Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rijswijk

Handhaving Uitvoeringsprogramma 2019 Gemeente Rijswijk

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRijswijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingHandhaving Uitvoeringsprogramma 2019 Gemeente Rijswijk
CiteertitelHandhaving Uitvoeringsprogramma 2019 Gemeente Rijswijk
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-06-2022nieuwe regeling

13-11-2019

gmb-2022-247233

Tekst van de regeling

Intitulé

Handhaving Uitvoeringsprogramma 2019 Gemeente Rijswijk

Hoofdstuk 1 Handhavingsuitvoeringsprogramma

In 2017 heeft de gemeente Rijswijk de beleidsnota Strategisch Veiligheidsbeleid 2017-2021 en de veiligheidsagenda 2017-2021 opgesteld. Daarin staan het beleid, de beleidsprioriteiten en de uitvoeringsactiviteiten beschreven. In de Veiligheidsagenda staat aangekondigd dat het handhavingsbeleid voor inspectie openbaar gebied en inspectie bijzondere wetten up to date moet worden gebracht. Het vorige handhavingsbeleidsplan dateert van 2009. Het nieuwe handhavingsbeleid wordt opgesteld binnen de kaders van het strategisch veiligheidsbeleid. De Kadernota Toezicht en Handhaving heeft een looptijd van vier jaar. Zij wordt jaarlijks uitgewerkt in een Handhaving Uitvoeringsprogramma (HUP).

 

De toezicht en handhaving waar dit uitvoeringsprogramma zich op richt, kan worden gedefinieerd als het toezicht houden op de naleving van gestelde voorschriften/bepalingen en voorwaarden, gedogen of optreden bij overtredingen. Controles en sancties spelen hierbij uiteraard een rol. Maar ook voorlichting over regelgeving bevordert spontane naleving. Aan de noodzaak van handhaving liggen onderstaande motieven ten grondslag:

  • Vermindering van milieu- gezondheids- en veiligheidsrisico's.

  • Bewerkstelligen van rechtsgelijkheid en rechtszekerheid.

  • Bewaken van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving.

Doel

Het HUP heeft een meerledig doel :

  • Het vertalen van de doelen uit het beleidsdeel van de Nota toezicht en handhaving naar de uitvoeringspraktijk van toezicht en handhaving.

  • Het inzichtelijk maken van de handhavingsactiviteiten voor 2019.

  • Inzicht geven in de inzet op toezicht en handhaving binnen de beschikbare capaciteit.

  • Het transparant maken van de prioriteiten in toezicht en handhaving op basis van een systematische analyse van problemen en risico’s.

  • Aan onze burgers en bedrijven laten zien dat we op een proactieve wijze onze toezicht- en handhavingstaken organiseren en uitvoeren binnen de uitgangspunten van de kadernota.

  • Te voldoen aan de wettelijke verplichting vanuit het Besluit omgevingsrecht tot het opstellen van een jaarlijks uitvoeringsprogramma.

Afbakening

Dit HUP richt zich op taken op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en bijzondere wetten, zoals de Drank en Horecawet, Wet op de kansspelen, en Prostitutiewet. De gemeentelijke toezichtstaken hebben op meer terreinen betrekking. Op het Sociaal Domein en het Maatschappelijk Domein zijn binnen de gemeente onder meer sociale rechercheurs en leerplichtambtenaren werkzaam. In het beleidsdeel is opgenomen dat de samenwerking tussen toezichthouders en handhavers op de domeinen van de gemeente de komende jaren vorm en inhoud wordt gegeven. In dit HUP wordt dat nog buiten beschouwing gelaten.

 

Samenwerkingspartners

Bij de uitvoering van het toezicht- en handhavingsbeleid werkt de gemeente Rijswijk samen met verschillende externe partners:

  • De Omgevingsdienst Haaglanden (ODH): uitvoering milieutoezicht voor de gemeente Rijswijk.

  • De Veiligheidsregio Haaglanden: uitvoering toezicht brandveiligheid voor de gemeente Rijswijk.

  • De politie: toezicht en handhaving in openbare ruimte (algemeen toezicht en bijvoorbeeld bij evenementen en uitgaansgelegenheden).

Ook wordt toezicht en handhaving door het Hoogheemraadschap Delfland betrokken in de afstemming van activiteiten van vooral de ODH en van de gemeente. Daarnaast voert de GGD Haaglanden het toezicht uit op kinderopvang voor de gemeente Rijswijk.

Naast deze partners werkt de gemeente op het gebied van afval samen met Avalex. Hoewel Avalex niet bevoegd is om handhavend op te treden, is zij wel een belangrijke partner bij het schoonhouden van de gemeente. Dit geldt met name als het gaat om de voorlichting, teneinde een verdergaande vervuiling rondom (ondergrondse) afvalcontainers en milieuparkjes te voorkomen.

 

Leeswijzer

In het volgende hoofdstuk schetsen we kort enkele relevante ontwikkelingen in de wet en regelgeving die consequenties kunnen hebben voor de uitvoering van toezicht en handhaving.

In hoofdstuk 3 presenteren we de prioriteiten voor toezicht en handhaving in 2019.

Hoofdstuk 4 bevat de doelen de we in 2019 met toezicht en handhaving willen bereiken.

Hoofdstuk 5 beschrijft de activiteiten in het kader van toezicht en handhaving in 2019.

In hoofdstuk 6 wordt de beschikbare capaciteit geconfronteerd met de geraamde capaciteit op basis van de voorgenomen activiteiten.

Hoofdstuk 2 Regelgeving en ontwikkelingen

Aan toezicht en handhaving ligt regelgeving ten grondslag. De wet- en regelgeving op nationaal niveau en de regelgeving op lokaal niveau zijn voortdurend in verandering.

 

Omgevingswet

Op nationaal niveau is de belangrijkste ontwikkeling de invoering van de Omgevingswet. De daadwerkelijke invoering is echter in 2017 wederom uitgesteld. Op dit moment wordt invoering voorzien in 2021. De Omgevingswet bundelt 26 bestaande wetten voor onder meer bouwen, milieu, water, ruimtelijke ordening en natuur. Een van de doelen van de Omgevingswet is het bereiken en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit. De omgevingskwaliteit duidt vooral op aspecten als cultureel erfgoed, architectonische kwaliteit van bouwwerken, stedenbouwkundige kwaliteit en kwaliteit van natuur en landschap.

 

De Omgevingswet beoogt meer ruimte te geven aan bewoners en initiatiefnemers voor het realiseren van een goede omgevingskwaliteit. De gemeente faciliteert met minder regels en meer duidelijkheid over de ruimte die de overheid geeft en de wijze waarop bewoners en initiatiefnemers daarvan gebruik kunnen maken.

 

De nieuwe werkwijzen die worden beoogd hebben ook consequenties voor toezicht en handhaving. Er wordt niet langer toegezien of bewoners en initiatiefnemers de vele regels volgen, maar of zij handelen binnen de kaders die de gemeente heeft gesteld in de omgevingsvisie.

 

Kwaliteit Vergunningverlening en handhaving

De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) schrijft sinds 2016 voor dat uitvoerders van vergunningverlening, toezicht en handhaving aan kwaliteitscriteria moeten voldoen. De gemeente is gestart met het in beeld brengen van de aanwezige en benodigde uitvoeringscapaciteit en de acties die nodig zijn om aan de kwaliteitscriteria te voldoen.

De gemeente zal op basis van de modelverordening van de VNG een eigen verordening kwaliteit VTH vaststellen en implementeren.

 

Wet kwaliteitsborging in de bouw

Het voorstel voor de Wet kwaliteitsborging in de bouw, die zou regelen op welke wijze niet de gemeente maar de initiatiefnemers zelf verantwoordelijk worden voor de kwaliteit van nieuwbouw en verbouw, is in 2017 aangehouden. Het wetsvoorstel beoogt te komen tot een privatisering van het bouw en woningtoezicht, waarbij initiatiefnemers en bouwers zelf borgen dat bouwwerken aan de beoogde wettelijke kwaliteit voldoen.

Het is onduidelijk of en wanneer de wet wordt ingevoerd. De gemeente blijft de ontwikkelingen volgen.

 

Algemeen Plaatselijke Verordening

In 2017 heeft de gemeente Rijswijk een nieuwe Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) opgesteld. Ten opzichte van de vorige verordening zijn regels geschrapt in het kader van het streven van de gemeente om:

  • onnodige regels te voorkomen;

  • bestuurlijke en administratieve lasten voor burgers, bedrijven en de gemeente te beperken;

  • burgers ruimte te geven en te stimuleren onderling vraagstukken van leefbaarheid in de buurten en wijken op te lossen.

Er komt een grotere verantwoordelijkheid bij de burgers te liggen. De gemeente treedt op een aantal vlakken van leefbaarheid minder handhavend op. Wel kan de gemeente ondersteuning verlenen om conflicten tussen burgers over leefbaarheidsvraagstukken op te lossen.

Hoofdstuk 3 Prioriteiten

De gemeenten zijn verantwoordelijk voor het toezicht en de handhaving van een groot aantal wetten en regels op het gebied van de fysieke ruimte (omgevingsrecht). Met de beschikbare capaciteit is het niet mogelijk om de naleving van alle regels op dezelfde intensieve manier toezicht te houden. Op grond van de Wabo wordt daarom toezicht en handhaving probleem- en risicogestuurd opgepakt en worden prioriteiten geteld.

 

In de gemeente Rijswijk zijn nog geen uitgebreide risicoanalyses en probleemanalyses gemaakt. In het kader van dit HUP zijn op basis van veldkennis en ervaringen van toezicht houders en hun beeld van het aantal meldingen en klachten dat binnenkomt, wel voor het eerst prioriteiten gesteld. Vanaf 2019 worden probleemanalyses en risicoanalyses voorzien. Daarbij zal onder meer gebruik worden gemaakt van resultaten van onderzoeken naar leefbaarheid, systematisch bijgehouden meldingen en klachten in 2018 en volgende jaren en veldkennis en ervaringen van de toezichthouders en handhavers.

 

Onderstaande figuur (de Big Eight) geeft de planvorming en uitvoering weer op het vlak van toezicht en handhaving met doelen en prioriteiten op strategisch niveau (opgenomen in de beleidsnota toezicht en handhaving) en op programma- en operationeel niveau (in het HUP).

 

Figuur 1: 'Big 8' geeft de samenhang weer tussen prioriteiten, doelen en uitvoering.

 

De hoogte van de prioriteit bepaalt de mate van intensiteit van het toezicht. In onderstaande tabel is weergegeven hoe het toezicht op de verschillende prioriteiten in de basis plaatsvindt.

 

Prioriteit

Intensiteit van toezicht

Hoog

Het toezicht op naleving van de regels vindt proactief plaats op basis van (indien mogelijk) een vaste, hoge controlefrequentie. Verder wordt actief toezicht gehouden door het uitvoeren van surveillance, gevelcontroles, meldingen, waarnemingen ter plaatse en bureaucontroles (advertenties en luchtfoto’s).

Midden

Het toezicht vindt minder intensief (al dan niet met een lagere controlefrequentie) en vooral steekproefsgewijs plaats, dan wel door gebiedsgerichte controles of door surveillance.

Laag

Er is sprake van passief toezicht. In principe wordt alleen naar aanleiding van meldingen, klachten of handhavingsverzoeken toegezien op naleving van de regels.

Tabel 1: Vertaling prioriteiten naar intensiteit toezicht.

 

Hieronder zijn per taakveld de hoogste prioriteiten benoemd. In bijlage 1 is de volledige lijst met hoge, gemiddelde en lage prioriteiten opgenomen, die volgen uit enerzijds de uitgevoerde risicoanalyse en anderzijds uit de probleemanalyse en de analyse van klachten en meldingen van burgers.

 

Hoogste prioriteiten APV en Bijzondere Wetten

Binnen het taakveld APV en Bijzondere Wetten hebben de volgende onderwerpen een hoge prioriteit:

  • Verkeersoverlast, vooral parkeeroverlast.

  • Afval/vervuiling, vooral overlast door zwerfvuil en afvalstort. Maar ook zwerffietsen en een algemene verrommeling van het straatbeeld.

  • Hondenpoep.

De parkeerdruk ligt hoog in Rijswijk. Er wordt veel geklaagd over de parkeeroverlast.

Daarnaast wordt over zwerfvuil, bijplaatsing van afval en hondenpoep veel geklaagd door bewoners.

Met horecaondernemers moet regelmatig het gesprek worden aangegaan over de omvang van de terrassen door bijplaatsing van tafels en stoelen op een wijze die hinderlijk is voor doorgang in de openbare ruimte.

 

Vanuit burgers wordt, ook via de politiek, aangeven dat er overlast is van parkslapers. Dit betreft voornamelijk Oost-Europese arbeidsmigranten.

 

Achtergelaten fietsen (weesfietsen) en fietswrakken zijn aandachtspunten. Met name op het gebied van fietswrakken is Rijswijk actief. Ook verkeerd geparkeerde fietsen zijn voor de Inspecteurs Openbaar Gebied (IOG) prioriteit. In de veiligheidsagenda 2017-2021 is ook fietsendiefstal als een prioriteit aangemerkt.

 

Hoogste prioriteiten Bouwen en Ruimtelijke Ordening

Er wordt veel gebouwd in de gemeente. Op dit moment veel nieuwbouw in Rijswijk-buiten. Daarbij wordt toezicht gehouden op bouwwerkzaamheden (heien, funderen en leggen van vloeren). Daarnaast kent Rijswijk een aantal transformaties van kantoren naar woningen. Daarbij wordt vooral gelet op bouwplaatsinrichting en daarnaast regulier toezicht. Voor bouw- en woningtoezicht wordt in de gemeente geen activiteit een hoge prioriteit toegekend. Men houdt het met de prioriteitsklasse midden.

 

De prioriteit Midden hebben:

  • Bouwtoezicht op publiek toegankelijke gebouwen.

  • Bouwtoezicht op woongebouwen.

  • Grondgebonden woningen.

Daarnaast wordt deze prioriteit toegekend aan de volgende activiteiten:

  • In bestaande woningbouw: aanpak hoarding en woningvervuiling

  • Bijdragen aan acties in het kader van bestrijding criminaliteit en ondermijning waarbij toegang tot bestaande bouwen aan de orde is;

  • Bijdragen aan acties ter bestrijding van adresfraude: illegale bewoning, bewoning door meer personen dan uit veiligheidsredenen is toegestaan (overbewoning).

Het bouwtoezicht is gekoppeld aan afgegeven vergunningen. Voor het overige is het toezicht primair gebaseerd op meldingen over gebruik van ruimte en gebouwen, bouwwerken mogelijk in strijd met regels en dergelijke. Er wordt niet op basis van eigen signalering toezicht uitgeoefend.

 

In het bouwtoezicht zijn constructieve veiligheid en brandveiligheid prioritaire onderdelen voor het toezicht. Bouw van publiek toegankelijke gebouwen en woongebouwen krijgt een middelhoge prioriteit in het bouwtoezicht. Bij het bouwtoezicht op woongebouwen wordt een keuze gemaakt tussen verschillende bouwstromen voor controle. Daarin speelt de bestuurlijke gevoeligheid mee. Bij een aantal woningen worden op basis van bestuurlijke aandacht voor veiligheid van balkons en vloeren, naar aanleiding van incidenten elders, extra controles uitgevoerd met betrekking tot balkons en vloeren.

 

In toenemende mate moet aandacht worden besteed aan overbewoning (adresfraude), hoarding en woningvervuiling. De laatste twee aspecten worden ook benoemd als prioriteit in de veiligheidsagenda 2017-2021. De prioriteit hiervan neemt toe.

 

Vanuit bouw- en woningtoezicht wordt een bijdrage geleverd van in samenwerking aanpakken van

georganiseerde misdaad en ondermijning. De politie heeft hierbij het voortouw. De gemeente werkt samen met politiek en de Omgevingsdienst Haaglanden.

 

Hoogste prioriteiten Brandweerzorg

Binnen het taakveld Brandweerzorg, uitgevoerd door de VRH, hebben de volgende onderwerpen blijvend een hoge prioriteit1:

  • Bijeenkomstfunctie:

    • -

      Aanschouwen van sport > 250 personen.

    • -

      Horeca > 50 personen.

  • Onderwijsfunctie:

    • -

      Onderwijsfunctie verminderd zelfredzamen> 10 personen.

  • Celfunctie2

    • -

      Celfunctie (< 10 / < 42 personen en > 10 / > 43 personen).

  • Gezondheidzorgfunctie:

    • -

      Gezondheidzorgfunctie met bedgebied > 10 / > 4 personen.

    • -

      Dagverblijf verminderd zelfredzamen > 10 personen.

  • Sportfunctie:

    • -

      Sportfunctie > 50 ≤ 1000 personen.

    • -

      Sportfunctie > 1000 personen.

Bovenstaande objecten hebben een hoge prioriteit in het toezicht gekregen vanwege de aanwezigheid van grote aantallen personen en/of de kwetsbaarheid (zelfredzaamheid) van de personen die in het object verblijven of aanwezig zijn. Naast deze objecten zijn risicopanden in de Plaspoelpolder en leegstaande panden prioriteiten. Ook vinden er periodiek controles in de horeca plaats.

 

Hoogste prioriteiten Milieu

Binnen het taakveld Milieu heeft de Omgevingsdienst Haaglanden (ODH) voor de regio Haaglanden onder andere de volgende categorieën een hoge prioriteit gegeven – de ODH hanteert ook de prioriteit 'Zeer hoog':4

  • pretparken /ijsbanen

  • koel- en vrieshuizen

  • jachthaven/werf

  • dieren (veehouderij / pluimvee)

  • glastuinbouw – hoewel deze nog maar in beperkte mate aanwezig is in de gemeente

  • beton- asfaltcentrale

  • tankstations

  • autodemontagebedrijf

  • opslag en transportbedrijven

  • opslag gevaarlijke stoffen > 10 ton

  • ziekenhuis

Deze onderwerpen hebben een hoge of zeer hoge prioriteit gekregen vanwege de risico's op externe veiligheid en de risico's op verontreiniging van de lucht, de bodem en het (grond)water. Bij de analyse heeft de ODH naar de verschillende gemeenten in Haaglanden gekeken. De hoge prioriteit geldt ook voor Rijswijk, ook al is de omvang (het aantal) beperkt zoals bij agrarische bedrijven en glastuinbouwbedrijven. Het takenpakket richt zich primair op de milieuaspecten in relatie tot bedrijvigheid (inrichtingen).

 

In de gemeente Rijswijk wordt veel gebouwd. Er is een grote transformatieopgave van kantoren naar woningen gaande in Rijswijk. Daar wordt toezicht op gehouden. Daarnaast wordt toezicht gehouden op autogarages en bedrijven vanwege vervuilende stookketelinstallaties.

 

Landelijke wet- en regelgeving bepaalt dat de komende jaren op grote schaal asbestsaneringen moeten plaatsvinden. De ODH streeft naar een geharmoniseerd asbestbeleid. De gemeente overlegt in regionaal verband met ODH op welke wijze ODH deze toezicht en handhavingstaak gaat oppakken. Het vraagstuk zal de komende jaren van zowel ODH als gemeente veel tijd aandacht en afstemming vragen.

Hoofdstuk 4 Doelen

Het gemeentelijk toezicht en handhavingsbeleid kent strategische doelen en operationele doelen. De strategische doelen zijn geformuleerd in de Beleidsnota Toezicht en Handhaving 2019-2022.

 

Strategische doelen

Doel van gemeentelijk toezicht en handhavingsbeleid is dat:

  • voorkomen wordt dat regels worden overtreden;

  • overtreding of afwijking van regels wordt beëindigd;

  • de gevolgen van overtreding of afwijking van regels ongedaan worden gemaakt;

  • bij voortdurende overtreding of afwijking de overtreder een sanctie krijgt opgelegd.

In de beleidsnota staat dat de gemeente de eigen verantwoordelijkheid van burgers en ondernemers stimuleert. Daarbij is het van belang dat duidelijk is wat van burgers en ondernemers wordt verwacht en wat van de gemeente mag worden verwacht. Het is de uitdaging om burgers en bedrijven mogelijkheden te geven om deze verantwoordelijkheid te nemen, waarbij toepassing van bestuurs- of strafrechtelijke instrumenten het vangnet vormen. De gemeente zal ook in 2019 de eigen kracht en verantwoordelijkheid van burgers en bedrijven voor naleving van de wet- en regelgeving blijven stimuleren. Communicatie is daarbij een belangrijke factor, communicatie aan groepen en individuen over regels en het belang van regelnaleving en communicatie rond toezicht en handhavingsacties. In dat verband past de gemeente 'informeel toezicht toe' waarbij door overtuiging en overreding burgers worden gestimuleerd om regels na te leven. Indien dat onvoldoende effectief blijkt te zijn in individuele gevallen, dan wordt handhavend opgetreden en worden sancties in het vooruitzicht gesteld en opgelegd.

 

Het model van bevordering eigen verantwoordelijkheid in relatie tot toezicht en handhaving ziet er als volgt uit.

 

 

Figuur 2. Stimuleren eigen verantwoordelijkheid in relatie tot handhaving

 

Operationele doelen

Voor 2019 is een aantal operationele doelen geformuleerd in de vorm van input-, prestatie en naleefdoelen.

 

Inputdoelstelling

De gemeente beschikt voor het uitvoeren van toezicht en handhaving over de volgende input:

 

- 2 fte leiding en coördinatie

2.800 uur

- 2 fte APV en bijzonder wetten

2.800 uur

- 9 fte IOG brede handhaving

12.600 uur

- 4 fte IOG reinigingsinspectie

6.000 uur

- 3 fte voor bouw en woningtoezicht:

4.200 uur

Totaal

28.400 uur

 

Prestatiedoelstellingen

In 2019 worden de volgende prestatiedoelstellingen nagestreefd:

  • Het uitvoeren van geplande controles overeenkomstig de in HUP 2019 opgenomen toezichtfrequentie en -intensiteit.

  • Bij alle geconstateerde overtredingen contact opnemen met de overtreder en uitleg geven over de naleving van de regels alvorens (bij voortduring van de overtreding) een juridisch gevolg te geven conform de sanctiestrategie van de gemeente Rijswijk uit de kadernota Toezicht en Handhaving.

  • Het op een adequate wijze afhandelen van binnenkomende klachten en meldingen binnen de termijn van 10 dagen.

  • Ten aanzien van de kwaliteit van de handhaving en het effectief oplossen van handhaving-gerelateerde problemen (klachten en meldingen) komt 95% van de handhavingszaken uiteindelijk niet bij de bestuursrechter terecht.

  • De in het HUP opgenomen handhavingsprojecten uitvoeren en hierover zowel de inzet als het resultaat rapporteren aan het bestuur van de gemeente.

Naleefdoelstellingen

Naleving van regels die worden gesteld is een gezamenlijke verantwoordelijkheid gemeente, burgers en bedrijven. Voor 2019 wordt gestreefd naar zo hoog mogelijk naleefgedrag van de gestelde regels. Er wordt naar gestreefd dat het aantal overtredingen en meldingen/klachten afneemt ten opzichte van voorgaande jaren. Voor dit HUP wordt dit niet nader gepreciseerd in naleefindicatoren. De zeggingskracht daarvan is beperkt. De gemeente beschikt over gegevens van de burgerpeiling in het kader van de website Waarstaatjegemeente.nl. Die geven een globaal inzicht de waardering van burgers van het leefklimaat in de gemeente, onder meer:

  • Sociale overlast en veiligheid (in de woon en leefomgeving)

    • -

      overlast van buurtbewoners

    • -

      verkeersoverlast

  • Kwaliteit van de openbare ruimte

    • -

      zorg van de gemeente voor de woon- en leefomgeving.

Hoofdstuk 5 Activiteiten voor 2019

De activiteiten in 2018 bestaan uit reguliere toezichtactiviteiten en bijzondere activiteiten en projecten.

 

5.1 Regulier toezicht

Op de verschillende taakvelden vindt ook in 2019 regulier toezicht plaats.

 

APV en Bijzondere wetten

Het toezicht op openbare orde en veiligheid heeft deels betrekking op de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en deels op landelijke wetgeving, zoals de Wet op de kansspelen, de Winkeltijdenwet en -verordening en de Drank- en Horecawet. Het toezicht hierop is in handen van eigen toezichthouders, IOG’ers en van de politie. Ten behoeve van de operationele afstemming vinden structureel gezamenlijke briefings plaats van politie en IOG. Waar mogelijk worden diensten en roosters op elkaar afgestemd.

 

Toezichthouders en IOG’ers krijgen steeds meer toezichtstaken toebedeeld met betrekking tot de APV, de functie wordt uitgebreider. In Rijswijk wordt de capaciteit voor beiden uitgebreid. De financiële ruimte voor de bijbehorende middelen voor de uitbreiding van is niet in dit uitvoeringsplan meegenomen. Wel zijn ramingen opgenomen in de begroting 2019.

 

Toezicht en handhaving in contact

Voor de aanpak van kleine ergernissen in de openbare ruimte doet de gemeente een steeds groter beroep op de eigen verantwoordelijkheid van burgers. Toezichthouders en IOG’ers kunnen hierbij wel een faciliterende rol vervullen. Bij meldingen treden ze zoveel mogelijk in contact met de melder om samen met de vermeende overtreder een oplossing te vinden. Via deze informele aanpak wordt geprobeerd de melding/klacht op te lossen. Waar mogelijk wijst de gemeente op de mogelijkheid van bemiddeling door derden tussen melder/klagers en vermeende overtreders.

 

Dit informeel toezicht wordt ook toegepast op andere gevallen van overtreding of afwijking van regels. Bij overtredingen zal altijd contact worden opgenomen met de overtreder om uitleg te geven over de regels en de mogelijkheid te geven de overtreding te beëindigen. Pas daarna volgt indien nodig een formeel handhavingstraject.

 

Toezicht op bijplaatsingen afval

Het is de afgelopen jaren gebleken dat toezicht op illegale bijplaatsingen bij afvalverzamelcontainers nodig is. Datzelfde geldt voor zwerfafval. IOG’ers reinigingsinspectie houden toezicht op de bijplaatsing van afval bij afvalverzamelcontainers. Voor afvalbijplaatsing is een meldpunt bij de gemeente.

 

Bouwtoezicht en ruimtelijke ordening

Het bouwtoezicht richt zich op de naleving van de technische eisen uit het Bouwbesluit en de

voorschriften uit de betreffende Omgevingsvergunning Bouwen. Er is echter geen sprake van (pro-) actieve signalering. Bouw- en woningtoezicht komt af op meldingen.

 

In nieuwbouwwijken waar zowel wordt gebouwd als reeds gewoond is aandacht nodig voor toegankelijkheid en veiligheid van de openbare ruimte en de openbare weg bij bouwlocaties. Daarbij wordt ook toezicht gehouden op de bouwwerkzaamheden zelf: heien, funderen en leggen van vloeren. Bij het bouwtoezicht op woongebouwen wordt een keuze gemaakt tussen verschillende bouwstromen voor controle. Daarbij wordt gelet op onderwerpen die bestuurlijke prioriteit hebben zoals veiligheid van balkons en vloeren.

 

Voor sloopwerken waarbij asbest moet worden verwijderd, is extra aandacht door ODH en gemeente.

 

Bij bestaande bouw wordt toezicht op gebruiksbepalingen uit het bestemmingsplan vaak gecombineerd met bouwtoezicht. De gemeente controleert dus of het bestemmingsplan wordt nageleefd, maar ook of de juiste aanlegvergunningen en gebruiks- en bestemmingsplanvrijstellingen zijn afgegeven. Het eerste onderdeel behelst periodieke gebiedscontroles binnen en buiten de bebouwde kom. Aandachtspunten hierbij zijn strijdige functies op bedrijventerreinen en in de duurzame glastuinbouwgebieden. Illegale bouw is hierbij een belangrijk aandachtpunt.

 

In de voorlopige raming van de benodigde tijd wordt ervan uitgegaan dat voor het toezicht op de nieuwbouw meer tijd nodig zal zijn dan in de afgelopen jaren het geval is geweest. De totale beschikbare toezichtcapaciteit zal niet altijd toereikend zijn om de groei op te vangen. Indien nodig zal extra tijdelijke externe inhuur plaatsvinden om de benodigde toezicht capaciteit aan te vullen.

 

Ook bij bestaande bouw wordt extra gelet op onderwerpen die bestuurlijk prioriteit hebben gekregen, zoals de veiligheid van balkons en vloeren. Daarnaast worden overbewoning, hoarding en woningvervuiling steeds belangrijkere onderwerpen.

 

Brandweerzorg en Veiligheid

De brandweer van de Veiligheidsregio Haaglanden (VRH) houdt toezicht op de naleving van de algemene brandveiligheidsvoorschriften, de gebruiksvergunningen en gebruiksmeldingen op grond van het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken.

 

Bij de controle van bouwwerken op brandveiligheidsaspecten hanteert de brandweer een methodiek die is gebaseerd op het landelijke Preventieactiviteitenplan (Prevap). Hierin staan aanbevelingen voor brandpreventieve prioriteiten in verschillende situaties (zoals gebruiksfuncties en gebouwtypen) en voor controlefrequenties. In Rijswijk voert de brandweer bij circa 190 panden en gebruiksfuncties periodiek controles uit. In vier jaar tijd zijn alle daarvoor in aanmerking komende panden tenminste een keer gecontroleerd.

 

Daarnaast kan de gemeente eigen prioriteiten meegeven waarop de brandweer extra inzet pleegt. Voor 2019 zijn dit het gezamenlijk toezicht van gemeente en brandweer bij evenementen en controle bij panden die door buitenlandse medewerkers van onder meer glastuinbouwbedrijven (tijdelijk) worden bewoond.

 

De gemeente heeft afspraken gemaakt met de brandweer om het integraal toezicht te continueren. De VRH stelt een toezichtprogramma op, waarbij de gemeentelijke prioriteiten als basis dienen. Bij de uitvoering hiervan vindt afstemming plaats met de gemeente. Ook bij de VRH is de benadering dat in eerste instantie door overtuiging en overreding wordt getracht een overtreding of afwijking van een regel ongedaan worden gemaakt.

 

Indien toezichtacties worden gevolgd door juridische handhaving dan voert de gemeente die uit. De VRH adviseert.

 

Milieutoezicht en handhaving

De Omgevingsdienst Haaglanden (ODH) voert het milieutoezicht uit namens de gemeente. Voor de gemeente Rijswijk wordt een gericht pakket aan taken uitgevoerd door ODH. Het takenpakket richt zich primair op de milieuaspecten in relatie tot bedrijvigheid (inrichtingen). De gemeente verzorgt zelf de milieuaspecten op het vlak van bodem, geluid, luchtkwaliteit en externe veiligheid in relatie tot RO.

 

De ODH heeft samen met alle gemeenten een probleemanalyse gemaakt op regioniveau. Deze vormt ook voor 2019 de basis voor het werkplan voor wat betreft planmatig, regulier toezicht. Er is gekozen voor een minimaal uitvoeringsniveau voor gehele regio. Met de overblijvende ruimte (na klachten en vraaggestuurde taken) wordt invulling gegeven aan het resterende bestand.

 

Vanuit het ODH is een risicoanalyse gereedgekomen die samen met de probleemanalyse de basis vormt voor de toezichtprioriteiten.

 

Voor het komende en volgende jaren is asbestsanering een belangrijk aandachtsveld voor de ODH. Daarop zal de nodige capaciteit worden ingezet.

 

Bij de uitvoering van het programma vindt afstemming plaats tussen de ODH en de gemeente. Ook het Haags Economisch InterventieTeam (HEIT) is actief in Rijswijk voor de aanpak van ondermijning, ODH werk mee met deze aanpak.

 

Communicatie speelt ook in 2019 een belangrijke rol in de taakuitvoering toezicht en handhaving. Overtredingen moeten zoveel als mogelijk primair in het directe contact tussen toezichthouders en overtreders worden opgelost. Ook hier zou overtuiging en overreding moeten worden ingezet op naleving van regels te bewerkstelligen. Daarbij mag worden verwacht dat overtreders de verantwoordelijkheid nemen en de overtreding of afwijking ongedaan maken. Anders wordt het handhavingstraject vervolgd. Het handelen van ODH en gemeente zal er op gericht zijn om bezwaarprocedures te voorkomen.

 

5.2 Bijzondere activiteiten en projecten

In het kader van dit HUP 2019 zijn voor Rijswijk geen prioritaire onderwerpen voor toezicht en handhaving benoemd die projectmatig (al dan niet in samenwerking met handhavingspartners) worden opgepakt. De gemeente concentreert zich op het reguliere toezicht. De onderwerpen die hoog in prioriteit scoren worden alle in het reguliere toezicht meegenomen.

 

5.3 Overige taken

Naast de uitvoering van controles en het houden van toezicht is er binnen de gemeente een aantal advies- en beleidstaken op het gebied van handhaving te vervullen. Deze zijn hieronder kort beschreven.

 

1. Leiding, Coördinatie en regie

De gemeente draagt zorg voor afstemming en coördinatie met de externe handhavingspartners ODH, Brandweer, GGD en de politie. ODH, Brandweer en GGD voeren in opdracht van de gemeente de respectievelijke toezichtstaken uit. De gemeente heeft een regietaak. Dat betekent het maken en bewaken van afspraken over de uitvoering (jaarplannen). De burgemeester is hierbij leidend vanuit zijn rol voor de openbare orde en veiligheid.

 

De politie is een samenwerkingspartner die autonomer opereert. Ook met de politie worden samenwerkingsafspraken gemaakt, en die worden geëvalueerd en zo nodig bijgesteld.

 

Binnen de gemeente worden de activiteiten van de toezichthouders en IOG’ers gecoördineerd en aangestuurd in aansluiting op het lijnmanagement.

 

2. Voldoen aan de kwaliteitscriteria

In het kader van een landelijk professionaliseringstraject voor vergunningverlening en handhaving voldoet de gemeente Rijswijk aan de kwaliteitscriteria 2.1 die zijn ontwikkeld in het kader van de Wabo. De kwaliteitscriteria vergen aandacht opdat de gemeente eraan blijft voldoen – zowel de procescriteria (Beleid, programma's, verslagen), de criteria voor kritieke massa (deskundigheid en continuïteit van beschikbaarheid van het personeel) als inhoudelijke criteria (aanwezigheid protocollen e.d. voor de uitvoering van toezicht en handhaving).

 

3. Monitoring

In 2019 zal een begin worden gemaakt met het ontwikkelen van een aantal indicatoren voor directe sturing op de handhaving. Actueel inzicht en bijstelling waar nodig, maakt het voor het gemeentebestuur beter mogelijk zijn verantwoordelijkheid te dragen bij het ontwikkelen, uitvoeren en eventueel gemotiveerd bijstellen van het handhavingsbeleid. De monitoring richt zich primair op de meldingen en activiteiten van de toezichthouders. Daarnaast is aandacht voor het naleefgedrag een belangrijk aspect van de monitoring. De monitoringsgegevens zijn een belangrijke basis voor de probleem- en risicoanalyses en het stellen van prioriteiten in toezicht en handhaving in de loop van dit jaar.

 

4. Communicatie bij toezicht en handhaving

Communicatie is een belangrijk instrument voor bij toezicht en handhaving. Om naleving van regels te bevorderen is het niet alleen belangrijk om de regels helder uit te kunnen leggen, maar ook uitleg te kunnen geven over de wijze van handhaving. Het aankondigen van handhaving kan een preventieve werking hebben. Gerichte communicatie kan een effectieve handhavingsinterventie zijn als blijkt dat niet-naleving vooral komt door gebrek aan kennis van de regelgeving bij de doelgroep. Een integrale controle kan dan mogelijk achterwege blijven.

Gelet op de wens om de verantwoordelijkheid voor het voorkomen en oplossen van problemen te delen met burgers en bedrijven, moet een vertaalslag gemaakt naar wat dit betekent voor toezicht en handhaving.

Op projectniveau wordt bepaald hoe de communicatie verder wordt ingestoken en welke rol communicatie heeft bij de aanpak. Te denken valt aan het aankondigen van speciale acties in de pers/gemeentepagina, flyers die door de handhavers kunnen worden uitgedeeld (hondenpoep, afvalbijplaatsing, zwerfafval bij oplevering nieuwbouw), organiseren van bijeenkomsten met doelgroepen (horeca). Ook wordt sociale media ingezet.

 

5. Afhandeling klachten en meldingen

Naast de geprogrammeerde toezichtactiviteiten is ruimte gereserveerd voor binnenkomende klachten en meldingen van burgers. Het uitgangspunt is dat op elke melding en klacht wordt gereageerd. Daarbij wordt overigens telkens wel een beoordeling gemaakt van de aard, omvang en urgentie van de klacht. Er wordt nadrukkelijk nagegaan in hoeverre de melder zelf kan bijdragen aan een oplossing van het probleem. Dit past in het beleid om de verantwoordelijkheid voor het voorkomen en oplossen van problemen te delen met burgers en bedrijven in de gemeente.

 

In die gevallen waarbij burgers en ondernemers onderling niet tot een oplossing van het probleem komen, kan de gemeente verwijzen naar vormen partijen die kunnen bemiddelen (mediation) tussen burgers. Mediation is een vorm van conflictbemiddeling die kan worden ingezet in plaats van direct handhavend optreden, bijvoorbeeld bij klachten en overlast. Een onafhankelijke mediator helpt daarbij partijen een conflict op te lossen op een manier waar beide partijen tevreden mee zijn. Door mediation kunnen juridische procedures worden voorkomen.

 

6. Opstellen nieuw handhavingsuitvoeringsprogramma 2020

Voor 2020 wordt in 2019 een nieuw handhavingsuitvoeringsprogramma opgesteld op basis van probleemanalyse, risicoanalyse en prioriteitstelling. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de ervaringen die ODH en de Veiligheidsregio op dit vlak hebben. Net als dit HUP voor 2019 is dat voor 2020 een operationele vertaling van het beleidsdeel van de Kadernota Toezicht en Handhaving Rijswijk 2019-2023.

 

Capaciteit overige taken

Onderstaande tabel bevat indicatief een overzicht van de benodigde capaciteit voor de overige taken.

 

Taak

Inzet per taakveld in uren

Algemeen

APV/Bijz.w.

Bouwen/RO

Milieu

Totaal

1. Leiding, coördinatie en regie

700

700

2. Kwaliteitscriteria

100

300

400

3. Monitoring

500

240

120

ODH

860

4. Communicatie

100

120

60

280

5. Afhandeling klachten en meldingen

200

1400

80

ODH

1680

6. Opstellen HUP 2019

120

40

20

180

Totaal

1.720

1.800

580

ODH

4.100

Tabel 2: Capaciteitbehoefte overige taken

6. Capaciteit

In dit hoofdstuk gaan we in op de beschikbare capaciteit voor toezicht en handhaving en de benodigde capaciteit voor het regulier toezicht, bijzondere projecten en overige taken.

 

6.1 Beschikbare capaciteit

In tabel 3 is een overzicht opgenomen van de beschikbare capaciteit voor het uitvoeren van de taken op het gebied van toezicht en handhaving in 2018 binnen de gemeente Rijswijk. De capaciteit voor coördinatie van de BOA's was in 2018 tijdelijk beschikbaar voor de gemeente.

 

Specialisme

Beschikbare uren

Beschikbare fte's

BWT/RO

4.200

3,0

APV/Bijzondere Wetten

2.800

2,0

IOG, incl. parkeren

12.600

9,0

IOG Reinigingsinspectie

5.600

4,0

Sub.

25.200

18,0

Leiding en Coördinatie

2.800

2,0

Totaal

28.000

20,0

Tabel 3: Beschikbare capaciteit

 

De taken toezicht brandveiligheid en toezicht milieu worden respectievelijk door de Brandweer van de Veiligheidsregio Haaglanden en de Omgevingsdienst Haaglanden uitgevoerd. De capaciteit van deze organisaties is niet meegenomen in bovenstaand overzicht.

 

6.2. Geraamde benodigde capaciteit

In de vorige hoofdstukken zijn alle toezicht- en handhavingsactiviteiten voor 2019 benoemd en is een raming gemaakt van de daarvoor benodigde inzet in uren.

In onderstaande tabel is de benodigde inzet voor de taakvelden APV/Bijzondere wetten en Bouwen/RO weergegeven en is deze afgezet tegen de beschikbare personele capaciteit. De activiteiten behorend bij de taakvelden brandweerzorg en milieu zijn hierin niet opgenomen, aangezien deze worden uitgevoerd door respectievelijk de Brandweer van de Veiligheidsregio Haaglanden en de Omgevingsdienst Haaglanden.

 

Uit de confrontatie tussen benodigd en beschikbaar volgt een tekort van 8.2 FTE. Daartoe is in de meerjarenraming een uitbreiding van 5 FTE in 2019 opgenomen en 3 FTE in de jaren 2020 en 2021.

 

Taakonderdeel

Benodigd

Beschikbaar

Verschil

Alg.

Techn.

Jur.

Totaal

Uren

Fte

Uren

Fte

Algemeen

Incl. projectleiding, evaluatie, administratie

1.800

1.000

2.800

2.800

2.0

-

-

APV/Bijzondere wetten / IOG

3.100

26.000

3.100

32.200

21.000

15.0

-11.200

-8.0

Bouwen/RO

450

3.600

450

4.500

4.200

3.0

-300

-0.2

Overige taken

(4.100) *1

Totaal

5.350

29.600

4.550

39.500

28.000

20.0

-11.500

-8.2

Tabel 4: Inzetraming

 

*1 = Binnen bestaande bezetting opgenomen.

Bijlage 1 Probleem- en risicoanalyses

 

APV en Bijzondere wetten

Probleemanalyse

De parkeerdruk ligt hoog in Rijswijk. Doordat betaald parkeren in Den Haag aan de rand van Rijswijk is ingevoerd, is de parkeerdruk door het 'waterbedeffect' in Rijswijk verhoogd. Er wordt regelmatig door inwoners geklaagd over de parkeeroverlast. Ook ondervinden burgers veel last van zwerfvuil, bijplaatsing van afval en hondenpoep.

Vanuit de burgers wordt, ook via de politiek, aangeven dat er overlast is van parkslapers. Dit betreft voornamelijk Oost-Europese arbeidsmigranten.

Verlaten fietsen en fietswrakken zijn aandachtspunten. Met name op het gebied van fietswrakken is Rijswijk actief. Ook verkeerd geparkeerde fietsen zijn voor de IOG’ers prioriteit. Vanuit de veiligheidsagenda 2017-2021 wordt ook fietsendiefstal als een prioriteit aangemerkt.

 

Risicoanalyse

Omschrijving onderwerp

Risicoklasse

Foutparkeren (fiscaal parkeren, vergunninggebieden, blauwe zones)

Hoog

Aanbieden huishoudelijk afval

Hoog

Brandbare buitenopslag (o.a. i.v.m. jaarwisseling)

Hoog

Fietsparkeren bij haltes en winkelcentra

Hoog

Caravans/aanhangwagens/autowrakken/vrachtwagens/grote bussen; parkeerdruk

Hoog

Stortenafval/snoeiafval/stortverbod buiten inrichtingen (bedrijfsmatig)

Hoog

Evenementen middelgroot (APV "vergunning B-evenementen")

Midden

Evenementen (APV "vergunning A-evenementen")

Midden

Horeca, incl. DHW, kansspelen en terrassen

Midden

Schoolveiligheid (halen/brengen, parkeerproblemen, veiligheid kinderen)

Midden

Voorwerpen/stoffen op/aan/boven de weg, reclame

Midden

Overhangend groen

Midden

Illegaal gebruik/vernieling openbaar groen

Midden

Vergunningen vertoningen en dergelijke op de weg (inclusief bruikbaarheid en veiligheid weg)

Midden

Verontreiniging door paardenpoep / maneges

Laag

Standplaatsen

Laag

Kappen bomen (kapvergunning)

Laag

Hinder door dieren (via aanwijzingsbesluit)

Laag

Evenement klein (buurtbarbecue en dergelijke, "APV meldingen evenementen")

Laag

Graffiti/aanplakken

Laag

Collecte (vergunning)

Laag

Tabel 1.1: Risicoanalyse APV

 

Bouwen en RO

Probleemanalyse

Op dit moment wordt veel nieuw gebouwd in Rijswijk buiten. Daarbij wordt toezicht gehouden op bouwwerkzaamheden (heien, funderen en leggen van vloeren) en op de volgende fasen van het bouwproces.

In de risicoanalyse scoren voor publiek toegankelijke gebouwen en

woongebouwen midden op aspecten als constructieve veiligheid en brandveiligheid. Dit type

bouwwerken krijgt dan ook een middelhoge prioriteit in het bouwtoezicht. Bij het bouwtoezicht op woongebouwen wordt een keuze gemaakt tussen verschillende bouwstromen voor controle. Daarin speelt de bestuurlijke gevoeligheid mee. Bij een aantal woningen worden vanuit bestuurlijke prioriteit extra controles uitgevoerd met betrekking tot balkons en vloeren.

Er wordt tijd besteed aan 'overbewoning', hoarding en woningvervuiling. De laatste twee aspecten worden ook benoemd als prioriteit in de veiligheidsagenda 2017-2021. Daarnaast draagt BWT ook bij aan aanpak van georganiseerde misdaad en ondermijningprioriteiten – in geval toetreding tot gebouwen in het geding is. Hierbij wordt samengewerkt met politie en Omgevingsdienst Haaglanden.

 

Risicoanalyse

Omschrijving onderwerp

Risicoklasse

Publiek toegankelijke gebouwen

Midden

Woongebouwen

Midden

Grondgebonden woningen

Midden

Strijdig gebruik (gebouw)

Midden

Aanpak hoarding en woningvervuiling

Midden

Bijdragen aan acties in het kader van bestrijding criminaliteit en ondermijning

Midden

Bijdragen aan acties ter bestrijding van adresfraude

Midden

Sloopvergunningen/meldingen met risico (asbest)

Laag

Grotere bouwwerken geen gebouw zijnde

Laag

Kantoor

Laag

Industrie

Laag

Bouwwerken < 50.000 euro met risico's

Laag

Illegale bouw

Laag

Illegale sloop

Laag

Bouwwerken <50.000 euro zonder risico's

Laag

Meldingen zonder risico

Laag

Tabel 1.2: Risicoanalyse Bouwen en RO

 

Brandweerzorg

De brandweer heeft in 2015 haar Beleidsplan Brandweer Haaglanden 2015-2020 "Koersen op 2020" opgesteld. De werkwijze van Brandweer Haaglanden wordt aangepast van aanbodgericht naar risico- en vraag gestuurd. Het werk van de brandweer wordt voortaan bepaald op basis van een risicoanalyse en de hulpvraag van de samenleving. Daarmee wil de brandweer meer inspelen op veranderingen in de omgeving en/of op de behoefte van de burger.

Een belangrijk aspect is differentiatie: De brandweer kiest op basis van beschikbare gegevens en afhankelijk van de omgeving (onder andere het vastgestelde risicoprofiel) voor een bepaalde werkwijze. Dit betekent dat de brandweerzorg qua kwantiteit in de gemeenten verschillend tot stand kan komen, maar de kwaliteit van brandweerzorg niet verschilt.

 

Probleemanalyse

Op het gebied van brandveiligheid zijn bij het taakveld handhaving geen structurele problemen/overtredingen bekend.

 

Risicoanalyse

De Brandweer hanteert een eigen risicoanalyse methodiek ter bepaling van de prioriteiten in het brandveiligheidstoezicht.

In de periode tot 2020 wordt vanuit risicobeheersing, nog meer dan nu, een risicoanalyse uitgevoerd en wordt gewerkt volgens een integrale risicobenadering. Op basis van het (type) gebouw, de techniek in het gebouw, het gedrag van de burgers en de omgeving van het gebouw, wordt aan advisering ruimtelijke ordening en infrastructuur, advisering omgevingsvergunning (ver)bouwen en toezicht gedaan. Door risicobeheersing wordt dan gevraagd en ongevraagd advies gegeven, waarbij risicobeheersing zich richt op de midden en hogere veiligheidsrisico’s in de regio.

Activiteiten richten zich de komende jaren meer op het beïnvloeden van het gedrag bij brand en het vergroten van het brandveiligheidsbewustzijn van burgers en bedrijven. Dit gebeurt aan de hand van een wijk- of doelgroepgerichte communicatieve strategie.

 

Milieu

Probleemanalyse

De gemeenten in de regio Haaglanden hebben sinds 2013 hun wettelijke milieu-uitvoeringstaken in de ODH ondergebracht. De ODH heeft daardoor het beste zicht op de milieuproblematiek in de gemeente en de daaruit volgende prioriteitstelling. Deze is opgenomen in het werkplan 2018 van de ODH voor de gemeente Rijswijk5 waarvan hier enkel de belangrijkste onderwerpen worden opgenomen.

 

In 2018 vindt de voorbereiding plaats op de invoering van de Omgevingswet in 2021. De invulling van deze voorbereiding zal lopende 2019 in afstemming met de opdrachtgevers van de ODH plaatsvinden.

 

De toepassing van de risicomethodiek op het bedrijvenbestand in Rijswijk levert geen knelpunten op, maar ook geen lokale ruimte op, anders dan nu opgenomen (gestapeld toezicht, evenementen et cetera) voor het werkplan 2019.

 

Binnen het taakveld Milieu (ODH) hebben o.a. de volgende onderwerpen op regionaal niveau hoge prioriteit en hebben die ook een hogere prioriteit gekregen dan afgelopen jaren:

  • Jachthaven/werf

  • Glastuinbouw

  • Tankstations

  • Autodemontagebedrijf

Deze onderwerpen hebben een hoge of zeer hoge prioriteit gekregen vanwege de risico's op externe veiligheid en de risico's op verontreiniging van de lucht, de bodem en het (grond)water. Het takenpakket richt zich primair op de milieuaspecten in relatie tot bedrijvigheid (inrichtingen).

 

In de gemeente Rijswijk wordt veel gebouwd. Er is een grote transformatieopgave van kantoren naar woningen gaande in Rijswijk. Daar wordt toezicht op gehouden. Daarnaast wordt toezicht gehouden op autodemontagebedrijven, glastuinders en een aantal bedrijven vanwege vervuilende stookketelinstallaties.

 

In Rijswijk zijn volgens ODH de Betonmortelcentrale, T.N.O., B.P.R.C., het Shell complex met laboratoria en boorinstallatie en E.P.O- patentoffice voorbeelden van aandachtsinrichtingen. Deze bedrijven staan altijd op de aandachtsbedrijvenlijst die aan de accounthouders worden toegestuurd.

 

Landelijke wet- en regelgeving bepaalt dat de komende jaren op grote schaal asbestsaneringen moeten plaatsvinden. De ODH streeft naar een geharmoniseerd asbestbeleid. De gemeente overlegt in regionaal verband met ODH op welke wijze ODH deze toezicht en handhavingstaak gaat oppakken en met de andere veiligheidspartners hoe om te gaan met de maatschappelijke onrust die asbestmeldingen met zich mee kunnen brengen. Het vraagstuk zal de komende jaren van zowel ODH als gemeente veel tijd aandacht en afstemming vragen.

 

Risicoanalyse

De ODH heeft voor 2018 de volgende prioriteitsindeling van branches opgesteld:

Inrichtingen/Activiteiten

Prioriteit

Pretparken/IJsbanen

Zeer hoog

Koel- en vrieshuizen/veilingen

Zeer hoog

Jachthaven/Werf

Zeer hoog

Dieren (Veehouderrij/pluimvee)

Zeer hoog

Akkerbouw

Zeer hoog

Glastuinbouw

Zeer hoog

Tankstation (excl. LPG)

Zeer hoog

Beton-asfaltcentrale

Zeer hoog

Tankstation (incl. LPG)

Zeer hoog

Autodemontagebedrijf

Hoog

Opslag en transportbedrijven

Hoog

Opslag gevaarlijke stoffen >10 ton

Hoog

Ziekenhuis

Hoog

Dieren (overige dierverblijven)

Gemiddeld

Bouw- en houtbedrijf

Gemiddeld

Grondhandel/gronddepot/baggerdepot

Gemiddeld

Schietinrichtingen/munitieopslag

Laag

Horeca (rest/café/disco)

Laag

Detailhandel en ambachtsbedrijf

Laag

Voedingsmiddelen Industrie

Laag

Zorginstellingen en gevangenissen

Laag

Dieren (Maneges)

Laag

Metaalbewerking

Laag

Basisscholen/kinderdagverblijven

Laag

Afvalverwerking/bewerking

Laag

Grond-weg-en waterbouwbedrijf

Laag

Voorzieningen en installaties

Laag

Loonbedrijf/hoveniersbedrijf

Zeer laag

Zwembaden en Sauna's

Zeer laag

Auto- en schadeherstelinrichting

Zeer laag

Bouwmarkten en tuincentra

Zeer laag

Drukkerijen

Zeer laag

Supermarkten/groothandel voedingsmiddelen

Zeer laag

Chemische wasserij

Zeer laag

Kantoor(groot)/overheidsgebouwen

Zeer laag

Kunststofverwerkende industrie

Zeer laag

Sport en recreatie

Zeer laag

Sociaal cultureel

Zeer laag

Dieren (Dierentuinen/kinderboerderij)

Zeer laag

Voortgezet Onderwijs (incl. MBO, HBO en WO)

Zeer laag

Laboratoria

Zeer laag

Horeca (strandpaviljoens)

Zeer laag

Drinkwaterproductie

Zeer laag

Ambassades/diplomatieke instellingen

Zeer laag

Crematorium

Zeer laag

Woon- en verblijfsgebouw

Zeer laag

Tandartspraktijk

Zeer laag

 

Colofon:

Gemeente Rijswijk

Opgave Veiligheid, inspectie en handhaving

Bogaardplein 15

Postbus 5305

2284 DP Rijswijk

Tel. 14 070

 

Ondersteuning: KplusV Advies


1

Bron: Regionaal handhavinguitvoeringsprogramma 2015, Veiligheidsregio Haaglanden, Brandweer, pag. 2.

2

Is een gebruiksfunctie voor dwangverblijf van mensen, zoals een gevangenis- of politiecel, kamer in een tehuis voor dwangmatige verpleging en een cel op een station.

3

Voor de gemeente Rijswijk is middels artikel 2.2 van de BOR en artikel 8 van de Woningwet het aantal personen voor het bedrijfsmatig of in het kader van verzorging verschaffen van nachtverblijf in de gemeentelijke Bouwverordening vastgesteld op meer dan 4 personen.

4

Werkplan ODH 2018, Gemeente Rijswijk, 13 februari 2018.

5

Werkplan ODH 2018, Gemeente Rijswijk, 13 februari 2018.