Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Enschede

Beleidsregel ter bepaling van de hoogte van de vrijlating van inkomsten die een bijstandsgerechtigde met (kostendelende) medebewoners ontvangt in verband met de gezamenlijke vaste lasten, niet zijnde kamerverhuur, onderhuur of kostganger Participatiewet gemeente Enschede 2022.

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEnschede
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel ter bepaling van de hoogte van de vrijlating van inkomsten die een bijstandsgerechtigde met (kostendelende) medebewoners ontvangt in verband met de gezamenlijke vaste lasten, niet zijnde kamerverhuur, onderhuur of kostganger Participatiewet gemeente Enschede 2022.
CiteertitelBeleidsregel ter bepaling van de hoogte van de vrijlating van inkomsten die bijstandsgerechtigde met (kostendelende) medebewoners ontvangt ivm de gezamenlijke vaste lasten, niet zijnde kamerverhuur, onderhuur of kostganger Participatiewet Enschede
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 19a van de Participatiewet
  3. artikel 31, eerste lid, van de Participatiewet
  4. artikel 32 van de Wet werk en bijstand
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-06-202224-06-2022Wijziging tekst

21-06-2022

gmb-2022-290847

24-06-202228-06-2022Nieuwe regeling

21-06-2022

gmb-2022-286303

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel ter bepaling van de hoogte van de vrijlating van inkomsten die een bijstandsgerechtigde met (kostendelende) medebewoners ontvangt in verband met de gezamenlijke vaste lasten, niet zijnde kamerverhuur, onderhuur of kostganger Participatiewet gemeente Enschede 2022.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enschede besluit:

 

  • gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • gelet op artikel 19a van de Participatiewet;

  • gelet op artikel 31 lid 1 van de Participatiewet;

  • gelet op artikel 32 van de Participatiewet en

  • overwegende dat het om redenen van rechtszekerheid en doelmatigheid wenselijk is om

 

beleidsregels vast te stellen hoe om te gaan met in aanmerking te nemen middelen en/of inkomsten voor een bijstandsgerechtigde,

 

een beleidsregel vast te stellen ter bepaling van de hoogte van de vrijlating van inkomsten die een bijstandsgrechtigde met (kostendelende) medebewoners ontvangt in verband met de gezamenlijke vaste lasten, niet zijnde kamerverhuur, onderhuur of kostganger Participatiewet gemeente Enschede 2022.

Artikel 1 Begripsbepaling

  • 1.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      wet: de Participatiewet;

    • b.

      bijstandsgerechtigde: iemand die recht heeft op een uitkering op grond van de Participatiewet;

    • c.

      belanghebbende: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;

    • d.

      kostendelersnorm: de norm zoals bedoel in artikel 22a Participatiewet gebaseerd op de feitelijke woonsituatie van belanghebbende;

    • e.

      kostendelende medebewoner: de persoon van 21 jaar of ouder die in dezelfde woning als de belanghebbende zijn hoofdverblijf heeft en niet valt onder de uitzonderingen van artikel 19a Participatiewet;

    • f.

      niet-kostendelende medebewoner: de persoon die valt onder de uitzonderingen genoemd in artikel 19a Participatiewet;

    • g.

      middelen: alle vermogens- en inkomensbestanddelen gerekend waarover de alleenstaande of het gezin beschikt of redelijkerwijs kan beschikken als bedoeld in artikel 31 lid 1 van de Participatiewet;

    • h.

      inkomen: betalingen met een terugkerend of periodiek karakter, die door belanghebbende kunnen worden aangewend voor de algemeen noodzakelijke bestaanskosten en zien op een periode waarover een beroep op bijstand wordt gedaan. Ook een eenmalige storting of bijschrijving kan in beginsel als inkomen worden aangemerkt indien het bedrag van die storting of bijboeking kan worden aangewend voor de voorziening in het levensonderhoud als bedoeld in artikel 32 van de Participatiewet.

Artikel 2 Bijstandsgerechtigde is kostendeler en ontvangt inkomen van medebewoner(s)

  • 1.

    Betalingen van een medebewoner aan een bijstandsgerechtigde die betrekking hebben op de gezamenlijke vaste lasten worden vrijgelaten voor zover dit niet meer bedraagt dan het verschil tussen de kostendelersnorm en de norm alleenstaande (ouder) inclusief vakantietoeslag + een bedrag van 250,00 euro (per maand). Het meerdere wordt gekort op de uitkering.

  • 2.

    In afwijking van lid 1 bestaat de mogelijkheid om maatwerk te verrichten als de bijstandsgerechtigde kan aantonen dat er sprake is van hogere gezamenlijke vaste lasten dan het vrij te laten bedrag.

Artikel 3 Bijstandsgerechtigde is geen kostendeler en ontvangt inkomen van medebewoner(s)

  • 1.

    Betalingen van een medebewoner aan een bijstandsgerechtigde die betrekking hebben op de gezamenlijke vaste lasten worden vrijgelaten voor zover dit niet meer bedraagt dan 250,00 euro (per maand).

  • 2.

    In afwijking van lid 1 bestaat de mogelijkheid om maatwerk te verrichten als de bijstandsgerechtigde kan aantonen dat er sprake is van hogere gezamenlijke vaste lasten dan het vrij te laten bedrag.

Artikel 4 Hardheidsclausule

  • 1.

    Het college kan in bijzondere gevallen, ten gunste van bijstandsgerechtigde, afwijken van de bepalingen in deze beleidsregel als toepassing daarvan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 5 Citeertitel

  • 1.

    Deze beleidsregel kan worden aangehaald als: “Beleidsregel ter bepaling van de hoogte van de vrijlating van inkomsten die een bijstandsgerechtigde met (kostendelende) medebewoners ontvangt in verband met de gezamenlijke vaste lasten, niet zijnde kamerverhuur, onderhuur of kostganger Participatiewet gemeente Enschede.”

Artikel 6 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

 

Hoogachtend,

21 juni 2022

Burgemeester en Wethouders van Enschede,

de loco-Secretaris, E.A. Smit

de Burgemeester, R.W. Bleker

Toelichting

Algemeen

Met de komst van de Participatiewet is de komst van de kostendelersnorm geïntroduceerd in artikel 22a van de wet. De kostendelersnorm geldt niet voor alle personen in één huishouden. De uitzonderingen zijn genoemd in artikel 19a van de Participatiewet. De kostendelersnorm houdt rekening met de voordelen van het delen van de kosten binnen één huishouden. De wetgever heeft niet geregeld hoeveel een medebewoner van een kostendeler mag bijdragen in de gezamenlijke kosten. In deze beleidsregels wordt voor de werkwijze voor de ontvangen bijdragen aan kostendelers vastgelegd.

 

Hierna volgt artikelsgewijs een toelichting.

 

Artikel 1 Begripsbepaling

In dit artikel is aangegeven wat wordt verstaan onder middelen en inkomen. Daarnaast is geprobeerd het verschil tussen een kostendeler en een niet-kostendeler te duiden.

 

Artikel 2 Belanghebbende is kostendeler en ontvangt inkomen van medebewoner(s)

Lid 1: Wanneer er sprake is van meerdere kostendelende en niet-kostendelende medebewoners in één woning wordt het bedrag tot aan de alleenstaande (ouder) norm + 250 euro van de hoofdbewoner of de bewoner met de contracten op de naam vrijgelaten.

 

Voorbeeld:

een belanghebbende heeft twee medebewoners en ontvangt van iedere medebewoner 500,00 euro.

Belanghebbende heeft kostendeler 3 € 675,82 (incl. vt)*

Als geen kostendeler € 1.091,71 (incl. vt)*

Verschil€ 415,89 (incl. vt)

* deze normen gelden per 1 januari 2022. De normbedragen veranderen 2x per kalenderjaar.

 

Met een bedrag van 415,89 euro wordt geen rekening gehouden. Tevens wordt het bedrag van 250,00 euro aan onkosten vrijlaten.

In bovengenoemd voorbeeld wordt op de uitkering van belanghebbende:

€ 675,82 + € 1.000,00 = € 1.675,82- € 1.091,71 - € 250,00 = € 334,11 gekort als inkomsten.

Belanghebbende krijgt € 675,82 - € 334,11 = € 341,71 aan uitkering gestort. Daarnaast heeft belanghebbende de bijdrage van 1.000,00 euro van de medebewoners nog.

 

Lid 2: Wanneer een belanghebbende door middel van contracten en/of betalingsbewijzen kan aantonen dat stortingen of bijschrijvingen van medebewoners, die te maken hebben met de redelijke gezamenlijke vaste lasten hoger is dan de aanvulling tot de alleenstaande (ouder) norm + de vrijlating van 250,00 euro, dan wordt op basis van maatwerk het vrij te laten bedrag verrekend.

 

Artikel 3 Belanghebbende is geen kostendeler en ontvangt inkomen van medebewoner(s)

Lid 1: Onder de voor belanghebbende geldende bijstandsnorm wordt verstaan de bijstandsnorm die belanghebbende ontvangt. Dit kan zijn een jongerennorm, alleenstaandennorm, alleenstaande oudernorm of gehuwdennorm. Bovenop dit bedrag wordt een bedrag van 250,00 euro vrijgelaten.

Lid 2: Wanneer een belanghebbende door middel van contracten en/of betalingsbewijzen kan aantonen dat stortingen of bijschrijvingen van een medebewoner, die te maken hebben met de redelijke gezamenlijke vaste lasten hoger is dan de vrijlating van 250,00 euro, dan wordt op basis van maatwerk het vrij te laten bedrag verrekend.

 

Artikel 4 Hardheidsclausule

Het college is al op grond van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur gehouden om in individuele gevallen een zorgvuldige belangenafweging te maken. Maar voor de duidelijkheid is er toch voor gekozen om een hardheidclausule op te nemen. Het zou namelijk kunnen zijn dat een strikte toepassing van de beleidsregel leidt tot onbillijkheden van overwegende aard in niet precies te voorziene gevallen.

 

Artikel 5 Citeerregel

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 6 Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen toelichting.