Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hof van Twente

Nota reserves en voorzieningen 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHof van Twente
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNota reserves en voorzieningen 2017
CiteertitelNota reserves en voorzieningen 2017
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpNota reserves en voorzieningen 2017

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-11-2017Nota reserves en voorzieningen 2017

28-11-2017

gmb-2022-324653

662487

Tekst van de regeling

Intitulé

Nota reserves en voorzieningen 2017

 

 

De raad van de gemeente Hof van Twente;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

besluit:

de Nota reserves en voorzieningen 2017 en de Nota afschrijvingsbeleid 2017 vast te stellen.

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van

de raad van de gemeente Hof van Twente d.d.

28 november 2017.

De raad van Hof van Twente,

 

De griffier, de voorzitter,

 

Mr. A. Venema drs. H.A.M. . Nauta-van Moorsel MPM

 

1. Vooraf

 

1.1 Inleiding

Conform artikel 212 van de Gemeentewet stelt de gemeenteraad bij verordening de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vast.

 

Op basis daarvan heeft de gemeenteraad een Financiële verordening vastgesteld. In artikel 6 lid 3 van deze verordening is bepaald dat de raad een Nota reserves en voorzieningen vaststelt met daarin beleidsregels voor de algemene reserve, bestemmingsreserves, afschrijvingsreserves en (onderhouds)voorzieningen, waarbij ook op het rentebeleid rond reserves en voorzieningen wordt ingegaan.

Over het algemeen sluiten de uitgangspunten van de in 2015 vastgestelde Nota reserves en voorzieningen nog steeds goed aan bij huidige inzichten. Desondanks is actualisatie nodig vanwege sindsdien enkele nieuw gevormde reserves. Daarnaaststellen we de opheffing van de Reserve bovenwijkse voorzieningen voor. Ook is er een besluit over een goede omschrijving bij de Reserve sociaal domein nodig, omdat tot nu toe het precieze bestedingsdoel niet volledig duidelijk is. Met betrekking tot de Reserve transitie zijn de ontwikkelingen hard gegaan en dient de onderliggende lijst van grootboekrekeningen te worden geactualiseerd.

Tenslotte heeft de na 2015 ingevoerde verplichting om alle investeringen te activeren (gold voorheen alleen voor de investeringen met economisch nut, nu ook voor investeringen met maatschappelijk nut) enig effect op het beleid ten aanzien van afschrijvingsreserves. Ook worden de nieuwe voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording over toerekening rente aan reserves aangestipt.

 

1.2 Leeswijzer

Meer specifieke regels over de door de gemeente te voeren financiële boekhouding zijn in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) te vinden. In hoofdstuk 2 zijn de voor deze nota relevante bepalingen daaruit opgenomen.

Hoofdstuk 3 gaat over het reserve- en voorzieningenbeleid van de gemeente Hof van Twente.

In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op het rentebeleid ten aanzien van reserves en voorzieningen. Tot slot is in hoofdstuk 5 een samenvatting van voorstellen die uit deze actualisatie volgen opgenomen.

 

In bijlage 1 is de lijst van reserves en voorzieningen uit het bijlagenboek bij de Programmabegroting 2018 opgenomen met vermelding van de geraamde bedragen eind 2017 en prognose eind 2018.

 

In bijlage 2 is een beschrijving van alle reserves en voorzieningen opgenomen, waarin per reserve of voorziening wordt ingegaan op soort, omgang met rente, bestedingsdoel en overige toelichtende opmerkingen worden gemaakt.

 

In bijlage 3 is een overzicht opgenomen van de grootboekrekeningen in de sfeer van sociaal domein waarvan de saldi verrekend worden met de Reserve transitiekosten.

 

2. Wettelijk kader

 

2.1 Inleiding

Vanaf 1 januari 2004 geldt het Besluit Begroting en Verantwoording gemeenten en provincies (BBV). Onderstaand wordt het wettelijk kader weergegeven ten aanzien van de vorming en het gebruik van reserves en voorzieningen.

 

2.2 Relevante wetsartikelen (BBV)

 

Artikel 35

1. In de balans worden onder de materiële vaste activa afzonderlijk opgenomen:

a. investeringen met een economisch nut;

b. investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan

worden geheven;

c. investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut.

 

Artikel 41

Onder de vaste passiva worden afzonderlijk opgenomen het eigen vermogen, de voorzieningen en de

vaste schulden, met een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

 

Artikel 42

1. Het eigen vermogen bestaat uit de reserves en het gerealiseerde resultaat volgend uit het

overzicht van baten en lasten in de jaarrekening.

2. Het in het eerste lid bedoelde resultaat wordt afzonderlijk opgenomen als onderdeel van het

eigen vermogen.

 

Artikel 43

1. In de balans worden de reserves onderscheiden naar:

a. de algemene reserve;

b. de bestemmingsreserves.

2. Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan provinciale staten respectievelijk de raad een

bepaalde bestemming heeft gegeven.

 

Artikel 44

1. Voorzieningen worden gevormd wegens:

a. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch

redelijkerwijs te schatten;

b. op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of

verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten;

c. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die

kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar

en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren;

d. de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven

als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b.

2. Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed

moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b. 3.

Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde

verplichtingen van vergelijkbaar volume.

 

Artikel 45

Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan.

 

Artikel 49

1. In de balans worden onder de overlopende passiva afzonderlijk opgenomen:

a. verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar

tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde

verplichtingen van vergelijkbaar volume;

b. de van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor

uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende

begrotingsjaren;

c. overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen.

 

Artikel 59

1. Alle investeringen worden geactiveerd.

2. In afwijking van het eerste lid worden kunstvoorwerpen met een cultuur-historische waarde

niet geactiveerd.

 

2.3 Onderscheid reserves en voorzieningen

Reserves en voorzieningen worden beiden aan de passivazijde van de balans gepresenteerd. Het belangrijkste onderscheid dat gemaakt kan worden tussen reserves en voorzieningen is dat reserves tot het eigen vermogen behoren en voorzieningen tot het vreemd vermogen. De totale reservepositie is (boekhoudkundig) het verschil tussen de bezittingen en schulden en dus het totale eigen vermogen van de gemeente.

 

Reserves

Reserves worden onderscheiden in algemene reserves en bestemmingsreserves, waaronder de afschrijvingsreserves. Reserves zijn dan ook vermogensbestanddelen die vrij aanwendbaar zijn.

Reserves kunnen in principe vrij worden bestemd. De gemeenteraad kan aan reserves een bepaalde bestemming geven en wijzigen. In dat geval is sprake van een bestemmingsreserve.

 

Voorzieningen

Bij een voorziening gaat het om een kwantificeerbare toekomstige verplichting of risico waarvoor noodzakelijkerwijs in het boekjaar middelen apart moeten worden gezet. In artikel 43 en 44 van het BBV is de onderverdeling naar- en het onderscheid tussen- de reserves en voorzieningen nader gespecificeerd.

 

2.4 Functies reserves en voorzieningen

Reserves kunnen de volgende functies vervullen:

• een bufferfunctie;

• een bestedingsfunctie;

• een financieringsfunctie;

 

Bufferfunctie

De bufferfunctie (weerstandsvermogen) is veelal de belangrijkste functie van het eigen vermogen. Binnen onze gemeente betreft het met name de (vrije) algemene reserve en (het vrij besteedbare deel van) de Reserve majeure projecten die beschouwd kunnen worden als buffer voor nietkwantificeerbare financiële risico’s en tegenvallers.

 

Bestedingsfunctie

De gemeente heeft de mogelijkheid geld te sparen om het vervolgens uit te geven. Als aan dit gespaarde geld een bestemming wordt gegeven spreekt men van een reserve met een bestedingsfunctie ofwel een bestemmingsreserve.

 

Financieringsfunctie

Door de reserves en voorzieningen te gebruiken als “eigen” financieringsmiddelen kan het beroep op de geld- en kapitaalmarkt voor het aantrekken van leningen worden beperkt. Deze besparing (ook wel bespaarde rente) kan worden beschouwd als inkomen. De rente wordt binnen de exploitatie gebruikt als dekkingsmiddel.

 

2.5 Toevoeging en onttrekking aan reserves en voorzieningen

Het in paragraaf 2.2 genoemde onderscheid tussen reserves en voorzieningen is vooral van belang voor de resultaatbepaling en –bestemming. In de jaarrekening legt het college verantwoording af aan de gemeenteraad over het de uitvoering van de begroting. In de jaarrekening komt ook het saldo van baten en lasten over het verslagjaar tot uitdrukking in het rekeningresultaat. Het behoort tot de bevoegdheid van de raad om dit resultaat een bestemming te geven of bij negatief resultaat de dekking te regelen. In principe wordt in onze gemeente het saldo verrekend met de Algemene reserve.

 

In het BBV is voorgeschreven dat het saldo van de rekening van baten en lasten voor bestemming apart zichtbaar gemaakt worden (op functie 970). De voorzieningen moeten worden gevormd ten laste van de exploitatie (opvoeren als last binnen het programma). Dit omdat feitelijk sprake is van een verplichting. Het vormen van een voorziening of het op peil houden daarvan is dus van invloed op het resultaat voor bestemming.

 

Mutaties in reserves zijn geen baten of lasten. Voor het budgetrecht van de raad is het belangrijk dat vorming van, toevoegingen aan en onttrekkingen aan reserves zo veel mogelijk reeds bij de begroting bepaald worden. Deze voorgenomen mutaties worden conform de voorschriften BBV apart zichtbaar gemaakt (op functie 980). Deze voorschriften zijn zowel van toepassing bij de begroting als bij de jaarrekening. In het verlengde hiervan dient het resultaat na bestemming te worden bepaald op functie 990. Dit resultaat wordt conform artikel 42 BBV afzonderlijk op de balans zichtbaar gemaakt bij het eigen vermogen.

 

2.6 Rentetoerekening aan reserves en voorzieningen

Door reserves te gebruiken als financieringsmiddel wordt rente bespaard, die anders betaald had moeten worden voor het aantrekken van vreemd vermogen. Over het totale eigen vermogen wordt dus rente berekend. Voor wat deze rente betreft bestaat de keuze:

• deze rente toe te voegen aan de reserves;

• deze rente ten gunste te laten komen aan de exploitatie;

• een combinatie van beiden.

 

Aan voorzieningen mag geen rente worden toegevoegd (art. 45 BBV); Zij moeten immers naar beste inschatting kostendekkend zijn voor verplichtingen of risico’s waarvoor ze zijn ingesteld. In het geval de voorziening is gebaseerd op contante waarde of op basis van specifieke regelgeving is een rentetoevoeging als indexering toegestaan.

 

Ook met betrekking tot de rente geldt dat directe toevoegingen of onttrekkingen aan reserves niet zijn toegestaan. Rentetoerekening vindt “indirect” plaats door de rente via resultaatbestemming aan de reserves toe te voegen (functie 980).

 

In een Notitie rente van 11 juli 2016 heeft de commissie BBV de volgende ‘Stellige uitspraak’ gedaan: Als er wel een rentevergoeding over het eigen vermogen en/of de voorzieningen wordt berekend, dan is deze vergoeding maximaal het rentepercentage dat is gebaseerd op het gewogen samenstel van de (bruto) externe rentelasten over het totaal van de lang en kort aangetrokken financieringsmiddelen.

 

De commissie BBV koppelt hier de volgende aanbeveling aan:

Alhoewel in het BBV de mogelijkheid vooralsnog blijft bestaan om een rentevergoeding (of een vergoeding voor de inflatie) over het eigen vermogen en de voorzieningen te berekenen en deze door te belasten aan de taakvelden, adviseert de Commissie BBV vanwege het verlangde inzicht, de eenvoud en transparantie deze systematiek niet (meer) toe te passen.

 

De commissie BBV meent dat de huidige systematiek door het toestaan van rentetoerekening over Eigen vermogen fictieve rentelasten creëert en dat daarmee ook de programmalasten onnodig worden opgeblazen. Ook vindt ze dit ten koste van de eenvoud en transparantie van de begroting gaan.

 

In hoofdstuk 4 wordt verder ingegaan op de wijze waarop binnen de gemeente Hof van Twente invulling wordt gegeven het rentebeleid.

 

3. Beleid gemeente Hof van Twente

 

3.1 Richtlijnen voor het instellen van reserves en voorzieningen

Voor het instellen en aanwenden van reserves en voorzieningen worden in deze nota een aantal gedragslijnen en spelregels geformuleerd. Deze gedragslijnen en spelregels zijn een concrete vertaling van het beleid met betrekking tot reserves en voorzieningen.

 

Het instellen en opheffen van reserves en voorzieningen is in het kader van het budgetrecht een raadsbevoegdheid. Dat geldt ook voor het toevoegen aan en het inzetten van reserves en voorzieningen. Bij het instellen van de reserve moet in ieder geval worden aangegeven de doelstelling, het geschatte verloop en heroverwegingsfrequentie. Het verdient de voorkeur dit middels een integrale afweging te doen. In principe vindt de instelling plaats bij de behandeling van de begroting. Het instellen met een afzonderlijk voorstel vindt slechts bij hoge uitzondering plaats.

 

3.2 Algemene reserve

De algemene reserve heeft, samen met de reserve majeure projecten vooral de bufferfunctie om onvoorziene financiële tegenvallers (risico’s) af te dekken. Het is dus van belang dat de Algemene reserve minimaal het niveau heeft om deze risico’s af te dekken. Met andere woorden: er dient voldoende weerstandscapaciteit te zijn. De weerstandscapaciteit is het vrij besteedbare geld dat de gemeente beschikbaar heeft om onverwachte tegenvallers op te kunnen vangen. De algemene reserve heeft ook de functie van buffer voor de jaarlijkse rekeningresultaten.

 

Er zijn geen algemeen geldende normen voor de omvang van de Algemene reserve. De belangrijkste reden daarvoor is dat iedere gemeente andere risico’s kent. Het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit is maatwerk per gemeente.

De risico’s dienen volgens het BBV te worden benoemd in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Dit betreffen zowel de risico’s op de algemene middelen als op de grondexploitatie.

 

3.3 Reserve grondexploitatie

De Reserve grondexploitatie vormt - naast de algemene reserve - een buffer voor de financiële risico’s die samenhangen met de grondexploitaties. De reserve grondexploitatie is ingesteld om de risico’s van de grondexploitatie af te zonderen van de algemene dienst en deze dus niet direct hinder te laten ondervinden van tekorten op grondexploitaties. De grondexploitatie bedruipt in 1e instantie hiermee zichzelf. Als een gemeentelijke grondexploitatie positief wordt afgesloten, wordt de winst toegevoegd aan de reserve grondexploitatie. Als op een gemeentelijke grondexploitatie een tekort wordt verwacht, wordt hiervoor een voorziening ingesteld die wordt gedekt uit de reserve grondexploitatie.

 

Op basis van de Perspectiefnota grondexploitaties worden jaarlijks de risico’s bepaald en daarmee de noodzakelijke omvang van de Reserve grondexploitatie (zie 3.4).

 

Voor de bepaling van de benodigde weerstandstandscapaciteit grondexploitaties wordt in de Programmabegroting uitgegaan van de stand per 31 december van het lopende jaar.

 

3.4 Relatie weerstandscapaciteit en weerstandsvermogen

De weerstandscapaciteit bepaalt mede de financiële continuïteit. Landelijk gelden geen vaste (financiële) normen voor gemeenten. Een uitzondering geldt voor gemeenten die een beroep op artikel 12 van de Financiële verhoudingswet doen (aanvullende uitkering uit het gemeentefonds).

 

Relatie weerstandscapaciteit en weerstandsvermogen

De benodigde weerstandscapaciteit is het risicobedrag dat bepaald wordt op basis van een inventarisatie en financiële vertaling van risico’s. Dit vraagt om beleid betreffende het omgaan met risico’s. De in 2015 vastgestelde Nota risicomanagement bevat de beleidskaders om tot een goed risicoprofiel te komen en dit te beheersen.

 

Voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit algemene denst richten we ons op de stand van de vrij besteedbare ruimte binnen de Algemene Reserve en Reserve majeure projecten aan het eind van de geldende meerjarenbegroting, omdat op die manier rekening wordt gehouden met de onttrekkingen c.q. toevoegingen die in de meerjarenbegroting worden voorzien. Hierdoor ontstaat een zo reëel mogelijk beeld.

 

Het weerstandsvermogen wordt bepaald door de aanwezige weerstandscapaciteit (buffer) te delen door de benodigde weerstandscapaciteit (volgt uit risico inventarisatie). Deze ratio wordt aangeduid als het weerstandsvermogen. De hoogte van deze ratio is een beleidskeuze van de raad.

 

Op dit moment geldt een ratio van minimaal 1 en maximaal 1,4 voor zowel het weerstandsvermogen van de algemene dienst als voor het weerstandsvermogen van grondexploitatie. Komt de ratio onder 1, dan dienen de risico’s beperkt te worden of de beschikbare weerstandscapaciteit aangevuld. Komt het weerstandsvermogen van de algemene dienst boven de 1,4, dan wordt het overschot aan weerstandscapaciteit toegevoegd aan het vrij besteedbare deel van de Algemene reserve. Als de Reserve grondexploitatie boven een ratio van 1,4 komt, dan wordt het surplus afgeroomd ten gunste van de Algemene Reserve.

 

 

3.5 Bestemmingsreserves

Naast de Algemene reserve zijn er bestemmingsreserves. Dat zijn reserves die zijn ingesteld voor een specifiek doel. Ons uitgangspunt is dat met het instellen van bestemmingsreserves terughoudend wordt omgegaan. De reden daarvan is dat jaarlijks bij Kadernota en Programmabegroting zoveel mogelijk alle beschikbare middelen tegen alle in de raad levende wensen worden afgewogen. En middelen die aan bestemmingsreserves zijn toegevoegd, onttrekken zich aan de deze integrale afweging. Ook al zijn de middelen in onderstaande sub c genoemde reserves vaak deels vrij beschikbaar, omdat voor de bestemde middelen nog geen verplichtingen zijn aangegaan.

 

De volgende soorten bestemmingsreserves worden onderscheiden:

a. Egalisatiereserves: deze dienen om ongewenste schommelingen op te vangen in de exploitatie

(bijvoorbeeld Egalisatiereserve automatisering).

b. Afschrijvingsreserves: deze dienen ter dekking van kapitaallasten van investeringen (bijvoorbeeld

Afschrijvingsreserve gemeentehuis). Zie ook de nadere uitleg in paragraaf 3.6.

c. Reserves met een min of meer concreet bestedingsdoel (bijvoorbeeld Reserve vervanging

kunstgras). Een reserve met een minder concreet bestedingsdoel is de Reserve majeure

projecten.

d. Reserves met een financieringsfunctie om de gederfde rente of dividend te compenseren

(bijvoorbeeld reserve Essent achtergestelde lening).

 

Sommige reserves hebben meerdere kenmerken in zich. In de balans onderscheiden we alleen de afschrijvingsreserves als aparte groep (zie bijlage 1). De bestemmingsreserves worden stuk voor stuk apart toegelicht (zie bijlage 2).

 

3.6 Afschrijvingsreserves

Voor 2017 was het toegestaan om investeringen met maatschappelijk nut à fonds perdu te boeken. Dat wil zeggen: ten laste van een reserve zonder een balanswaarde voor het actief op te voeren. Dat mag niet meer. De gedachte hierachter is dat de bijbehorende afschrijvings- en rentelasten in de begroting en jaarrekening zichtbaar moeten zijn. Het belang van onderlinge vergelijkbaarheid van gemeentelijke begrotingen speelt hier een rol. Ook de balans zal (volgens de wetgever) zo een juister beeld geven. Op de achtergrond spelen internationale accountancyregels hier ook een rol.

 

Als een investering uit reeds aanwezige middelen wordt gefinancierd, dan dient een actief te worden opgevoerd in de balans en dienen rente en afschrijving in de exploitatie opgenomen te worden. Om die kapitaallasten in de exploitatie te dekken worden eenmalige middelen omgezet in afschrijvingsreserves. De boekwaarde van het betreffende actief (investering) hoort overeen te stemmen met de boekwaarden van het betreffende passief (afschrijvingsreserve). Als de investering afgeschreven is, dan staat de daar tegenover staande afschrijvingsreserve ook op 0. Afschrijvingsreserves zijn dus gekoppeld aan een investering en kunnen niet meer voor een ander doel worden ingezet zonder het evenwicht in de begroting geweld aan te doen.

 

Onze gemeente kent een relatief groot aantal afschrijvingsreserves omdat menigmaal grote eenmalige inkomsten zijn gerealiseerd uit aandelenverkoop of superdividenden. Dat houdt weer verband met het relatief grote aantal en relatief omvangrijke deelnemingen in (nuts)bedrijven vanuit de voormalige 5 gemeenten.

 

Afschrijvingsreserves zijn formeel toegestaan volgens de commissie BBV (artikel 54 lid d), maar genieten niet de voorkeur waar het onvermijdelijke en regelmatig terugkerende investeringen betreft. Dit soort investeringen kan volgens de commissie BBV beter worden opgenomen in een meerjarig investeringsplan met structureel gedekte kapitaallasten.

 

Naar onze mening gebiedt de budgettaire beschikbaarheid echter dat soms tot andere keuzes gekomen wordt en investeringen met incidentele middelen worden gefinancierd. In principe geven wij de voorkeur aan structureel gefinancierde kapitaallasten, maar in een situatie dat er een overschot is aan eenmalige middelen en druk op de meerjarenbegroting is de praktijk welhaast onvermijdelijk dat investeringen ten laste van reserves worden gebracht. Daarbij worden de kapitaallasten gedekt uit een vanuit de eenmalig voorhanden zijnde middelen gevormde afschrijvingsreserve. Voor investeringen die in het verleden zijn gedaan is het bovendien nog maar de vraag of deze ook in de toekomst vervangen moeten worden en of dat dan moet tegen de kosten die daar vaak decennia geleden mee gemoeid waren. Die beoordeling willen wij onderdeel laten zijn van de integrale afweging door de gemeenteraad. Als hulpmiddel hierbij hebben wij het beleid om 5 jaar voorafgaand aan het aflopen van de betreffende afschrijvingsreserve de raad een voorstel voor te leggen om te bepalen of het betreffende activum na afloop van de afschrijvingstermijn vervangen dient te worden, voor welk bedrag en hoe de daaraan verbonden lasten te dekken.

 

In bijlage 1 zijn alle ingestelde afschrijvingsreserves weergegeven

 

3.7 Stille reserves

Een stille reserve is een reserve, waarvan het bestaan niet uit de administratie blijkt. Van stille reserves is sprake als de waardering op de balans lager is dan de marktwaarde. Dat doet zich in de praktijk bijvoorbeeld voor bij gemeentelijk aandelenbezit of gebouwen of in het geval een gemeentelijk eigendom niet in de balans van de gemeente is opgenomen. Bij dit laatste kan worden gedacht aan schilderijen of andere bezittingen met een cultuurhistorische waarde, die niet verkocht kunnen worden (zogenaamd ‘tafelzilver’) of incourante bezittingen. Zo bezit onze gemeente een olieverfschilderij op doek van de kunstenaar Leo Gestel, dat een waarde heeft van tussen de € 0,5 en € 1 mln. Het is echter niet in de balans opgenomen. Het college van de voormalige stad Delden heeft in 2000 het doek voor een periode van 25 jaar in bruikleen gegeven aan de Stichting Hannema-de Stuers Fundatie te Wijhe.

 

Volgens het BBV mogen activa alleen tegen historische kostprijs op de balans worden gewaardeerd en dienen zij te worden afgewaardeerd als blijkt dat de actuele waarde minder is. Opwaardering naar marktwaarde is niet toegestaan. (Het BBV geeft op meerdere punten blijkt van een financieel voorzichtige insteek.)

 

Het blijft daarnaast verplicht om in de jaarrekening een onderscheid te maken tussen investeringen met economisch nut en investeringen met maatschappelijk nut. In de redenering van de opstellers van het BBV is dit onderscheid van belang, omdat investeringen met economisch nut veelal zelfstandig vervreemdbaar zijn en daardoor hun actuele waarde kunnen opleveren. Daaraan verbonden stille reserves kunnen dan eenvoudiger worden herkend. Stille reserves zijn in die redenering bij voorbeeld het verschil tussen boekwaarde van een gebouw en WOZ-waarde. In de praktijk is het onderscheid minder bruikbaar omdat gebouwen vaak worden gebruikt voor maatschappelijke functies, zoals sociaal cultureel werk of sport. Verkoop van een gebouw kan meestal niet zonder de uitoefening van die functies aan te tasten.

 

3.8 Voorzieningen

Voorzieningen worden enerzijds ingezet om concrete verplichtingen af te dekken en anderzijds om schommelingen in de exploitatie te voorkomen. Een voorziening moet de omvang hebben van de betreffende verplichting of het risico. Dit houdt in dat iedere voorziening moet zijn onderbouwd met een berekening van de achterliggende verplichting of risico. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen contante waarde.

 

In de balans maken we onderscheid tussen

- Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s

In feite gaat het hier om risico’s waarvan vast is komen te staan dat ze feitelijk niet meer

afwendbaar zijn. De Voorziening wethouderspensioenen is gevormd op basis van

verplichtingen die de gemeente heeft op grond van de rechtspositie van wethouders.

 

Binnen grondexploitaties worden verliesvoorzieningen opgenomen op het moment dat blijkt dat een exploitatie met een negatief resultaat gaat eindigen. De tot dan toe geactiveerde grondexploitatie krijgt dan een lagere waarde. De voorziening wordt in onze gemeente

gevormd ten laste van de Reserve grondexploitatie. In dat geval maakt zo’n verlies geen onderdeel meer uit van het risicoprofiel (en weerstandscapaciteit). In feite is zo’n voorziening een waardecorrectie op de actiefpost Bouwgrond in exploitatie. Om die reden moet deze voorziening volgens de Notitie grondexploitaties 2016 van de commissie BBV onder deze post worden opgenomen en toegelicht worden in de balans.

 

- Onderhoudsegalisatievoorzieningen

Voor voorzieningen, die zijn ingesteld om kosten te egaliseren, zal een meerjarig onderhoudsof beheersplan beschikbaar moeten zijn. Op basis van beheerplannen wordt een goed inzicht verkregen welke budgetten de komende 10 jaar gemiddeld jaarlijks nodig zijn voor hetonderhoud van kapitaalgoederen. Dit is ook iets waar de provincie als toezichthouder de paragraaf kapitaalgoederen op toetst. Het benodigde budget wordt mede bepaald door het gewenste kwaliteitsniveau. De raad heeft hierin een keuzemogelijkheid. De jaarlijkse onderhoudskosten worden gedekt uit de voorziening. Om dit mogelijk te maken wordt jaarlijks ten laste van de exploitatie het gemiddeld over de jaren heen benodigd bedrag in de betreffende voorziening gestort. Op deze wijze wordt bereikt dat financieel flexibel

onderhoud kan worden gepleegd zonder dat dit grote schommelingen in de begroting tot gevolg heeft

 

- Voorziening voor door derden beklemde middelen.

Die derden kunnen individuele rechtspersonen zijn, die op basis van overeenkomsten financiële aanspraken op de gemeente kunnen maken. Maar het kan ook gaan om het totaal van alle inwoners. Positieve saldi in de Voorziening Riolering en Voorziening Afval komen aan de inwoners Hof van Twente toe omdat de tarieven voor riolering en afval hoogstens 100% kostendekkend mogen zijn.

 

4. Rentebeleid ten aanzien van reserves en voorzieningen

 

4.1 Omgang met wettelijk kader

Het wettelijk kader ten aanzien van rentetoerekening is in paragraaf 2.6 beschreven. In de op 11 oktober 2016 besproken raadsbrief over het nieuwe BBV (zaaknr. 609692) is meegedeeld dat Hof van Twente de aanbeveling om geen rente over interne financieringsmiddelen te rekenen niet opvolgt. Belangrijkste overweging daarbij was dat bij de implementatie van de nieuwe BBV de budgettaire gevolgen beperkt dienen te blijven.

Hoewel de door ons gehanteerde 3% onder het rentepercentage volgens de formule van de ‘Stellige uitspraak’ bleef, is de al jarenlang gehanteerde 3% rente eigen financieringsmiddelen met ingang van 2017 verlaagd naar 2%.

Daarvoor golden 3 overwegingen:

- Het ziet er naar uit dat in de toekomst Europese accountantsregels gaan verbieden rente over

interne financieringsmiddelen toe te rekenen. Met een verlaging van 3% naar 2% is het

budgettair effect van die regelgeving voor onze gemeente al een stuk verkleind.

- Bovendien benadert de 2%, gezien ook de lagere rentestanden van de laatste tijd, meer de

bespaarde rente dan 3% en geeft het niet direct budgettaire problemen als de rente stijgt.

- Tenslotte sluit dit percentage aan bij het streefpercentage voor inflatie van de ECB dat op 2%

gesteld is.

 

4.2 Bestemming rente over reserves en voorzieningen

Reserves en voorzieningen worden aangewend als intern financieringsmiddel. Hierdoor hoeft minder geld geleend te worden op de kapitaalmarkt en is sprake van bespaarde rente.

 

De bespaarde rente is min of meer fictieve rente die niet aan een bankinstelling behoeft te worden afgedragen. Er bestaan grofweg drie keuzes hoe deze rente aan te wenden:

• toevoegen aan de reserves;

• ten gunste laten komen van de exploitatie;

• een combinatie van beiden.

 

Het rentevoordeel ten gunste laten komen van de exploitatie heeft een positieve invloed op het begrotingssaldo, dit kan immers als extra inkomst worden beschouwd.

Het nadeel is dat als de rente ten gunste van de exploitatie wordt gebracht er een dekkingsprobleem op de begroting ontstaat op het moment dat de reserve wordt besteed. De reserve is dan niet meer beschikbaar voor de interne financiering. In feite betekent dit, dat de reserve geblokkeerd is.

 

Om de rentetoerekening transparant te houden wordt de onderstaande algemene werkwijze gehanteerd:

 

Reserve / Voorziening:

Bespaarde rente toevoegen aan:

Algemene reserve

Exploitatie

Reserve grondexploitatie

Exploitatie

Bestemmingsreserve

Reserve - bij bestedingsfunctie

Exploitatie - bij financieringsfunctie (dit betreft alleen de Reserve Vitens achtergestelde lening en de Reserve lening Enexis)

 

Afschrijvingsreserve

Exploitatie

Voorzieningen

Exploitatie

 

Omdat aan de activa waarvan de kapitaallasten gedekt worden door afschrijvingsreserves ook de omslagrente wordt toegerekend, wordt de omslagrente ook toegerekend aan afschrijvingsreserves. De omslagrente is voor de begroting 2018 berekend op 2,98%. Door de te berekenen rente over de afschrijvingsreserves gelijk te stellen aan het percentage van de renteomslag worden de kapitaallasten van deze investeringen volledig gedekt uit afschrijvingsreserves.

 

Over de overige reserves wordt de in paragraaf 4.1 genoemde 2% gerekend. Dit rentepercentage wordt jaarlijks bevestigd bij de uitgangspunten van de begroting (normaliter bij de Kadernota).

 

5. Wijzigingen in beleid

Deze nota is een actualisatie van de in 2015 vastgestelde Nota reserves en voorzieningen. Een

actualisatie is nodig vanwege

a. sindsdien enkele nieuw gevormde reserves

b. besluit over opheffing van enkele bestaande reserves

c. aanpassing van het bestedingsdoel van de Reserve sociaal domein

d. enkele sindsdien doorgevoerde wijzigingen in de BBV

 

Ad a.

Dit betreffen:

- Reserve onderhoud openbare verlichting: deze is ingesteld als onderdeel van het raadsbesluit over de het Beleidsplan openbare verlichting 2013-2018 (zie zaaknr. 0029871).

- Reserve duurzaamheid: bij Kadernota 2016 ingesteld, bij Kadernota en Programmabegroting 2017 is bestedingsdoel bijgesteld.

- Reserve economisch en sociaal participatiefonds (ESP): bij Kadernota 2016 ingesteld en bestedingsdoel nader uitgewerkt bij raadsbesluit over Sociaal-economische visie en bijbehorende actieplannen begin 2016.

- Reserve dekapitaliseren uren wegen: Sinds 2017 worden geen uren eigen personeel meer op kapitaalkredieten geschreven. Dat betekent dat deze uren in eens ten laste van de exploitatie komen in niet meer worden afgeschreven. Bij 1e Berap 2016 is een reserve van € 750.000 gevormd voor opvang van het budgettair nadeel. Na ongeveer 15 jaar zijn de kapitaallasten over de tot 2017 op kredieten geschreven uren uit de begroting verdwenen en eindigt de compensatie vanuit deze reserve.

- Reserve integraal uitvoeringsplan asbestsanering: Ter uitvoering van het Masterplan asbest 2017-2024 heeft de gemeenteraad bij Kadernota 2017 ingestemd met het instellen van deze reserve en deze te vullen met een bedrag van bijna € 6 miljoen. Hieruit kunnen de kosten tot en met 2021 worden gedekt. Totale kosten worden geraamd op € 8 mln. De resterende € 2 miljoen zal in de komende kadernota’s voor 2022 – 2023 moeten worden vrijgemaakt. Dan zal er tevens beter zicht zijn op de daadwerkelijke cijfers, afspraken en omvang.

- Reserve Agenda voor Twente: Voor de bijdrage aan de Agenda van Twente 2018-2022 is in de Programmabegroting 2018 € 2,2 mln gereserveerd. Daaruit wordt gedurende 5 jaar een maximale bijdrage van € 12,50 per inwoner aan de agenda bijgedragen. Voorheen verliep de financiering via een superdividend van Twence. In deze agenda worden ook de belangen van niet-stedelijke gemeenten in Twente, waaronder landbouw/ agro-industrie en vrijetijdseconomie behartigd. worden.

 

Ad b.

Wij stellen opheffing van de Reserve Transitiekosten sociaal domein voor, zodra deze reserve uitgeput is. Bij de start van de nieuwe taken (transities per 1 januari 2015) heeft de raad de keuze gemaakt om de jaren 2015 tot en met 2017 als een overgangstermijn te beschouwen en daarna te bezien hoe de structurele uitgaven zich binnen het gehele taakveld zullen ontwikkelen. De gedachte hierbij was dat het enige jaren zou duren voordat de situatie ‘genormaliseerd’ zou zijn. Het instellen van een overgangstermijn ging gepaard met de vorming van een Reserve transitie, waaruit gedurende die jaren eventuele tekorten sociaal domein konden worden gedekt. Uit de Programmabegroting 2018 blijkt dat de gemeente structureel te kort komt op de uitvoering van de nieuwe taken. De prognose is dat de Transitiereserve medio 2018 uitgeput zal zijn. Inmiddels zijn er in de meerjarenbegroting ook structureel algemene middelen ingezet om de nieuwe taken sociaal domein uit te kunnen voeren. Daarmee is het ‘gesloten financiële circuit’ van nieuwe taken sociaal domein doorbroken en is er geen aanleiding meer voor het in stand houden van deze reserve op het moment dat deze uitgeput is.

 

De lijst van grootboekrekeningen waarvan het saldo wordt verrekend met de Reserve transitie is geactualiseerd en in Bijlage 3 opgenomen.

 

Ook de Reserve bovenwijkse voorzieningen kan opgeheven worden. In de nota Reserves en voorzieningen 2015 was al voorgesteld om deze reserve op te heffen en middelen met de nog onderliggende verplichtingen (aanleggen parkeerplaatsen) naar de Algemene reserve te brengen. Nadien is nog een ontvangst van de provincie geboekt. De voeding vanuit de grondexploitatie en vanuit provinciale middelen voor binnenstedelijke vernieuwing is nu definitief gestopt. Opheffing daadwerkelijke te effectueren bij jaarrekening 2017.

 

Tenslotte gaan we bij jaarrekening 2017 ook de in de vorige nota Reserves en voorzieningen voorgestelde opheffing van de Reserve Digitale Basiskaart effectueren en saldo toevoegen aan Algemene reserve.

 

Ad c.

Er is een besluit over het bestedingsdoel van de Reserve sociaal domein nodig. In de vorige Nota reserves en voorzieningen zijn een aantal reserves waarvan de bestemming dicht bij elkaar ligt (Reserve sociale problematiek, de Egalisatiereserve WMO individuele voorzieningen en de Reserve voorziening schrijnende gevallen bijzondere bijstand), samengevoegd in één Reserve sociaal domein. Overwegingen daarbij waren dat samenvoeging de bestedingsvrijheid vergroot. Bovendien konden uitgaven niet in alle gevallen eenduidig aan één van voornoemde reserves gekoppeld worden. In het sociaal domein hangt veel met elkaar samen. In de Kadernota 2017 is het voornemen uitgesproken deze reserve te evalueren.

 

Wij stellen voor deze reserve te bestemmen voor financiering van voorstellen ter stimulering van vernieuwende ontwikkelingen binnen het sociaal domein.

 

Ad d.

Tenslotte heeft de na 2015 in het BBV ingevoerde verplichting om alle investeringen te activeren (gold voorheen alleen voor de investeringen met economisch nut, nu ook voor investeringen met maatschappelijk nut) enig effect op het beleid ten aanzien van afschrijvingsreserves. Er zijn nu ook enkele afschrijvingsreserves ontstaan die betrekking hebben op investeringen met maatschappelijk nut (bijvoorbeeld Herinrichting Boven Regge). In bijlage 1 zijn alle op dit moment bestaande afschrijvingsreserves opgenomen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

BIJLAGE 1 RESERVES EN VOORZIENINGEN (OVERZICHT BEGROTING 2018)

 

Codereserve/ voorz.

Omschrijving

 

Saldo aan het eind van het dienstjaar 2017

Rente ten gunste van de exploitatie 2018

Rente- toevoeging 2018

Toevoegingen 2018

Onttrek-kingen 2018

Saldo aan het eind van het dienstjaar 2018

 

Rentepercentage algemene reserve en bestemmingsreserves

 

2,00%

2,00%

 

 

 

 

Rentepercentage afschrijvingsreserves

 

2,98%

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Algemene Reserve

 

 

 

 

 

 

 

1000000

Algemene Reserve

8.988.827

179.777

 

917.919

4.631.284

5.275.462

1000012

Grondexploitatie

1.855.251

37.105

 

 

 

1.855.251

 

 

10.844.078

216.882

-

917.919

4.631.284

7.130.713

 

Bestemmingsreserves

 

 

 

 

 

 

2010202

Reserve Vitens achtergestelde lening

4.384.400

87.688

 

 

 

4.384.400

2010203

Reserve Lening Enexis

982.799

19.656

 

 

 

982.799

2010300

Reserve Bovenwijkse Voorzieningen

258.677

 

5.174

 

 

263.851

2010601

Egalisatiereserve Automatisering

248.322

 

4.966

177.311

177.311

253.288

2010901

Reserve Majeure Projecten

2.975.645

 

59.513

 

2.722.150

313.008

2011501

Reserve Vervanging kunstgrasvelden

836.316

 

16.726

85.025

 

938.067

2011701

Reserve Digitale Basiskaart (BGT)

43.100

 

862

 

 

43.962

2011801

Reserve Bodemsanering

2.383.653

 

47.673

 

 

2.431.326

2011901

Reserve Sociale Domein

650.300

 

13.006

 

 

663.306

2012001

Reserve Onderhoud wegen

308.540

 

6.171

12.500

 

327.211

2012301

Reserve Transitiekosten

1.418.017

 

28.360

912.390

2.358.767

-

2012501

Reserve Onderhoud Openbare Verlichting

383.103

 

7.662

 

25.341

365.424

2012601

Reserve Buurtsportcoaches

179.334

 

3.587

 

 

182.921

2012701

Reserve Garantiestellingsprovisie lening Zenkeldam

108.297

 

2.166

 

 

110.463

2012901

Reserve Duurzaamheid

304.604

 

6.092

2.023

 

312.719

2013001

Reserve Economisch Stimulerings- en Participatiefonds (ESP)

25.826

 

517

 

 

26.343

2013201

Reserve dekapitaliseren uren wegen

648.000

 

12.960

 

97.000

563.960

2013301

Reserve Integraal uitvoeringsplan asbestsanering

4.504.749

 

90.095

 

1.124.814

3.470.030

2013401

Reserve Agenda voor Twente

-

 

-

2.200.000

440.000

1.760.000

 

 

20.643.680

107.344

305.530

3.389.249

6.945.383

17.393.077

 

Reserves afschrijving activa

 

 

 

 

 

 

3030000

Reserve afschrijving Nieuwbouw Gemeentehuis

10.564.221

314.814

 

 

480.983

10.083.238

3030003

Reserve afschrijving Jeugd-/Jongerencentrum Laarschool

237.580

7.080

 

 

8.070

229.510

3030004

Reserve afschrijving Bibliotheek Goor

1.379.145

41.099

 

 

46.924

1.332.221

3030005

Reserve afschrijving Zoutmuseum

121.495

3.621

 

 

6.750

114.745

3030006

Reserve afschrijving Nieuwbouw scholen

94.547

2.817

 

 

2.548

91.999

3030008

Reserve afschrijving MFV 't Gijmink

562.519

16.763

 

 

16.472

546.047

3030009

Reserve afschrijving De Pol Diepenheim

752.740

22.432

 

 

16.875

735.865

3030011

Reserve afschrijving kunstgrasvelden Rood-Zwart Delden

237.875

7.089

 

 

20.589

217.286

3030012

Reserve afschrijving Onderzoek zwembaden

524,00

16

 

 

 

524

3030013

Reserve afschrijving Verplaatsing/nieuwbouw sportzaal Diepenheim

571.084

17.018

 

 

15.863

555.221

3030015

Reserve afschrijving Beaufort Markelo

880.264

26.232

 

 

39.575

840.689

3030016

Reserve afschrijving Burg. Buyvoetsplein

416.666

12.417

 

 

16.667

399.999

3030017

Reserve afschrijving Nieuwbouw OLV School Bentelo

1.295.216

38.597

 

 

43.306

1.251.910

3030018

Reserve afschrijving Toekomst zwembaden Markelo-Goor

6.524.202

194.421

 

 

247.294

6.276.908

3030019

Reserve afschrijving KunstWerk Diepenheim

5.616.319

167.366

 

 

187.199

5.429.120

3030020

Reserve afschrijving De Pol Bentelo

1.963.769

58.520

 

 

83.565

1.880.204

3030021

Reserve afschrijving Herinrichting Boven Regge

1.258.009

37.489

 

 

32.808

1.225.201

3030022

Reserve afschrijving Stimulering ontwikkeling centrum Goor

459.680

13.698

 

 

40.320

419.360

3030023

Reserve afschrijving Renovatie sporthal Mossendam

1.379.141

41.098

 

 

75.186

1.303.955

3030024

Reserve afschrijving Revitalisering industrieterrein Haven Markelo

2.037.720

60.724

 

 

97.034

1.940.686

3030025

Reserve afschrijving Nieuwbouw Prins Constantijnschool

1.368.407

40.779

 

 

40.555

1.327.852

3030026

Reserve afschrijving Kunstgrasveld GMHC (Goor)

540.118

16.096

 

 

40.123

499.995

3030027

Reserve afschrijving Kunstgrasveld VV Twenthe (Goor)

280.756

8.367

 

 

21.198

259.558

3030028

Reserve afschrijving Kunstgrasveld De Mors (Delden)

273.324

8.145

 

 

19.372

253.952

3030029

Reserve afschrijving Kunstgrasveld Rupertserve (Hengevelde)

242.570

7.229

 

 

17.500

225.070

3030031

Reserve afschrijving Renovatie zwembad De Mors Delden

474.212

14.132

 

 

32.150

442.062

3030032

Reserve afschrijving Voorbereiding ontwikkelingsfase zwembaden

134.860

4.019

 

 

5.785

129.075

3030033

Reserve afschrijving Nieuwbouw OBS t Gijmink

1.719.826

51.251

 

 

49.682

1.670.144

3030034

Reserve afschrijving Buurthuis 't Gijmink 2012

268.008

7.987

 

 

7.742

260.266

3030035

Reserve afschrijving Scholenbouw obv scholenvisie

4.062.292

121.056

 

 

103.750

3.958.542

3030036

Reserve afschrijving Digitale infoborden/Evenementenportaalborden

90.000

2.682

 

 

10.000

80.000

3030037

Reserve afschrijving Heeckerenschool (2e tranche)

2.125.415

63.337

 

 

54.457

2.070.958

3030038

Reserve afschrijving Kunstgrasveld Sc Markelo

444.838

13.256

 

 

28.656

416.182

3030039

Reserve afschrijving Uitvoeringsplan Coberco

1.430.123

42.618

 

 

60.600

1.369.523

3030040

Reserve afschrijving kunstgrasveld Sv Hector (Goor)

476.708

14.206

 

 

25.442

451.266

3030041

Reserve afschrijving verkeersvisie

1.920.000

57.216

 

 

80.000

1.840.000

3030042

Reserve afschrijving kunstgrasveld Erve Hooyerink

34.549

1.030

 

 

2.303

32.246

3030043

Reserve afschrijving kunstgrasveld Diepenheim

-

-

 

502.150

 

502.150

3030044

Reserve afschrijving Sportpark de Mors

-

-

 

2.065.000

 

2.065.000

3030045

Reserve afschrijving Sportpark de Mors, openbare ruimte

-

-

 

500.000

 

500.000

 

 

52.238.721

1.556.717

-

3.067.150

2.077.343

53.228.528

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal reserves

83.726.479

1.880.943

305.530

7.374.318

13.654.010

77.752.317

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

 

 

 

 

 

 

4140201

Voorziening Wethouderspensioenen

2.143.883

42.878

 

140.000

57.000

2.226.883

 

 

2.143.883

42.878

-

140.000

57.000

2.226.883

 

Onderhoudsegalisatievoorzieningen

 

 

 

 

 

 

4260000

Voorziening Groot onderhoud gemeentelijke gebouwen

1.058.651

21.173

 

 

 

1.058.651

 

 

1.058.651

21.173

-

-

-

1.058.651

 

Door derden beklemde middelen met specifieke bestedingsrichting

 

 

 

 

 

 

4380701

Voorziening Onderhoud Molen van Buursink MA

21.455

429

 

429

 

21.884

4381501

Voorziening St. Beheer Den Haller

75.230

1.505

 

 

 

75.230

4383000

Voorziening Riolering

1.370.290

27.406

 

-

243.520

1.126.770

4383100

Voorziening Afval

198.860

3.977

 

-

 

198.860

 

 

1.665.835

33.317

-

429

243.520

1.422.744

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal voorzieningen

4.868.369

97.368

-

140.429

300.520

4.708.278

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Totaal reserves en voorzieningen

88.594.848

1.978.311

305.530

7.514.747

13.954.530

82.460.596

 

Bijlage 2 Beschrijving reserves en voorzieningen

 

Reserves

 

Naam reserve

Algemene reserve

Soort

Algemene reserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Bestedingsdoel De Algemene reserve heeft samen met de Reserve majeure projecten een bufferfunctie om onvoorziene financiële tegenvallers (risico’s) af te dekken.

Ook kunnen er niet structurele begrotingstekorten (lopend jaar en begrotingsjaar) mee worden afgedekt.

Toelichting

De reserve hoort tot het eigen vermogen van de gemeente. De reserve heeft meerdere functies en vormt de weerstandscapaciteit van de gemeente. De benodigde weerstandscapaciteit wordt jaarlijks opnieuw berekend. Wanneer zich een onvoorziene tegenvaller voordoet die niet gedekt kan worden uit de reguliere exploitatie kan eerst nog een beroep op de vrij besteedbare ruimte van de Algemene reserve en Reserve majeure projecten worden gedaan alvorens de weerstandscapaciteit (buffer) aan te spreken.

Minimum omvang weerstandscapaciteit Algemene reserve en Reserve majeure projecten komt overeen met een ratio weerstandsvermogen van 1. Bij een omvang boven een weerstandsratio van 1,4 wordt het surplus afgeroomd ten gunste van het vrij besteedbare deel binnen de Algemene reserve.

 

Naam reserve

Reserve Grondexploitatie

Soort

Algemene reserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

De reserve is in 2011 ingesteld als buffer voor het afdekken van risico’s in de grondexploitatie.

Toelichting

De Reserve grondexploitatie is ingesteld ten laste van de Algemene reserve. Tussentijdse winstnemingen worden toegevoegd aan de reserve grondexploitatie. Bij de jaarlijkse Perspectiefnota grondexploitatie wordt de noodzakelijke weerstandscapaciteit voor de risico’s in de grondexploitatie bepaald.

Indien een verlies wordt geraamd dient een voorziening binnen de grondexploitatie ten laste van deze reserve te worden getroffen.

Minimum omvang komt overeen met een ratio weerstandsvermogen van 1.

Bij een omvang boven een weerstandsratio van 1,4 wordt het surplus ingezet als vrij besteedbaar binnen de Algemene reserve.

 

Naam reserve

Reserve achtergestelde lening Vitens

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Brutering van de achtergestelde lening van Vitens

Toelichting

In 2006 zijn de preferente aandelen in Vitens omgezet in een achtergestelde lening. Hierdoor is het dividend weggevallen. De renteopbrengsten (over de reserve) compenseren dit dividend.

 

 

Naam reserve

Reserve lening Enexis

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Brutering van de achtergestelde lening van Enexis

Toelichting

Bij de verkoop van de aandelen Essent aan RWE in 2009 hebben de 'oude' aandeelhouders van Essent een lening verstrekt aan Enexis.

Tegenover de verstrekte lening aan Enexis is voor een juiste en budgettair neutrale verwerking een bestemmingsreserve opgenomen. De jaarlijkse rente over de bestemmingsreserve komt ten gunste van de exploitatie om de lasten van de aan Enexis verstrekte lening te kunnen dekken.

De lening is eind 2019 volledig afgelost en de reserve kan dan vrijvallen ten gunste van de Reserve majeure projecten.

 

Naam reserve

Reserve bovenwijkse voorzieningen

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

De reserve is ingesteld met het doel investeringen te kunnen dekken waarvan het nut zich over meerdere wijken of buurten uitstrekt.

Toelichting

De voeding vanuit de grondexploitatie en vanuit provinciale middelen voor binnenstedelijke vernieuwing is gestopt. In de nota Reserves en voorzieningen 2015 was al voorgesteld om deze reserve op te heffen en middelen met de nog onderliggende verplichtingen (aanleggen parkeerplaatsen) naar de Algemene reserve te brengen.

 

Naam reserve

Egalisatiereserve automatisering

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Egaliseren van de jaarlijkse uitgaven in verband met hard- en software

Toelichting

De jaarlijkse uitgaven kunnen fluctueren. Om deze reden wordt een eventuele onderbesteding op het jaarlijkse ICT budget toegevoegd aan de reserve en bij overbesteding onttrokken aan deze reserve. Het ambitieniveau op automatiseringsgebied zal van invloed zijn op de jaarlijkse voeding van de reserve.

 

Naam reserve

Reserve Majeure projecten

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Het dekken van investeringen voor projecten > dan € 0,5 miljoen die niet uit de reguliere begroting of anderszins kunnen worden gedekt.

Toelichting

Deze reserve is ingesteld bij de Nota reserves en voorzieningen 2006 om grote incidentele baten te reserveren en vervolgens op basis van integrale afweging gericht in te zetten op de diverse beleidsterreinen. Hiermee wordt voorkomen, dat grote incidentele meevallers worden ingezet voor projecten die op dat moment bekend zijn, terwijl mogelijk op termijn deze gelden voor andere doelen, c.q. projecten beter en efficiënter kunnen worden ingezet. Inzet vindt plaats op basis van integrale afweging bij Kadernota en Programmabegroting.

De reserve blijft in stand voor het afgesproken bestedingsdoel tot het moment dat deze volledig is besteed. De ondergrens voor hieruit te financieren investeringsprojecten is vastgesteld op een bedrag van € 500.000. De Reserve majeure projecten maakt evenals de Algemene reserve en de Reserve grondexploitatie onderdeel uit van de weerstandscapaciteit.

Aan de reserve is geen plafond toegekend. De raad kan echter bij zowel de Kadernota als Programmabegroting de omvang van deze reserve heroverwegen.

 

Naam reserve

Reserve vervanging kunstgrasvelden

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Het dekken van de vervangingskosten van de toplagen van kunstgrasvelden

Toelichting

De gemeente is eigenaar van de kunstgrasvelden. Verengingen huren deze. Omdat de gemeente verantwoordelijk is voor toekomstige vervanging van de toplaag van de kunstgrasvelden wordt hiervoor gereserveerd (zie ook Raadsbrief in zaaknr. 586616).

 

Naam reserve

Reserve Digitale Basiskaart (BGT)

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Middelen waren via de algemene uitkering ontvangen als voorfinanciering van de door de gemeenten te maken kosten voor de BGT.

Toelichting

Per 1 januari 2016 is de BGT dé grootschalige digitale basiskaart van heel

 

Nederland. De voorfinanciering is afgewikkeld. Daarin kan de reserve opgeheven worden.

 

Naam reserve

Reserve Bodemsanering

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Deze reserve is ingesteld om de kosten te dekken m.b.t. de sanering van de schil rondom de woonwijk ’t Gijmink..

Toelichting

Door de Provincie/Rijk worden hiervoor subsidie verstrekt. Het aandeel van de Gemeente ( ± 10%) wordt door deze reserve gedekt.

 

Naam reserve

Reserve Sociale domein

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Financiering van voorstellen ter stimulering van vernieuwende ontwikkelingen binnen het sociaal domein.

Toelichting

In de vorige Nota reserves en voorzieningen zijn een aantal reserves waarvan de bestemming dicht bij elkaar ligt samengevoegd in één Reserve sociaal domein. Een eenduidig bestedingsdoel ontbrak. In de Kadernota 2017 is het voornemen uitgesproken deze reserve te evalueren. Daarom stellen we voor deze reserve te bestemmen voor financiering van voorstellen ter stimulering van vernieuwende ontwikkelingen binnen het sociaal domein.

 

Naam reserve

Reserve Onderhoud wegen

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Deze reserve is ingesteld om de extra kosten aan wegenonderhoud veroorzaakt door werkzaamheden voor het leggen van kabels en leidingen, de zogenaamde ‘degeneratiekosten’, te dekken.

Toelichting

De reserve wordt gevoed door de vergoedingen van de verleende vergunningen aan betreffende bedrijven (bijvoorbeeld KPN, Cogas en Reggefiber).

 

Naam reserve

Reserve Transitiekosten

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve.

Bestedingsdoel

Gedurende de beginperiode van uitvoering nieuwe taken sociaal domein eventuele nadelen binnen sociaal domein afdekken.

Toelichting

Wij stellen opheffing van de Reserve Transitiekosten sociaal domein voor, zodra deze reserve uitgeput is.

Bij de start van de nieuwe taken (transities per 1 januari 2015) heeft de raad de keuze gemaakt om de jaren 2015 tot en met 2017 als een overgangstermijn te beschouwen en daarna te bezien hoe de structurele uitgaven zich binnen het gehele taakveld zullen ontwikkelen. Het instellen van een overgangstermijn ging gepaard met de vorming van een Transitiereserve sociaal domein, waaruit gedurende die jaren eventuele tekorten konden worden gedekt.

Uit de Programmabegroting 2018 blijkt dat de gemeente structureel te kort komt op de uitvoering van de nieuwe taken en dat de Transitiereserve medio

2018 uitgeput zal zijn. Inmiddels zijn er in de meerjarenbegroting ook structureel algemene middelen ingezet om de nieuwe taken sociaal domein uit te kunnen voeren. Daarmee is het ‘gesloten financiële circuit’ van nieuwe taken sociaal domein doorbroken en is er geen aanleiding meer voor het in stand houden van deze reserve op het moment dat deze uitgeput is.

 

Naam reserve

Reserve onderhoud openbare verlichting

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Deze reserve is bij raadsbesluit over het Beleidsplan Openbare Verlichting

 

2013 – 2018 ingesteld (zaaknr. 0029871).

Toelichting

Vanaf 2014 is voor openbare verlichting een budget van € 288.593 beschikbaar. Bij de vorming van deze reserve is er vanuit gegaan dat dit bedrag in de toekomst ongewijzigd blijft. Door de financiële voordelen ten gevolge van de besparing op kosten voor beheer, onderhoud en energie tot en met 2018 te storten in een egalisatiereserve openbare verlichting en deze in te zetten als dekkingsmiddel voor de jaren na 2018, hier ontstaat namelijk een tekort, kunnen de tekorten tot 2024 worden gedekt. Daarna gaat er een tekort ontstaan waar te zijner tijd aanvullende dekking voor moet worden gezocht. Dit zal worden meegenomen in het volgende Beleidsplan Openbare Verlichting.

 

Naam reserve

Reserve Buurtsportcoaches

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Deze reserve is ingesteld om de kosten van het project buurtsportcoaches te dekken.

Toelichting

In deze reserve worden de ontvangen en nog te ontvangen jaarlijkse rijksbijdragen gestort. De eenmalige en structurele kosten van het project kunnen de komende jaren ten laste van deze reserve worden gebracht.

 

Naam reserve

Reserve Garantstellingsprovisie lening Zenkeldamshoek

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Deze reserve is ingesteld om eventuele toekomstige aanspraken op de garantstelling af te dekken.

Toelichting

In deze reserve wordt de jaarlijks ontvangen garantstellingprovisie gestort. De extra kapitaallasten van de bijstorting in OMZ worden ook ten laste van deze reserve gebracht

 

Naam reserve

Reserve duurzaamheid

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

In de Kadernota 2016 is deze reserve in het leven geroepen om duurzame investeringen met een verdienmodel te kunnen financieren. In de

Programmabegroting 2017 is geconstateerd dat rendabele investeringen (die in hun exploitatieperiode meer baten dan lasten opleveren) niet uit een reserve hoeven te worden gefinancierd. Want de kapitaallasten kunnen door de opbrengsten van de investering worden gedekt.

De Reserve duurzaamheid is sindsdien bedoeld voor financieel onrendabele uitgaven op het gebied van duurzaamheid, zoals bijvoorbeeld het uit te voeren Programma duurzaamheid en allerlei activiteiten die bijdragen aan een energieneutraal Hof van Twente 2035 (Routekaart).

Voor zover de reserve gevoed gaat worden met garantstellingsprovisies, heeft dat deel een bufferfunctie voor risico’s die verbonden zijn aan gemeentelijke garantstellingen op duurzame investeringen door derden.

Toelichting

In de Programmabegroting 2017 is bepaald dat voeding van deze reserve kan plaatsvinden door provisies voor gemeentelijke garantstelling op investeringen door energiecoöperaties. De daaruit verkregen middelen vormen dan een buffer voor de met de garantstelling gemoeide risico’s. Ook positieve exploitatieresultaten van door de gemeente zelf gepleegde financieel rendabele investeringen in groene energie worden aan deze reserve toegevoegd. Een voorbeeld van het laatste vormen de zonnepanelen op het gemeentehuis. Iets dergelijks zou ook kunnen gebeuren met exploitatiesaldi van zonnevelden op gemeentelijke gronden.

De reserve kent geen maximale omvang.

 

Naam reserve

Reserve Economisch stimulerings- en participatiefonds (ESP)

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Deze bij Kadernota 2016 gevormde reserve van oorspronkelijk € 1,5 financiert de uitvoering van de Sociaal-economische visie. In deze visie hebben de volgende thema’s de nadruk: detailhandel, vrijetijdseconomie, arbeidsparticipatie en duurzaamheid.

Toelichting

De raad heeft begin 2016 besloten over deze visie en ingestemd met de daaronder liggende actieplannen (zaaknr. 572467). Op realisatie van de vanuit deze reserve te bereiken doelstellingen wordt via een zogenaamd ‘dashboard’ gestuurd.

 

Naam reserve

Reserve dekapitaliseren uren wegen

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Sinds 2017 worden geen uren eigen personeel meer op kapitaalkredieten geschreven. Dat betekent dat deze uren in eens ten laste van de exploitatie komen in niet meer worden afgeschreven. Bij 1e Berap 2016 is een reserve van € 750.000 gevormd voor opvang van het budgettair nadeel. Na ongeveer 15 jaar zijn de kapitaallasten over de tot 2017 op kredieten geschreven uren uit de begroting verdwenen en eindigt de compensatie vanuit deze reserve.

Toelichting

Na ongeveer 15 jaar zijn de kapitaallasten over de tot 2017 op kredieten geschreven uren uit de begroting verdwenen en eindigt de compensatie vanuit deze reserve.

 

Naam reserve

Reserve integraal uitvoeringsplan asbestsanering

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Ter uitvoering van het Masterplan asbest 2017-2024 heeft de gemeenteraad bij Kadernota 2017 ingestemd met het instellen van deze reserve en deze te vullen met een bedrag van bijna € 6 miljoen. Hieruit kunnen de kosten tot en met 2021 worden gedekt.

Toelichting

Totale kosten worden geraamd op € 8 mln. De resterende € 2 mln zal in de komende kadernota’s voor 2022 – 2023 moeten worden vrijgemaakt. Dan zal er tevens beter zicht zijn op de daadwerkelijke cijfers, afspraken en omvang.

 

Naam reserve

Reserve Agenda voor Twente

Soort

Bestemmingsreserve

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Voor de bijdrage aan de Agenda van Twente 2018-2022 is in de

Programmabegroting 2018 € 2,2 mln gereserveerd. Daaruit wordt gedurende 5 jaar een maximale bijdrage van € 12,50 per inwoner aan de agenda bijgedragen.

Toelichting

Voorheen verliep de financiering via een superdividend van Twence. In deze agenda worden ook de belangen van niet-stedelijke gemeenten in Twente, waaronder landbouw/ agro-industrie en vrijetijdseconomie behartigd.

 

Afschrijvingsreserves

 

Zie hiervoor de lijst in bijlage 1. Voor al deze afschrijvingsreserves geldt:

 

Soort

Bestemmingsreserve (afschrijvingsreserve)

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Ieder jaar wordt het bedrag van de afschrijving van dit activum aan deze reserve onttrokken.

Toelichting

Op grond van het BBV dienen investeringen bruto te worden verantwoord. Om toch de lasten van deze investering in de begroting te verlagen wordt de jaarlijkse afschrijving uit deze reserve gedekt. De rente over de reserve wordt toegevoegd aan de exploitatie. Deze toegevoegde rente geldt als dekking voor de rentekosten op de investering. Uitgangspunt is dat de jaarlijkse kapitaallasten in de begroting zijn gedekt.

 

Voorzieningen

 

Naam Voorziening

Voorziening wethouderspensioenen

Soort

Voorziening voor verplichting

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Toekomstige aans[raken van wethouders op ouderdomspensioen.

Toelichting

Op grond van de wet APPA bestaat voor wethouders het recht op pensioenafdracht na afloop van hun periode. De jaarlijkse dotatie is gebaseerd op een actuariële berekening van de pensioenaanspraken.

 

Naam voorziening

Voorziening groot onderhoud overige gemeentelijke gebouwen

Soort

Onderhoudsegalisatievoorziening

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Kosten van groot onderhoud van alle gemeentelijke gebouwen, met uitzondering van de schoolgebouwen.

Toelichting

De voorziening is gebaseerd op een onderhoudsplan gemeentelijke gebouwen. Jaarlijks wordt een bedrag toegevoegd op basis van dit plan.

 

Naam voorziening

Voorziening onderhoud Molen van Buursink Markelo

Soort

Voorziening derden gelden met specifieke besteding

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Het in goede staat van onderhoud houden van de Molen van Buursink.

Toelichting

Het betreft een voorziening voor het toekomstig onderhoud gebaseerd op afspraken vanuit de voormalige gemeente Markelo met de Stichting Vrienden van de molen van Buursink.

 

Naam voorziening

Voorziening St. Beheer Den Haller

Soort

Voorziening derden gelden met specifieke besteding

Rentebesparing

Toevoegen aan de exploitatie

Bestedingsdoel

Instandhouding van het monument

Toelichting

Bij de verkoop van het pand Den Haller te Diepenheim is notarieel vastgelegd dat de opbrengst beschikbaar blijft voor de instandhouding van het monument.

 

Naam reserve

Voorziening riolering

Soort

Voorziening derden gelden met specifieke besteding

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

De reserve is gevormd met het doel onderhoud en vervangingsinvesteringen te kunnen doen aan het gemeentelijk rioolstelsel. Daarnaast is deze reserve gevormd om de tarieven voor het rioolrecht gelijkmatig te laten ontwikkelen.

Toelichting

De reserve is tevens een uitvloeisel van het gesloten kosten- en batensysteem dat wordt gehanteerd voor de gemeentelijke rioleringstaak. Incidentele baten en lasten kunnen zo nodig via deze reserve worden verrekend. Het GRP is hiervoor als onderlegger.

 

Naam reserve

Voorziening Afvalstoffen

Soort

Voorziening derden gelden met specifieke besteding

Rentebesparing

Toevoegen aan de reserve

Bestedingsdoel

Deze reserve is ingesteld ter egalisatie van de kosten van ophalen en verwerken (huis)vuil. Een 2e doel van deze reserve is een gelijkmatige en beheerste ontwikkeling van de tarieven te bewerkstelligen.

Toelichting

De reserve is tevens een uitvloeisel van het gesloten kosten- en batensysteem dat wordt gehanteerd voor de gemeentelijke afvalverwerking. Incidentele baten en lasten kunnen zo nodig via deze reserve worden verrekend. Afvalstoffenheffing is nu kostendekkend.

 

Bijlage 3 Overzicht grootboekrekeningen Reserve transitiekosten

 

611

66113000

Sociale werkvoorziening

Bijdrage aan W.S.W.-bedrijven

66114000

Wet Kinderopvang

623

66232000

Re-integratie- en participatievoorzieningen Participatiewet Wwb: Reïntegratie

66232010

Wwb: Reïntegratie, trajectkosten

66232012

Wwb: Reïntegratie, trajectkosten ROZ-Hengelo

66232020

Wwb: Reïntegratie, werkdeel

66232022

Wwb: Reïntegratie, werkdeel ROZ-Hengelo

66233000

Wet Inburgering

661

66611010

Maatwerkvoorzieningen Natura materieel Wmo

Rolstoelvoorzieningen

66611040

Woonvoorzieningen

662

66611020

Maatwerkvoorzieningen Natura immaterieel Wmo

Individuele vervoersvoorzieningen

66621010

WMO/Zorg ZIN Persoonlijke verzorging

66621020

WMO ZIN Begeleiding (Onderst. Zelfstandig Leven)

66621025

WMO ZIN Dagbesteding (Onderst. Maatsch.Deelname)

66621030

WMO ZIN Vervoer dagbesteding

66621040

WMO ZIN Kortdurend verblijf

66621050

WMO ZIN HH

66621055

WMO ZIN HH Toelage

66621060

Vervoersvoorzieningen

66621070

WMO Vervoer

663

66631000

Opvang en beschermd wonen Wmo Opvang en beschermd wonen WMO

667

66671000

Eigen bijdragen maatwerkvoorzieningen en opvang Wmo

Eigen bijdrage rolstoelvoorzieningen

66672000

Eigen bijdrage WMO maatwerk en opvang

66673000

Eigen bijdrage ZIN en PGB

670

66521030

Algemene voorzieningen Wmo en Jeugd

Regionaal collectief vervoer

66701000

Algemene voorzieningen WMO en Jeugd

66701010

WMO: Algemene kosten

66701020

WMO: De k a nt el in g

66701030

Brede Welzijnsinstelling Salut

66704000

AMW/Indicatiecie/ouderenwerk

66705000

Regionaal collectief vervoer

66707030

WMO ; Coörd. Vrijwill. huiszorg/mantelzorg

671

66711000

Eerstelijnsloket Wmo en Jeugd eerstelijnsloket

66712000

Dov e nt ol k

66713000

Clientondersteuning MEE

66714000

Ondersteuning Mantelzorg

66715000

extramur al is er in g

66716000

afschaffing Wt c g/ C E R

66717000

Sociale Wi jk te a m s

66718000

Bureau Jeugdzo rg 1 8 -2 3

66719000

Experiment Regelarme ins te lli ng e n

 

 

672

PGB WMO en Jeugd

66721000 PG B J eu g d

66722000 WMO: Hulp bij het huis h o ud e n

66723000 PGB Begeleid in g

677

66771020

Eigen bijdragen algemene voorzieningen Wmo en Jeugd

Opbrengsten Vervoersvoorz ie ni ng e n

66771030

Opbrengsten collectief vervoer

682

66821000

Individuele voorzieningen Natura Jeugd

Je u gd ZI N

66821031

Jeugd, zonder verblijf: wijk- of buurtteam

66821032

Jeugd, zonder verblijf: ambulante jeugdhulp

66821033

Jeugd, zonder verblijf: daghulp op locatie

66821034

Jeugd, zonder verblijf: hulp in netwerk jeugd

66821035

Jeugd, met verblijf: pleegzorg

66821036

Jeugd, met verblijf: gezinsgericht

66821037

Jeugd, met verblijf: gesloten plaatsing

66821038

Jeugd, met verblijf: overig residentieel

66822000

Jeugd Eerstelijns zorg GG Z ZV W

66823000

Jeugd Tweedelijns zorg GGZ ZVW

66824000

Landelijk Transitie Arrangement Jeugd

683

66831000

Veiligheid, jeugdreclassering en opvang Jeugd jeugdbescherming/reclassering

66832000

Jeugd: AMHK

66833000

Jeugd: Cris is d ie ns t

66834000

Jeugd: Regionale expertise fu nc ti e

66835000

Jeugdz or g P lu s

66836000

Specialistische je u gd h ul p

687

66871000

Ouderbijdragen individuele voorzieningen en opvang Jeugd

Ouderbijdragen individuele voorz. en opvang jeugd