Organisatie | Omgevingsdienst regio Utrecht |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Reglement van orde voor het algemeen bestuur van de ODRU |
Citeertitel | Archiefverordening ODRU 2019 |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Reglement van orde voor het AB van ODRU |
Geen
artikel 40 van de Archiefwet 1995
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-12-2015 | Nieuwe regeling | 10-12-2015 |
Het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst regio Utrecht (hierna: ODRU),
artikel 22 van de Wet gemeenschappelijke regelingen artikel 11 van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst regio Utrecht
besluit vast te stellen de volgende regeling:
Reglement van orde voor de vergaderingen van het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst regio Utrecht.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit reglement wordt onder de hieronder met hoofdletter aangeduide begrippen verstaan:
Voorstel tot wijziging van een aanhangig Voorstel, naar de vorm geschikt om daarin direct te worden opgenomen.
Voorstel, door een lid van het algemeen bestuur gedaan, dat buiten de agenda valt.
Lid van het algemeen bestuur van Omgevingsdienst regio Utrecht.
Korte en gemotiveerde verklaring over een Voorstel of een onderwerp waardoor een oordeel, wens of verzoek wordt uitgesproken zonder dat daaraan rechtsgevolgen zijn verbonden.
Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst regio Utrecht.
Voorstel tot wijziging van een aanhangig amendement, naar de vorm geschikt om direct te worden opgenomen in het amendement, waarop het betrekking heeft.
Voorzitter van het algemeen bestuur (de voorzitter van het algemeen bestuur is tevens voorzitter is van het dagelijks bestuur op grond van artikel 15 Gemeenschappelijke Regeling).
Concept-besluit dat door het dagelijks bestuur ter besluitvorming door het algemeen bestuur op de agenda van het algemeen bestuur is of wordt opgenomen en waarover ter vergadering beraadslaagd en/of besloten wordt.
Artikel 4 Plaatsvervangende leden
Het plaatsvervangend lid, bedoeld in artikel 4, tweede lid van de Regeling, aangewezen door dezelfde deelnemende gemeente als die het verhinderde lid heeft aangewezen, kan de vergaderingen bijwonen in plaats van het verhinderde lid, en tevens deelnemen aan de beraadslagingen en stemmingen namens het verhinderde lid.
Paragraaf 1 Tijd van vergaderen; voorbereiden
Artikel 5 Tijd en plaats van vergaderen
Het algemeen bestuur stelt uiterlijk in de laatste vergadering van een kalenderjaar een vergaderschema voor het navolgende kalenderjaar vast, onverminderd het bepaalde in artikel 6, eerste lid van de Regeling. Het vergaderschema wordt terstond na vaststelling aan de leden en de deelnemende gemeenten gezonden.
De stukken die dienen ter toelichting van de Voorstellen, worden door de Voorzitter gelijktijdig met het verzenden van de Voorstellen voor de leden, ter inzage gelegd op het kantoor van de Omgevingsdienst regio Utrecht. Indien na dit tijdstip stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden.
Paragraaf 2 Orde der vergadering
a. de namen van de Voorzitter, de secretaris en de ter vergadering aanwezige leden, alsmede van de leden die afwezig waren en de overige personen die het woord gevoerd hebben;
b. een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;
c. een zakelijke samenvatting van het gesprokene met vermelding van de namen der leden die het woord voerden;
d. een overzicht van het verloop van elke stemming, met, bij hoofdelijke stemming, vermelding van de namen van de leden die voor of tegen stemden, onder aantekening van de namen van de leden die zich overeenkomstig de wet van stemming hebben onthouden of zich bij het uitbrengen van hun stem hebben vergist;
e. de tekst van de ter vergadering ingediende Initiatiefvoorstellen, voorstellen van orde zoals bedoeld in artikel 19 van dit reglement van orde, Moties, Amendementen en Sub-amendementen
Artikel 15 Handhaving orde; schorsing
leder lid van het algemeen bestuur heeft het recht om het woord te voeren en wordt door de andere leden zoveel mogelijk in de gelegenheid gesteld om van dit recht gebruik te maken, Dit laat echter onverlet dat interrupties zijn toegestaan, tenzij de Voorzitter beslist, dat een spreker zijn betoog zonder verdere interrupties zal afronden.
Indien een lid zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het onderwerp dat op dat moment wordt behandeld, een spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort wordt hij door de Voorzitter tot de orde geroepen. Indien het desbetreffende lid hieraan geen gevolg geeft, kan de Voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin dit plaats heeft, met betrekking tot het onderwerp dat op dat moment wordt behandeld, het woord ontzeggen.
Op verzoek van een lid van het algemeen bestuur of op voorstel van de Voorzitter kan het algemeen bestuur besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het dagelijks bestuur of de leden de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Het algemeen bestuur kan bepalen dat anderen dan de in de vergadering aanwezige leden, de secretaris en de voorzitter, deelnemen aan de beraadslaging. Een beslissing daartoe wordt op voorstel van de voorzitter of een lid genomen voordat met de beraadslaging ten aanzien van het aan de orde zijnde agendapunt wordt begonnen.
Paragraaf 3 Procedures bij stemmingen
Artikel 19 Stemming over personen
Het stembureau onderzoekt of het aantal ingeleverde stembriefjes gelijk is aan het aantal leden dat ingevolge het derde lid verplicht is een stembriefje in te leveren. Wanneer de aantallen niet gelijk zijn worden de stembriefjes vernietigd zonder deze te openen en wordt een nieuwe stemming gehouden.
Artikel 20 Herstemming over personen
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Elk (Sub-)Amendement en/of suggestie om een Voorstel in één of meer onderdelen te splitsen, zoals bedoeld in dit artikel 23 lid 1 moet schriftelijk bij de Voorzitter worden ingediend, tenzij de Voorzitter - met het oog op het eenvoudige karakter van het voorgestelde - oordeelt, dat met een mondelinge indiening kan worden volstaan.
Artikel 26 Initiatiefvoorstellen
Op voorstel van het dagelijks bestuur beslist het algemeen bestuur of het Initiatiefvoorstel voor kennisgeving wordt aangenomen, direct in behandeling wordt genomen of om advies in handen van het dagelijks bestuur wordt gesteld. Indien het algemeen bestuur beslist tot het direct in behandeling nemen van het Initiatiefvoorstel, vindt behandeling van het voorstel plaats, nadat alle op de agenda voorkomende onderwerpen zijn behandeld.
Artikel 27 Schriftelijke vragen
Schriftelijke beantwoording door het dagelijks bestuur vindt zo spoedig mogelijk plaats, in ieder geval binnen dertig dagen, nadat de vragen bij de Voorzitter zijn ingediend. Mondelinge beantwoording vindt plaats in de eerstvolgende vergadering van het algemeen bestuur. Indien beantwoording niet binnen deze termijnen kan plaatsvinden, krijgt de vragensteller daarvan gemotiveerd bericht van de Voorzitter, waarbij aangegeven wordt binnen welke termijn, de beantwoording alsnog zal plaatsvinden. Dit bericht van de Voorzitter waarbij wordt aangegeven binnen welke termijn de beantwoording alsnog zal plaatsvinden, moet zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval binnen dertig dagen worden uitgevaardigd.
De vragensteller kan, bij schriftelijke beantwoording in de eerstvolgende vergadering van het algemeen bestuur en bij mondelinge beantwoording in dezelfde vergadering, na de behandeling van de op de agenda voorkomende onderwerpen nadere inlichtingen, zoals bedoeld in artikel 28 van dit reglement van orde, vragen omtrent het door het dagelijks bestuur op grond van dit artikel gegeven antwoord.
Hoofdstuk 4 Besloten vergaderingen en geheimhouding
Artikel 30 Verslag besloten vergadering
Het verslag, bedoeld in artikel 12, eerste lid, wordt zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt het algemeen bestuur een besluit over het al dan niet openbaar maken van dit verslag. Het verslag wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.
Artikel 32 Opheffing geheimhouding
Indien het algemeen bestuur op grond van artikel 23, derde en vierde lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen voornemens is de geheimhouding op te heffen wordt, indien daarom wordt verzocht door het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd, in een besloten vergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd.