Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rhenen

Gemeente Rhenen – Verordening op de monumentencommissie 2014 gemeente Rhenen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRhenen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGemeente Rhenen – Verordening op de monumentencommissie 2014 gemeente Rhenen
CiteertitelVerordening op de monumentencommissie 2014 gemeente Rhenen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 15 van de Monumentenwet 1988
  2. artikel 149 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-12-2014oude verordening (voor verplichting 01-07-2022)

16-12-2014

Rhenense Betuwse Courant

Tekst van de regeling

Intitulé

Gemeente Rhenen – Verordening op de monumentencommissie 2014 gemeente Rhenen

De raad van de gemeente Rhenen,

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2014;

 

gelet op artikel 15 van de Monumentenwet en artikel 149 van de Gemeentewet;

 

besluit:

 

1. De “Verordening op de monumentencommissie (1991)” en de “Verordening op de monumentencommissie (1e wijziging, 1999) in te trekken;

2. De “Verordening op de monumentencommissie 2014 gemeente Rhenen” vast te stellen.

 

 

 

Artikel 1 Taken

  • 1.

    De monumentencommissie licht voor en adviseert het gemeentebestuur op verzoek of uit eigen beweging over zaken welke op rijks- en gemeentelijke monumenten, archeologie of beschermde stadsgezichten betrekking hebben en al datgene dat in belang van de gemeentelijke monumentenzorg vereist is.

  • 2.

    De monumentencommissie brengt advies uit in alle aangelegenheden genoemd in de Monumentenwet, de Erfgoedverordening 2013 gemeente Rhenen, op aanvragen om een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder sub f van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en alle overige zaken waarover burgemeester en wethouders haar oordeel vragen.

Artikel 2 Uitgangspunten

  • 1.

    De monumentencommissie dient deskundig te zijn op het gebied van de monumentenzorg en baseert haar adviezen uitsluitend op overwegingen van geschiedkundig, architectonisch, cultuurhistorisch belang, dan wel op overwegingen verband houdend met uiterlijke verschijningsvormen.

Artikel 3 Samenstelling

  • 1.

    De monumentencommissie bestaat uit minimaal 3 leden en ten hoogste 5 leden, exclusief de externe technische voorzitter en de ambtelijke secretaris.

  • 2.

    Bij de commissieleden bestaat ten minste deskundigheid op de volgende terreinen: bouwkundige kennis van restauraties, kennis van kunsthistorie, kennis van architectuur(historie), kennis van locale (bouw)historie, kennis op het gebied van archeologie en kennis op stedenbouwkundig gebied.

  • 3.

    Eén niet deskundige mag ook zitting nemen in de monumentencommissie.

  • 4.

    De leden zitten op persoonlijke titel in de monumentencommissie.

  • 5.

    De monumentencommissie is bevoegd om ambtenaren, adviseurs en/of deskundigen te horen en/of in te schakelen, echter met dien verstande, dat toestemming van burgemeester en wethouders nodig is indien aan het horen of inschakelen van adviseurs en/of deskundigen kosten voor de gemeente verbonden zijn.

  • 6.

    Aan de monumentencommissie wordt toegevoegd een externe technische voorzitter en een ambtelijk secretaris en adviseur. Zij maken geen deel uit van de monumentencommissie en hebben geen stemrecht.

  • 7.

    Van de monumentencommissie maken geen deel uit leden van het college van burgemeester en wethouders en leden van de gemeenteraad.

Artikel 4 Voorzitter

  • 1.

    De voorzitter roept de leden voor een vergadering bijeen, stelt de agenda vast en leidt de vergaderingen van de commissie.

Artikel 5 Secretaris

  • De secretaris van de monumentencommissie draagt zorg voor:

    • Het plannen van de vergaderingen van de monumentencommissie;

    • Het selecteren van de te adviseren plannen en zaken;

    • Het, spoedeisende gevallen uitgezonderd, tenminste zeven dagen van te voren aan de commissieleden zenden van de agenda met vermelding van de te behandelen onderwerpen, zonodig met bijbehorende stukken;

    • De aanwezigheid van de te behandelen plannen/stukken en van andere relevante informatie tijdens de vergadering;

    • Het voor de vergadering uitnodigen van aanvragers, belanghebbenden, adviseurs, deskundigen en ambtenaren indien hierom gevraagd en gewenst is;

    • Het, zonodig na overleg met de voorzitter en/of de verantwoordelijke portefeuillehouder, beoordelen of een vergadering kan vervallen vanwege het gebrek aan plannen;

    • Het, zonodig na overleg met de voorzitter en/of de verantwoordelijke portefeuillehouder, bij spoedeisendheid schriftelijk advies vragen over een zaak;

    • Het zo spoedig mogelijk aan de monumentencommissie terugkoppelen van de besluiten die naar aanleiding van de adviezen van de commissie zijn genomen;

    • De betaling van de in artikel 7 genoemde vergoedingen.

Artikel 6 Benoeming, ontslag en zittingsduur

  • De leden van de monumentencommissie en de externe voorzitter worden in principe voor een periode van 4 jaar, gelijk en parallel aan de zittingsduur van de leden van de gemeenteraad, benoemd door de gemeenteraad uit een voordracht van het college van burgemeester en wethouders.

  • De leden kunnen éénmalig voor nog een zittingsperiode van 4 jaar worden herbenoemd.

  • Het college kan de benoeming en de aftreding gemotiveerd getrapt verlengen resp. uitvoeren als dit gewenst is voor de continuïteit en van de kwaliteit van de advisering.

  • Een lid kan ontslag nemen door schriftelijke kennisgeving aan burgemeester en wethouders. Hij/zij blijft zijn/haar functie uitoefenen totdat in de opvolging is voorzien.

  • Voor de werving en de selectie van leden voor de monumentencommissie zal ingeval van benoeming van nieuwe leden de procedure starten op het moment dat burgemeester en wethouders dit noodzakelijk achten en zullen leden worden benoemd, indien van toepassing, onder gelijktijdig ontslag van de zittende leden.

  • Wanneer aan burgemeester en wethouders blijkt dat een lid zijn of haar taak niet of niet behoorlijk vervult, kunnen zij dit lid ontslaan.

Artikel 7 Financiën/tegemoetkoming

  • De leden van de monumentencommissie ontvangen voor hun werkzaamheden een vergoeding en indien van toepassing een reiskostenvergoeding die door burgemeester en wethouders worden vastgesteld.

Artikel 8 Vergaderingen

  • 1.

    De monumentencommissie vergadert in principe 4 keer per jaar of zo dikwijls de voorzitter dit nodig acht.

  • 2.

    De monumentencommissie vergadert slechts indien de meerderheid van de leden aanwezig is. Wanneer het vereiste aantal leden niet is komen opdagen, gaat de vergadering niet door en blijven de onderwerpen geagendeerd voor de volgende vergadering. In deze vergadering mag ten aanzien van deze agendapunten overleg plaatsvinden, ongeacht het aantal aanwezige leden. Met een tussentijd van tenminste 24 uur wordt een nieuwe vergadering belegd.

  • 3.

    Adviezen worden gegeven bij meerderheid van stemmen. Het voorstel is verworpen als geen meerderheid wordt behaald.

  • 4.

    De monumentencommissie komt tot een onafhankelijk advies. Een commissielid dat ten aanzien van enig onderwerp tijdens de vergadering direct of indirect zodanig betrokken is dat er sprake is van strijdige belangen, waardoor de objectiviteit van de commissie kan worden geschaad, doet hiervan mededeling aan de voorzitter en andere aanwezige leden. Als de andere leden zulke strijdige belangen aanwezig achten is het aan het desbetreffende lid niet toegestaan om als zodanig gedurende de behandeling van het desbetreffende onderwerp deel te nemen aan de vergadering.

  • 5.

    De vergaderingen van de monumentencommissie zijn openbaar. Plaats, datum en aanvang van de openbare vergadering worden op de in de gemeente gebruikelijke wijze bekend gemaakt.

  • 6.

    De vergadering is besloten indien de meerderheid van de leden daarom verzoekt en na instemming door de voorzitter.

  • 7.

    Burgemeester en wethouders en de gemeentesecretaris kunnen zowel de openbare als de besloten vergaderingen als toehoorder bijwonen.

  • 8.

    Op verzoek van de commissie kan de portefeuillehouder worden gevraagd een vergadering bij te wonen.

Artikel 9 Verslaglegging

  • 1.

    Van het besprokene in een vergadering wordt door de secretaris een beknopt zakelijk verslag gemaakt met vermelding van de door de monumentencommissie uitgebrachte adviezen. Zowel positieve als negatieve adviezen worden gemotiveerd.

  • 2.

    De adviezen van de monumentencommissie zijn niet bindend.

  • 3.

    Dit verslag en de adviezen worden (in principe tijdens de vergadering) door de secretaris opgesteld en door de monumentencommissie vastgesteld.

  • 4.

    De secretaris brengt het verslag en de adviezen zo snel mogelijk bij voorkeur binnen twee weken ter kennis aan de betrokkenen, de betrokken ambtenaren, de verantwoordelijke portefeuillehouder, het college van burgemeester en wethouders en aan de raad.

Artikel 10 Jaarverslag

  • 1.

    Van de werkzaamheden van de monumentencommissie wordt jaarlijks voor 1 juli van het daaropvolgend jaar een schriftelijk verslag gemaakt dat ter kennis wordt gebracht aan burgemeester en wethouders en de raad.

Artikel 11 Onvoorzien

  • 1.

    Voor zaken waarin deze verordening niet voorzien, of bij gerezen geschillen beslist het college van burgemeester en wethouders, na de commissie hierover te hebben gehoord.

Artikel 12 Inwerkingtreding en overgangsbepaling

  • 1.

    Deze verordening, die kan worden aangehaald als “Verordening op de monumentencommissie 2014 gemeente Rhenen”, treedt in werking op de eerste dag na publicatie van het besluit tot vaststelling van de verordening. De “Verordening op de monumentencommissie (1991)” en de “Verordening op de monumentencommissie (1e wijziging, 1999) worden gelijktijdig ingetrokken.

  • 2.

    Aanvragen die onder de oude regeling zijn ingediend, worden overeenkomstig de oude regeling afgehandeld.

 

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van 16 december 2014.

de raadsgriffier,

de voorzitter,

C.A.M. Apell

drs. J.A. van der Pas