Organisatie | Ameland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Snippergroen - Beleidsplan voor de verkoop van kleine stukjes openbaargroen (snippergroen) |
Citeertitel | Snippergroen 2003 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-06-2022 | nieuwe regeling | 23-06-2003 |
De gemeente Ameland krijgt geregeld verzoeken binnen van bewoners die een stukje openbaar groen willen kopen. Om deze verzoeken in goede banen te leiden en consequent te beoordelen is beleid noodzakelijk. Hieraan gerelateerd is het illegaal in gebruik nemen van gemeentegrond. Na een gebruiksperiode of 20 jaar (kwader trouw) kan de gebruiker aanspraak maken op de grond.
In dit hoofdstuk worden de begrippen openbaar groen en snipper groen veelvuldig gebruikt. De definities zijn als volgt:
Openbaar groen is een ruim begrip, er bestaat geen eenduidige definitie voor. In deze beleidsnotitie wordt uitgegaan van de volgende definitie:
Openbaar groen is alle grond die in bestemmingsplannen wordt aangegeven als groenvoorziening. Bermen en sloten vallen ook onder openbaar groen alhoewel ze in de bestemmingsplannen niet als zodanig staan aangegeven.
Snippergroen zijn kleine stukjes openbaar groen van minder dan 150m 2 .
Hoofdstuk 2 Achtergrondinformatie
De gemeente Ameland krijgt gemiddeld 25 verzoeken per jaar binnen voor de verkoop van openbaar groen. De meeste hiervan, ongeveer 75%, worden gehonoreerd.
In een besluit van 11 augustus 1989 is besloten om de prijs voor openbaar groen met bestemming groenvoorziening vast te stellen op fl. 5,- (s 2,28) per m2. De prijs voor openbaar groen met andere bestemming is vastgesteld op 2/3 van de geldende prijs voor bouwgrond. In de jaren negentig is middels een speciale actie een flink deel van het openbaar groen verkocht. In de daarop volgende jaren is op basis van een raadsbesluit van 18 augustus 1997 de verkoopprijs vastgesteld op fl 25,- (c. 11,36) m2 met een minimum van e 113,63. Hierbij is geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende gebruiksdoelen van de grond. In 2001 werd besloten om de verkoopprijs opnieuw vast te stellen.
2.1.2 Redenen om openbaar groen te verkopen
De redenen voor de gemeente Ameland om openbaar groen te verkopen kunnen zijn:
De laatste twee punten zijn minder relevant. De onderhoudskosten zijn doorgaans verwaarloosbaar aangezien het meestal gaat om kleine oppervlaktes die deel uitmaken van- of grenzen aan een groter geheel. Wat wel het geval is dat omdat een stuk moeilijk te onderhouden geen onderhoud wordt gepleegd, dat kan leiden tot verpaupering van het groen. De inkomsten uit de verkoop wegen in de meeste gevallen niet op tegen de kosten die de gemeente maakt voor de gehele verkoopprocedure. De gemeente is dienstverlenend en staat in het teken van de burgers. Dit betekent dat verzoeken van burgers in principe positief ontvangen worden; een verzoek wordt niet bij voorbaat afgewezen.
2.2 Functies van openbaar groen.
De belangrijkste functies van openbaargroen zijn:
Openbaar groen wordt in eerste instantie aangelegd met één hoofdfunctie, daarbij kunnen andere functies ook belangrijk zijn. Zo kan verkeersgroen ook een ecologische functie hebben. Het aankledingsgroen heeft vooral een visuele afschermingsfunctie, bijvoorbeeld het afschermen van een loods of parkeerplaats. Ook kan het een geluidswerende functie hebben, bijvoorbeeld door een woonwijk af te schermen van een hoofdweg. Verkeersgroen is belangrijk voor veiligheid, het kan bijvoorbeeld dienst doen als uitwijkplaats. De afscherming van begraafplaatsen is van belang vanuit het oogpunt van privacy. Bij sportvelden dient het openbaar groen als ballenvanger. De functies van recreatie en speelweiden spreken voor zich. De ecologische functie kan van belang zijn voor de het bieden van een habitat voor verschillende soorten.
De bestaande bestemmingsplannen geven de verschillende stukken openbaar groen weer. Bij het ontwikkelen en vaststellen van bestemmingsplannen worden de eerder genoemde functies van openbaargroen gebruikt. De gemeente heeft een beeld-ambitieplan en een reconstructieplan vastgesteld welke onder andere dienen als uitgangspunt voor nieuwe bestemmingsplannen. Een deel van de bestaande groenvoorziening is aangewezen als beschermd dorpsgezicht.
Bij de verkoop van openbaar groen zijn naast de Amelandse samenleving drie partijen belanghebbenden:
De motivatie van een koper om een stukje openbaar groen te kopen kan verschillen maar dient ter vergroting van het eigen gerief. Door de koop van een stukje openbaar groen en het betrekken van dit perceel bij het eigen perceel vergroot de koper veelal de mogelijkheden en waarde van het gehele perceel.
De verschillend functies, genoemd in hoofdstuk , zijn van belang voor de gemeente Ameland. Het uitgangspunt is het handhaven en zo mogelijk versterken van de van het groene karakter van het eiland en de bescherming van dorpsgezichten.
Het belang van de omwonenden kan sterk verschillen. Als de verkoop tot gevolg heeft dat het groen op termijn vervangen wordt door een vorm van bebouwing dan is het vaak niet in het belang van de omwonenden. Ook kunnen omwonenden eventuele een recht van overpad of een ander zakelijk recht hebben op de grond.
Snippergroenbeleid is per definitie lokaal beleid, gemeenten ontwikkelen hun eigen beleid dat is toegespitst op de lokale omstandigheden. Het gevoerde beleid varieert van niks verkopen, ontmoedigen, tot zoveel mogelijk verkopen. De hoofdlijnen van het beleid zijn meestal: voorwaarden, gebruiksmogelijkheden, verkoopprocedure en prijzen. Hieronder warden enkele ervaringen besproken
Aan welke eisen moet snippergroen voldoen om verkocht te worden?
De meeste gemeenten hanteren een lijst van criteria (al dan niet formeel vastgesteld) bij de beslissing of een stuk openbaar groen verkocht kan worden. De meest voorkomende criteria zijn:
Wat mag de koper met het snippergroen doen?
In sommige gevallen stellen gemeenten eisen aan het toekomstige gebruik, zoals:
Het beoordelen van een aanvraag kan op verschillende manieren verlopen, de
De prijzen variëren sterk tussen de gemeenten, veelal zijn de prijzen gebaseerd op de WOZ-waarde van het perceel waarbij het stuk grond wordt betrokken. De prijzen worden regelmatig opnieuw vastgesteld. Sommige gemeenten gebruiken een vaste prijs per m2 terwijl anderen de prijs differentiëren per wijk. Gemeenten kunnen de grond ook eerst laten taxeren, de kosten hiervan zijn voor de rekening van de potentiële koper. De kosten verbonden aan de verkoop zijn altijd voor de koper.
Op de verkoop van gemeentegrond aan derden zijn verschillende wetten en regelingen van toepassing.
De verkoop van grond is een privaat rechtelijke handeling. De Algemeen wet Bestuursrecht (AwB) is hierop niet direct van toepassing. Echter de schakelbepaling, artikel 3:14 burgerlijk wetboek (BW), bepaalt dat overheidsinstanties zich bij het gebruikmaken van privaatrechtelijke rechtsnormen hebben te houden aan de normen van de AwB en aan de ongeschreven beginselen van behoorlijk bestuur. Dit betekent dat de burger mag verwachten dat de gemeente binnen de redelijke termijn van acht weken (artikel 4.13 AwB} een besluit neemt of de aanvrager in kennis stelt van wanneer een besluit verwacht kan worden.
Indien een aanvraag hetzelfde is als een voorgaand verzoek, waarbij geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden worden vermeld, kan de gemeente de aanvraag afwijzen onder verwijzing naar zijn eerdere afwijzende beschikking (art.4.6 AwB)
Indien het college van B&W besluit niet over te gaan tot verkoop dan dient dit schriftelijk aan de aanvrager te worden gemeld. Tegen dit besluit kan geen bezwaar ingediend worden. De Algemene wet Bestuursrecht is hierop niet van toepassing.
Bestemming van het gekochte stuk groen
Als een strook groen verkocht wordt, wordt deze meestal bijgetrokken bij het perceel van de kopende partij, waardoor dit perceel groter wordt. Als de strook groen in het bestemmingsplan aangemerkt staat als groenvoorziening, dan mogen er geen gebouwen en soms zelfs geen bouwwerken op geplaatst worden. Het verschil tussen bouwwerken en gebouwen is als volgt; een bouwwerk is b.v. een schutting en een gebouw is b.v. een schuurtje. Aan deze gebouwen en bouwwerken zijn dan weer voorschriften verbonden. Deze voorschriften kunnen per bestemmingsplan verschillen. Ook is er verschil voor het buitengebied of de dorpskern en de dorpskom. In het bestemmingsplan zijn deze voorschriften opgenomen, zodat de kopende partij hiervan op de hoogte kan zijn.
Zakelijke rechten en leidingen
Mochten er zakelijke rechten op de strook groen gevestigd zijn (zoals bijvoorbeeld een erfdienstbaarheid) dan wordt dit vermeldt in de koopakte. Deze zaken staan beschreven in de openbare registers van het kadaster. Onder zakelijk recht kunnen ook kabels en leidingen van bedrijven (bijvoorbeeld KPN) vallen. De gemeente neemt in verkoopovereenkomsten op dat nieuwe eigenaren dienen mee te werken aan de toegang tot kabels en leidingen van nutsbedrijven.
Mochten burgers toch willen bouwen op een groenvoorziening, dan zal er een artikel 19 WRO (Wet Ruimtelijke Ordening) procedure gevolgd moeten worden, zodat er een andere bestemming op de grond verkregen kan worden. Ook kan het zijn dat de bestemming automatisch gewijzigd wordt via een nieuw bestemmingsplan voor dat betreffende gebied. □oor deze bestemmingswijziging (naar bijvoorbeeld woondoeleinden) kan het bouwoppervlak van het perceel groter worden.
In sommige gevallen trachten gemeenten beperkingen op het gebruik van de grond op te nemen via het privaatrecht, bijvoorbeeld om het groene karakter van een wijk te behouden. Sinds de nieuwe woningwet zijn bepaalde bouwwerken vergunningvrij (art. 43 woningwet), waaronder bepaalde erf en terreinafscheidingen. Verder is elk onderwerp dat in de bouwverordening is geregeld (bouw- technische eisen) en alles wat vergunning (ook vergunningvrijheid) tot onderwerp heeft is privaatrechtelijk verboden terrein. (art. 122 woningwet, art. 43 woningwet en art. 20 Wet op ruimtelijke ordening). Dit betekent dat in de praktijk deze privaatrechtelijke beperkingen (voor erfafscheidingen) niet af te dwingen zijn tenzij hier andere redenen voor aanwezig zijn die dit wel rechtvaardigen 1 .
Gemeenten zijn niet verplicht snipper groen te verkopen. Aangezien verkoop een privaatrechtelijke handeling is kan tegen een besluit om niet te verkopen geen bezwaar worden gemaakt. Het is in beginsel niet mogelijk om privaatrechtelijk of via een bestemmingsplan te waarborgen dat het verkocht groen ook groen blijft.
Hoofdstuk 3 Visie en nieuw beleid
Het beleid van de gemeente Ameland dient gebaseerd te zijn op een visie. Door het formuleren van een visie worden de uitgangspunten duidelijk en geeft men aan waar de prioriteiten liggen.
De visie van de gemeente Ameland op snippergroen luidt als volgt:
De gemeente Ameland zal aanvragen voor de koop van snippergroen tijdig en consequent beoordelen. Verkoop is mogelijk mits het groene karakter van Ameland, de toeristische aantrekkelijkheid van de dorpskernen en de sociale-en verkeersveiligheid gewaarborgd blijven. De verkoop mag niet ten kosten gaan van doelmatig onderhoud van het resterend openbaargroen. De toegang tot leidingen en kabels van nutsbedrijven dient hierbij gewaarborgd te blijven. Illegaal in gebruik genomen grond zal op basis van dezelfde criteria beoordeeld worden met de aantekening dat in eerste instantie gebruikers gesommeerd zullen worden om het illegaal gebruik te staken.
Door te kiezen voor snippergroen wordt aangegeven dat alleen kleine stukjes openbaar groen worden bedoeld. Het positief beoordelen betekent dat de gemeente aan de wensen van de aanvragers (de burgers, bedrijven en eigenaren van recreatiewoningen) tegemoet wil komen. Als voorwaarde is duidelijk opgenomen dat de verkoop niet tot gevolg mag hebben dat het groene karakter van Ameland aangetast wordt. Dit betekent dat beeldbepalend groen in principe behouden dient te blijven, een functie verandering bijvoorbeeld door de mogelijke bouw van een schutting is dan niet acceptabel. Bij de verkoop moet rekening gehouden worden met eventuele gevolgen voor de sociale veiligheid en de verkeersveiligheid. Doelmatig onderhoud betekent dat door de verkoop geen versnippering mag optreden van het openbaar groen waardoor het onderhoud bemoeilijkt wordt. De in de te verkopen grond aanwezige leidingen en kabels moeten bereikbaar blijven voor onderhoud en reparatie. Illegaal in gebruik genomen grond kan in principe verkocht worden mits het aan dezelfde criteria voldoet als grond die nog niet in gebruik is genomen door de potentiële koper.
De doelstelling van het beleid is:
aanvragen voor de koop van openbaargroen binnen acht weken te beoordelen volgens een vaststaande procedure met eenduidige criteria, welke recht doen aan de geformuleerde visie.
De gekozen criteria zijn ontwikkeld op basis van de visie, het wettelijk kader, en de ervaringen elders. De motivatie voor elk criterium wordt hieronder kort beschreven. Als de vraag met "ja" beantwoord wordt dan kan de grond niet verkocht worden.
De aanwezigheid van kabels en leidingen legt de koper gebruiksbeperkingen op. Bij verkoop dient eerst zakelijk recht gevestigd te worden op de grond. Zakelijk recht garandeert de eigenaar van de kabels of leidingen dat zij voor onderhoud en reparatie bij hun kabels kunnen. Het vestigen van zakelijk recht brengt extra kosten en werk met zich mee.
De verkoop van openbaar groen kan leiden tot vermindering van gerief van buurtbewoners, dit kan bijvoorbeeld doordat het uitzicht wordt belemmerd of een pad verdwijnt. In deze gevallen moet gekeken worden of het belang van het de aanvrager opweegt tegen de belangen van de buurtbewoners. In het geval dat dit de enige motivatie voor weigering is dan dient dit goed gemotiveerd te gebeuren.
De huidige onderhoudskosten kunnen van belang zijn. Wanneer een stuk openbaar groen dat nu moeilijk te onderhouden is of waarvan de onderhoudskosten hoog zijn verkocht wordt leidt dit tot lagere kosten voor de gemeente.
Deze beleidsnotitie is bedoeld om duidelijkheid te verschaffen en de procedure voor de komende jaren te stroomlijnen. Na het vaststellen van deze notitie is weinig onderhoud nodig.
Prijswijzigingen dienen doorgevoerd te worden wanneer de WOZ-waarde opnieuw wordt vastgesteld. Dit kan het beste gebeuren volgens de methode uit hoofdstuk 5. Het college neemt hierover een besluit op basis van een voorstel van de medewerker privaatrecht.
Na het vaststellen zal de afdeling werken een kaart voor intern gebruik produceren waarop het mogelijk te verkopen openbaargroen is aangegeven. Deze kaart, gebaseerd op de criteria, dient als een hulpmiddel voor het beoordelen van de te verkopen stukjes openbaargroen.
Verantwoordelijkheid en monitoring
De verantwoording voor de uitvoering van dit beleid ligt bij het college. Om de raad op de hoogte te houden wordt jaarlijks een voortgangsrapportage geproduceerd met een (kwantitatief) overzicht van het aantal aanvragen, de verkocht stukjes en de kosten en baten van dit beleid. Kwalitatief kan er gerapporteerd worden over problemen en resultaten die voortvloeien uit de procedure en de toepassing van de criteria. Zonodig kan de raad het college verzoeken om het beleid aan te passen.
Het kan voorkomen dat het beleid niet voorziet in specifieke omstandigheden of dat er zwaarwegende bezwaren bestaan tegen het toepassen van de beoordelingsprocedure, in deze gevallen kan het college gemotiveerd afwijken van het beleid.
Hoofdstuk 4 Illegaal gebruik openbaar groen
Het illegaal in gebruik nemen van openbaar groen gebeurt veelal per ongeluk, het betreft doorgaans kleine stukjes grond waarbij de omheining net verkeerd staat. In sommige gevallen gebeurt het opzettelijk. Het is niet bekend hoeveel grond illegaal in gebruik is genomen. Met behulp van de kadastrale kaart kan precies gezien worden waar grond illegaal in gebruik is genomen
Wettelijk kunnen gebruikers van illegaal in gebruik genomen grond eigendomsrechten verwerven door inschrijving in het kadaster. Voorwaarde hierbij is het gebruik ter kwader trouw voor ononderbroken periode van 20 jaar(art.3:307 BW).
4.1 Grootte van de overschrijding
In beginsel is het streven van de gemeente om alle illegaal in gebruik genomen stukken grond niet te gedogen. De gemeente zal echter wel rekening moeten houden met wat redelijk is. Het kan echter tot onnodige irritaties leiden bij de burgers als de gemeente eigenaren aanschrijft over relatief kleine overschrijdingen, bijvoorbeeld een schutting die 5 cm fout staat.
Het in dit hoofdstuk geformuleerde beleid heeft betrekking op de situatie totdat deze beleidsnotitie van kracht wordt. Overschrijdingen na die datum zullen niet gedoogd worden.
De oppervlakte van het illegaal in gebruik genomen openbaargroen varieert. De overschrijding is afhankelijk van de lengte van de afscheiding en de mate van overschrijding van de grens. Dit kan duidelijk gemaakt worden aan de hand van enkele voorbeelden.
In beide gevallen is de overschrijding niet ernstig, het betreft kleine oppervlaktes en kleine overschrijdingen. In het volgende voorbeeld is echter sprake van een grotere overschrijding
Voorbeeld 3: een burger heeft zijn schutting 1 meter te ver gezet, dit gebeurt ook over een lengte van 15 meter, in oppervlakte is dit 15m2. |
Voorbeeld 4: een ander heeft de afrastering 25 cm te ver geplaatst over een lengte van 100 meter, in oppervlakte is dit 25 m2. |
Uit deze voorbeelden blijkt dat de overschrijding niet zo zeer een kwestie is van de resulterende oppervlakte maar van de mate van overschrijding in relatie tot de lengte van het perceel. Het is daarom logisch om de mogelijke acties te bepalen op basis van de procentuele overschrijding (overschrijding in meters gedeeld door de lengte van de afscheiding). In formulevorm is dit:
Figuur 4.1 geeft een voorbeeld van de beslissing om te ontruimen of niet op basis van de keuze voor 0,5% overschrijding met een minimum van 20 cm overschrijding.
Figuur 4.1: Gedogen of ontruimen van illegaal in gebruik genomen openbaar groen.
Wettelijk kunnen gebruikers van illegaal in gebruik genomen grond eigendomsrechten verwerven door inschrijving in het kadaster. Voorwaarde hierbij is het gebruik ter kwader trouw voor ononderbroken periode van 20 jaar(art.3:307 BW).
De inschrijving bij het register dient te gebeuren door de gebruiker van de grond.
4.3 — Procedure illegaal gebruik
Het illegaal gebruik kan in kaart gebracht worden met de grootschalige basiskaart. Nadat de mate van illegaal gebruik binnen de gemeente is vastgesteld kan per geval de procentuele overschrijding worden vastgesteld. Het verdient de aanbeveling om eerst te starten met de grootste stukken illegaal in gebruik genomen gemeente grond en met stukken die al bijna 20 jaar illegaal in gebruik zijn. Bijlage III bevat een overzicht van de te volgen procedure. Hieronder worden de stappen kort uitgelegd.
Bepalen overschrijding (cm) en het percentage overschrijding.
Het percentage overschrijding wordt bepaald volgens de methode in paragraaf 5.1
stap 1. Is de overschrijding onder de limiet.
Een overschrijding van kleiner dan 0,5% is verwaarloosbaar en valt niet uit te leggen aan de burger. Hetzelfde geld voor een overschrijding van minder dan 20cm(breedte). In deze situaties volgt geen verdere actie, de situatie wordt gedoogd. Een overschrijding van meer dan 0,5% of meer dan 35 cm (breedte) wordt niet gedoogd.
stap 2. Checklist verkoop openbaar groen.
Indien de overschrijding boven de limiet valt dan wordt gekeken of her perceel tot het te verkopen groen behoort. Dit wordt gedaan volgens dezelfde methode als bij aanvragen voor de aankoop van openbaar groen. (bijlage I). Op basis van de checklist wordt het besluit om te verkopen of om te ontruimen genomen.
Indien een stuk grond op basis van de criteria niet voor verkoop bestemd is dan wordt de gebruiker hiervan op de hoogte gesteld. Afhankelijk van de mate van overschrijding kan gekozen worden voor directe ontruiming of voor het ontruimen binnen 2 jaar. Deze langere termijn komt tegemoet aan de afschrijving van een mogelijk bestaande afrastering. Als richtlijn hiervoor kan gelden dat bij een overschrijding van 0,5% of meer direct ontruimt dient te worden.
Indien een stuk geschikt is voor de verkoop dan wordt het aangeboden aan de gebruiker. Indien de gebruiker niet wenst te kopen dan dient deze het perceel te ontruimen. Ook hier geldt als richtlijn de grens van 0,5% voor directe actie.
Nadat de gebruikers door de gemeente op de hoogte gesteld zijn van de verwachte acties kan de gemeente de vervolgacties monitoren. Dit betekent dat de gemeente gaat kijken of vervolgacties daadwerkelijk plaatsvinden (ontruimen of aankopen).
Hoofdstuk 5 bepaling van de verkoopprijs
5.1 Factoren die de prijs bepalen
Aan het bepalen van de prijs voor openbaar groen zijn de volgende aspecten verbonden:
In het verleden is de grondslag voor de prijsbepaling verschillende malen besproken in de gemeenteraad. De heersende opinie is dat de prijs gerelateerd dient te zijn aan de toekomstige functie van het perceel. De W.O.Z. (Wet waardering onroerende zaken) waarde is hierbij een geschikt uitgangspunt. Deze functies zijn:
Men kan argumenteren dat de bestemming groen is, immers veelal wordt de grond in eerste instantie gebruikt ter vergroting van de tuin. Echter door het betrekken van het openbaar groen bij het eigen perceel nemen de gebruiksmogelijkheden en daarmee de waarde van het eigen perceel toe. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat door vergroting van het perceel de eigenaar de mogelijkheid krijgt om een schuurtje te bouwen of om het huis uit te breiden. Theoretisch is het mogelijk om in de verkoopovereenkomst een beding op te nemen dat wanneer de functie verandert een naheffing volgt. Dit betekent wel extra werk voor de desbetreffende ambtenaar. De monitoring van het gebruik kan ook tijd in beslag nemen. Aangezien in bijna alle gevallen de waarde van het perceel toeneemt is het efficiënter en rechtvaardiger om uit te gaan van de prijs van de kavel waar het bijgevoegd wordt.
Voor de ambtelijke behandeling van de verkoop kunnen geen kosten of leges gerekend worden. Echter de behandeling van een aanvraag kost veel tijd. In het verleden is daarom bepaald dat een minimum prijs per transactie geldt, ongeacht de oppervlakte van het perceel is de prijs minimaal 10 keer de prijs per m2. Gezien de sterke stijging van de grondprijzen is dit mogelijkerwijs erg hoog. Het voorstel is om de prijs te bepalen op minimaal 5 m2.
Prijzen zijn niet statisch, maar veranderen. De meest geschikte methode om de prijsstijgingen door te voeren is de W.O.Z. waarde, deze wordt elke 4 jaar opnieuw bepaald.
Een uniforme prijs betekent dat aanvragers vooraf bekend kunnen zijn met de prijs per m2. Men weet dus waar men aan begint als een verzoek tot aankoop wordt ingediend. De uniformiteit kan bewerkstelligd worden door de gemiddelde prijs per dorp te nemen. Door een uniforme prijs wordt de communicatie duidelijker.
Het aantal aanvragen is onder andere afhankelijk van de vraagprijs. Een lage vraagprijs zal leiden tot veel aanvragen terwijl een hoge vraagprijs leidt tot weinig tot geen aanvragen. Bij de prijsbepaling dient hiermee rekening gehouden te worden.
Tabel 6.1 geeft een overzicht van de huidige WOZ waarde in de dorpen per gebruiksdoeleinde.
Tabel 6.1 Gemiddelde W.O.Z. waarde van grond gemeente Ameland.
terrein2 | ||||
Gezien de overwegingen in paragraaf 6.1 is het voorstel om de volgende prijzen te hanteren:
De minimale transactieprijs is vastgesteld op de prijs van 5m2 in de dorpen en op de recreatieterreinen. Bij agrarische grond en bedrijventerreinen is dit minimaal 100m2 in verband met de lage prijs per m2. De minimale transactieprijs is de prijs die minimaal betaald moet worden ongeacht het aantal vierkante meters. De prijzen zijn afgerond waardoor ze makkelijker te communiceren zijn.
Deze prijzen zijn afhankelijk van toekomstig gebruik en uniform, geen verschillen per dorp. De prijzen kunnen op grond van tabel 6.1 worden aangepast wanneer de W.O.Z. waarde wordt herzien (eerstvolgende herziening in 2004). Door de hoge minimale transactie waarde zal het aantal transacties, en daarmee de belasting van de ambtenaren beperkt blijven.
Bijlage I: Beoordeling aanvragen tot verkoop openbaar groen.
Beoordelingsschema aanvragen verkoop openbaar groen.
Gebaseerd op de bovenstaande criteria wordt het college geadviseerd de grond wel / niet te verkopen aan de aanvrager.