Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oost Gelre

Beleidskader vergunningsverlening tijdelijke reclame­ uitingen en aankondigingsborden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOost Gelre
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidskader vergunningsverlening tijdelijke reclame­ uitingen en aankondigingsborden
CiteertitelBeleidskader vergunningsverlening tijdelijke reclame­ uitingen en aankondigingsborden
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-02-2008nieuwe regeling

28-01-2008

ELNA/Groenlose Gids, 14-02-2008

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidskader vergunningsverlening tijdelijke reclame­ uitingen en aankondigingsborden

 

1. Wat is de aanleiding?

Op 4 december 2007 is in opdracht van de gemeente een bouwbord geplaatst met daarop aangekondigd dat er in het centrum van Lichtenvoorde werkzaamheden worden uitgevoerd ten behoeve van de Herinrichting Centrum Lichtenvoorde fase 1 (2007­2008). Op het bord staat aangegeven dat de werkzaamheden gereed zijn 'eind 2008'. Hierdoor ontstond de vraag of voor het bord de benodigde bouwvergunning bestond. De afdeling bouwen en milieu deed hiervoor navraag bij de afdeling ruimtelijk beheer. Er bleek geen bouwvergunning aanwezig te zijn en door de afdeling ruimtelijk beheer is besloten het bord per direct weg te halen. Naar aanleiding van dit voorval is dit voorstel opgesteld.

2. Wat willen we bereiken?

Door het vaststellen van beleid ten aanzien van het verlenen van bouwvergunningen en benodigde vrijstellingen ontstaat duidelijkheid. Wanneer willen we borden wel toestaan en wanneer niet. Ook is van belang dat met het beleid de bijzondere positie van de gemeente welke zij heeft in het kader van het algemeen belang duidelijk wordt.

3. Wat gaan we daarvoor doen?

Van belang is wanneer sprake is van een vergunningplichtig bouwwerk. Dit wordt bepaald op grond van artikel 40 van de Woningwet (hierna: Ww). Hierin is aangegeven dat het verboden is te bouwen zonder bouwvergunning. Artikel 1 Ww geeft aan dat onder andere als ‘bouwen’ wordt aangemerkt het ‘oprichten van een bouwwerk’. Wat wordt aangemerkt als een bouwwerk wordt niet aangegeven in de Woningwet. In de Bouwverordening is wel een definitie opgenomen. Een bouwwerk is:

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.

 

In de jurisprudentie (AWB 06/101) is deze definitie afgebakend aan de hand van drie criteria te weten, er moet sprake zijn van een constructie van een zekere omvang met een zekere mate van plaatsgebondenheid. In de jurisprudentie (LJN: AZ8968) is tevens bepaald dat als een constructie korter dan 31 dagen aanwezig is er geen sprake is van blijvende planologische gevolgen voor het gebied. Er is in dat geval geen sprake van plaatsgebondenheid en dus is er geen sprake van een bouwwerk. Dit betekent dat voor het plaatsen van borden die korter staan dan 31 dagen geen bouwvergunning noodzakelijk is.

 

Borden die langer staan zijn dus wel bouwvergunningsplichtig. Omdat in het overgrote deel van de gevallen het bouwen in strijd zal zijn met de voorschriften in het bestemmingsplan is het niet zondermeer mogelijk een bouwvergunning te verlenen. Om vergunning te kunnen verlenen dient de strijdigheid met het bestemmingsplan daarvoor eerst te worden vrijgesteld. Omdat het een tijdelijk bouwwerk betreft zou dit kunnen met een tijdelijke bouwvergunning en vrijstelling ex. artikel 45 Ww jo. artikel 17 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (verder: WRO). Voorwaarde voor deze vrijstelling is dat de termijn maximaal vijf jaren bedraagt. In artikel 19 van het Besluit op de ruimtelijke ordening (hierna: Bro) wordt aangegeven dat deze termijn aannemelijk moet worden gemaakt. In de jurisprudentie is bepaald dat dit middels concrete en objectieve gegevens dient te gebeuren. Het is dus niet noodzakelijk dat de tijdelijkheid altijd vijf jaar bedraagt. Als een evenement bijvoorbeeld drie maanden duurt dan kan daarvoor de tijdelijkheid worden aangetoond.

 

De vraag is echter of het verlenen van vrijstelling in alle gevallen wenselijk is. Op dit moment is er geen beleid vastgesteld voor het plaatsen van borden. Wel wordt er ten aanzien van de handhaving een gedragslijn gehanteerd. Alleen borden die bouw gerelateerd zijn en staan binnen de bouwhekken worden toegestaan. Deze borden worden namelijk aangemerkt als behorend bij de bouwplaatsinrichting. Alle overige borden worden niet toegestaan. Hierop wordt ook redelijk streng gecontroleerd. Daarbij wordt wel gekeken naar de 31 dagen termijn. Er wordt pas overgegaan tot actie als het bord er langer staat.

 

Gezien deze huidige gedragslijn zal de noodzakelijke vrijstelling en bouwvergunning voor het plaatsen van borden in het algemeen niet worden verleend. Het is natuurlijk mogelijk af te wijken van deze lijn. Hierbij kan

 

aansluiting worden gezocht bij het beleid inzake reclame­uitingen in het kader van de APV. Het college heeft in relatie hiermee de intentie uitgesproken voor ‘aankondigingsborden voor grootschalige evenementen’ bouwvergunning en vrijstelling ex artikel 45 Bro jo. artikel 17 WRO te verlenen. Het beleidskader hiervoor is dat de borden er maximaal 69 dagen staan en voor het evenement minimaal 25.000 bezoekers worden verwacht. Van belang bij het verlenen van deze vrijstelling is zoals hierboven aangegeven dat de tijdelijkheid van het bouwwerk middels concrete en objectieve gegevens aannemelijk wordt gemaakt.

 

Daarnaast is het ook wenselijk borden toe te staan bij projecten van algemeen belang.

Het is namelijk belangrijk dat burgers geïnformeerd worden over gemeentelijke werkzaamheden die eventueel voor overlast kunnen zorgen. Omdat vanuit de handhavingslijn en de voorbeeldfunctie die de gemeente heeft het wenselijk is dit juridisch correct te regelen zal voor deze borden een bouwvergunning en waarschijnlijk vrijstelling ex artikel 45 Bro jo. artikel 17 WRO noodzakelijk zijn. Het moet overigens wel gaan om tijdelijke borden en dit moet ook concreet en objectief worden aangetoond. Hierbij hoeft het niet om maximaal 69 dagen te gaan. Ook langer kan mogelijk zijn zolang dat maar wordt aangetoond. Op dit moment wordt gekeken naar mogelijke locaties waar de borden in ieder geval zouden kunnen staan omdat dit ruimtelijk aanvaardbaar wordt geacht. Hierover zal u zo spoedig mogelijk worden geïnformeerd. Het aanwijzen van locaties doet evenwel niets af aan de vergunningplicht en de benodigde tijdelijke vrijstelling. Ook in die gevallen zal de tijdelijkheid concreet en objectief moeten worden aangetoond.

 

In alle overige gevallen is na overleg met de afdeling ruimtelijke en economische ontwikkeling de insteek gekozen om voort te gaan in de huidige lijn en geen bouwvergunningen en vrijstellingen verlenen. Tegen vergunningplichtige borden zal dan ook handhavend worden opgetreden. Het is natuurlijk altijd mogelijk hiervan af te wijken. Of dat wenselijk is dient per geval onder andere stedenbouwkundig en vanuit de verkeersveiligheid bekeken te worden.

 

Wellicht ten overvloede, voor permanente reclame­uitingen en aankondigingsborden welke worden aangemerkt als een bouwwerk is altijd een bouwvergunning noodzakelijk.

 

Conclusie

  • -

    voor het plaatsen van borden die korter staan dan 31 dagen is geen bouwvergunning noodzakelijk;

  • -

    bouwborden die staan binnen de bouwhekken worden aangemerkt als behorend bij de bouwplaatsinrichting;

  • -

    voor ‘aankondigingsborden voor grootschalige evenementen’ vrijstelling ex. artikel 17 WRO en bouwvergunning ex artikel 45 Ww verlenen mits de tijdelijkheid concreet en objectief wordt aangetoond, voor het evenement minstens 25.000 bezoekers worden verwacht en het bord voor maximaal 69 dagen wordt geplaatst;

  • -

    voor ‘aankondigingsborden voor projecten van algemeen belang’ vrijstelling ex. artikel 17 WRO en bouwvergunning ex artikel 45 Ww verlenen mits de tijdelijkheid concreet en objectief wordt aangetoond;

  • -

    voor het overige geen reclame­uitingen en aankondigingsborden toestaan.

 

De eerste twee conclusies zijn reeds vastgelegd in de jurisprudentie.