Organisatie | Soest |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Verkeersontheffingen |
Citeertitel | Beleidsregels verkeersontheffingen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990)
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-09-2013 | nieuwe regeling | 25-08-2013 | 1065018 |
Soms is het noodzakelijk dat een burger of bedrijf op een plaats in Soest of Soesterberg moet zijn waar verkeerstekens en verkeersregels dit onmogelijk maken. Hiervoor worden door de gemeente Soest verkeersontheffingen verleend. Om te voorkomen dat gevaarlijke situaties ontstaan door een teveel aan voertuigen met een ontheffing, wordt de ontheffing slechts onder strikte voorwaarden verleend. In deze beleidsregels is opgenomen onder welke voorwaarden de gemeente Soest verkeersontheffingen verleent.
Deze beleidsregel gaat over het verlenen van ontheffing van verkeersregels zoals deze zijn opgenomen in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV 1990) en in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Sommige werkzaamheden en activiteiten kunnen uitsluitend worden uitgevoerd als verkeerstekens en verkeersregels worden overtreden. Bijvoorbeeld de chauffeur van een vuilniswagen die een bord met "verboden om stil te staan" of "verboden in te rijden" moet negeren om vuilnis op te kunnen halen.
De beleidsregels gaan niet over:
In hoofdstuk 2 is een overzicht opgenomen van de verkeersregels en verkeerstekens waarvoor de gemeente Soest een ontheffing kan verlenen. In hoofdstuk 3 zijn de voorwaarden opgenomen om voor een dergelijke ontheffing in aanmerking te komen. In hoofdstuk 4 zijn bepalingen over het aanvragen en verlenen van een verkeersontheffing opgenomen. Het document sluit in hoofdstuk 5 af met een aantal algemene (juridische) bepalingen.
2. VERKEERSREGELS EN -TEKENS WAARVOOR ONTHEFFING KAN WORDEN VERLEEND
In Nederland zijn de verkeersregels vastgesteld in het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990). Voor een deel van deze verkeersregels is de gemeente Soest bevoegd om ontheffing te verlenen. Daarnaast heeft de gemeente een aantal aanvullende bepalingen ter regeling van het verkeer opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Ook hiervan kan het college van burgemeester en wethouders in sommige gevallen ontheffing verlenen. In dit hoofdstuk worden in paragraaf 2.1 allereerst de bepalingen in het RVV 1990 benoemd waarvoor ontheffing kan worden verleend. Voor verkeersregels en verkeertekens die niet in paragraaf 2.1 zijn opgenomen is de gemeente Soest niet bevoegd tot het verlenen van een ontheffing. In paragraaf 2.2 is een bepaling uit de APV opgenomen waarvan op basis van deze beleidsnota eveneens ontheffing kan worden verleend, vanwege de samenhang van dit artikel met het bepaalde in het RVV 1990.
2.1 REGLEMENT VERKEERSREGELS EN VERKEERSTEKENS (RVV 1990)
In artikel 87 van het RVV 1990 is opgenomen van welke artikel door het bevoegd gezag ontheffing kan worden verleend. In het onderstaande overzicht zijn deze opgenomen voor zover deze van toepassing zijn op wegen in de gemeente Soest.
2.2 ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING (APV)
In hoofdstuk 5 van de APV is een aantal bepalingen over parkeerexcessen opgenomen. Anders dan de verkeersregels in het RVV 1990 dienen deze bepalingen bijvoorbeeld ter bescherming van het uiterlijk aanzien van de gemeente of het voorkomen van hinder en overlast. Deze beleidsregels beogen niet te bepalen onder welke voorwaarden hiervan ontheffing kan worden verleend, met uitzondering van artikel 5:11 vanwege de directe samenhang met artikel 10 RVV 1990.
Art 5:111 |
|
3. DOELEINDEN OM IN AANMERKING TE KOMEN VOOR EEN VERKEERSONTHEFFING
Om te voorkomen dat gevaarlijke situaties ontstaan door een teveel aan voertuigen met een ontheffing, wordt een verkeersontheffing slechts onder strikte voorwaarden verleend. Alleen als het voor de uitvoering van werkzaamheden of activiteiten noodzakelijk is dat met het voertuig verkeersregels moeten worden overtreden, verleent de gemeente Soest ontheffing.
De gemeente Soest onderscheidt de volgende doeleinden van werkzaamheden en activiteiten waarvoor een ontheffing kan worden verleend. Als de motivering niet aansluit bij één van de hierna genoemde doelen, wordt een ontheffing geweigerd.
De werkzaamheden van de aanvrager hebben een zo spoedeisend karakter dat als men niet onmiddellijk in de naaste omgeving van de uit te voeren werkzaamheden kan komen en/of parkeren onevenredige schade zou kunnen ontstaan.
Gedacht kan worden aan (huis)artsen, vroedvrouwen, dierenambulance, beveiligingsdiensten,nutsbedrijven, loodgieters, medewerkers van de (vrijwillige) brandweer, gemeentebestuurders(waaronder in ieder geval de burgemeester) en ambtenaren met een functie in crisisbeheersing. Ookgemeentelijke voertuigen in verband met toezicht en handhaving komen in aanmerking voor een ontheffing.
3.2 DIRECTE VERBONDENHEID VAN HET VOERTUIG AAN DE UIT TE VOERENWERKZAAMHEDEN
In het voertuig waarvoor ontheffing is aangevraagd is apparatuur aangebracht die vast met het voertuig is verbonden en die in de directe omgeving van de uit te voeren werkzaamheden beschikbaar moet zijn.
Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld bouwkranen, zendwagens van radio en tv, compressoren,hoogdrukapparatuur en lasapparatuur. Hierbij geldt dat aantoonbaar moet zijn dat de werkzaamheden niet op een andere wijze of (indien van toepassing) een ander moment kunnen plaatsvinden.
3.3 TE OVERBRUGGEN AFSTAND VOOR LADEN EN LOSSEN
De afstand die in het kader van werkzaamheden met goederen moet worden overbrugd, is zodanig dat in redelijkheid niet verlangd kan worden dat dit zonder gebruikmaking van het voertuig plaatsvindt. Aantoonbaar moet zijn dat het laden en/of lossen noodzakelijk is en niet op een ander moment of op een andere locatie (bijvoorbeeld aan de rand van een afgesloten gebied) kan plaatsvinden.
Gedacht kan worden aan een verhuizing binnen een parkeerschijfzone, het direct laden en lossen van bouwmaterialen, de inzameling van huisvuil, het laden en lossen van bederfelijk voedsel (indien noodzakelijk vanwege HACCP), een waardetransport of een rouwvoertuig.
Een ontheffing ten behoeve van laden en lossen wordt alleen aan bedrijven verleend en niet aanprivépersonen. In principe wordt geen ontheffing verleend voor klein materiaal en gereedschap zoals in het geval van aannemersbedrijven en koeriers- of pakketdiensten.
De werkzaamheden van de aanvrager hebben betrekking op de uitvoering van en/of het toezicht op het onderhoud of de reconstructie van wegen, wegmeubilair, riolering, plassen en waterwegen, groenvoorzieningen en bossen, waarbij het gebruik van een voertuig noodzakelijk is.
Gedacht kan worden aan voertuigen van (medewerkers van) de gemeente en bedrijven die in opdracht van de gemeente werkzaamheden uitvoeren.
3.5 HET BEREIKEN VAN EEN PRIVÉTERREIN
De aanvrager beschikt over een parkeerplaats op eigen terrein of bijvoorbeeld landbouwgrond in een gebied dat is afgesloten voor gemotoriseerd verkeer. Aangetoond moet worden dat het noodzakelijk is dat het perceel met een voertuig kan worden bereikt.
De gemeente Soest zal primair een aanpassing van het verkeersregime overwegen en een uitzondering maken voor “bestemmingsverkeer”. Over het algemeen zal geen ontheffing worden verleend in geval van tijdelijke afsluitingen in verband met evenementen.
3.6 RECREATIEVE OF TOERISTISCHE DOELEINDEN
De aanvrager vraagt ontheffing voor het uitvoeren van activiteiten met een recreatief of toeristisch karakter in een gebied dat voor gemotoriseerd verkeer gesloten is of op een wijze die niet past binnen de geldende verkeersregels.
Gedacht kan worden aan het vervoer van personen in een trekkertram ten behoeve van educatieve rondritten of het houden van een rally over afgesloten wegen in het buitengebied.
4. BEPALINGEN OVER HET AANVRAGEN EN VERLENEN VAN EEN VERKEERSONTHEFFING
Iedereen kan een aanvraag voor een verkeersontheffing in de gemeente Soest indienen. Een dergelijke aanvraag moet schriftelijk worden ingediend. Voor het indienen van de aanvraag wordt gebruik gemaakt van het “aanvraagformulier verkeersontheffing”, dat volledig moet worden ingevuld, ondertekend en van alle benodigde bewijsstukken moet zijn voorzien. Op het moment van het indienen van een aanvraag zijn leges verschuldigd. Het maakt daarbij niet uit of de aanvraag wordt toegekend of afgewezen (zie verder 4.3).
Een aanvraag vermeld in ieder geval:
De aanvraag en de daarbij behorende bescheiden moeten in de Nederlandse taal zijn gesteld. Een aanvraag voor ontheffing wordt niet in behandeling genomen als de aanvraag onvolledig is. Naar aanleiding van de aanvraag kan de Gemeente Soest nadere specifieke vragen stellen of bewijsstukken verlangen.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag worden conform de “Verordening op de heffing en de invordering van leges” kosten in rekening gebracht.
De hoogte van de leges wordt jaarlijks vastgesteld. Bij het vaststellen van deze beleidsnota (2013) bedragen de kosten voor een ontheffing op basis van het RVV 1990 € 78,80 per ontheffing. Een ontheffing op basis van de APV kost € 37,50. Bij een volgende herziening van de legesverordening wordt waarschijnlijk ook een tarief vastgesteld voor meervoudige aanvragen. Een meervoudige aanvraag is een aanvraag voor een ontheffing onder dezelfde voorwaarden en condities, maar voor meerdere voertuigen. Voor het tweede en volgende voertuig worden dan lagere kosten in rekening gebracht. Op het moment van vaststellen van deze beleidsnota is dit echter nog niet van toepassing.
Aangesloten wordt bij de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dat wil zeggen dat een beschikking wordt gegeven binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag (conform artikel 4:13 Awb).
Wanneer een aanvraag onvolledig is, wordt de termijn voor het geven van een beschikking opgeschort tot de dag waarop de aanvraag is aangevuld of de daarvoor gestelde termijn ongebruikt is verstreken (conform artikel 4:15 Awb).
In het belang van orde, veiligheid, medische zorg of een andere dringende en bijzondere omstandigheid die onmogelijk eerder voorzien had kunnen worden, kan worden afgeweken van het hiervoor bepaalde en kan een spoedaanvraag worden ingediend ten behoeve van een calamiteit. De gemeente Soest beslist in dergelijke gevallen binnen vijf werkdagen op een aanvraag. Een dergelijke ontheffing wordt niet voor een langere periode verleend dan gezien het spoedeisend belang noodzakelijk is.
Omdat verkeerssituaties kunnen veranderen is het niet mogelijk om een ontheffing aan te vragen waarvan de ingangsdatum verder dan vier maanden is dan de datum van aanvraag.
Een verkeersontheffing kan in ieder geval worden geweigerd:
Bovenstaande geeft een niet-limitatieve opsomming van de gronden waarop een ontheffing kan worden geweigerd.
Als op een aanvraag negatief wordt beschikt ontvangt de aanvrager hiervan bericht met de gronden waarop de gemeente Soest de ontheffing heeft geweigerd. Tegen het weigeren van een verkeersontheffing staat conform het bepaalde in de Awb bezwaar en beroep open. Bij weigering van de ontheffing blijft de aanvrager leges verschuldigd. De aanvrager ontvangt daarom tevens een acceptgiro.
4.6 VERLENEN ONTHEFFING EN BEWIJSKAART
Als op een aanvraag positief wordt beschikt, dan ontvangt de aanvrager een verkeersontheffing, een gewaarmerkte bewijskaart en een acceptgiro voor het betalen van de verschuldigde legeskosten. De bewijskaart dient duidelijk zichtbaar achter de voorruit van het voertuig te worden geplaatst. Als de ontheffing vergezeld gaat van een sleutel of ander voorwerp, kan hiervoor een borgsom in rekening worden gebracht.
Op de bewijskaart staat vermeld:
Op de verkeersontheffing staat daarnaast vermeld:
De verkeersontheffing moet van zo kort mogelijke duur zijn en wordt daarom uitsluitend verleend voor de periode die nodig is voor de werkzaamheden of de periode dat de omstandigheden van toepassing zijn, met een maximumduur van twee jaar. Mocht daarna blijken dat de ontheffing nog langer nodig is, dan kan er een nieuwe aanvraag worden ingediend.
De gemeente Soest verleent de ontheffing alleen voor de (openbare) wegen binnen de gemeente die niet onder het beheer vallen van het Rijk, een provincie of een waterschap. De verkeersontheffing wordt verleend voor een bepaald, zo klein mogelijk, gebied. Slechts in uitzonderlijke gevallen wordt een ontheffing voor de hele gemeente afgegeven.
4.9 VOORSCHRIFTEN, VOORWAARDEN EN BEPERKINGEN
De ontheffinghouder dient de bewijskaart duidelijk zichtbaar achter de voorruit van het voertuig te plaatsen en ervoor te zorgen dat de tekst van buiten het voertuig duidelijk leesbaar is. De bij de bewijskaart horende verkeersontheffing moet te allen tijden in het voertuig aanwezig zijn en moet op eerste vordering van bevoegde ambtenaren aan deze ter inzage worden gegeven. Als niet wordt voldaan aan deze verplichtingen, wordt geacht geen verkeersontheffing te zijn verleend. De bestuurder van het voertuig is verplicht de toezichthouder redelijkerwijs alle medewerking te verlenen (5:20 Awb). Weigering van medewerking valt te beschouwen als een strafbaar feit ex. art. 184 Wetboek van strafrecht.
Aan de ontheffing kunnen specifieke voorschriften worden toegevoegd, bijvoorbeeld stapvoets rijden op fietspad of trottoir etc. De houder mag bij het gebruik van de ontheffing de omgeving en het overige verkeer nooit in gevaar brengen (Wegenverkeerswet artikel 5).
De ontheffing mag slechts worden gebruikt ten behoeve van de door de aanvrager omschreven werkzaamheden en/of de te verhelpen calamiteiten welke in de ontheffing zijn opgenomen. Bijvoorbeeld, als een aannemer een verkeersontheffing heeft gekregen voor het controleren van installaties langs de weg, dan is deze ontheffing niet geldig voor het bijwonen van een vergadering. Een huisarts of vroedvrouw die een ontheffing heeft gekregen voor calamiteiten, kan deze uitsluitend in spoedeisende gevallen gebruiken en niet voor het regulier parkeren van een voertuig in de nabijheid van een woning of praktijk.
Als het gebruik van de ontheffing voor de werkzaamheden of activiteiten niet strikt noodzakelijk is, bijvoorbeeld door de beschikbaarheid van reguliere parkeerplaatsen, dan is de verkeersontheffing niet van kracht.
Als de ontheffing geldig is voor een bepaalde tijdsduur dient ten behoeve van controle een parkeerschijf te worden gebruikt.
De ontheffing en de bewijskaart zijn voertuiggebonden en zijn niet overdraagbaar, tenzij in de ontheffing anders is bepaald. De bewijskaart blijft eigendom van de gemeente Soest. Van de ontheffing en bewijskaart mogen geen fotokopieën of andere afdrukken worden gemaakt, anders dan voor eigen gebruik. Een kopie is nooit geldig als ontheffing.
4.10 VERVALLEN, INTREKKING EN WIJZIGING
Gedurende de looptijd van de ontheffing kunnen de aan de ontheffing verbonden voorschriften worden gewijzigd. Een verkeersontheffing kan door de gemeente Soest in ieder geval worden ingetrokken of gewijzigd:
Bij wijziging van de ontheffing op verzoek van de ontheffinghouder, bijvoorbeeld voor de aanpassing van een kenteken, worden leges in rekening gebracht.
De mogelijkheid om ontheffing te verlenen van een aantal verkeersregels en verkeerstekens is geregeld in artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (RVV 1990).
Ingevolge artikel 149 Wegenverkeerswet 1994 (WVW) is het college van Burgemeester en Wethouders het bevoegd gezag wanneer het gaat om wegen die niet onder het beheer vallen van het Rijk, een provincie of een waterschap.
De bevoegdheid tot het verlenen van verkeersontheffingen is aan het hoofd van de afdeling Ruimte gemandateerd.
De mogelijkheid om voorschriften te verbinden aan de ontheffing vindt zijn basis in artikel 150 WVW en artikel 1:4 APV.
5.2 AFWIJKINGEN VAN HET BELEID
Burgemeester en Wethouders handelen overeenkomstig de beleidsregels, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen. Dit is de zogenaamde inherente afwijkingsbevoegdheid die in de Awb onder artikel 4:84 is opgenomen. Deze opname in de Awb heeft tot gevolg dat in deze beleidsregels geen specifieke hardheidsclausule is opgenomen.