| Organisatie | Eindhoven |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Regeling fiscale geheimhoudingsplicht invoering bedrijveninvesteringszones |
| Citeertitel | Regeling fiscale geheimhoudingsplicht invoering bedrijveninvesteringszones |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 27-06-2022 | Nieuwe regeling | 21-06-2022 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Eindhoven,
gelet op artikel 67 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 67 van de Invorderingswet 1990, artikel 40 van de Wet waardering onroerende zaken, artikel 2:5 Algemene wet bestuursrecht en artikel 6 Algemene Verordening Gegevensbescherming;
- op grond van artikel 67 Algemene Wet inzake Rijksbelastingen en artikel 67 Invorderingswet 1990 een geheimhoudingsplicht geldt;
- dat deze geheimhoudingsplicht, gelet op het bepaalde in artikel 231 Gemeentewet, ook geldt ten aanzien van de uitvoering van de gemeentelijke belastingverordeningen en de invordering van enige gemeentebelasting als waren die belastingen rijksbelastingen, zoals bedoeld in de Invorderingswet 1990;
- In verband met het bepaalde in artikel 67, tweede lid, Algemene Wet Rijksbelastingen en artikel 67, tweede lid, Invorderingswet 1990, is, gelet op het bepaalde in artikel 231 Gemeentewet, het college het bevoegd bestuursorgaan om bij regeling te bepalen in welke geval bekendmaking noodzakelijk is voor de goede vervulling van een publiekrechtelijke taak van een bestuursorgaan en de geheimhoudingsplicht niet geldt;
- op grond van het bepaalde in artikel 2:5 van de Algemene wet bestuursrecht is een ieder die is betrokken bij de uitvoering van de taak van een bestuursorgaan en daarbij de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding van die gegevens, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot mededeling verplicht of uit zijn taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit;
- de in deze regeling bedoelde gegevensverstrekking in overeenstemming is met de beginselen van proportionaliteit (het doel van de gegevensverstrekking is in redelijke verhouding met het belang van geheimhouding) en subsidiariteit (het doel van gegevensverstrekking kan niet op een andere, minder ingrijpende manier worden bereikt);
- dat het college de doelstelling heeft om zodanig de totstandkoming van een bedrijveninvesteringszone te faciliteren dat de stichting of ondernemersvereniging die hiertoe het initiatief neemt, een BIZ-plan kan opstellen en draagvlak onder de toekomstige bijdrageplichtigen in de zone kan creëren;
- voor het invoeren van een bedrijveninvesteringszone het noodzakelijk is een breed draagvlak te creëren, een (informeel) draagvlakonderzoek uit te voeren om te peilen of binnen de beoogde zone de ondernemers en vastgoedeigenaren de invoering ondersteunen, en een BIZ-plan op te stellen, waardoor bekendmaking van de gegevens als bedoeld in artikel 67, tweede lid, Algemene Wet Rijksbelastingen vereist is.
besluit tot het vaststellen van de
Regeling fiscale geheimhoudingsplicht invoering bedrijveninvesteringszones
Het faciliteren van de totstandkoming van een bedrijveninvesteringszone als bedoeld in de Wet op de bedrijveninvesteringszones betreft een publiekrechtelijke taak van het college en de heffingsambtenaar.
Bekendmaking van de volgende gegevens is noodzakelijk voor een goede vervulling van de in artikel 1 genoemde publiekrechtelijk taak:
a. naam- en adresgegevens van eigenaren zoals bedoeld in artikel 1, derde lid van de
Wet op de bedrijveninvesteringszones;
b. naam- en adresgegevens van gebruikers zoals bedoeld in artikel 1, derde lid van de
Wet op de bedrijveninvesteringszones;
indien en voor zover deze eigenaren en gebruikers in de heffing van de BIZ-bijdrage worden betrokken, zoals bedoeld in artikel 1, derde lid van de Wet op de bedrijveninvesteringszones.
De bekendmaking van de gegevens als bedoeld in artikel 2 vindt uitsluitend plaats aan:
a. een vereniging of stichting als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de
b. de stichting of vereniging van ondernemers die voornemens is een vereniging of
stichting, als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de bedrijveninvesteringszones, op te
De geheimhoudingsplicht van artikel 67 Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 67 Invorderingswet 1990 geldt niet ten aanzien van de bekendmaking van gegevens als bedoeld in artikel 3.
Het verstrekken van waardegegevens, als bedoeld in artikel 2 van de Wet waardering onroerende zaken, door de ambtenaar als bedoeld in artikel 1, tweede lid van de Wet waardering onroerende zaken, met betrekking tot de onroerende zaken van de eigenaren en gebruikers, als bedoeld in artikel 1, derde lid van de Wet op de bedrijveninvesteringszones, is, gelet op het bepaalde in artikel 2, noodzakelijk en vloeit voort uit zijn ambtelijke taak.
Het verstrekken van de waardegegevens als bedoeld in artikel 5 vindt uitsluitend plaats aan:
a. een vereniging of stichting als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de
b. de stichting of vereniging van ondernemers die voornemens is een vereniging of
stichting, als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de bedrijveninvesteringszones, op te
De geheimhoudingsplicht van artikel 2:5, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht geldt niet ten aanzien van verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 6.
De stichting of vereniging als bedoeld in artikel 3, onderdelen a en b, en artikel 6, onderdelen a en b, mag de ter beschikking gestelde gegevens als bedoeld in artikel 2 en artikel 5
a. uitsluitend gebruiken voor de publiekrechtelijke taak zoals bedoeld in artikel 1;
De stichting of vereniging als bedoeld in artikel 3, onderdelen a en b, en artikel 6, onderdelen a en b, dient de ter beschikking gestelde gegevens als bedoeld in artikel 2 en artikel 5 terstond te vernietigen na de uitkomst van de draagvlakmeting als bedoeld in artikel 4 van de Wet op de bedrijveninvesteringszones.