inzet van het Bbz als re-integratie instrument voor de individuele deelnemer vertragend kan werken. Deze trajecten zijn vaak intensief en relatief duur. Als het ondernemersplan uiteindelijk niet levensvatbaar blijkt te zijn, leidt dit bovendien tot een teleurstelling bij de aspirant starter. De mate en de wijze waarop het Bbz wordt ingezet heeft dus verschillende voor- en nadelen.

 

Het Bbz vanaf 2020

 

Het Bbz verandert per 1 januari 2020. De financiering wordt vereenvoudigd, de uitvoering van de regeling wordt eenvoudiger en het college krijgt meer bevoegdheden over de invulling van de regeling. De grootste consequentie van deze wijziging is dat Rijswijk vanaf 1 januari 2020 een forse financiële verantwoordelijkheid krijgt voor het terugbetalen van het bedrijfskrediet (niet voor levensonderhoud of uitvoeringskosten).16

 

Door de verschuiving van verantwoordelijkheden van Rijk naar gemeenten wordt het nog relevanter om te bepalen wat Rijswijk uit het Bbz wil halen en welke acties hieruit moeten voortvloeien..

 

Wat wil Rijswijk zijn voor haar zelfstandigen?

 

Voor het maken van de beleidskeuzes hebben wij het volgende beleidskader aangehouden:

Alle zelfstandigen van Rijswijk doen mee! Bij voorkeur via (arbeids)participatie. Daarbij zorgen wij voor voldoende afstemming en kiezen wij voor een integrale aanpak. Dat geldt niet alleen voor zelfstandigen, die willen starten met een onderneming. Ook zelfstandigen, die het even financieel moeilijk hebben, we ondersteunen met op maat gemaakt advies. De toegang tot het Bbz is zo toegankelijk als binnen de Rijswijkse kaders mogelijk is.

 

Rijswijk is ook een financieel stabiele gemeente. Risico’s beperken wij door waar mogelijk beheersmaatregelen te treffen zonder het belang van maatwerk uit het oog te verliezen. Wij zorgen ervoor dat wij beschikken over managementinformaties om de financiële risico’s te monitoren en waar nodig bij te sturen.

 

Naar een nieuwe aanpak

 

Op basis van de wijzigingen per 1 januari 2020 en de daarbij gemaakte beleidskeuzes zijn de potentiele risico’s in kaart gebracht. Deze staan hieronder vermeld:

 

 

Financiële risico’s

 

Kwalitatieve risico’s

 

 

Maatschappelijke risico’s

Kredieten worden niet of niet volledig terugbetaald

De kennis over de uitvoering van de regeling is beperkt tot een enkeling

Bedrijven worden niet tijdig geholpen en moeten voortijd stoppen of krijgen een krediet en stoppen daarna met hun onderneming.

Er is geen budget om leningen voor te schieten

Er wordt een Bbz uitkering verstrekt aan een niet levensvatbaar bedrijf

Zelfstandigen komen in financiële problemen en worden hier niet mee geholpen

Er is geen budget voor uitvoeringskosten

 

Er worden te veel pre-starters trajecten opgezet en er wordt onvoldoende gekeken naar potentie

Er worden te veel Bbz kredieten verstrekt en dit leidt tot verstoring van de lokale economie

Er komt een tekort op de BUIG

Er is geen integrale aanpak van de onderliggende problematiek

Er worden te weinig zelfstandigen gesteund om een eigen onderneming te beginnen en dit leidt tot minder uitstroom

 

Financiële maatregelen

 

Uit hoofdstuk 4 blijkt al dat de financiële risico’s in Rijswijk vermoedelijk klein zijn. De regeling wordt goed uitgevoerd. Risico’s worden aan de voorkant goed ingeschat en dit levert een hoge aflossing op kredieten op. Ten aanzien van de financiële verantwoordelijkheden vanaf 1 januari 2020 nemen wij een aantal praktische voorzorgsmaatregelen, zoals het inbouwen van monitoring, die in hoofdstuk 6 staan uitgewerkt.

 

Beheersmaatregelen

 

Hoewel het Bbz bestand heel klein is en de regeling op dit moment technisch goed wordt uitgevoerd (waardoor het aantal Bbz leningen aan niet levensvatbare bedrijven zo klein mogelijk blijft) is het aan te bevelen om een aantal maatregelen te treffen. Het feit dat de regeling goed wordt uitgevoerd, is nu sterk afhankelijk van 1 medewerker (ZZP). Het is daarom nodig om een procesbeschrijving te maken, een onderzoeksplan en bevoegdheden via beleidsregels vast te leggen zodat de organisatie van het Bbz minder kwetsbaar wordt.

 

Integrale aanpak

 

Het Bbz is onderdeel van een geheel van voorzieningen in het sociaal domein. Uit de analyse van de uitvoering van het Bbz in Rijswijk blijkt dat het potentieel aantal zelfstandigen in financiële problemen wellicht groter is. Mogelijk bereikt Rijswijk haar zelfstandigen met bijvoorbeeld betalingsproblemen en minder goede gezondheid niet of minder goed waardoor deze zelfstandigen (en hun eventuele gezin) nu of in de toekomst minder goed participeren.17 Het is daarom aan te bevelen om te komen tot een meer integrale dienstverlening, met in ieder geval sterkere verbindingen met de platforms/netwerken, het FSP en bureaus, die zijn gespecialiseerd in financiële hulp aan zelfstandigen.

Ook zullen de diverse participatieregelingen (minimaregelingen) onder de aandacht van zelfstandigen gebracht kunnen worden. In het volgende hoofdstuk staan de verschillende praktische maatregelen. Zo ontwikkelen we een folder, speciaal voor zelfstandigen en onderzoeken wij de mogelijkheden van preventieve instrumenten (zoals aansluiting bij de Haagse Zaak).18

 

De acties om gevestigde zelfstandige ondernemers beter te bereiken zal naar verwachting geen grote gevolgen hebben voor de financiële risico’s, omdat het eerder bereiken van gevestigde ondernemers eerder zal leiden tot het verstrekken van lagere bedrijfskredieten. Het zal dus juist kunnen leiden tot een kleiner financieel risico. Verder is de doelgroep in Rijswijk erg klein. Desondanks zal in 2020 en 2021 goed gemonitord worden wat de effecten zijn van deze nieuwe aanpak.

 

Bbz als re-integratiemiddel

 

Tot slot blijkt uit de analyse dat het Bbz minder dan in andere gemeenten als re-integratievoorziening wordt ingezet. Dit heeft direct gevolgen voor de uitstroom; de totale baten voor de maatschappij worden geschat op € 26.900. De baten bestaan uit de toename van de productie van de starter ten opzichte van de controlegroep, een betere gezondheid en hogere arbeidsparticipatie van de kinderen van de Bbz gebruiker. Daar staan kosten tegenover, zoals de kosten voor het traject, die worden geschat op € 1.300, een groter risico op concurrentievervalsing en terugval in de bijstand. Daarnaast komt er steeds meer aandacht voor hybride varianten, als parttime ondernemen en sociale cooperaties. Het is daarom aan te bevelen om te onderzoeken welke mogelijkheden het beste ingezet kunnen worden. Ook dit is uitgewerkt in het implementatieplan.

6. UITVOERINGSAGENDA

 

 

Onderwerp

 

Omschrijving

 

Gereed

 

 

Kader

 

Vaststellen uitvoeringsnotitie Bbz

 

 

Q1 2020

 

Financiële maatregel

 

 

De extra middelen van het Rijk voor de uitvoering van het Bbz als zodanig oormerken.

 

Q1 2020

 

 

Reserveren middelen voorschot bedrijfskapitaal,

 

Q1 2020

 

 

 

Realiseren monitor toename beroep op de gebundelde uitkering (BUIG) en inzage voortgang terugbetalen

 

 

Q1 2020

 

Beheersmaatregelen

 

 

Aanpassen documenten Bbz 2020, maken van een procesbeschrijving Bbz, werkinstructie, contractbeheer centraal beleggen

 

 

Q1 2020

 

 

Opstellen beleidsregels om bevoegdheden Bbz en onderzoeksplan vast te leggen

 

 

Q1 2020

 

Integrale aanpak

 

Beschrijven Bbz proces

 

 

Q2 2020

 

 

communicatiemateriaal ontwikkelen voor intern en extern gebruik

 

 

Q2 2020

 

 

Verbinding leggen tussen platforms, partners met kennis over schuldhulpverlening aan zelfstandigen, beleid en uitvoering schuldhulpverlening en armoede (FSP, st. Kei)

 

 

Q3 2020

 

 

Onderzoek naar preventieve instrumenten (samenhang Wgs)

 

 

Q3 2020

 

Re-integratie

 

Onderzoek ondernemerschap als re-integratiemiddel

 

 

NTB

 

Evaluatie

 

Monitoren aflossing bedrijfskapitaal vanaf 2020

 

 

Q4 2020

 


1

Op termijn voorziet de ondernemer zelfstandig in zijn onderhoud en kan de onderneming voortbestaan.

2

Peildatum 1 januari 2019

3

Onder looptijd wordt de periode verstaan die is gelegen tussen de datum van verstrekking en de laatste aflossingstermijn.

4

Normbatenregeling Bbz, 2017 Bureau Bartels en zelfstandigen uit de bijstand, 2019 SEO.

5

De wijzigingen gaan in per 1 januari 2020. Bestaande rechten worden niet aangetast.

6

Voortaan wordt algemene bijstand voor levensonderhoud niet meer in de vorm van een rentedragende lening verstrekt maar in een bedrag om niet. Deze laatste wijziging houdt verband met vereenvoudiging van de financieringssystematiek, waarover hieronder meer.

7

Deze ondernemers kunnen voortaan een aanvraag indienen bij hun woongemeente of gemeente van de feitelijke ligplaats ten tijde van de aanvraag.

8

 

9

Ecorys, april 2011.

10

Divosa benchmark.

11

Debiteurenbeheer betekent aflossing en rentebetaling van leningen en teruggevorderde uitkeringen.

12

Dit is afhankelijk van de omzet. In de tabel is dit terug te vinden onder ‘afboeking’ .

13

Dit percentage is van belang voor de regeling vanaf 2020 (zie hiervoor hoofdstuk 5).

14

Hiervoor waarschuwt het VNG ook.

15

Haal meer uit het Bbz, Divosa.

16

Wijzigingen in het Bbz per 2020, Stimulansz.

17

SEO 2018.

18

Een regionale ‘Zaak’ bestaat uit de samenwerking tussen een gemeente, een hogeschool en een regioteam van het Ondernemersklankbord (OKB), die ondernemers met een in principe levensvatbaar bedrijf een half jaar met concrete begeleiding ondersteunen bij financiële, economische en/of commerciële bedrijfsproblemen.