Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Overbetuwe

Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOverbetuwe
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016
CiteertitelNota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Bouwverordening gemeente Overbetuwe 2016
  2. artikel 3.1.2 van het Besluit ruimtelijke ordening
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-12-2016nieuwe regeling

06-12-2016

Gemeenteblad 2016, 180341

Tekst van de regeling

Intitulé

Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016

De raad van de gemeente Overbetuwe;

 

gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van 4 oktober 2016;

 

gehoord het advies van de voorbereidende vergadering van 1 november 2016;

 

gelet op artikel(en) 2.5.30 van de Bouwverordening gemeente Overbetuwe 2016 en artikel 3.1.2 lid 2 onder a van het Besluit ruimtelijke ordening;

 

b e s l u i t e n:

 

  • 1.

    In te trekken de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014, zoals vastgesteld op 18 februari 2014;

  • 2.

    Vast te stellen de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016;

  • 3.

    Dat dit besluit in werking treedt op de dag na de datum van bekendmaking;

  • 4.

    Dat dit besluit wordt aangehaald als: Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016.

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 6 december 2016.

 

DE RAAD VOORNOEMD,

 

de griffier,

drs. A.J. van den Brink MBA.

 

de voorzitter,

drs. A.S.F. van Asseldonk.

 

Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016

Samenvatting

Aanleiding

In de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014 (vastgesteld 18 februari 2014) zijn af­ wijkingsbevoegdheden opgenomen die in de praktijk niet altijd werkzaam of toepasbaar bleken te zijn. Hierdoor bestaat de kans dat initiatieven geen doorgang kunnen vinden. Een actualisatie van de nota uit 2014 is noodzakelijk om meer duidelijkheid en flexibiliteit in de afwijkingsbevoegdheden te krijgen.

 

Waar wordt de Nota parkeernormen voor gebruikt?

Primair wordt de Nota parkeernormen gebruikt bij het verlenen van omgevingsvergunningen, waarmee de koppeling met de gemeentelijke bouwverordening is gemaakt (art. 2.5.30). Secundair wordt de Nota parkeernormen gebruikt als onderlegger voor herziening van een bestaand dan wel vaststelling van een nieuw bestemmingsplan, waarmee een nieuwe ontwikkeling planologisch mogelijk wordt gemaakt.

 

Wijzigingen in de Nota parkeernormen 2016

In de praktijk is gebleken dat bij het toetsen van initiatieven op de parkeernorm, de opgenomen afwijkingsbevoegdheden (hoofdstuk 3 uit de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014) niet voor de hele gemeente toepasbaar zijn. Ook waren ze niet altijd even duidelijk. In de nota van 2016 zijn deze daar waar nodig aangepast.

 

Parkeernormen (auto)

De parkeernormen voor de auto zijn vanuit de landelijke parkeerkencijfers specifiek vertaald naar de situatie in Overbetuwe. In de Nota Parkeernormen 2014 is hiervoor dezelfde redenatie gehanteerd als in de Nota parkeernormen 2011. Deze vertaling is gebaseerd op:

  • de Toekomstvisie+;

  • de specifieke stedelijkheidsgraad van Overbetuwe;

  • het autobezit in Overbetuwe.

Op basis hiervan zijn de volgende keuzen gemaakt die relevant zijn voor de parkeernormen.

 

Stedelijkheidsgraad

Het CROW hanteert voor het bepalen van de stedelijkheidsgraad het aantal adressen per vierkante kilometer. Op basis hiervan zou voor de gehele gemeente Overbetuwe de stedelijkheidsgraad 'weinig stedelijk' gelden. Voor de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2011 is daarnaast aansluiting gezocht bij de Toekomstvisie+. Hierin is vastgesteld dat de kern Elst een regionale verzorgingsfunctie en Zetten een subregionale verzorgingsfunctie heeft. Hierbij past de verstedelijkingsgraad 'matig stedelijk'. De overige kernen worden gezien als 'weinig stedelijk' en het buitengebied als 'niet stedelijk'.

 

Stedelijke zone

Voor het bepalen van de parkeernorm is ook de stedelijke zone (locatie van de ontwikkeling) van belang. Het CROW maakt hiervoor onderscheid in 'centrum', 'schil/overloopgebied', 'rest bebouwde kom' en 'buitengebied'.

 

Gezien de functie van de kernen Elst en Zetten is alleen hier sprake van een 'centrum'. In alle andere kernen is de omvang en functie van het centrum te gering om te spreken van een centrumgebied.

Het hele bestaand bebouwd gebied van alle kernen, uitgezonderd de 2 genoemde centra, wordt dan ook aangewezen als 'rest bebouwde kom'.

Vanwege de relatief beperkte omvang van alle kernen is er geen sprake van een 'schil/ over­ loopgebied'.

 

In bijlage 1 is de stedelijke zone 'centrum' voor de kernen Elst en Zetten aangegeven.

 

Hoogte parkeernorm

Het CROW geeft een minimum en een maximum parkeerkencijfer aan waarbinnen een keuze kan worden gemaakt voor de vast te stellen parkeernormen binnen een gemeente.

 

Op basis van het relatief hoge autobezit van de inwoners van Overbetuwe (bron CBS) worden de maximale parkeerkencijfers van het CROW binnen Overbetuwe gehanteerd als parkeernormen.

 

In bijlage 2 is per voorziening en gebiedsindeling de parkeernorm opgenomen.

 

Afwijking van de parkeernorm

In deze nota worden alternatieven genoemd als door een parkeerbalans aangetoond wordt dat niet aan de parkeernorm op eigen terrein voldaan kan worden. Deze zijn:

  • parkeren opvangen door benutting bestaande parkeerruimte;

  • aanleg van parkeerplaatsen in de openbare ruimte;

  • afwijkingsbevoegdheid.

Voor initiatieven die al lopen op het moment van inwerkingtreding van deze Nota, is een over­ gangsregeling opgenomen.

 

Parkeernormen (fiets)

Voor het bepalen van de parkeernorm voor de fiets is aansluiting gezocht bij de kencijfers uit de CROW-publicatie 317.

 

Uit een onderzoek van het Fietsberaad blijkt dat 21% van het totaal aantal verplaatsingen in Overbetuwe per fiets plaatsvindt. Wij scoren hiermee gemiddeld. De CROW-publicatie geeft aan dat in dat geval van het gemiddeld kencijfer als parkeernorm kan worden uitgegaan.

 

In bijlage 3 zijn de tabellen met de normen voor het fietsparkeren opgenomen.

 

Inhoudsopgave

1. Inleiding

1.1 Aanleiding

1.2 Doel

1.3 Status

1.4 Leeswijzer

2. Parkeernormen auto

2.1 Uitgangspunten

2.2 Gebiedsindeling

2.3 Hoogte parkeernorm

3. Afwijking van de parkeernormen

3.1 Parkeren opvangen door benutting bestaande parkeerruimte

3.2 Aanleg parkeerplaatsen in de openbare ruimte

3.3 Realisatie centrale parkeervoorziening

3.4 Afwijkingsbevoegdheid

3.5 Overgangsregeling

4. Parkeernormen fiets

Bijlagen

Bijlage 1: Kaarten stedelijke zone 'centrum'

Bijlage 2: Parkeernormen auto 2016

Bijlage 3: Parkeernormen fiets 2016

 

1. Inleiding

1.1 Aanleiding

Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2011

In de Toekomstvisie+ is de beleidslijn van de gemeente Overbetuwe voor de komende periode bepaald. Het thema verkeer is verder uitgewerkt in het 'Gemeentelijk Mobiliteitsplan Overbetuwe 2003 - 2013' (GMO). Als uitwerking van het GMO op het onderdeel parkeernormen is een Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2011 opgesteld. Op 30 augustus 2011 is de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2011 vastgesteld door de gemeenteraad van Overbetuwe.

 

Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014

Bij de totstandkoming van de Nota parkeernormen 2011 zijn de toenmalige parkeerkencijfers van het CROW als vertrekpunt gebruikt. In 2012 heeft het CROW in publicatie 317 nieuwe, meer gedifferentieerde parkeerkencijfers gepubliceerd. In de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014 (vastgesteld 18 februari 2014) zijn de parkeernormen geacualiseerd op basis van de nieuwe CROW-parkeerkencijfers.

 

Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016

In de praktijk is gebleken dat bij het toetsen van initiatieven op de parkeernorm, de opgenomen afwijkingsbevoegdheden (hoofdstuk 3 uit de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014) niet voor de hele gemeente toepasbaar zijn. Ook waren ze niet altijd even duidelijk. In de nota van 2016 zijn deze daar waar nodig aangescherpt.

 

Primair wordt de Nota parkeernormen gebruikt bij het verlenen van omgevingsvergunningen, waarmee de koppeling met de gemeentelijke bouwverordening is gemaakt (art. 2.5.30). Secundair wordt de Nota parkeernormen gebruikt als onderlegger voor herziening van een bestaand dan wel vaststelling van een nieuw bestemmingsplan, waarmee een nieuwe ontwikkeling plano­ logisch mogelijk wordt gemaakt.

 

1.2 Doel

In de Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016 zijn de afwijkingsbevoegdheden verruimd. Het uitgangspunt hierbij was om initiatieven mogelijk te maken die niet (geheel) kunnen voldoen aan de vastgestelde parkeernorm.

 

De Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016 bevat parkeernormen die op identieke wijze specifiek toegesneden zijn op de situatie in Overbetuwe als de vorige Nota Parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014.

 

1.3 Status

De Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016 heeft de status van een beleidsregel in de zin van artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht. Dit heeft tot gevolg dat overeenkomstig deze beleidsregel wordt gehandeld, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn in verhouding tot de met deze beleidsregel te dienen doelen (inherente afwijkingsbevoegdheid, artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht).

 

Primair worden de uitgangspunten in deze nota gebruikt bij het verlenen van omgevingsvergun­ ningen, waarmee de koppeling met de gemeentelijke bouwverordening is gemaakt (art. 2.5.30). In artikel 2.5.30 lid 1 van de bouwverordening Overbetuwe staat namelijk dat 'ten behoeve van parkeren of stallen van auto's in voldoende mate ruimte moet zijn aangebracht in, op of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw hoort'. Deze nota is een nadere uitwerking van de term 'in voldoende mate'.

 

Secundair dienen de uitgangspunten in deze Nota als onderlegger voor herziening van een bestaand dan wel vaststelling van een nieuw bestemmingsplan, waarmee planologische ontwikkelingen worden mogelijk gemaakt. In een bestemmingsplan kan een link worden gelegd met deze nota of kunnen de relevante parkeernormen uit de nota worden overgenomen. Parkeereisen voor fiets en auto kunnen worden opgenomen in de regels van een nieuw/herzien bestemmingsplan.

 

1.4 Leeswijzer

Eerst zal in hoofdstuk 2 de doorvertaling van de CROW-kencijfers voor het autoparkeren naar de parkeernorm voor Overbetuwe gemaakt worden.

Vervolgens worden in hoofdstuk 3 mogelijke alternatieven besproken als een nieuwe ontwikkeling niet aan de parkeernorm voldoet. Tevens is in dit hoofdstuk de overgangsregeling opgenomen. Ten slotte wordt in hoofdstuk 4 de norm voor het fietsparkeren behandeld.

 

2. Parkeernormen auto

 

De landelijke CROW-richtlijnen geven een minimum en een maximum parkeerkencijfer aan dat gehanteerd kan worden als basis voor de vaststelling van een specifieke parkeernorm. In dit hoofdstuk wordt de analyse weergegeven welke vaste parkeernorm binnen de range tussen minimum en maximum parkeerkencijfer voor de specifieke situatie in Overbetuwe aangehouden zal worden. Deze analyse is identiek aan de analyse die in de Nota Parkeernormen gemeente Overbetuwe 2014 is opgenomen.

 

2.1 Uitgangspunten

Hoofddoel van het opstellen en hanteren van parkeernormen is het voorkomen van een te hoge parkeerdruk in de openbare ruimte als gevolg van nieuwe ontwikkelingen. Voordat ingegaan wordt op de parkeernormen is het belangrijk enkele uitgangspunten vast te stellen.

 

Parkeernormen niet van toepassing op de bestaande omgeving

Op parkeervraagstukken (zoals bijvoorbeeld een bestaande parkeerdruk) in een bestaande (woon)omgeving zijn de normen uit deze nota niet van toepassing. De reden hiervoor is dat bestaande (woon)omgevingen ontwikkeld en gerealiseerd zijn op basis van oudere normen. Oplossingen voor deze parkeervraagstukken is maatwerk en in veel gevallen alleen te realiseren met een integrale aanpak, bijvoorbeeld om bij een reconstructie te kijken of extra parkeer­ plaatsen gerealiseerd kunnen worden.

 

Parkeernormen van toepassing op nieuwe ontwikkelingen

Als uitgangspunt geldt dat nieuwe ontwikkelingen meer parkeerdruk zullen genereren. De normen in deze nota zijn dan ook van toepassing op nieuwe ontwikkelingen:

  • nieuwbouw;

  • splitsing van een woning in meerdere woningen c.q. wooneenheden;

  • gehele en gedeeltelijke verbouwing van een pand met een bestemmingswijziging of -afwijking waarbij het nieuwe gebruik/ de nieuwe functie een meer verkeersaantrekkend karakter heeft;

  • vergroting van een pand, waarbij de vergroting zal leiden tot een verhoogde vraag naar parkeercapaciteit; etc.

Tekort parkeerplaatsen niet compenseren

Bij nieuwbouw ter vervanging van bestaande bebouwing, bij uitbreiding van bebouwing en/of bij een functieverandering is het niet vereist het eventueel bestaande tekort aan parkeerplaatsen te compenseren bij de nieuwe benodigde parkeervoorzieningen. Compensatie is uiteraard wel gewenst en toegestaan.

 

Afronding naar boven van het aantal parkeerplaatsen

Het benodigde aantal parkeerplaatsen wordt berekend op 1 decimaal achter de komma, net zo­ als de norm wordt uitgedrukt in 1 decimaal achter de komma. Het totaal aantal parkeerplaatsen wordt, in tegenstelling tot de gebruikelijke afrondingsregels, naar boven afgerond. Een norm van 4,1 wordt dus afgerond naar 5 parkeerplaatsen. Zou de gebruikelijke afrondingsregel toegepast worden dan kan naar verloop van tijd een tekort aan parkeerplaatsen ontstaan.

 

Als er 1 parkeerplaats gerealiseerd moet worden dan geldt de norm niet. Op deze wijze wordt voorkomen dat een ontwikkeling met een kleine parkeer aantrekkende werking, zoals een bedrijf aan huis, niet door zou kunnen gaan. Of alleen tegen een relatief grote/dure ingreep.

 

2.2 Gebiedsindeling

De theoretische parkeernormen bestaan uit een uitgebreide reeks van parkeerkencijfers, met een minimum en een maximum parkeernorm. Deze zijn omschreven in publicatie 317; 'Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie' (CROW, oktoberber 2012), waarin onderscheid wordt gemaakt in:

  • stedelijkheidsgraad: uiteenlopend van 'zeer sterk stedelijk' tot 'niet stedelijk';

  • stedelijke zone: 'centrum', 'schil/overloopgebied', 'rest bebouwde kom' en 'buitengebied';

  • type voorziening: wonen, werken, winkelen/ boodschappen, sport/ cultuur/ ontspanning, horeca/ (verblijfs)recreatie, gezondheidszorg/ (sociale) voorzieningen en onderwijs.

Stedelijkheidsgraad

Door het CBS worden, aan de hand van de omgevingsadressendichtheid (het aantal adressen per vierkante kilometer), vijf stedelijkheidsgraden onderscheiden.

 

Doorvertaling stedelijkheidsgraad naar Overbetuwe

De gemeente Overbetuwe heeft per 30 oktober 2015 een omgevingsadressendichtheid van 773 adressen per km2 (bron: CBS Statline). De gemeente Overbetuwe als geheel valt daarmee precies in het midden van de klasse 'weinig stedelijk' (500-1.000 adressen per km2).

Voor een nadere specificering van de stedelijkheidsgraad binnen de gemeente Overbetuwe wordt uitgegaan van de Toekomstvisie+. Hierin is vastgelegd dat Elst een regionale verzorgingsfunctie en Zetten een subregionale verzorgingsfunctie heeft. Voor deze twee kernen wordt dan ook uitgegaan van de iets hogere stedelijkheidsgraad 'matig stedelijk'. Voor de overige kernen geldt dat ze een minder regionale verzorgingsfunctie hebben, waardoor uitgegaan wordt van de stedelijkheidsgraad 'weinig stedelijk'. Voor ontwikkelingen in het buitengebied wordt bij het bepalen van de parkeernorm uitgegaan van de iets lagere stedelijkheidsgraad 'niet stedelijk'.

 

Stedelijke zone

Voor het bepalen van de parkeernorm is ook de ligging van de locatie van belang.

Zo is uit landelijke parkeerstudies gebleken dat een functie in een centrum een lagere parkeervraag heeft dan dezelfde functie buiten een centrum. Dit komt door het aanbod en de kwaliteit van andere vervoerswijzen, zoals openbaar vervoer. Het CROW maakt voor de parkeernormen onderscheid in 'centrum', 'schil/ overloopgebied', 'rest bebouwde kom' en 'buitengebied'.

 

Doorvertaling stedelijke zone naar Overbetuwe

In Elst en Zetten is er sprake van een 'centrum'. In alle andere kernen is de omvang van het centrum te gering om te spreken van een centrumgebied. Voor Elst is aansluiting gezocht bij de plangrenzen van Elst Centrum en Elst Centraal. Voor Zetten is de begrenzing van het 'centrum' de huidige blauwe zone aangehouden.

Vanwege de relatief beperkte omvang van de kernen is er in Elst en Zetten geen sprake van een 'schil/overloopgebied'. De rest van Elst en Zetten, inclusief de overige kernen, zijn dan ook aangewezen als 'rest bebouwde kom'.

 

In bijlage 1 is geografisch de stedelijke zone 'centrum' voor de kernen Elst en Zetten aangegeven.

 

2.3 Hoogte parkeernorm

Per voorziening geven de CROW-richtlijnen een minimum en maximum parkeerkencijfer aan, waarbinnen voor de specifieke situatie in Overbetuwe een parkeernorm moet worden gekozen. In dit hoofdstuk wordt een analyse gemaakt welke parkeernorm (minimum, maximum of er tussenin) voor Overbetuwe aangehouden moet worden. Hierbij wordt gebruikt gemaakt van diverse onderzoeken.

 

Planbureau voor de Leefomgeving

Het Planbureau heeft een brede (statistische) analyse uitgevoerd naar de relatie tussen autobezit, aantal huishoudens, ruimtelijke- en huishoudenskenmerken en de parkeersituatie en parkeerdruk. Het betreft een landelijk onderzoek, met voor deze parkeernota als belangrijkste conclusies:

  • Het autobezit per huishouden is de afgelopen twee decennia met 25 procent toegenomen, maar de ontwikkeling van het aantal parkeerplaatsen is hierbij achtergebleven.

  • Het aantal auto's in Nederland zal tot 2030 naar verwachting verder toenemen met 9 tot 50%.

  • Ruimtelijke kenmerken hebben maar beperkt invloed op het autobezit. De aanwezigheid van openbaar vervoer en een lage parkeernorm halen mensen niet uit hun auto.

  • Op dit moment betalen bewoners en bezoekers geen reële prijs voor het parkeren van hun private auto's in de openbare ruimte.

Doorvertaling naar Overbetuwe

De Toekomstvisie+ geeft aan dat het oostelijk deel van de gemeente een intermediair gebied is in de Stadsregio Arnhem Nijmegen, het westelijk deel van Overbetuwe heeft een meer landelijke functie.

 

Op basis van de bevindingen uit het onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving geldt voor het oostelijk deel dat de parkeerdruk verder zal gaan toenemen door een te verwachten inhaalslag van het autobezit.

In het westelijk deel geldt dat hier al van een hoger autobezit moet worden uitgegaan. Volgens het Planbureau is het autobezit in de gebieden met een landelijke functie namelijk beduidend hoger dan gemiddeld.

 

Autobezit

Een belangrijk gegeven om de parkeersituatie te kunnen beoordelen, is het autobezit. Een hoog autobezit leidt immers tot een hoge parkeerdruk. Het autobezit en de groei daarvan in Overbetuwe, provincie Gelderland en geheel Nederland is weergegeven in tabel 1.

 

 

Gebied

Autobezit per 1.000 inwoners

Groeipercentage

2013

2014

2015

Gemeente Overbetuwe

504

509

516

2,4%

Provincie Gelderland

472

473

475

0,6%

Nederland

472

471

472

0%

Tabel 1: ontwikkeling autobezit (CBS 2015)

 

Als naar het autobezit wordt gekeken ten opzichte van heel Nederland en de provincie Gelderland kan worden geconcludeerd dat de groei in Overbetuwe nagenoeg een gelijke trend houdt. Ook het aantal auto's per 1.000 inwoners in Overbetuwe is relatief hoog.

 

Conclusie

Op basis van voorgaande analyse kan geconcludeerd worden dat het autobezit in Overbetuwe hoog is. Dit blijkt niet alleen uit het feitelijke autobezit maar ook uit het onderzoek van het Planbureau voor de Leefomgeving.

 

In deze Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016 zijn dan ook (net als in de Nota Par­ keernormen gemeente Overbetuwe 2014) de maximum parkeerkencijfers uit CROW publicatie 317 overgenomen. Deze zijn in bijlage 2 per voorziening en gebiedsindeling terug te vinden, inclusief de rekenregels en mogelijkheid van dubbelgebruik.

 

Er is getracht de nota zo algemeen mogelijk te houden, maar wel bruikbaar te laten zijn voor specifieke situaties. Bij functies waar de nota niet in voorziet, zal maatwerk geleverd moeten worden. Hierbij wordt zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de door de CROW opgenomen functies.

 

3. Afwijking van de parkeernormen

 

Als uit de ingediende parkeerbalans en situatietekening blijkt dat het aantal parkeerplaatsen niet op eigen terrein gerealiseerd kan worden, kan hiervan op drie manieren worden afgeweken. De voorkeursvolgorde hierbij is:

  • 1.

    parkeren opvangen door benutting bestaande parkeerruimte (paragraaf 3.1);

  • 2.

    aanleg parkeerplaatsen in de openbare ruimte (paragraaf 3.2);

  • 3.

    afwijkingsbevoegdheid (paragraaf 3.3).

Verder is een overgangsregeling voor lopende initiatieven (paragraaf 3.5) opgenomen.

 

3.1 Parkeren opvangen door benutting bestaande parkeerruimte

Wanneer in de omgeving van een ontwikkeling nog parkeergelegenheid beschikbaar is, kan wellicht een deel van de parkeerdruk van de ontwikkeling op de omgeving worden afgewenteld. Om die mogelijkheid aan te tonen is een parkeerbalans nodig.

 

De parkeerbalans moet voor een ruim gebied rond de ontwikkeling bepaald worden. Hierbij moet rekening gehouden worden met aanwezigheidspercentages en acceptabele loopafstanden zoals die door het CROW worden gehanteerd.

 

Het gebied waar de parkeerbalans voor gemaakt moet worden kan onder andere bepaald worden aan de hand van:

  • wat voor soort initiatief is het, in combinatie met de acceptabele loopafstanden die het CROW (publicatie 317 "Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie") hanteert voor het initiatief;

  • een natuurlijke begrenzing zoals een spoorbaan;

  • een functionele gebiedsindeling zoals een scholencluster of bedrijventerrein.

De bezettingsgraad in de omgeving mag, inclusief die van de nieuwe ontwikkeling, niet hoger worden dan 85%. De parkeerbalans moet uitgevoerd worden door een onafhankelijk adviesbureau, waarbij de kosten voor rekening van de initiatiefnemer zijn. Voert de gemeente dit onder­ zoek uit, dan zullen de kosten doorberekend worden aan de initiatiefnemer. Dit onderzoek is nodig in het kader van een zorgvuldige belangenafweging (artikel 3:2 Awb).

 

Voor het onderzoek worden vaste tijdstippen aangehouden zodat deze vergelijkbaar zijn en gebruikt kunnen worden om de parkeernormen te monitoren.

De teldagen zijn: dinsdag, donderdag (of een andere koopavond) en de zaterdag.

De telmomenten zijn: 07:00 uur, 10:00 uur, 13:00 uur, 16:00 uur, 19:00 uur en 22:00 uur.

 

3.2 Aanleg parkeerplaatsen in de openbare ruimte

Wanneer de mogelijkheid niet aanwezig is om de parkeerdruk op te vangen met de bestaande parkeerplaatsen, kan onderzocht worden of er mogelijkheden zijn om parkeerplaatsen in de openbare ruimte aan te leggen. Bij het bepalen van een eventuele locatie moet rekening gehouden worden met:

  • de door het CROW (publicatie 317) aangehouden acceptabele loopafstanden;

  • de kwaliteit van de omgeving mag niet ten koste gaan van de aanleg van parkeerplaatsen; afmeting van de parkeerplaats moet voldoen aan de eisen zoals deze opgenomen zijn in de laatste versie van het "Handboek locatie-eisen" gemeente Overbetuwe;

  • de aanleg van de parkeerplaatsen moet binnen het geldend bestemmingsplan passen.

De kosten voor het realiseren van deze openbare parkeerplaatsen komen geheel ten laste van de initiatiefnemer.

 

3.3 Afwijkingsbevoegdheid

Het college van burgemeester en wethouders kan besluiten tot afwijking van de parkeereis die de 'Nota parkeernormen gemeente Overbetuwe 2016' voorschrijft indien de initiatiefnemer aantoonbaar maakt dat er gegronde redenen zijn om van de parkeernorm af te wijken, dan wel de parkeerplaatsen niet of deels niet op eigen terrein aan te leggen.

 

De initiatiefnemer dient door een onafhankelijke adviseur een parkeerprofiel op te laten stellen met daarin:

  • de onderbouwing waaruit de lagere parkeerbehoefte blijkt;

  • aangetoond dat het financieel, dan wel ruimtelijk onmogelijk is om het vastgestelde aantal parkeerplaatsen op eigen terrein aan te leggen;

  • een beschrijving van de initiatieven die hij heeft genomen om toch aan de parkeernorm te voldoen.

Het team Vergunning en Handhaving toetst het parkeerprofiel en adviseert hierover het college.

 

3.5 Overgangsregeling

De in deze nota opgenomen parkeernormen zijn niet van toepassing in de volgende gevallen:

  • 1.

    Initiatieven waarvoor het college van burgemeester en wethouders vóór de datum van in­ werkingtreding van deze nota heeft ingestemd met een parkeernorm welke is vastgelegd in een door burgemeester en wethouders geaccordeerd document zoals een stedenbouwkundig plan c.q. programma van eisen/ nota van uitgangspunten en/of in een intentie- of exploitatieovereenkomst. In deze gevallen gelden de parkeernormen zoals vastgelegd in het door burgemeester en wethouders geaccordeerde document.

  • 2.

    Initiatieven die passen binnen een voorontwerpbestemmingsplan waarvan het college van burgemeester en wethouders vóór de datum van inwerkingtreding van deze nota heeft ingestemd met ter inzage legging. In deze gevallen gelden de parkeernormen zoals opgenomen in het voorontwerpbestemmingsplan.

  • 3.

    Op een aanvraag om omgevingsvergunning, afwijking, ontheffing of toestemming anders­ zins, die is ingediend vóór de datum van inwerkingtreding van deze nota en waarop op die datum nog niet is beschikt. In deze gevallen gelden de vóór de datum van inwerkingtreding van deze nota geldende parkeernormen.

4. Parkeernormen fiets

 

Het Fietsberaad heeft samen met het CROW in 2010 een landelijk onderzoek naar de behoefte van het aantal fietsparkeerplaatsen gehouden. Het doel hiervan was om betrouwbare normen voor het aantal fietsparkeerplaatsen te bepalen. Dit onderzoek is in twee stappen uitgevoerd:

  • 1.

    een theoretische benadering die vergelijkbaar is met de bepaling van de norm voor het aantal autoparkeerplaatsen;

  • 2.

    een toets aan de praktijk.

Het resultaat hiervan is de uitgave "Leidraad fietsparkeren" (CROW-publicatie 291 van december 2010). In CROW-publicatie 317 'Kencijfers parkeren en verkeersgeneratie' zijn de fietspar­ keerkencijfers uit de 'Leidraad fietsparkeren' geactualiseerd.

 

De fietsparkeerkencijfers bestaan uit een kencijfer dat gebaseerd is op een gemeente met een gemiddeld fietsgebruik en een minimum en maximum kencijfer. Het minimum geldt voor een gemeente met een zeer laag fietsgebruik en het maximum voor een gemeente met een zeer hoog fietsgebruik. Uit een onderzoek van het Fietsberaad (juni 2010) is naar voren gekomen dat 21% van het totaal aantal verplaatsingen in Overbetuwe per fiets plaatsvindt. Wij scoren hiermee gemiddeld.

Als we naar de korte afstanden kijken (< 7,5 km) groeit het aandeel van de fiets naar 32%.

 

Doorvertaling naar Overbetuwe

Gezien het feit dat wij voor het aantal verplaatsingen per fiets gemiddeld scoren wordt voor het bepalen van het aantal fietsparkeerplaatsen als uitgangspunt het gemiddelde kencijfer aangehouden.

 

In bijlage 3 zijn de tabellen met de normen opgenomen. De normen gelden voor solitaire functies en zijn dus niet geschikt voor gebieden met grote menging van functies, zoals winkelgebieden. Het aantal fietsparkeerplaatsen dat nodig is moet voor het hele gebied bepaald worden en niet apart per functie. Om deze reden zullen de kosten voor het aanleggen van de parkeerplaat­ sen ook voor rekening van de gemeente zijn. Bij een solitaire functie zullen de kosten ten laste van de initiatiefnemer komen.

 

Voor alle bijlagen: zie de bijlage bij deze publicatie.

Bijlage 1: Kaarten stedelijke zone 'centrum'

 

Elst (matig stedelijk)

 

Zetten (matig stedelijk)

 

Bijlage 2: Parkeernormen auto 2016

 

 

Wonen

Elst - Zetten

Overige kernen

Buiten-gebied

Aandeel

bezoekers

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Koop, vrijstaand

2,2

2,6

2,7

2,8

0,3 pp/woning

Woning

Koop, 2 onder 1 kap

2,1

2,5

2,6

2,6

0,3 pp/woning

Woning

Koop, tussen/hoek

1,9

2,3

2,4

2,4

0,3 pp/woning

Woning

Koop, etage, duur

2,0

2,4

2,5

2,5

0,3 pp/woning

Woning

Koop, etage, duur/midden

1,9

2,3

2,4

2,4

0,3 pp/woning

Woning

Koop, etage, midden

1,8

2,2

2,3

2,3

0,3 pp/woning

Woning

Koop, etage, goedkoop

1,7

2,0

2,0

2,0

0,3 pp/woning

Woning

Huurhuis, vrije sector

1,9

2,3

2,4

2,4

0,3 pp/woning

Woning

Huurhuis, sociale huur

1,7

2,0

2,0

2,0

0,3 pp/woning

Woning

Huur, etage, duur

1,8

2,2

2,3

2,3

0,3 pp/woning

Woning

Huur, etage, duur/midden

1,7

2,0

2,1

2,1

0,3 pp/woning

Woning

Huur, etage, midden

1,5

1,8

1,8

1,8

0,3 pp/woning

Woning

Huur, etage, goedkoop

1,5

1,8

1,8

1,8

0,3 pp/woning

Woning

Serviceflat/ Aanleunwoning

1,3

1,3

1,4

1,4

0,3 pp/woning

Woning

Kamerverhuur, zelfstandig (niet studenten)

0,6

0,8

0,8

0,8

0,2 pp/woning

Kamer

Kamerverhuur, studenten, niet zelfstandig

0,3

0,3

0,3

0,3

0,2 pp/woning

Kamer

 

 

Verklaring

Serviceflat/aanleunwoning: zelfstandige woning met beperkte zorgvoorziening.

 

Voor grondgebonden koop- en huurwoningen hanteert het CROW alleen een indeling in be­ bouwingstypologie. Voor niet-grondgebonden koop- en huurwoningen hanteert het CROW een indeling in prijsklassen. De typologie die het CROW aanhoudt (duur, midden en goedkoop) is te vaag en dient geconcretiseerd te worden. Hiervoor zijn de bedragen aangehouden uit de Provinciale Woonvisie Gelderland 2010-2019. Omdat de provincie 4 prijsklassen aanhoudt is de omschrijving duur/midden toegevoegd.

 

Koop

Huur

Duur: boven

€ 250.000,-

boven huursubsidietoeslag

Duur/midden: van – tot

€ 200.000,- tot € 250.000,-

-

Midden: van – tot

€ 170.000,- tot € 200.000,-

-

Goedkoop: tot

€ 170.000,-

onder huursubsidietoeslag

 

Parkeren eigen terrein

In de praktijk wordt niet alle beschikbare parkeergelegenheid op eigen terrein als zodanig benut. Daarom worden de volgende berekeningsaantallen aangehouden voor de mate waarin parke­ ren op eigen terrein wordt meegeteld aan de aanbodzijde. Deze zijn een afgeleide van de waar­ den zoals opgenomen in CROW-publicatie 317. Een uitzondering hierop is dat wij een garage zonder oprit niet als parkeergelegenheid meerekenen. De ervaring is dat in deze gevallen de garage meer gebruikt wordt als bergruimte dan als garage. Verder zijn de afmetingen aange­ scherpt zodat de parkeerplaatsen een zodanige afmeting krijgen dat deze ook daadwerkelijk gebruikt kunnen worden als parkeerplaats.

 

Rekenwaarden

Theoretisch

aantal

Berekenings-

aantal

Opmerking afmeting

Enkele oprit zonder garage

1

0,8

Oprit min. 5,0 meter diep

Lange oprit zonder garage of carport

2

1,0

Oprit min. 10,5 meter diep

Dubbele oprit zonder garage

2

1,7

Oprit min. 5,0 meter breed

Garage zonder oprit (bij woning)

1

0

-

Garagebox (niet bij woning)

1

0,5

-

Garage met enkele oprit

2

1,0

Oprit min. 5,0 meter diep

Garage met lange oprit

3

1,3

Oprit min. 10,5 meter diep

Garage met dubbele oprit

3

1,8

Oprit min. 5,0 meter breed

 

Winkelen en boodschappen

Elst - Zetten

Overige kernen

Buiten-gebied

Aandeel

bezoekers

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Buurtsupermarkt

2,9

4,5

5,1

n.v.t.

89%

100 m² bvo

Discountsupermarkt

4,3

7,5

8,5

n.v.t

96%

100 m² bvo

Fullservice supermarkt laag en middellaag prijsniveau)

4,1

6,4

7,2

n.v.t

93%

100 m² bvo

Fullservice supermarkt middelhoog en hoog prijsniveau)

4,6

5,9

6,6

n.v.t.

93%

100 m² bvo

Grote supermarkt

7,0

8,7

9,6

n.v.t.

84%

100 m² bvo

Groothandel in levensmiddelen

n.v.t.

7,4

8,1

n.v.t.

80%

100 m² bvo

Binnenstad of hoofdwinkel(stads)centrum 20.000-30.000 inwoners

3,8

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

82%

100 m² bvo

Buurt- en dorpscentrum

n.v.t.

4,7

5,0

n.v.t.

72%

100 m² bvo

Wijkcentrum (klein)

n.v.t.

5,5

5,9

n.v.t.

76%

100 m² bvo

Wijkcentrum (gemiddeld)

n.v.t.

6,1

6,5

n.v.t.

79%

100 m² bvo

Wijkcentrum (groot)

n.v.t.

6,7

7,1

n.v.t.

81%

100 m² bvo

Kringloopwinkel

n.v.t.

2,1

2,2

2,5

89%

100 m² bvo

Bruin- en witgoedzaken

4,7

8,6

8,9

10,0

92%

100 m² bvo

Woonwarenhuis/ woonwinkel

1,5

2,1

2,2

2,2

91%

100 m² bvo

Woonwarenhuis (zeer groot)

n.v.t.

5,8

5,9

5,9

95%

100 m² bvo

Meubelboulevard/woonboulevard

n.v.t.

2,6

2,8

n.v.t.

93%

100 m² bvo

Winkelboulevard

n.v.t.

4,4

4,7

n.v.t.

94%

100 m² bvo

Outletcentrum

n.v.t.

11,1

11,4

11,4

94%

100 m² bvo

Bouwmarkt

n.v.t.

2,6

2,7

2,7

87%

100 m² bvo

Tuincentrum

n.v.t.

2,8

2,9

3,1

89%

100 m² bvo

Groencentrum

n.v.t.

2,8

2,9

3,1

89%

100 m² bvo

Weekmarkt (bij klein wijk-, buurt- en dorpscentrum)

0,24

0,24

0,27

n.v.t.

85%

1 m¹ kraam

 

Verklaring

  • -

    Buurtsupermarkt: kleinere supermarkt (kleiner dan 600 m2 winkelvloeroppervlak). Discountsupermarkt: relatief laag prijsniveau en serviceniveau, beperkt assortiment (bijvoor­ beeld Aldi en Lidi).

  • -

    Fullservice supermarkt (laag en middellaag prijsniveau): relatief laag prijsniveau, middel­ matig serviceniveau, uitgebreid assortiment, vaak meer dan 1.000 m2 winkelvloeroppervlak (bijvoorbeeld Nettorama, C1000 en Jumbo).

  • -

    Fullservice supermarkt (middelhoog en hoog prijsniveau): hoog prijs- en serviceniveau, uitgebreid assortiment, vaak meer dan 1.000 m2 winkelvloeroppervlak (bijvoorbeeld Plus en Albert Heijn).

  • -

    Grote supermarkt: (zeer) uitgebreid assortiment, zeer hoog serviceniveau, verkoopvloerop­ pervlak groter dan 2.500m2 (bijvoorbeeld Albert Heijn XL).

  • -

    Groothandel in levensmiddelen: meestal een grootschalige detailhandelsvestiging op een industrieterrein aan de rand van een stad (bijvoorbeeld Makro, Hanos en Sligro).

  • -

    Winkelboulevard: Een winkelboulevard of retailpark is een verzameling van meerdere, vaak grootschalige detailhandelsvestigingen op korte loopafstand van elkaar (die in tegenstelling tot een woon- of meubelboulevard niet gericht zijn op een gezamenlijk thema).

  • -

    Woonwarenhuis/woonwinkel (overig): Het betreft grootschalige detailhandelszaken die een breed assortiment voeren met betrekking tot het inrichten van woningen in de breedste zin van het woord. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om meubels, verf, behang, accessoires en verlichting. Voorbeelden van dergelijke woonwinkels zijn Kwantum, Profijtmeubel, Trendhop­ per en Leen Bakker. In verband met het ontbreken van praktijkgegevens wordt aangeraden deze kencijfers ook te gebruiken voor meer gespecialiseerde grootschalige woonwinkels die zich toeleggen op keukens, zonwering, verlichting, bedden, enzovoort

  • -

    Outletcentrum: Een outletcentrum bestaat uit een verzameling van meerdere detailhandels­ vestigingen op korte loopafstand van elkaar, die gezamenlijk een grootschalig winkelgebied vormen (met een oppervlakte van 5.000 tot 40.000 m2 wvo). Een outletcentrum profileert zich meestal met lagere prijzen dan standaardwinkels.

  • -

    Tuincentrum (inclusief buitenruimte): Het betreft de middelgrote en grootschalige detailhan­ delsvestigingen (> 1.000 m2 wvo) in (perifeer) stedelijk gebied of het buitengebied. Er wor­ den in deze centra ook aanverwante artikelen verkocht, zoals dierartikelen, seizoensartike­ len (zoals kerstversiering), accessoires en decoratiemateriaal voor in huis. De buitenruimte is verkoopruimte (voor klanten toegankelijk).

  • -

    Groencentrum (inclusief buitenruimte): Het betreft kleinere tuincentra (< 2.000 m2 wvo) die liggen in (perifeer) stedelijk gebied of het buitengebied. Er worden in beperkte mate aan­ verwante artikelen verkocht (alleen aan groen gerelateerde zaken, zoals tuingereedschap, materiaal ten behoeve van klein tuinonderhoud en groengerelateerde decoraties). Er wor­ den geen seizoensartikelen (zoals kerstversiering) verkocht. Groencentra zijn meestal klei­ nere bedrijven met als achtergrond een hoveniersbedrijf of plantenkwekerij, die fungeren als lokaal tuincentrum. De buitenruimte is verkoopruimte (voor klanten toegankelijk).

Opmerking

  • -

    Weekmarkt: 1m1 kraam = 6 m2 bvo (indien geen parkeren achter kraam dan + 1,0 pp per standhouder extra).

  • -

    Woonwarenhuis: Kengetallen gebaseerd op vestiging van circa 25.000 m2 bvo.

  • -

    Tuincentrum en groencentrum: oppervlakte inclusief buitenruimte.

Werken

Elst - Zetten

Overige kernen

Buiten-gebied

Aandeel

bezoekers

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Commerciële dienstverlening

(kantoor met baliefunctie)

2,3

3,1

3,8

3,8

20%

100 m² bvo

Kantoor(zonder baliefunctie)

1,8

2,3

2,8

2,8

5%

100 m² bvo

Bedrijf arbeidsextensief/

bezoekersextensief bedrijven

(loods, opslag, transportbedrijf)

0,9

1,3

1,3

1,3

5%

100 m² bvo

Bedrijf arbeidsintensief/

bezoekersextensief (industrie, laboratorium, werkplaats)

1,8

2,6

2,6

2,6

5%

100 m² bvo

Bedrijfsverzamelgebouw

1,5

2,1

2,2

2,2

10%

100 m² bvo

 

Verklaring

  • -

    Commerciële dienstverlening: Kantoren met een baliefunctie.

  • -

    Kantoor (zonder baliefunctie): Administratief en zakelijk.

  • -

    Bedrijf arbeidsextensief/bezoekersextensief: Bijvoorbeeld loods, opslag of transportbedrijf (relatief weinig werknemers en relatief weinig bezoekers).

  • -

    Bedrijf arbeidsintensief/bezoekersextensief: Bijvoorbeeld industrie, laboratorium of een werkplaats (relatief veel werknemers en relatief weinig bezoekers).

  • -

    Bedrijfsverzamelgebouw: Mix van kantoren (zonder baliefunctie) en bedrijven.

Opmerking

  • -

    Bedrijf arbeidsextensief/bezoekersextensief: exclusief vrachtwagen parkeren.

  • -

    Bedrijf arbeidsintensief/bezoekersextensief: exclusiefvrachtwagenparkeren.

  • -

    Bedrijfsverzamelgebouw: gelijkwaardige mix van kantoren (zonder baliefunctie), arbeidsex­ tensieve en arbeidsintensieve bedrijven.

 

Onderwijs

Elst - Zetten

Overige kernen

Buiten-gebied

Aandeel

bezoekers

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Hogeschool

11,3

12,7

12,9

12,9

72%

100 studenten

ROC

5,7

6,8

6,9

6,9

7%

100 studenten

Middelbare school

4,7

5,9

5,9

5,9

11%

100 leerlingen

Avondonderwijs

5,5

7,8

7,8

11,5

95%

10 studenten

*Basisonderwijs

1,0

1,0

1,0

0%

Leslokaal

*Kinderdagverblijf (Crèche/peuterspeelzaal/BSO)

1,1

1,5

1,5

1,6

0%

100 m² bvo

 

Opmerking

  • -

    Kinderdagverblijf: exclusief Kiss & Ride.

  • -

    Basisonderwijs: exclusief Kiss & Ride.

  • -

    Middelbare school en ROC: bezoekers worden aangemerkt als leerlingen. -Hogeschool en avondonderwijs: bezoekers worden aangemerkt als studenten.

* Rekenmethode halen & brengen basisonderwijs en kinderdagverblijf

Op www.crow.nl is in het rekenprogramma 'Parkeren en verkeer' een rekensystematiek opgeno­ men voor het berekenen van de parkeerdruk door halen en brengen bij kinderdagverblijven en basisscholen. Deze is hieronder weergegeven:

groepen 1 t/m 3: aantal leerlingen x % leerlingen met auto x 0,51 x 0,752 

groepen 4 t/m 8: aantal leerlingen x % leerlingen met auto x 0,251 x 0,852

kinderdagverblijf: aantal opvangkinderen x % opvangkinderen met auto x 0,251 x 0,752

 

= reductiefactor parkeerduur

  • groepen 1 t/m 3 gemiddeld 10 minuten in periode van 20 minuten = 0,5

  • groepen 4 t/m 8 gemiddeld 2,5 minuten in periode van 10 minuten = 0,25 Kinderdagverblijf gemiddeld 15 minuten in periode van 60 minuten = 0,25

= reductiefactor aantal kinderen per auto

  • groepen 1 t/m 3 = 0,75

  • groepen 4 t/m 8 = 0,85

  • Kinderdagverblijf=0,75

Opmerking

Het percentage leerlingen (kinderen) dat wordt gebracht en gehaald ligt tussen de 1% en 60%.

Dit is ondermeer afhankelijk van:

  • stedelijkheidsgraad (gebied om de locatie);

  • stedelijke zone (waar de locatie ligt);

  • de gemiddelde afstand naar school.

Gemiddeld ligt het percentage op:

  • groepen 1 t/m 3: 36%;

  • groepen 4 t/m 8: 13,5%;

  • kinderdagverblijf: 50%.

Bij gescheiden aanvangs- en eindtijd van de groepen 1 t/m 3 en 4 t/m 8 mag het aantal parkeer­ plaatsen met maximaal 40% worden gereduceerd.

 

Sport, cultuur en ontspanning

Elst - Zetten

Overige kernen

Buiten-gebied

Aandeel

bezoekers

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Bibliotheek

0,7

1,4

1,4

1,6

97%

100 m² bvo

Museum

0,7

1,2

1,2

n.v.t.

95%

100 m² bvo

Bioscoop

4,2

12,2

12,2

14,7

94%

100 m² bvo

Filmtheater/filmhuis

3,6

8,9

8,9

10,9

97%

100 m² bvo

Theater/schouwburg

8,9

11,3

11,3

13,5

87%

100 m² bvo

Musicaltheater

3,4

4,5

4,5

5,6

86%

100 m² bvo

Casino

6,2

7,0

7,0

8,5

86%

100 m² bvo

Jachthaven

0,7

0,7

0,7

-

Ligplaats

Sporthal

1,8

3,1

3,1

3,7

96%

100 m² bvo

Sportzaal

1,4

3,0

3,1

3,8

94%

100 m² bvo

Tennishal

0,4

0,6

0,6

0,6

87%

100 m² bvo

Sportveld (buiten)

27,0

27,0

27,0

95%

Ha. netto terrein

Dansstudio

2,1

6,0

6,0

7,9

93%

100 m² bvo

Fitnesstudio/sportschool

1,9

5,3

5,3

7,0

87%

100 m² bvo

Fitnesscentrum

2,2

6,8

6,8

7,9

90%

100 m² bvo

Wellnesscentrum (thermen, kuurcentrum, beautycentrum)

n.v.t

9,8

9,8

10,8

99%

100 m² bvo

Sauna, hammam

3,0

7,2

7,2

7,8

99%

100 m² bvo

Squashhal

1,7

2,8

2,8

3,3

84%

100 m² bvo

Golfoefencentrum

n.v.t.

53,1

53,1

58,2

93%

centrum

Golfbaan (18 holes)

n.v.t.

106,0

106,0

128,3

98%

18-holes, 60 ha

Bowlingcentrum

2,1

3,3

3,3

3,3

89%

Bowlingaan

Biljart-/snookercentrum

1,1

1,6

1,6

2,0

87%

Tafel

Stadion

0,2

0,2

0,2

99%

Zitplaats

Zwembad overdekt

n.v.t

12,5

12,5

14,3

97%

100 m² opp.

bassin

Zwembad openlucht

n.v.t.

13,9

13,9

16,8

99%

100 m² opp.

bassin

Sportveld

27,0

27,0

27,0

27,0

95%

Hectare netto terrein

Stadion

0,2

0,2

0,2

n.v.t.

99%

zitplaats

Kunstijsbaan (kleiner dan 400 meter)

1,5

2,1

2,1

2,3

98%

100 m² bvo

Kunstijsbaan (400 meter)

n.v.t.

2,8

2,8

3,0

98%

100 m² bvo

jachthaven

0,7

0,7

0,7

0,7

onbekend

ligplaats

Attractie- en pretpark

12,0

12,0

12,0

12,0

99%

Ha. netto terrein

Indoorspeeltuin (kinderspeelhal), gemiddeld en kleiner

5,6

7,2

7,2

7,6

97%

100 m² bvo

Indoorspeeltuin (kinderspeelhal), groot

6,2

8,1

8,1

8,6

98%

100 m² bvo

Indoorspeeltuin (kinderspeelhal), zeer groot

5,4

7,3

7,4

7,9

98%

100 m² bvo

Manege (paardenhouderij)

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t

0,5

90%

Box

dierenpark

12,0

12,0

12,0

12,0

99%

Ha netto terrein

Volkstuin

n.v.t.

1,5

1,5

1,6

100%

10 tuinen

 

  • -

    Fitnesstudio/sportschool: kleinschaligere voorzieningen (indicatie: circa 750 m2 bvo).

  • -

    Fitnesscentrum: grotere multifunctionele centra (groter dan 1.500 m2 bvo).

  • -

    Golfoefencentrum: (ook wel pitch & put genoemd) al dan niet in combinatie met een golf­baan.

Opmerking

  • -

    Bioscoop: 1 zitplaats is circa 3m2 bvo. Bij bioscopen moet voor parkeren rekening worden gehouden met een eventuele overlap tussen twee voorstellingen (+40%). Gegeven kenge­ tallen betreffen de drukste voorstelling op de drukste dag van de drukste maand.

  • -

    Filmtheater/filmhuis: 1 zitplaats is circa 3m2 bvo. Bij filmhuizen moet voor parkeren rekening worden gehouden met een eventuele overlap tussen twee voorstellingen (+40%). Gegeven kengetallen betreffen de drukste voorstelling op de drukste dag van de drukste maand.

  • -

    Theater/schouwburg: 100 zitplaatsen is 300 m2 bvo.

  • -

    Musicaltheater: 100 zitplaatsen is 840 m2 bvo.

  • -

    Golfoefencentrum: uitgaande van een omvang van circa 6 ha.

  • -

    Golfbaan: Een 18-holes golfbaan is gemiddeld 60-70 ha groot.

  • -

    Sportveld: exclusief kantine, kleedruimte, oefenveldje en toiletten.

 

Horeca en (verblijfs)recreatie

Elst - Zetten

Overige kernen

Buiten-gebied

Aandeel

bezoekers

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Camping (kampeerterrein)

n.v.t

n.v.t

n.v.t

1,3

90%

standplaats

Bungalowpark (huisjescomplex)

n.v.t

1,8

1,8

2,2

91%

bungalow

Café/bar/cafetaria

6,0

7,0

8,0

n.v.t.

90%

100 m² bvo

discotheek

8,9

22,8

22,9

22,8

99%

100 m² bvo

Restaurant

10,0

14,0

16,0

n.v.t.

80%

100 m² bvo

fastfoodrestaurant

n.v.t.

2.285

2.285

n.v.t.

onbekend

gemiddelde vestiging

Evenementenhal/ beurs-

of congresgebouw

7,0

11,0

11,0

n.v.t.

99%

100 m² bvo

1* Hotel

0,5

2,5

2,6

4,6

77%

10 kamers

2* Hotel

1,6

4,3

4,5

6,5

80%

10 kamers

3* Hotel

2,6

5,5

5,7

7,3

77%

10 kamers

4* Hotel

3,9

7,7

8,0

9,5

73%

10 kamers

5* Hotel

6,1

11,4

11,8

13,4

65%

10 kamers

 

Opmerking

  • -

    Camping: exclusief 10% voor gasten van bezoekers.

 

Gezondheidszorg en (sociale) voorzieningen

Elst - Zetten

Overige kernen

Buiten-gebied

Aandeel

bezoekers

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Ziekenhuis

1,5

1,8

2,0

2,1

29%

100 m² bvo

Verpleeg- en verzorgingstehuis

0,7

0,7

0,7

n.v.t.

60%

Wooneenheid

Huisartsenpraktijk (-centrum)

2,3

3,2

3,5

3,5

57%

Behandelkamer

Fysiotherapiepraktijk (-centrum)

1,5

2,0

2,2

2,2

57%

Behandelkamer

Consultatiebureau

1,6

2,1

2,3

2,4

50%

Behandelkamer

Consultatiebureau voor ouderen

1,4

2,0

2,1

2,3

38%

Behandelkamer

Tandartsenpraktijk (-centrum)

1,8

2,6

2,8

2,9

47%

Behandelkamer

Gezondheidscentrum

1,8

2,4

2,7

2,7

55%

Behandelkamer

Apotheek

2,5

3,4

3,6

n.v.t.

45%

apotheek

Religiegebouw

0,2

0,2

0,2

n.v.t.

onbekend

Zitplaats

Begraafplaats

n.v.t.

36,6

36,6

36,6

97%

(deels) gelijktijdige plechtigheid

Crematorium

n.v.t.

35,1

35,1

35,1

99%

(deels) gelijktijdige plechtigheid

Penitentiaire inrichting

1,9

3,5

3,5

3,9

37%

10 cellen

 

Opmerking

  • -

    Ziekenhuis: de weergegeven kengetallen gelden voor een gemiddeld ziekenhuis. Een ge­ detailleerde parkeerberekening is mogelijk door gebruik te maken van de volgende parkeer­ kengetallen:

    • -

      bezoekers van klinische patiënten: 0,5 p.p. per bed bij beperkt aantal bezoekuren per dag, 0,25 p.p. per bedbij gespreide bezoektijden;

    • -

      dagverplegings- respectievelijk deeltijdbehandelingspatiënten: 0,5 p.p. per bed respec­ tievelijk plaats;

    • -

      medewerkers: 0,25 p.p. per formatieplaats (voor elke ambulante behandelaar 1 parkeer­ plaats).

  • -

    Verpleeg- en verzorgingstehuis: parkeerkencijfers zijn inclusief parkeren voor personeel.

Dubbelgebruik

Niet alle parkeerders zijn op alle momenten en dagen van de week aanwezig. Het CROW heeft hiervoor aanwezigheidspercentages bepaald (zie onderstaande tabel). Met deze percentages kan bepaald worden in hoeverre van dubbelgebruik sprake is. Bij realisatie van meerdere ver­ schillende functies die gezamenlijk van dezelfde parkeervoorzieningen gebruik maken, kan dan met een lager aantal parkeerplaatsen worden voldaan.

 

Werkdag

Zaterdag

Zondag-middag

Ochtend

Middag

Avond

Koop-avond

Nacht

Middag

Avond

Woningen bewoners

50

50

90

80

100

60

80

70

Woningen bezoekers

10

20

80

70

0

60

100

70

Kantoren/bedrijven

100

100

5

5

0

0

0

0

Commerciële dienstverlening

100

100

5

75

0

0

0

0

Detailhandel

30

60

10

75

0

100

0

0

Grootschalige detailhandel

30

60

70

80

0

100

0

0

supermarkt

30

60

40

80

0

100

40

0

Sportfuncties binnen

50

50

100

100

0

100

100

75

Sportfuncties buiten

25

25

50

50

0

100

25

100

Bioscoop/theater/

podium/enzovoort

5

25

90

90

0

40

100

40

Sociaal medisch: arts/maatschap/therapeut/consultatiebureau

100

75

10

10

0

10

10

10

Verpleeg-/verzorgingstehuis/aanleunwoning/verzorgingsflat

50

50

100

100

25

100

100

100

Ziekenhuis patiënten inclusief bezoekers

60

100

60

60

5

60

60

60

Ziekenhuis medewerkers

75

100

40

40

25

40

40

40

Dagonderwijs

100

100

0

0

0

0

0

0

Avondonderwijs

0

0

100

100

0

0

0

0

 

Algemene opmerkingen/definities

  • -

    bvo: bruto vloeroppervlak (het totale vloeroppervlak binnen de buitenmuren inclusief alle verdiepingen).

  • -

    wo: verkoop vloeroppervlak ofwel winkelvloeroppervlak.

  • -

    omrekenformule: voor winkels is het bvo gemiddeld 1,25 maal het winkeloppervlak.

  • -

    arbeidsplaats: maximaal aantal gelijktijdig aanwezige werknemers.

 

Bijlage 3: Parkeernormen fiets 2016

 

Kantoor

locatie

Elst - Zetten

Overige kernen

Buitengebied

Eenheid per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Kantoor (personeel)

Centrum

1,7

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

100 m² bvo

Rest bebouwde kom

n.v.t.

1,2

1,2

n.v.t.

Buitengebied

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

0,7

Op NS-station

0,9

0,9

0,9

0,9

Kantoor met balie (bezoekers)

5,0

5,00

5,0

5,0

Balie

 

Opmerking

  • -

    Kantoor (personeel): hoe meer gespecialiseerde functies, hoe lager het fietsgebruik. Ook de cultuur van de branche heeft invloed.

  • -

    Kantoor met balie (bezoekers): minimaal 10 parkeerplaatsen.

Scholen

Elst - Zetten

Overige kernen

Buitengebied

Eenheid per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Basisschool (leerlingen)

< 250 leerlingen

4,3

4,3

4,3

4,3

10 leerlingen

250 tot 500

5,0

5,0

5,0

5,0

> 500 leerlingen

6,2

6,2

6,2

6,2

Basisschool (medewerkers)

0,4

0,4

0,4

0,4

10 leerlingen

Middelbare school (leerlingen)

14,0

14,0

14,0

14,0

100 m² bvo

Middelbare school (medewerkers)

0,6

0,4

0,4

0,4

100 m² bvo

ROC

(leerlingen)

12,0

12,0

12,0

12,0

100 m² bvo

ROC (medewerkers)

0,9

0,9

0,9

0,9

100 m² bvo

 

Opmerking

  • -

    Basisschool (leerlingen): bij een groter verzorgingsgebied meer fietsen.

  • -

    ROC (leerlingen): op OV-locaties lager.

Winkelen en boodschappen

Elst - Zetten

Overige kernen

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Buitengebied

Winkelcentrum

Binnen de beb. kom

2,7

2,7

2,7

n.v.t.

100 m² bvo

Supermarkt

Binnen de beb. kom

2,9

2,9

2,9

n.v.t.

100 m² bvo

100 m² bvo

Bouwmarkt

Binnen de beb. kom

0,25

0,25

0,25

n.v.t.

Tuincentrum

Binnen de beb. kom

0,4

0,4

0,4

n.v.t.

100 m² bvo

Buiten de beb. kom

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

0,1

 

Horeca en verblijfsrecreatie

Elst - Zetten

Overige kernen

Buitengebied

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Fastfoodrestaurant

29

10

10

5

Locatie

Restaurant (eenvoudig)

Binnen de beb. kom

18

18

18

n.v.t.

100 m² bvo

Buiten de beb. kom

n.v.t

n.v.t

n.v.t

15

Restaurant (luxe)

4,0

4,0

4,0

4,0

100 m² bvo

 

Opmerking

  • -

    Restaurant (eenvoudig): bv. pannenkoekenhuis. Terras meetellen.

Gezondheidszorg en (sociale) voorzieningen

Elst - Zetten

Overige kernen

Buitengebied

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Apotheek (bezoekers)

7

7

7

7

Locatie

Apotheek (medewerkers)

4

4

4

4

Locatie

Begraafplaats/ crematorium

5

5

5

5

Gelijktijdige plechtigheid

Gezondheidscentrum (bezoekers)

1,3

1,3

1,3

1,3

100 m² bvo

Gezondheidscentrum (medewerkers)

0,4

0,4

0,4

0,4

100 m² bvo

Kerk/moskee

40

40

40

40

100 zitplaatsen

Ziekenhuis (bezoekers)

0,5

0,5

0,5

0,5

100 m² bvo

Ziekenhuis (medewerkers)

0,4

0,2

0,2

n.v.t.

 

Sport, cultuur en Ontspanning

Elst - Zetten

Overige kernen

Buitengebied

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Bibliotheek

3

3

3

3

100 m² bvo

Bioscoop

7,8

1,4

1,4

n.v.t

100 m² bvo

Fitness

5,0

2,0

2,0

n.v.t

100 m² bvo

Museum

0,9

0,9

0,9

0,9

100 m² bvo

Sporthal

2,5

2,5

2,5

2,5

100 m² bvo

Sportveld

61

61

61

61

ha netto terrein

Sportzaal

4,0

4,0

4,0

4,0

100 m² bvo

Stadion

9

9

9

100 zitplaatsen

Stedelijk evenement

32

32

32

32

100 bezoekers

Theater

24

18

18

n.v.t.

100 zitplaatsen

Zwembad (openlucht)

28

28

28

28

100 m² bassin

Zwembad (overdekt)

20

20

20

20

100 m² bassin

 

Openbaar vervoer

Locatie

Elst - Zetten

Overige kernen

Buitengebied

Eenheid

per

Centrum

Rest

bebouwde kom

Rest

bebouwde kom

Treinstation

Locatieafhankelijk

Busstation

Centrum

42

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

Halterende buslijn

Bushaltes

Bestaande situatie

Uitgangspunt is het aantal fietsen op een werkdag om 11:00 uur

Halte

Nieuwe situatie

Uitgangspunt is 3

Carpoolplaats

Rand bebouwde kom

n.v.t.

0,8

0,8

0,8

autoparkeerplaats