Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Doetinchem

Beleidsregels bijtincidenten honden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDoetinchem
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels bijtincidenten honden
CiteertitelBeleidsregels bijtincidenten honden
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 1:3, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht
  3. artikel 4:83 van de Algemene wet bestuursrecht
  4. artikel 5:31 van de Algemene wet bestuursrecht
  5. artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht
  6. artikel 125, derde lid, van de Gemeentewet
  7. artikel 172, derde lid, van de Gemeentewet
  8. Algemene plaatselijke verordening gemeente Doetinchem 2016
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-07-2022nieuwe regeling

05-07-2022

gmb-2022-310691

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels bijtincidenten honden

De burgemeester van de gemeente Doetinchem;

overwegende:

• dat er in de gemeente meermaals bijtincidenten met honden hebben plaatsgevonden;

• dat het gewenst is om beleid vast te stellen over de uitleg van artikel 2:59 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Doetinchem;

gelet op:

• de Algemene wet bestuursrecht (Awb), artikelen 1:3, vierde lid, 4:81, eerste lid, 4:83, 5:31 en 5:32;

• de Gemeentewet (GW), artikelen 125, derde lid, en 172, derde lid;

• de Algemene plaatselijke verordening gemeente Doetinchem (Apv), artikel 2:57 en 2:59;

te laten besluiten om de Beleidsregels bijtincidenten honden vast te stellen.

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

Licht bijtincident: van een licht bijtincident is sprake wanneer een hond een persoon, hond of ander dier bijt of in plaats daarvan een voorwerp bijt, maar daarbij geen sprake is van ernstig letsel of ernstige gevolgen.

Ernstig bijtincident: van een ernstig bijtincident is sprake:

  • 1.

    wanneer het bijtincident ernstige gevolgen heeft, doordat een persoon, hond of ander dier overlijdt als direct gevolg van het bijtincident;

  • 2.

    wanneer een hond ernstig letsel toebrengt aan een persoon, hond of ander dier;

  • 3.

    wanneer meer dan één keer binnen een periode van twee jaar een licht bijtincident plaatsvindt;

  • 4.

    in ieder ander geval dat door de burgemeester als ernstig wordt aangemerkt.

Ernstig letsel: van ernstig letsel is sprake wanneer bij een persoon, hond of ander dier medische behandeling noodzakelijk is als gevolg van het bijtincident. Het gaat dan bijvoorbeeld om open wonden, inwendig - of chirurgisch letsel of letsel waarbij het slachtoffer niet in staat is om te werken of de normale dagelijkse activiteiten uit te voeren.

Hinderlijke hond: een hond, die een licht bijtincident heeft veroorzaakt.

Gevaarlijke hond: een hond, die een ernstig bijtincident heeft veroorzaakt.

Kort aanlijnen: aanlijnen van een hond met een deugdelijke lijn met een lengte, die gemeten van hand tot halsband, niet langer is dan 1,50 meter.

Muilkorf: een muilkorf vervaardigd van stevige kunststof of van stevig leer, of van beide stoffen, die door middel van een stevige leren riem rond de hals zodanig is aangebracht dat verwijdering zonder toedoen van een mens niet mogelijk is en die zodanig is ingericht dat de drager geen mens of dier kan bijten, dat de afgesloten ruimte binnen de korf een geringe opening van de bek van de hond toelaat en dat geen scherpe delen binnen de korf aanwezig zijn.

 

Artikel 2 Hinderlijke hond

  • 1.

    De burgemeester acht een hond hinderlijk, in de zin van artikel 2:59 Apv, als een hond een persoon of een ander dier bijt, maar daarbij geen sprake is van ernstig letsel of ernstige gevolgen. De burgemeester geeft de eigenaar/houder van de hond een waarschuwing en kan daarbij een aanlijngebod opleggen.

  • 2.

    Het aanlijngebod geldt zolang de hond in leven is, met uitzondering van artikel 5, derde lid.

 

Artikel 3 Gevaarlijke hond

  • 1.

    De burgemeester acht een hond gevaarlijk, in de zin van artikel 2:59 Apv, als er sprake is van een ernstig bijtincident. Afhankelijk van de ernst van het incident kan worden besloten tot het opleggen van een aanlijn- en/of muilkorfgebod en/of kunnen andere passende maatregelen genomen worden, bijvoorbeeld inbeslagname van de hond.

  • 2.

    Het aanlijn- en muilkorfgebod geldt zolang de hond in leven is, met uitzondering van artikel 5 derde lid.

 

Artikel 4 Overtreding aanlijn- en muilkorfgebod

Het overtreden van het aanlijn- en muilkorfgebod is strafbaar gesteld in de Wet Om-afdoening in combinatie met artikel 2:59 van de Apv. Dit betekent dat zowel politieambtenaren als gemeentelijke (buitengewone) opsporingsambtenaren een strafbeschikking (strafrechtelijke financiële sanctie) mogen uitschrijven, zodat directe handhaving kan plaatsvinden. De afhandeling hiervan is in handen van het Centraal Justitieel Incassobureau.

 

Artikel 5 Gedragstest

  • 1.

    In opdracht van de eigenaar/houder kan bij de hond een gedragstest (risico-assessment) worden afgenomen om aan te tonen dat de hond niet hinderlijk of gevaarlijk is. Deze gedragstest dient altijd te worden afgenomen door een door de gemeente goedgekeurde gedragstherapeut, onderzoeker of faculteit.

  • 2.

    De kosten voor het laten uitvoeren van de gedragstest, door de eigenaar/houder van de hond, zijn voor rekening van de eigenaar/houder van de hond.

  • 3.

    De burgemeester kan op schriftelijk verzoek van de eigenaar/houder van de hond de opgelegde maatregel(en) opheffen, wanneer de eigenaar/houder van de hond door middel van de in het eerste lid genoemde gedragstest aannemelijk heeft gemaakt dat de hond niet meer hinderlijk of gevaarlijk is.

 

Artikel 6 Inbeslagname door middel van (spoedeisende) bestuursdwang

  • 1.

    Als de eigenaar/houder van een hond, welke op grond van artikel 3 van deze beleidsregels door de burgemeester is aangemerkt als gevaarlijk, in strijd met het aanlijn en/of muilkorfgebod handelt en de hond een nieuw bijtincident veroorzaakt, wordt de eigenaar/houder gevraagd om vrijwillig afstand te doen van de hond.

  • 2.

    Wanneer de eigenaar niet vrijwillig afstand doet van zijn hond, kan de burgemeester besluiten tot onvrijwillige inbeslagname van een hond op grond van artikel 5:31, tweede lid Awb als de in het eerste lid genoemde situatie zich heeft voorgedaan. Er is dan sprake van spoedeisende bestuursdwang.

  • 3.

    De burgemeester kan overgaan tot inbeslagname van de hond wanneer herhaaldelijk het aanlijn- en/of muilkorfgebod niet wordt nageleefd, en er sprake is van zeer ernstige vrees voor het ontstaan van een zeer ernstig bijtincident. Er is dan sprake van bestuursdwang.

  • 4.

    Bij het in het tweede en derde lid omschreven onvrijwillig in beslag nemen van de hond kan de burgemeester opdracht geven de hond te laten onderwerpen aan een gedragstest, uitgevoerd door een gedragskliniek van een faculteit diergeneeskunde of een andere erkende gedragstherapeut, onderzoeker of faculteit.

  • 5.

    Wanneer uit de gedragstest, als bedoeld in het vierde lid, blijkt dat de hond niet kan worden herplaatst bij de oorspronkelijke eigenaar en het risico op bijtincidenten te voorkomen, kan door de burgemeester besloten worden om de hond aan te bieden aan een dierenasiel voor resocialisatie, de hond (onder voorwaarden) te herplaatsen bij een andere eigenaar of deze hond te laten inslapen. Dit wordt uitsluitend gedaan door een daartoe bevoegde dierenarts.

  • 6.

    De kosten van vervoer, opvang/verblijf, (medische) verzorging, gedragstest, eventuele overige noodzakelijke kosten na inbeslagname en eventueel de kosten voor het laten inslapen komen volledig voor rekening van de eigenaar/houder van de hond en (kunnen) worden verhaald.

 

Artikel 7 Inbeslagname bij verstoring openbare orde

De burgemeester is op grond van artikel 172, derde lid Gemeentewet bevoegd om een hond is beslag te nemen bij verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan. Dit is het geval wanneer er sprake is van (zeer ernstige vrees voor het ontstaan van) een zeer ernstig bijtincident.

 

Artikel 8. Citeerbepaling.

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als "Beleidsregels bijtincidenten honden".

 

Artikel 9. Inwerkingtreding.

Deze beleidsregels worden bekendgemaakt via publicatie op “officiële bekendmakingen.nl” en treden in werking de dag na bekendmaking.

 

Aldus vastgesteld door de burgemeester van de gemeente Doetinchem op 5 juli 2022.

mr M. Boumans MBA MPM