Organisatie | Omgevingsdienst regio Utrecht |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Budgethoudersregeling Omgevingsdienst regio Utrecht |
Citeertitel | Archiefverordening ODRU 2019 |
Vastgesteld door | dagelijks bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Budgethoudersregeling ODRU 2017 |
Geen
artikel 40 van de Archiefwet 1995
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-09-2017 | Nieuwe regeling | 28-09-2017 |
Het algemeen bestuur van de Omgevingsdienst regio Utrecht stelt jaarlijks de begroting van de dienst vast, conform de vereisten van het BBV, artikel 4 financiële verordening ODRU 2017. Met deze vaststelling wordt de totale omvang van de lasten en baten per kalenderjaar bepaald, al dan niet nader uitgesplitst in posten en/of producten voor de uitvoering van de in de begroting opgenomen doelen en activiteiten.
In deze regeling wordt verstaan onder:
De budgethouder is, voor de aan budgethouder toegekende budget(ten), namens het dagelijks bestuur, bevoegd tot het aangaan van verplichtingen en het doen van uitgaven met inachtneming van de Ondermandaatregeling tot:
a. maximaal de in de exploitatiebegroting en kostenplaatsen opgenomen budgetten;
b. maximaal het saldo van de voorziening, voor zover dit door het algemeen bestuur of het dagelijks bestuur is vrijgegeven;
c. maximaal het bedrag van de begrote onttrekking(en) aan de bestemmingsreserve(s);
d. maximaal het door het algemeen bestuur gevoteerde krediet voor het doen van investeringen.
Indien geen budgetten aanwezig zijn of bestaande budgetten niet (meer) toereikend zijn kunnen door de budgethouder geen verplichtingen worden aangegaan of betalingen worden verricht. De directeur kan hiervoor, binnen de totale budgettaire kaders van de begroting en na advies hierover ingewonnen te hebben bij de controller, alsnog toestemming verlenen.
De budgethouder is bevoegd tot het budgettair neutraal overhevelen van de aan budgethouder toegekende budgetten, voor zover dit de bevoegdheden van het dagelijks bestuur en/of het algemeen bestuur niet raken. Voor het overhevelen van budgetten dient te allen tijde een (interne) begrotingswijziging te worden ingediend.
Beïnvloedbare tegenvallers dienen in eerste instantie te worden opgelost of te worden gecompenseerd binnen het eigen budget en binnen hetzelfde kalenderjaar en — waar van toepassing - met concrete maatregelen te worden belegd. Niet beïnvloedbare tegenvallers dienen voor zover mogelijk te worden gecompenseerd binnen het eigen budget.
Onderuitputting op het jaarlijks toegewezen budget voor opleidingen komt ten gunste van de dienst en telt niet mee als resultaat voor de betreffende budgethouder. Overschrijdingen op het budget voor opleidingen zijn voor eigen rekening van de budgethouder en alleen mogelijk als hiervoor vooraf compensatie binnen het eigen budget is aangewezen.
leder kwartaal vindt er een voortgangsgesprek plaats tussen de budgethouder, een adviseur vanuit het stafteam Planning & Control en de controller over de financiële en inhoudelijke voortgang van de aan de budgethouder toegekende budgetten en kredieten en de op basis hiervan gerealiseerde doelen en activiteiten.