Beleidsregel wet aanpak woonoverlast Aa en Hunze

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregel wordt verstaan onder:

• a.

  Awb: Algemene wet bestuursrecht;

• b.

  APV: Algemene plaatselijke verordening gemeente Aa en Hunze 2020;

• c.

  bestuurlijke waarschuwing: een schriftelijke waarschuwing van de burgemeester, geen besluit zijnde, waarin hij de geadresseerde sommeert te stoppen met het veroorzaken van ernstige en herhaaldelijke hinder;

• d.

  ernstige en herhaaldelijke hinder: overlast, in welke vorm dan ook, die naar algemene maatstaven in het maatschappelijk verkeer als ernstig valt te kwalificeren en die herhaaldelijk wordt veroorzaakt;

• e.

  veroorzaker(s): persoon/personen waardoor de ernstige en herhaaldelijke hinder wordt veroorzaakt;

• f.

  omwonenden: personen die in de nabijheid van het adres waarop overlast wordt veroorzaakt woonachtig zijn.

Artikel 2 Verantwoordelijke partij

• 1.

  De burgemeester maakt pas gebruik van zijn bevoegdheid als bedoeld in artikel 2:79 APV nadat, daar waar nodig met inschakeling van hulpverlening:

   

  • a.

    omwonenden samen met de veroorzaker van de ernstige en herhaaldelijke hinder niet tot een geschikte oplossing komen, en/of;

  • b.

    in geval van een verhuurde woning: de verhuurder van de woning al datgeen in zijn macht ligt heeft gedaan, dan wel zich niet of op een verkeerde manier heeft ingezet, om de ernstige en herhaaldelijke hinder te voorkomen/beëindigen, en/of;

  • c.

    buurtbemiddeling is geweigerd of niet tot een geschikte oplossing heeft geleid om de ernstige en herhaaldelijke hinder te beëindigen, en/of;

  • d.

    Stichting Attenta (of lokaal soortgelijk) er zelf niet in is geslaagd om de ernstige en herhaaldelijke hinder te (laten) beëindigen, en/of;

  • e.

    is gebleken dat andere wettelijke bevoegdheden (zoals toepassing civiel recht, Gemeentewet, Opiumwet, Woningwet, Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg) geen soelaas bieden.

• 2.

  Wanneer de melding van woonoverlast rechtstreeks bij de burgemeester wordt gedaan voordat de partijen genoemd in lid 1 van dit artikel actie hebben ondernomen, wordt de melding doorgezet naar de verantwoordelijke partij.

Artikel 3 Inhoud melding

De melding als bedoeld in artikel 2 moet schriftelijk worden ingediend en in elk geval bevatten:

• a.

  de naam en adres van de melder;

• b.

  het adres van de woning dan wel het erf van waaruit de ernstige en herhaaldelijke hinder wordt veroorzaakt;

• c.

  de naam/namen van de veroorzakers;

• d.

  de aard van de hinder;

• e.

  de ernst van de hinder, hoe vaak en wanneer die voorkomt;

• f.

  wat de melder zelf heeft ondernomen om de ernstige en herhaaldelijke hinder te beëindigen.

Artikel 4 Dossieropbouw

De gemeente verzamelt de meldingen, registraties, gespreksverslagen, sfeerrapportages, notities, etc. per casus in een deugdelijk dossier.

Artikel 5 Handelwijze burgemeester

• 1.

  Voordat de burgemeester gebruik maakt van zijn bevoegdheid ex artikel 2:79 van de APV om de ernstige en herhaaldelijke overlast te beëindigen, geeft hij de veroorzaker een bestuurlijke waarschuwing;

• 2.

  Indien de veroorzaker van de ernstige en herhaaldelijke hinder na de bestuurlijke waarschuwing als bedoeld in lid 1 de hinder niet beëindigt, kan de burgemeester op grond van artikel 2:41a van de APV besluiten tot het opleggen van een last onder dwangsom. Voordat de last onder dwangsom wordt opgelegd wordt eerst het voornemen van het opleggen van de last aan de veroorzaker kenbaar gemaakt en om een zienswijze van de veroorzaker verzocht;

• 3.

  Indien de veroorzaker van de ernstige en herhaaldelijke hinder na het verbeuren van de dwangsom als bedoeld in lid 2 de hinder niet beëindigt, kan de burgemeester op grond van artikel 2:79 van de APV besluiten tot het opleggen van een last onder bestuursdwang. Voordat de last onder bestuursdwang wordt opgelegd wordt eerst het voornemen van het opleggen van de last aan de veroorzaker kenbaar gemaakt en om een zienswijze van de veroorzaker verzocht;

• 4.

  Wanneer de vereiste spoed zich verzet tegen een bestuurlijke waarschuwing als bedoeld in lid 1, kan de burgemeester besluiten tot het direct opleggen van een last onder dwangsom als bedoeld in lid 2;

• 5.

  Indien financiële, psychische en/of andere bijzondere omstandigheden van de veroorzaker daarvoor aanleiding geven, kan de burgemeester besluiten de fase van het geven van een bestuurlijke waarschuwing als bedoeld in lid 1 en/of het opleggen van een last onder dwangsom als bedoeld in lid 2 over te slaan, en in plaats daarvan meteen een last onder bestuursdwang op te leggen als bedoeld in lid 3;

• 6.

  Indien de genoemde maatregelen in lid 2 en 3 van dit artikel geen effect hebben dan wel wanneer de reële verwachting bestaat dat deze maatregelen niet (binnen de gestelde termijn) tot het beoogde resultaat zullen leiden, kan de burgemeester een verbod opleggen om aanwezig te zijn in of bij de woning van waaruit de ernstige en herhaaldelijk hinder wordt veroorzaakt, voor de duur van tien dagen. Bij ernstige vrees voor verdere overtreding wordt het verbod verlengd tot maximaal vier weken. Bij het opleggen van een dergelijk tijdelijk huisverbod is de Wet tijdelijk huisverbod van toepassing.

Artikel 6 Kosten van de maatregelen

Uitgangspunt bij de toepassing van bestuursdwang is dat kosten daarvan voor rekening van de overtreder van de zorgplicht (artikel 2:79 APV) komen.

Artikel 7 Handhaving

Het toezicht op de naleving van de opgelegde last is belegd bij de politie en bij de buitengewone opsporingsambtenaren en toezichthouders van de gemeente Aa en Hunze.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na haar bekendmaking.