Organisatie | Son en Breugel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening commissie lokaal sociaal bemiddeling Son en Breugel 2022 |
Citeertitel | Verordening commissie lokaal sociaal bemiddeling Son en Breugel 2022 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Verordening commissie lokaal sociaal bemiddeling Son en Breugel 2022 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-07-2022 | Nieuwe regeling | 16-06-2022 | 1100808 |
Artikel 3 Taken commissie lokaal sociaal bemiddeling
De commissie heeft als taak om te bemiddelen in het geval er een controversieel vraagstuk op tafel komt tussen een inwoner en de gemeente op het gebied van het sociaal domein. De commissie gaat op zoek naar de best mogelijke oplossing voor de ontstane controverse die een adequate oplossing van de hulpvraag van een inwoner in de weg staat. De commissie lokaal sociaal bemiddeling adviseert betrokken partijen over haalbare oplossingen voor vraagstukken in het sociaal domein.
De commissie adviseert over de best passende, legitieme oplossing voor een probleem. De commissie neemt hierbij geen casuïstiek over. Bij het aangeven van mogelijkheden is de commissie niet beperkt tot gemeentelijke regelingen, maar kan ook naar andere overheids- en particuliere mogelijkheden verwijzen.
Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 16 juni 2022.
De raad voornoemd,
De plv. raadsgriffier, Moniek Weerts
De voorzitter, Hans Gaillard
Op 4 februari 2021 is de motie lokaal sociaal de middelaar door de raad aangenomen. Om de onafhankelijke positie van de lokaal sociaal bemiddelaar te waarborgen, is deze verordening opgesteld. De gemeenteraad kan een commissie lokaal sociaal bemiddeling instellen gelet op artikel 84 van de Gemeentewet.
Dit artikel bevat enkele definities om te voorkomen dat bepaalde begrippen telkens in hun geheel moeten worden uitgeschreven.
Met deze verordening wordt gekozen voor een commissie lokaal sociaal bemiddeling met één lid.
Hierin zijn de taken vastgelegd. De lokaal sociaal bemiddelaar is er voor inwoners en voor de gemeente. De bemiddelaar is in de uitvoering onafhankelijk van de gemeente. Dat wil zeggen dat de bemiddelaar zonder toestemming of overleg, problemen van inwoners mag aanhoren en zaken mag oppakken. Het gaat dan expliciet over zaken die betrekking hebben op het gemeentelijk sociaal domein waaronder de Jeugdwet, Wmo, Inkomens ondersteuning (Participatiewet, IOAW, IOAZ, BBZ2004, Minimabeleid).
Het lid dient in staat te zijn zelfstandig gesprekken en bemiddelingen te begeleiden en zich ervan bewust te zijn dat de uitspraken die de bemiddelaar doet een grote lading hebben.
In het proces bevinden de werkzaamheden van de lokaal sociaal bemiddelaar zich voor het proces van bezwaar, beroep en klachten als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Het lid wordt benoemd voor een periode van twee jaar.
Dit artikel handelt over het ontslag van het lid en over de mogelijkheid (of soms verplichting) het lid op non-activiteit te stellen in bepaalde situaties. Ontslaggrond bij onvrijwillig ontslag is o.a. gebleken ongeschiktheid en indien het lid naar oordeel van de raad ernstig nadeel toebrengt in het in het lid gestelde vertrouwen.
In dit artikel wordt de werkwijze van de commissie beschreven.
De commissie legt jaarlijks verantwoording af over de werkzaamheden en het budget. De verantwoording van de commissie is in beginsel openbaar maar op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur kunnen verantwoordingen of gedeelten daarvan als geheim worden aangemerkt.
In dit artikel is de vergoeding voor het lid vastgelegd. Het lid krijgt een vaste maandelijkse vergoeding voor de werkzaamheden van € 500. Er is voor een vaste maandelijkse vergoeding gekozen omdat de uren inzet nog onbekend is. Om de binding met de functie te houden, wordt de maandelijkse vergoeding als bindingsvergoeding ingezet. Het lid werkt dus maandelijks minimaal een aantal uur.
Bij de kadernota van 2021 is er een budget van € 20.000 per jaar vrijgemaakt voor 2022 en 2023. Aanvullend op de maandelijkse vergoeding ontvangt het lid een werkbudget voor de uitgevoerde werkzaamheden van maximaal € 14.000. Voor 2022 is het werkbudget afhankelijk van de aanstelling van het lid, omdat het lid later in het jaar wordt aangesteld en er over de eerste maanden van het jaar geen maandelijkse vergoeding verstrekt is geweest en er dus meer werkbudget beschikbaar is.
De omvang van het benodigde budget zal pas in de loop van de tijd bepaald kunnen worden wanneer er ervaring is opgedaan met het feitelijk functioneren van de commissie lokaal sociaal bemiddeling.
Dit artikel behoeft geen toelichting.