Organisatie | Cranendonck |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels kleine zoninitiatieven |
Citeertitel | Beleidsregels kleine zoninitiatieven |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Schuilhuttenbeleid |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-07-2022 | nieuwe regeling | 24-05-2022 |
In toenemende mate ontvangt de gemeente verzoeken voor grondgebonden zonnepaneelinstallaties in het buitengebied. Het eigen of een aanliggend perceel wordt vaak ingezet voor het opwekken van stroom voor het huishouden. In tegenstelling tot panelen op daken is de afweging en wenselijkheid van dit soort installaties moeilijker te beoordelen. Om daar een eenduidige lijn in te trekken zijn door vakspecialisten RO, VTH, Groen en Duurzaamheid bijbehorende beleidsregels opgesteld.
Gronden, gelegen binnen het bestemmingsplan buitengebied
Casus A: Bouwen van bouwwerken buiten het bouwvlak of het benutten van bestaande bouwwerken t.b.v. zonnepanelen
Vanuit ruimtelijk opzicht is het niet wenselijk om bouwwerken buiten het bouwvlak op te richten, of binnen het bouwvlak aan te houden bij een transformatie van een agrarisch bedrijf. In dit soort situaties geldt een kritische sloopopgave, welke niet kan worden ontlopen door dit dakoppervlak in te zetten voor energieopwek. Hiervoor wordt het hoofdgebouw/woongebouw geschikter geacht.
Beleidsregel: Het aanhouden van bijgebouwen dient zo veel als mogelijk te worden ontmoedigd, ook als hier kansen voor energieopwek liggen. Aan het oprichten van nieuwe gebouwen, stallingen of overkappingen, gelegen buiten het bouwvlak, wordt niet meegewerkt.
Vanwege het geringe dakoppervlak en de vaak grote afstand tot een (stroomverbruikend) hoofdgebouw is het niet waarschijnlijk dat schuilhutten veel voor energieopwek gebruikt zullen worden. Echter, onvoorstelbaar is het niet.
Beleidsregel: Bij bestaande, vergunde, schuilhutten is de plaatsing van zonnepanelen op dak vergunningsvrij wanneer aan de daarvoor geldende voorschriften wordt voldaan. Bij nieuwe schuilhutten dient het benutten van de installatie voor eigen gebruik te worden aangetoond. Overige regels voor het plaatsen van schuilhutten gelden onverkort.
Casus C: Grondgebonden zonneinstallaties
Het meest voorkomende verzoek binnen de reikwijdte van dit beleidskader is de klassieke grondopstelling van zonnepanelen, al dan niet geplaatst op stellages van ca. 1,50m hoog.
Aan grondgebonden installaties kan meegewerkt worden volgens het principe ‘ja, mits’ waarbij de volgende voorwaarden onverkort gelden:
Afhankelijk van de grootte van het bouwvlak/bestemmingsvlak waarvoor de zonnepanelen gebruikt gaan worden gelden de volgende aanvullende eisen:
Kleinere percelen kunnen na de voorgaande stappen doorlopen te hebben zonnepanelen elders plaatsen (buiten het bouwvlak/bestemmingsvlak), onder voorwaarde dat:
Verdere overwegingen ten aanzien van groen en landschap:
Doorzichten op landschappen en bolle akkers dienen behouden te worden, evenals de waarden ‘openheid’ en ‘waardevolle open ruimte’ welke zijn gedefinieerd in de Visie Bebouwingsconcentraties. Plaatsing van installaties is hier niet toegestaan mits aangetoond is dat het beschreven doorzicht, bolle akker of landschappelijke waarde niet meer actueel is.
Ten aanzien van het kappen van groen of beplanting om een installatie te kunnen realiseren is de stelregel ‘nee, tenzij’. Het bijkomend voordeel van de kap dient te worden aangetoond. Een herplant op een andere locatie waar een betere kwaliteit beplanting wordt gerealiseerd kan hier een voorbeeld van zijn. Op basis van maatwerk zal hier beoordeeld moeten worden.