Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ameland

Preventie en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018-2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmeland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingPreventie en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018-2021
CiteertitelPreventie en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018-2021
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt eerdere bepalingen op het gebied van de sanctionering in het kader van het toezicht en de handhaving van de DHW.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-06-2022nieuwe regeling

01-05-2018

gmb-2022-244959

Tekst van de regeling

Intitulé

Preventie en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018-2021

Deel 1 Algemeen

1. Inleiding

Op 1 januari 2013 is de Drank- en Horecawet (DHW) gewijzigd. De doelstellingen van de wet zijn het terugdringen van het alcoholgebruik onder jongeren, het aanpakken van gerelateerde verstoringen van de openbare orde en het terugdringen van de administratieve lasten voor de ondernemers.

 

De DHW geeft de gemeenten meer mogelijkheden om lokaal beleid te ontwikkelen en uit te voeren. Dit betekent echter wel dat de gemeenten ook nieuwe verantwoordelijkheden, taken en bevoegdheden hebben gekregen. De wet maakt de gemeente onder andere verantwoordelijk voor het toezicht op en handhaving van de DHW. Deze taak komt naast de bevoegdheid voor het verlenen van de DHW-vergunningen die al bij de gemeente lag. Hiermee is de gemeente verantwoordelijk voor het gehele proces. Tot 1 januari 2013 lag de verantwoordelijkheid voor het toezicht en de handhaving bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).

 

Door deze taakverschuiving moet iedere gemeente keuzes maken over de uitvoering van deze nieuwe handhavingstaken. Het onderwerp raakt daarbij verschillende soorten beleid zoals gezondheidsbeleid, alcoholmatigingsbeleid, horecabeleid, handhavingsbeleid en openbare orde en veiligheidsbeleid.

 

In artikel 43a van de Drank- en Horecawet (DHW) is bepaald dat de gemeente verplicht is een preventie- en handhavingsplan op te stellen. Hierin legt de gemeente vast hoe ze invulling geeft aan haar toezichts- en handhavingstaak in het kader van de DHW. Het eerste preventie- en handhavingsplan is in 2014 vastgesteld. Het eerste plan loopt tot en met 2018. In 2018 dient er een nieuw preventie- en handhavingsplan te worden opgesteld. Dit document geeft invulling aan die stap.

 

De Friese Waddeneilanden (Schiermonnikoog, Ameland, Terschelling en Vlieland) hebben gekozen voor een integraal handhavingsbeleid. De gemeenten beschikken over een hoge concentratie en diversiteit aan horecagelegenheden. Jaarlijks trekken de Waddeneilanden veel toeristen, waarbij de horeca een belangrijke functie in het toeristisch-recreatief voorzieningenaanbod vervult.

 

Naast dit preventie- en handhavingsplan alcohol, dient elke gemeente op grond van artikel 13 lid 2 van de Wet publieke gezondheid ook een nota gemeentelijk gezondheidsbeleid vast te stellen. Elke vier jaar zal het preventie- en handhavingsplan alcohol gelijk met de nota gezondheidsbeleid door de gemeenteraden moeten worden vastgesteld.

 

Dit preventie- en handhavingsplan alcohol geeft duidelijkheid over de wijze waarop de gemeente zal optreden indien overtredingen op grond van de Drank- en Horecawet plaatsvinden en welke sanctiemiddelen worden toegepast. Het blijft voor de gemeente echter altijd mogelijk in individuele gevallen af te wijken. Afhankelijk van de situaties kan het bevoegde gezag ervoor kiezen om in bijzondere omstandigheden af te wijken van de zwaarte van de sancties, de hoogte van de dwangsommen en de duur van de termijnen.

 

Handhaving met betrekking tot alcoholverstrekking kan alleen effectief plaatsvinden als de verschillende handhavingspartners gezamenlijk optreden. In dit preventie- en handhavingsplan alcohol worden de rollen, taken en bevoegdheden van de betrokken handhavingspartners vastgelegd en de manier van optreden bepaald. Daarbij worden bestuursrechtelijke en strafrechtelijke instrumenten op elkaar afgestemd.

 

Een preventie- en handhavingspian bevat de hoofdzaken van het beleid met betrekking tot de preventie van alcoholgebruik door jongeren en de handhaving van de wet. In dit plan wordt minder aandacht besteed aan de preventie van alcoholgebruik, omdat dat onderwerp in andere notities uitgebreid wordt behandeld.

 

In het plan komen in ieder geval aan bod:

  • 1.

    De doelstellingen van het preventie- en handhavingsbeleid alcohol.

  • 2.

    Welke acties worden ondernomen om alcoholgebruik, met name onder jongeren, te voorkomen (al dan niet in samenhang met andere preventieprogramma's gericht op gezondheid).

  • 3.

    De wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd en welke handhavingsacties in de door het plan bestreken periode worden ondernomen.

  • 4.

    De minimaal te behalen resultaten in de door het plan bestreken periode.

Voor de nota gezondheidsbeleid is gekozen voor de planperiode 2018-2021. Vanwege de verplichting tot gelijktijdige vaststelling van het preventie- en handhavingsplan alcohol is ervoor gekozen om voor dit plan ook de planperiode 2018-2021 aan te houden. Vanaf dit moment lopen de beide plannen samen op in een meerjarige beleidscyclus.

2. Resultaten

Het eerste preventie- en handhavingsplan alcohol strekte zich uit over de periode 2014 —2018. In die periode voeren de gemeenten voor het eerst de handhavingstaken uit. In 2013 heeft het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) de Tweede Kamer toegezegd met een evaluatie van de DHW te komen. Na de decentralisatie zou er een zichtbare verbetering moeten zijn ontstaan in de problematiek rond alcoholmisbruik bij jongeren.

 

In 2016/2017 1 heeft het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport de decentralisatie van de toezichtstaken uit de DHW geëvalueerd. Over het algemeen wordt de overgang van centraal naar decentraal als goed ervaren. Sommige onderdelen van de wet lijken op decentraal niveau niet eenvoudig uitgevoerd of gehandhaafd te kunnen worden. Een voorbeeld hiervan is handhaving van online verkoop (c.q. het thuisbezorgkanaal) van alcohol. Wellicht dat om die reden het toezicht op verkoop van alcohol via internet evenals het verbod op prijsacties, weer gecentraliseerd wordt.

 

In 2014 tot en met 2016 is er door de Friese Waddeneilanden gewerkt met een door een extern bureau ontwikkeld preventiemethodiek. Als onderdeel van deze methodiek zijn er in die periode convenanten met bedrijven afgesloten om zich te conformeren aan deze methodiek. Deze methodiek is vooral ingezet voor het controleren van mogelijke overtredingen met betrekking tot het schenken aan minderjarigen. In deze methodiek is niet gewerkt met het reguliere sanctiebeleid voor wat betreft de leeftijdscontroles. Er werd bijvoorbeeld nog geen bestuursdwang toegepast. In plaats daarvan is er gewerkt met een financiële inleg van de bedrijven. Deze inleg werd aan het einde van de periode aan de bedrijven geretourneerd waarbij de hoogte van de teruggave varieerde afhankelijk van het aantal geconstateerde overtredingen. Deze methode leunde meer op zelfregulering.

 

In 2016 is echter gebleken dat de bovenstaande preventiemethodiek niet verenigbaar was met het wettelijke sanctiesysteem van de Drank- en horecawet. Vanaf 2017 is daarom gewerkt met de reguliere toezicht- en handhavingsmethode die de wet voorschrijft. Het externe bureau dat sinds 2017 het toezicht op de naleving van de DHW uitvoert controleert zowel of de bepalingen over leeftijdsgrenzen worden nageleefd en tevens of aan overige DHW eisen wordt voldaan.

 

In de periode 2014-2017 is de nalevingspercentage gestaag omhoog gegaan:

  • 2014: 62 %

  • 2015: 76%

  • 2016: 77%

  • 2017: 75%

Uit deze resultaten blijkt dat de bedrijven minder overtredingen zijn begaan en beter de Drank- en horecawet naleven. De gebruikte preventiemethode heeft daar zeker aan bijgedragen. Daarnaast is gebleken, dat na het overstappen op een andere methode, het nalevingspercentage nagenoeg hetzelfde is gebleven. Voor deze planperiode is het belangrijk om het nalevingspercentage minimaal op het niveau van de afgelopen jaren te houden en om daarnaast te streven naar een percentage van 100%.

3. Doelstellingen

Het preventie- en handhavingsbeleid heeft de volgende doelstellingen:

  • a)

    Gebruikers, verstrekkers en andere betrokkenen bewust maken van de nadelige gevolgen van alcoholgebruik, met name voor jongeren.

  • b)

    Verstrekkers ertoe bewegen om op verantwoorde en rechtmatige wijze alcohol te (laten) verstrekken.

  • c)

    Gebruikers en andere betrokkenen ertoe bewegen het alcoholgebruik door jongeren te beperken of te voorkomen.

Het drinken van alcohol wordt nog steeds als normaal gezien en iets wat "erbij" hoort. Voorlichting over de gevolgen van alcohol zullen een belangrijke bijdrage moeten leveren aan de te behalen doelstellingen en moeten bijdragen aan verbetering van de naleving van de wet. Voorlichting is een van de interventies die genoemd worden in de nota gezondheidsbeleid.

 

Het doel voor de langere termijn is dan ook dat de samenleving anders aan gaat kijken tegen het nuttigen van alcohol door jongeren, waardoor het drinken van alcohol door jongeren niet vanzelfsprekend is.

 

Het hoofddoel van de Drank- en Horecawet en daarop gebaseerd lokaal beleid is dat de samenleving op langere termijn anders aan gaat kijken tegen het nuttigen van alcohol, met name door jongeren. Het drinken van alcohol door jongeren dient niet vanzelfsprekend gevonden te worden. Alcoholmisbruik door jongeren moet met behulp van de DHW teruggedrongen worden. De doelstelling van dit preventie- en handhavingsplan is in dat verband om bij toezicht en controle minimaal 75% naleving te constateren en daarbij te streven naar 100%.

4. Preventie

Alcoholpreventie raakt ook andere beleidsterreinen, waaronder de volksgezondheid. Op het gebied van preventie heeft onze gemeente een nieuwe nota "Gemeentelijke Gezondheidsbeleid 2018-2021" en een bijbehorend uitvoeringsprogramma opgesteld. Deze nota is op <datum> door de raad vastgesteld.

 

Aangezien deze nota al het nodige geregeld wordt op het gebied van de preventie zal er in deze nota aan dat onderwerp geen aandacht worden besteed. Voor wat betreft het onderdeel preventie wordt verwezen naar de inhoud van hoofdstuk 2.2. van de nota "Gemeentelijke Gezondheidsbeleid 2018-2021" en het bijbehorende uitvoeringsprogramma. Het onderhavige plan is dan als bijlage bij de nota gevoegd.

5. Toezicht en handhaving.

Het handhavingsplan is van toepassing op alle alcoholverstrekpunten in de gemeenten. Onder deze alcoholverstrekpunten bevinden zich:

 

  • Hotels;

  • Restaurants;

  • Cafés;

  • Cafetaria;

  • Paracommerciële instellingen (kantines van verenigingen en stichtingen);

  • Slijterijen;

  • Evenementen;

  • Supermarkten;

  • Overige detailhandel;

Voor de uitvoering van de toezicht- en handhavingstaken werken de Friese Waddeneilanden met een extern bureau. Voor de periode 2018-2021 blijven we gebruik maken van een extern bureau. Op die manier zijn we voorzien van voldoende capaciteit om de toezicht- en handhavingsrol goed uit te oefenen.

 

Hotspots

Verstrekkers die bijzondere aandacht nodig hebben, bijvoorbeeld omdat er veel jongeren komen, noemen we in dit plan een "hotspot". Ook een eerder geconstateerd "slecht" nalevingsgedrag kan ertoe leiden dat een verstrekker als "hotspot" wordt gekwalificeerd.

 

In de voor een kalenderjaar te plannen controles en preventieve acties wordt op rekening gehouden met deze hotspotlocaties. Bij het vaststellen van de planning wordt expliciet aangegeven welke verstrekkers als hotspot worden aangemerkt. Wanneer een verstrekker als hotspot wordt aangemerkt, betekent dit dus slechts dat sprake is van een mogelijk verhoogd risico, niet dat de betreffende verstrekker het "niet goed" zou doen.

 

De hotspots zijn geen statische hotspots, maar kunnen doorlopend worden aangepast. Voorgesteld wordt dat deze hotspots op basis van een analyse jaarlijks worden bepaald.

 

Toezicht en controle

Er zijn diverse toezichtsvormen te onderscheiden. Deze zijn afhankelijk van het soort

bedrijf/activiteit. Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen de volgende controles:

  • 1.

    Periodiek toezicht bij bedrijven/instellen die beschikken over een Drank- en Horecavergunning:

    • a)

      (basis) controle van de vergunning, aanwezigheid van leidinggevende en naleving van voorschriften aan de vergunning.

    • b)

      leeftijdsgrenzencontrole gericht op drankverstrekking aan personen die nog geen 18 jaar zijn.

    • c)

      bijzondere controle gericht op een specifiek thema of aspect, zoals de controle op (doorschenken aan) dronken personen of de aanwezigheid van leidinggevenden.

  • 2.

    Toezicht bedrijven zonder Drank- en Horecavergunning:

    • a)

      Supermarkten en enkele andere detailhandelbedrijven beschikken niet over een Drank- en Horecavergunning maar mogen wel alcoholhoudende drank verkopen. Controles bij deze bedrijven zijn gericht op de leeftijdsgrens.

    • b)

      Een aantal cafetaria's beschikt niet over een Drank- en Horecavergunning. Zij mogen wel alcoholhoudende drank verkopen, maar deze drank mag niet ter plaatse worden opgedronken. Controles bij deze bedrijven zijn gericht op leeftijdsgrens en het al dan niet ter plaatse nuttigen van alcoholhoudende drank.

  • 3.

    Toezicht op tijdelijke activiteiten.

    • Het gaat om het tijdelijk schenken van zwak alcoholische drank met een ontheffing op grond van artikel 35 Drank- en Horecawet. Controle zal met name gericht zijn op leeftijdsgrenzen.

  • 4.

    Passief toezicht.

    • Betreft het reageren op klachten, meldingen en handhavingsverzoeken.

  • 5.

    Toezicht in de openbare ruimte.

    • Toezicht wat specifiek gericht is op het gebruik van alcohol door jongeren onder de 18 jaar op hangplekken of op een andere locatie in de openbare ruimte. Dit is gericht op het verbod voor personen om jonger dan 18 jaar alcohol bij zich te hebben. Daarnaast kan dit een controle zijn van de relevante bepaling(en) in de APV.

  • 6.

    Hercontrole.

    • Als eerder een overtreding is geconstateerd, vindt er een hercontrole plaats.

De gemeenten kunnen naar gelang de situaties kiezen voor een bepaalde vorm van toezicht (of een combinatie van vormen).

Deel 2 Sanctiebeleid

6. Sanctiecategorieën

Dit preventie- en handhavingsplan alcohol is opgesteld om de wijze van aanpak inzichtelijk te maken. In dit plan zijn de categorieën van overtredingen en de daartegen te treffen acties ( mogelijke sancties) opgenomen.

 

Elke overtreding dient in beginsel te leiden tot handhavend optreden. De opgelegde bestuurs- en strafrechtelijke maatregelen dienen daadwerkelijk ten uitvoer te worden gelegd. Het opleggen van een sanctie is geen doel op zich, maar bedoeld als pressiemiddel om een overtreding te beëindigen, ongedaan te maken en/of herhaling te voorkomen.

 

De overtredingen op grond van de DHW zijn gekoppeld aan een categorie waarvoor een stappenplan is opgesteld. Elke categorie geeft inzicht in de stappen die worden ondernomen op het moment dat er een overtreding plaatsvindt. Binnen het handhavingsbeleid zijn de overtredingen opgedeeld in vijf categorieën, met elk hun eigen aanpak. De vijf categorieën zijn hieronder beschreven.

 

Categorie 1 (spoedeisend)

Direct toepassen bestuursdwang

Bij overtredingen die onder categorie vallen gaat het om urgente, ernstige zaken die direct dienen te worden beëindigd. Er is sprake van een situatie waarbij acuut gevaar is voor de volksgezondheid en/of de veiligheid in het geding is. Er is spoedeisendheid vereist om tot beëindiging van de overtreding te komen.

 

Categorie 2

Last onder dwangsom of last onder bestuursdwang

Bij overtredingen die onder categorie 2 vallen gaat het om ernstige overtredingen, maar is geen sprake van een acute (gevaar)situatie. Een overtreding kan ook als categorie 2 worden aangemerkt als er verzwarende omstandigheden met betrekking tot de overtreder aan de orde zijn.

 

Categorie 3

Last onder dwangsom of last onder bestuursdwang

De overtredingen die onder categorie 3 vallen zijn de overtredingen die van minder ernstige aard zijn. Dit zijn bijvoorbeeld overtredingen rondom administratieve vereisten, signaleringen of gedragingen.

 

Categorie 4

Vervolging conform Richtlijn voor strafvordering DHW (boete)

Onder deze categorie vallen drie artikelen uit de DHW, te weten: artikel 20 vijfde lid, artikel 20 zesde lid en artikel 45 DHW. Deze artikelen kunnen alleen strafrechtelijk worden afgedaan (zie de Richtlijn voor strafvordering DHW). Het opleggen van een bestuurlijke boete is niet mogelijk.

 

Categorie 5

Bestuurlijke boete

Bij een aantal overtredingssituaties is het niet wenselijk om een hersteltermijn toe te passen aangezien deze overtredingen van ernstige aard zijn. Doeltreffend is om bij het overtreden van deze artikelen de bestuurlijke boete toe te passen en, indien nodig, gevolgd door toepassing van artikel 32 van de DHW (schorsen van de Drank- en Horecavergunning) en artikel 31, lid 2 van de DHW (intrekking van de Drank- en Horecavergunning).

 

De acties die stapsgewijs na constatering van een overtreding worden gezet zijn hieronder beschreven. Deze tabel geeft duidelijkheid over de sanctiemiddelen die per categorie worden inaezet.

 

7. Handreiking

De overtredingen op grond van de DHW worden nader beschreven in bijlage 2 (sanctietabel: behorend bij het preventie- en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018¬2021). Elke overtreding is gekoppeld aan een categorie die hierboven is besproken. Tevens is in de handhavingsstrategie opgenomen welk sanctiemiddel wordt geadviseerd en welke begunstigingstermijn (termijn voor het ongedaan maken van een onrechtmatige situatie) wordt aangehouden. Daarnaast wordt de taak van het Openbaar Ministerie genoemd en zijn de bijzonderheden per artikel aangekaart.

 

Bestuurlijke handhaving

In de sanctietabel wordt de last onder bestuursdwang aanbevolen, waarbij concrete acties worden aangegeven. Deze acties kunnen onder andere bestaan uit het stopzetten/ verbieden van de alcoholverkoop. Bij het inzetten van de bestuursdwang dient de zwaarte van de maatregel in proportie te staan tot de aard, de gevaarzetting en de urgentie van de overtreding.

 

Daarnaast is ook veelal de last onder dwangsom als sanctiemiddel aanbevolen. De hoogtes van de dwangsommen zijn per artikel opgenomen in de sanctietabel. Daarbij is als uitgangspunt genomen dat het maximum dwangsombedrag drie keer de opgelegde dwangsom bedraagt.

 

Wanneer een overtreder op grond van de DHW een overtreding begaat en daarvoor wordt bestraft zal dezelfde overtreding binnen twee jaar nadat het eerste sanctiemiddel is ingezet worden beschouwd als recidive. Deze termijn vervalt als de overtreder binnen twee jaar geen overtreding begaat. Na deze termijn wordt bij een eerstvolgende overtreding weer gestart met de eerste stap uit de desbetreffende sanctiecategorie. Blijkt dat toepassing van de aanbevolen sanctie niet effectief is, dan kan een ander sanctiemiddel worden ingezet, zoals schorsing van de Drank- en Horecavergunning.

 

Zoals eerder gesteld, kan in specifieke situaties worden afgeweken van de in dit beleid voorgestelde sanctiemiddelen en termijnen. Hierbij is artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht van belang. Het bestuursorgaan handelt namelijk overeenkomstig het preventie- en handhavingsplan, tenzij dat voor één of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met het handhavingsplan te dienen doelen. Van belang is om in deze situaties gemotiveerd af te wijken van de gestelde sanctiemiddelen en termijnen binnen deze maatregel.

 

Vriendelijk traject

Voor overtredingen van categorie 2 en 3 geldt dat voor het opleggen van een sanctie een "vriendelijk" traject wordt gevolgd. Dit houdt in dat de toezichthouder eerst waarschuwend zal optreden om zo de ondernemer de kans te bieden om de situatie overeenkomstig de DHW te herstellen. Blijkt na een hercontrole dat de ondernemer de overtreding niet beëindigd heeft, dan zal de sanctie zoals genoemd in de sanctietabel worden toegepast.

8. Overige bepalingen

Met de vaststelling van dit preventie- en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018 — 2021 komen eerdere bepalingen op het gebied van de sanctionering in het kader van het toezicht en de handhaving van de DHW te vervallen.

 

Dit preventie- en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018 — 2021 treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Ameland op 25 juni 2018

De raadsgriffier

De voorzitter

Bijlage 1: toelichting middelen en overige

 

1.Middelen

In Nederland bestaat de algemene beginselplicht tot handhaving. Gelet op het algemeen belang dat gediend is met handhaving, zal in geval van overtreding van een wettelijk voorschrift het bestuursorgaan dat bevoegd is om met bestuursdwang of een last onder dwangsom op te treden, in de regel van deze bevoegdheid gebruik moeten maken. Slechts onder bijzondere omstandigheden mag van het bestuursorgaan worden gevergd, dit niet te doen. Dit kan zich voordoen indien concreet zicht op legalisering bestaat. Voorts kan handhavend optreden zodanig onevenredig zijn in verhouding tot de daarmee te dienen belangen dat van optreden in die concrete situatie kan worden afgezien. Het is daarom van belang dat handhaving op een weloverwogen en gerichte wijze wordt gedaan aan de hand van kaders en met gebruikmaking van de daartoe geëigende middelen en instrumenten.

 

Bij het beoordelen van een overtreding en het bepalen van het juiste sanctiemiddel wordt rekening gehouden met:

 

  • -

    de mogelijke gevolgen van de overtreding; en

  • -

    de omstandigheden waaronder de overtreding is begaan; en

  • de houding en het gedrag van de overtreder; en

  • -

    de voorgeschiedenis; en het subsidiariteit- en proportionaliteitsbeginsel. Dit wil zeggen dat de sanctie moet worden toegepast die het minst ingrijpend is en het beste past om het gestelde doel te bereiken.

 

In het preventie- en handhavingsplan alcohol De Friese Waddeneilanden 2018-2021 zijn de sanctiemiddelen opgenomen die het bevoegde bestuursorgaan kan toepassen bij een overtreding op grond van de Drank- en Horecawet. De toezichthouder zal ten tijde van een overtreding het stappenplan hanteren.

 

Een bestuursorgaan heeft de keuze uit de volgende middelen:

 

  • Bestuurlijke waarschuwing

Een (schriftelijke) bestuurlijke waarschuwing wordt in het geval van overtreding van de voorschriften niet als een besluit gericht op rechtsgevolg beschouwd. Hiermee wordt bedoeld dat de overtreder niet in bezwaar kan gaan tegen een (schriftelijke) bestuurlijke waarschuwing. De bestuurlijke waarschuwing heeft wel een dwingend karakter. Doel van de waarschuwing is het voorkomen van een besluit dat wel gericht is op rechtsgevolg.

De bestuurlijke waarschuwing is daarom een belangrijke stap binnen het handhavingstraject. Na constatering van een eerste overtreding wordt zo snel mogelijk een waarschuwing aan de verantwoordelijke alcoholverstrekker verzonden.

 

  • Proces-verbaal

Met uitzondering van de artikelen 20 vijfde lid, 20 zesde lid en artikel 45 van de Drank- en Horecawet zijn alle artikelen van de Drank- en Horecawet bestuurlijk handhaafbaar. De artikelen 20 vijfde lid, artikel 20, zesde lid en artikel 45 van de Drank- en Horecawet dienen strafrechtelijk te worden gehandhaafd. Artikel 20, vijfde lid van de Drank- en Horecawet (het toelaten én doorschenken aan dronken personen) en artikel 20, zesde lid van de Drank- en Horecawet (het onder invloed van alcoholhoudende drank of psychotrope stoffen, dienst doen in een horecalokaliteit of slijtlokaliteit) kunnen worden beschouwd als zogenaamde stapelartikelen. Deze artikelen gaan veelal gepaard met andere overtredingen en zullen dan als zodanig worden gehandhaafd. Hierop wordt geen gericht toezicht ingezet. Voor artikel 45 (het voorhanden hebben van alcoholhoudende dranken door jongeren beneden de achttien jaar kan gericht en zelfstandig toezicht worden ingezet. Artikel 45 van de Drank- en Horecawet luidt als volgt:

 

Artikel 45

t Het is degenen die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt, met uitzondering van personen van 16 of 17 jaar die dienst doen in een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, waaronder begrepen het zijn van barvrijwilliger in een inrichting in beheer bij een paracommerciële rechtspersoon, verboden op voor het publiek toegankelijke plaatsen alcoholhoudende drank aanwezig te hebben of voor consumptie gereed te hebben, met uitzondering van plaatsen waar bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank voor gebruik elders dan ter plaatse wordt verstrekt.

 

  • 2.

    Overtreding van het eerste lid wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

  • 3.

    De in dit artikel strafbaar gestelde feiten zijn overtredingen.

 

Van deze overtreding wordt een proces-verbaal (woordelijk verslag) opgemaakt door de aangewezen toezichthouder Drank- en Horecawet. Deze aangewezen toezichthouder is tevens Buitengewoon Opsporingsambtenaar (BOA). Daarnaast kan een proces-verbaal naar aanleiding van bovenstaand artikel ook worden opgemaakt door een algemeen opsporingsambtenaar van de politie. Het proces verbaal wordt zo spoedig mogelijk naar het Openbaar Ministerie (OM) gezonden, dat vervolgt conform de richtlijn.

 

Halt afdoening alcohol

De burgemeester kan ook besluiten om overtredingen op grond van artikel 45 Drank- en Horecawet af te doen via een doorverwijzing naar Bureau Halt. In plaats van een boete kan een jongere deelnemen aan een leerprogramma bij een instelling voor verslavingszorg. Van de 'Halt afdoening alcohol' kan alleen gebruik worden gemaakt als dit wordt afgestemd met de Officier van Justitie. Middels dit handhavingsbeleid vindt afstemming plaats.

 

  • Sluiting bepaalde of onbepaalde tijd

Conform artikel 36 van de Drank- en Horecawet kan de burgemeester aan andere personen dan hen, die wonen in de ruimte, waarin in strijd met de Drank- en Horecawet alcoholhoudende drank wordt verstrekt, de toegang tot die ruimte ontzeggen. Concreet betekent dit dat de burgemeester, conform de Drank- en Horecawet, bevoegd is om een illegale exploitatie te doen beëindigen door middel van sluiting.

 

  • Intrekking vergunning

Conform artikel 31 van de Drank- en Horecawet heeft de burgemeester de bevoegdheid om een Drank- en Horecavergunning in te trekken. Indien een Drank- en Horecavergunning wordt ingetrokken, mag in deze inrichting geen alcoholhoudende drank worden verstrekt en aanwezig zijn.

 

  • Schorsen van een vergunning

Conform artikel 32 van de Drank- en Horecawet kan de burgemeester een Drank- en Horecavergunning schorsen voor een periode van ten hoogste 12 weken indien niet wordt

 

voldaan aan de bepaalde gevallen als bedoeld in artikel 31, tweede en derde lid, van de Drank- en Horecawet.

 

  • Opleggen last onder bestuursdwang

Artikel 5:21 van de Algemene wet bestuursrecht definieert een last onder bestuursdwang als een herstelsanctie inhoudende:

  • a.

    een last tot geheel of gedeeltelijk herstel van de overtreding, en

  • b.

    de bevoegdheid van het bestuursorgaan om de last door feitelijk handelen ten uitvoer te leggen, indien de last niet of niet tijdig wordt uitgevoerd.

Hierbij kan worden gedacht aan het feitelijk sluiten van een horecabedrijf. Dit is uiteraard een uiterste maatregel.

 

  • Spoedeisende bestuursdwang

Op grond van artikel 5:31 van de Algemene wet bestuursrecht kan het toepassen van spoedeisende bestuursdwang in de vorm van sluiting van een horecabedrijf geschieden wanneer zich daar andere feiten of omstandigheden hebben voorgedaan die de vrees wettigen dat het geopend blijven van een ruimte ernstig gevaar oplevert voor de openbare orde.

 

  • Opleggen tast onder dwangsom

Op grond van artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht kan het bestuursorgaan dat bevoegd is een last onder bestuursdwang toe te passen, in plaats van het toepassen van een last onder bestuursdwang, een last onder dwangsom aan de overtreder opleggen. Een last onder dwangsom strekt ertoe de overtreding ongedaan te maken of verdere overtreding, dan wel een herhaling van de overtreding te voorkomen. Bij een last onder dwangsom geldt als een verplichting tot het betalen van een geldsom, per tijdseenheid, per overtreding of een bedrag ineens, tenzij wordt voldaan aan de in het dwangsombesluit opgenomen last. Beoogd doel is:

ongedaan maken van een overtreding;

  • -

    voorkomen van verdere overtreding dan wel herhaling van de overtreding;

  • -

    preventief optreden in geval van een 'klaarblijkelijk gevaar' voor overtreding en ernstige schade.

In het handhavingsplan wordt per overtreding bekeken wat de meest effectieve manier is om de overtreding te beëindigen, dan wel een nieuwe overtreding te voorkomen.

 

  • Bestuurlijke Boete

In de Drank- en Horecawet wordt de bestuurlijke boete genoemd in artikel 44a. De toepassing van de bestuurlijke boete wordt genoemd in het eerste lid van dit artikel. Wenselijk is om de bestuurlijke boete alleen toe te passen op artikel 20 eerste lid van de Drank- en Horecawet (overtredingen leeftijdsgrenzen), aangezien dit een dusdanig ernstig feit is waarbij geen bestuurlijke hersteltermijn is gewenst.

 

Artikel 44a luidt als volst:

  • 1.

    De burgemeester kan een bestuurlijke boete opleggen ter zake van overtreding binnen zijn gemeente van het bij of krachtens de artikelen 3, 4, 9, derde, vierde en vijfde lid, 12 tot en met 19, 20, eerste tot en met vierde lid, 22, eerste en tweede lid, 24, 25, behoudens het derde lid, 25a tot en met 25d, 29, derde lid, 35, tweede en vierde lid, of 38 gestelde.

  • 2.

    De hoogte van de bestuurlijke boete wordt bepaald op de wijze als voorzien in de bijlage, met dien verstande dat de wegens een afzonderlijke overtreding te betalen geldsom ten hoogste € 100 000 bedraagt.

  • 3.

    Overtredingen kunnen, in afwijking van het eerste lid, niet met een bestuurlijke boete worden afgedaan, indien:

    • a.

      de overtreding een direct gevaar voor de gezondheid of veiligheid van de mens tot gevolg heeft;

    • b.

      de in de bijlage ter zake van de overtreding voorziene bestuurlijke boete aanmerkelijk wordt overschreden door het met de overtreding behaalde economisch voordeel; of

    • d.

      door de burgemeester toepassing is gegeven aan artikel 19a, eerste lid.

  • 4.

    De bevoegdheid tot het opleggen van een bestuurlijke boete vervalt, indien ter zake van de overtreding op grond waarvan de bestuurlijke boete kan worden opgelegd door de burgemeester aan de vergunninghouder schriftelijk mededeling is gedaan van het voornemen de vergunning in te trekken.

  • 5.

    De boete komt toe aan de gemeente, waar de overtreding heeft plaatsgevonden.

 

  • Tijdelijke ontzegging alcoholverkoop bij niet-vergunningplichtige bedrijven.

Indien een niet-vergunningplichtig bedrijf driemaal binnen één jaar alcoholhoudende drank verstrekt aan een persoon beneden de 18 jaar kan de burgemeester de verkoop van alcoholhoudende drank verbieden voor een periode van ten minste één week en ten hoogste twaalf weken.

 

Handhavingsmiddelen vergen, met uitzondering van het op strafrechtelijke basis geschoeide proces-verbaal, een bestuurlijk besluit in de vorm van een (handhavings-) beschikking door het bevoegde bestuursorgaan. Dit betekent dat - conform de definities in de Algemene wet bestuursrecht- de inzet van de middelen zal leiden tot rechtsgevolgen.

 

2.Overige

Zienswijze

Op grond van artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht moet een belanghebbende in de gelegenheid worden gesteld zijn zienswijze kenbaar te maken, voordat het bestuursorgaan een besluit neemt. Een schriftelijke waarschuwing in geval van overtreding van de voorschriften wordt niet als een besluit gericht op rechtsgevolg beschouwd. Doel van de waarschuwing is immers te voorkomen dat een bestuursorgaan daadwerkelijk een besluit moet nemen dat gericht is op rechtsgevolg.

 

Een maatregel op grond van het Handhavingsbeleid - (tijdelijke) intrekking van vergunning, vervroeging van de sluitingsuren, opleggen van een last onder dwangsom enzovoort - moet uiteraard wel worden beschouwd als een besluit gericht op rechtsgevolg.

 

Voorafgaand aan het besluit wordt belanghebbende daarom in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen en kenbaar te maken. Bij dit 'zienswijzegesprek' tussen de ondernemer en vertegenwoordigers van gemeente worden alle overtredingen besproken die de grondslag vormen voor het te nemen besluit met dien verstande dat overtredingen die tot een eerdere sanctie hebben geleid niet nogmaals voor bespreking in aanmerking komen. Bij het zienswijzegesprek voor de eerste sanctie wordt naast de overtreding die leidt tot de sanctie ook de overtreding die aanleiding heeft gegeven tot de waarschuwing(en) besproken.

 

Discretionaire bevoegdheid

De Hand havingsstrategie Drank- en Horecawet is beleid in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht. Het bestuursorgaan handelt in beginsel overeenkomstig het beleid. In gevallen dat de aard en de omstandigheden dat vereisen, kan het bestuursorgaan gemotiveerd de handhavingsstrategie ter zijde stellen, stappen overslaan of samenvoegen om zo als het ware maatwerk te leveren.

 

De burgemeester kan op grond van artikel 172, derde lid van de Gemeentewet bij verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, in afwijking van de handhavingsstrategie, die bevelen geven die naar zijn oordeel noodzakelijk zijn voor de handhaving van de openbare orde.

 

Samenloop

Voor de systematiek van het preventie- en handhavingsplan alcohol wordt de onderneming als een ondeelbaar geheel beschouwd. Dit betekent dat indien de ondernemer:

  • eenzelfde of een ander voorschrift overtreedt van een aan hem verleende vergunning of ontheffing of;

  • handelt op enigerlei wijze die naar het oordeel van de burgemeester in het belang van de openbare orde en veiligheid niet geduld kan worden of.

  • een nieuwe overtreding binnen de gestelde termijn van hetzelfde of enig ander voorschrift van dezelfde of een andere vergunning of ontheffing begaat.

Dit zal worden opgevat als een herhaalde overtreding in de zin van dit Hand havingsbeleid.

Bijlage 2: Sanctietabel: Behorend bij het preventie en handhavingsplan Alcohol De Friese Waddeneilanden 2018-2021

 

Overtredingen en misdrijven

Categorie

Sanctie

Begunstigings

-termijn

Last onder dwangsom

(max. 3x opgelegde dwangsom)

Openbaar Ministerie

Bijzonderheden

§ 1. Overtredingen op grond van de Drank- en Horecawet

1

Artikel 2, lid 2 Drank- en Horecawet:

 

Maken van reclame voor alcoholhoudende drank in strijd met de regels gesteld krachtens het eerste lid (AMvB).

Categorie': 3

Last onder dwangsom

1 week

Tussen €1.250 en €2.500 (Sanctie per week)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie.

Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces-verbaal door een BOA of de politie.

 

2

Artikel 3 Drank- en Horecawet

 

Het uitoefenen van het horecabedrijf of slijtersbedrijf zonder vergunning. Geen drank- en horecavergunning, wel zicht op legalisatie.

Categoriel: 2

Last onder dwangsom

2 weken

Tussen €500 en €1.250

(Sanctie per week)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

De begunstigings-termijn biedt de degene die het horecabedrijf uitoefent 2 weken om een aanvraag in te dienen bij de gemeente.

3

Artikel 3 Drank- en Horecawet

 

Het uitoefenen van het horecabedrijf of slijtersbedrijf zonder vergunning. Geen zicht op legalisatie.

Categorie1: 2

Last onder bestuursdwang

Maximaal 1 week

(n.v.t.)

 

  • 1.

    Het betreft hier alleen dedrank- en horecavergunning.

  • 2.

    Zie ook artikel 30 en 30a Drank- en Horecawet in deze matrix (wijzigen inrichting en aanmelden leidinggevende voor aanhangsel)

4

Artikel 4, lid 4 Drank- en Horecawet

 

Het door een paracommerciële rechtspersoon zonder ontheffing afwijken van de bij gemeentelijke verordening gestelde regels die in elk geval betrekking hebben op:

  • a.

    de tijden gedurende welke in de betrokken inrichting alcoholhoudende drank mag worden verstrekt;

  • b.

    in de inrichting te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen;

  • c.

    in de inrichting te houden bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

 

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

 

 

5

Artikel 4, lid 5 Drank- en Horecawet

 

Het niet in de inrichting aanwezig hebben van een ontheffing of een afschrift daarvan.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

 

 

 

 

6

Artikel 8 Drank- en Horecawet

 

Leidinggevende voldoet niet langer aan een of meerdere aan hem/haar gestelde vereisten

Categorie': 1

De vergunning moet worden ingetrokken ingevolge artikel 31.

 

 

 

 

 

7

Artikel 10 Drank- en Horecawet

 

Een inrichting voldoet niet langer aan een of meerdere gestelde inrichtingseisen

Categorie': 1

De vergunning moet worden

 

 

 

 

 

8

Artikel 9, lid 3 io. lid 4 Drank- en Horecawet

Het niet in de inrichting aanwezig hebben van:

 

  • a.

    de registratie van de barvrijwilligers die een voorlichtingsinstructie hebben gekregen of een afschrift van die registratie;

  • b.

    het bestuursreglement of een afschrift daarvan.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

 

Tussen €500 en €1.250 (per overtreding)

 

 

9

Artikel 12, lid 1 Drank- en Horecawet

 

Het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse in een andere lokaliteit dan in de vergunning vermeld.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

10

Artikel 12, lid 2 Drank- en Horecawet

 

Het verstrekken van sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse anders dan in een slijtlokaliteit.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Deze overtreding betekent meestal dat sterke drank wordt verstrekt vanuit een laagdrempelige inrichting bijvoorbeeld een supermarkt. Gezien de doelstellingen van de Drank- en Horecawet is dit aangemerkt als een ernstige overtreding.

11

Artikel 13, lid 1 Drank- en Horecawet

 

Het verstrekken van alcoholhoudende drank in een horecalokaliteit of op een ten-as voor gebruik elders dan ter

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Vanwege openbare ordeverstoringen op openbare weg of strijdigheid met lokaal verbod om alcohol op straat te nuttigen in bepaalde gebieden aangemerkt als ernstige overtreding.

12

Artikel 13, lid 2 Drank- en Horecawet 

 

Het verstrekken van alcoholhoudende drank in een slijtlokaliteit voor gebruik ter plaatse, tenzij het betreft verstrekking om niet door een persoon die in die slijtlokaliteit dienst pleegt te doen en die verstrekking tot doel heeft een klant die daarom verzoekt een alcoholhoudende drank die in dat slijtersbedrijf verkrijgbaar is, te laten proeven.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Slijten en verstrekken mag nooit in dezelfde inrichting plaats vinden. Het gratis proeven daarentegen is wel door de wetgever mogelijk gemaakt. Gezien deze ontwikkeling wordt een overtreding gekwalificeerd als gering.

13

Artikel 14 lid 1 Drank- en Horeca

 

Het gelijktijdig in gebruik hebben van een slijtlokaliteit voor het verrichten van andere bedrijfsactiviteiten dan die welke tot het slijtersbedrijf behoren dan wel toe te laten dat daarin zodanige activiteiten worden uitgeoefend.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Het gaat hier om het (bij herhaling) gebruik van een horecalokaliteit voor andere bedrijfsactiviteiten, bijvoorbeeld een georganiseerde schilderijenverkoop vanuit een hotel, verkoping van kleding etc.

14

Artikel 14, lid 2 Drank- en Horecawet 

Het in gebruik hebben van een horecalokaliteit of een terras voor het uitoefenen van de kleinhandel of zelfbedieningsgroothandel of het uitoefenen van de in het derde lid genoemde activiteiten, dan wel toe te laten dat daarin zodanig handel wordt of zodanige activiteiten worden uitgeoefend, tenzij het betreft de verkoop van etenswaren die voor consumptie gereed zijn.

De in het derde lid genoemde activiteiten zijn:

  • a.

    het bedrijfsmatig aan particulieren verkopen van goederen in het kader van een openbare verkoping;

  • b

    het bedrijfsmatig aanbieden van diensten, uitgezonderd diensten van recreatieve of culturele aard;

  • c.

    het bedrijfsmatig verhuren van goederen;

  • d.

    het in het openbaar bedrijfsmatig opkopen van goederen).

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

15

Artikel 15, lid 1 Drank- en Horecawet 

 

Het uitoefenen van:

  • a.

    de kleinhandel;

  • b.

    de zelfbedieningsgroothandel;

  • c.

    het bedrijfsmatig aan particulieren verkopen van goederen in het kader van een openbare verkoping;

  • d.

    het bedrijfsmatig aanbieden van diensten;

  • e.

    het bedrijfsmatig verhuren van goederen;

  • f.

    het in het openbaar bedrijfsmatig opkopen van goederen, in een lokaliteit van een inrichting waar het horecabedrijf wordt uitgeoefend, indien het publiek uitsluitend toegang heeft tot die lokaliteit door een lokaliteit te betreden waar alcoholhoudende drank aanwezig is.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

16

Artikel 15, lid 2 Drank- en Horecawet

 

Rechtstreekse verbinding tussen slijterij en andere neringruimte.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

Last onder dwangsom

Tussen €1.000 en €2.000 (per week)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

De slijtlokaliteit mag niet rechtstreeks in verbinding staan met ruimte "detail en diensten".

17

Artikel 16 Drank- en Horecawet

 

Het aanwezig hebben van automaten waaruit afnemers zelfstandig alcoholhoudende drank kunnen betrekken, tenzij deze zich bevinden in hotelkamers ingericht voor nachtverblijf, welke deel uitmaken van een inrichting, waarin het horecabedrijf rechtmatig wordt uitgeoefend.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Voorkomen moet worden dat alcoholverkoop zonder toezicht plaatsvindt en alcohol op straat genuttigd wordt ter voorkoming van openbare orde verstoringen daarom gekozen voor strafrechtelijk optreden.

18

Artikel 17 Drank- en Horecawet

 

Verstrekken van alcoholhoudende drank (voor gebruik elders dan ter plaatse) anders dan in een gesloten verpakking, die niet zonder kenbare beschadiging kan worden geopend.

Categoriel: 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

In voorkomend geval kan er tevens sprake zijn van overtreding van artikel 3 Drank - en horecawet.

19

Artikel 18, lid 1 Drank- en Horecawet

 

Het verstrekken van zwak-alcoholhoudende drank voor gebruik elders dan ter plaatse anders dan in een slijtersbedrijf.

Dit verbod geldt niet ten aanzien van het verstrekken in:

  • a

    een winkel;

  • b

    een warenhuis met een grote levensmiddelenafdeling;

  • c

    een voor het publiek besloten ruimte inrichting waar hoofdzakelijk gerede eetwaren worden verkocht.

Categorie 1: 2

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

20

Artikel 18, lid 3 Drank- en Horecawet 

 

Het zodanig plaatsen van zwak-alcoholhoudende dranken dat deze voor het publiek niet duidelijk zijn te onderscheiden van alcoholvrije dranken. Dit verbod geldt niet voor alcoholvrije alternatieven voor bier en wijn.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

21

Artikel 19, lid 1 Drank- en Horecawet 

 

Het bieden van gelegenheid tot het doen van bestellingen voor sterke drank anders dan in de rechtmatige uitoefening van het slijtersbedijf of het partijencateringbedrijf.

Categorie': 2

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

22

Artikel 19, lid 2, Drank- en Horecawet

 

Het bieden van gelegenheid tot het doen van bestellingen voor zwak-alcoholhoudende drank en zwak-alcoholhoudende drank af te leveren of te doen afleveren aan huizen van particulieren anders dan vanuit:

  • a.

    een niet voor publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin overeenkomstige bestellingen plegen te worden aanvaard, niet zijnde een horecalokaliteit;

  • b.

    een ruimte als bedoeld in artikel 18, tweede lid;

  • c.

    een inrichting waarin het siljtersbedrijf wordt uitgeoefend.

Categorie': 2

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

23

Artikel 20, lid 1 Drank- en Horecawet 

 

Het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, dan wel welke drank kennelijk bestemd is voor een persoon die de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt door de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die exploiteert

Categorie': 5

Bestuurlijke Boete

 

 

 

 

24

Artikel 20, lid 2 Drank- en Horecawet 

 

Het in een slijtlokaliteit toelaten van een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, anders dan onder toezicht van een persoon van 21 jaar of ouder.

Categorie1: 3

Last onder dwangsom

Direct na constatering

Tussen €500 en €1.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Er wordt voor gekozen om eerst te waarschuwen en bij herhaling pas te straffen. Het gaat hier immers alleen om het toelaten van een persoon van wie niet is vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 heeft bereikt, NIET om het verstrekken van alcohol. Dat laatste wordt wel als een ernstige overtreding aangemerkt. Zie nummer 23.

25

Artikel 20, lid 3 Drank- en Horecawet

 

Vaststelling leeftijd aan jongeren die niet onmiskenbaar ouder dan 16 jaar respectievelijk 18 jaar zijn, gebeurt niet volgens vastgestelde documenten

Categorie': 2

Last onder dwangsom

 

Tussen €500 en €1.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Dit verbod wordt aangemerkt als een ernstige overtreding omdat deze bepaling in de meeste gevallen samenvalt met het verbod van artikel 20, lid 1 Drank- en Horecawet.

26

Artikel 20, lid 4 Drank- en Horecawet 

 

Geen aanduiding leeftijdsgrenzen of aanduiding niet goed leesbaar.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €250 en €750 (per week)

 

De gemeente kan er ook voor kiezen om de aanduidingen te verstrekken.

27

Artikel 2Q, lid 5 Drank- en Horecawet 

 

Het in een slijtlokaliteit of horecalokaliteit of op een terras toelaten van de aanwezigheid van een persoon die in kennelijke staat van dronkenschap of kennelijk onder invloed van andere psychotrope stoffen verkeert.

Categorie': 4

 

Direct na constatering

 

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

  • 1.

    Het opleggen van een bestuurlijke boete is niet mogelijk

  • 2.

    Economisch delict

28

Artikel 20, lid 6 Drank- en Horecawet 

 

Het in kennelijke staat van dronkenschap of kennelijk onder invloed van andere psychotrope stoffen dienst doen in een slijtlokaliteit of horecalokaliteit.

Categorie': 4

Toepassen

Schorsen

conform artikel 32 DHW

Direct na constatering

 

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

  • 1.

    Het opleggen van een bestuurlijke boete is niet mogelijk

  • 2.

    Economisch delict

  • 3.

    Vanwege de ernst van de overtreding direct sanctie opleggen

29

Artikel 21 Drank- en Horecawet

 

Het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank, indien redelijkerwijs moet worden vermoed, dat dit tot verstoring van de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid zal leiden.

Categorie': 1

Last onder bestuursdwang

Direct na constatering

 

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Geen bestuurlijke boete mogelijk.

Openbare orde problematiek, waarbij strafrechtelijk en bestuursrechtelijk (vergunning intrekken) moet worden opgetreden.

30

Artikel 22, lid 1 onder a Drank- en Horecawet Jo. artikel 25 Drank- en Horecawet

 

Het bedrijfsmatig en anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank:

  • a.

    op plaatsen waar brandstof voor middelen van vervoer aan particulieren wordt verstrekt en;

  • b.

    in winkels die aan een benzinestation zijn verbonden.

  • c.

    .

Categorie': 2

Last onder dwangsom

Direct na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED.

De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van devierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Inbeslagname alcoholhoudende drank

31

Artikel 22, lid 1 onder b Drank- en Horecawet jo. artikel 25 Drank- en Horecawet

 

Het bedrijfsmatig en anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank in winkels die verbonden zijn aan een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend langs een autoweg.

Categorie': 2

Last onder dwangsom

Direct na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED.

De maximale straf die kanworden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OMzal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Inbeslagname alcoholhoudende drank

32

Artikel 22, lid 1 onder c Drank- en Horecawet io. artikel 25 Drank- en Horecawet

 

Het bedrijfsmatig en anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank in een ruimte langs een autosnelweg, tenzij het betreft het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse in een horecalokaliteit of en nabij die lokaliteit gelegen terras.

Categorie': 2

Last onder dwangsom

Direct na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

33

Artikel 24, lid 1. Drank- en Horecawet

 

Het voor het publiek geopend houden van een horeca- of slijtlokaliteit indien in de inrichting niet aanwezig is:

  • a.

    een leidinggevende die vermeld staat op het aanhangsel bij de vergunning met betrekking tot die inrichting of een andere vergunning van dezelfde vergunninghouder;

  • b.

    een persoon wiens bijschrijving op het aanhangsel bij de vergunning is gevraagd, zolang op die aanvraag niet is beslist.

Categoriel: 2

Last onder dwangsom

1 uur

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

34

Artikel 24, lid 2 Drank- en Horecawet 

Het door een paracommercièle rechtspersoon voor het publiek geopend houden van een horecalokaliteit, gedurende de tijd dat daar alcoholhoudende drank wordt verstrekt, indien in de inrichting niet aanwezig is:

  • a.

    een leidinggevende die vermeld staat op het aanhangsel bij de vergunning met betrekking tot die inrichting of een andere vergunning van dezelfde vergunninghouder;

  • b.

    een persoon wiens bijschrijving op het aanhangsel bij de vergunning is gevraagd, zolang op die aanvraag niet is beslist;

  • c.

    een barvrijwilliger die een voorlichtingsinstructie als bedoeld in artikel 9, tweede lid, heeft gekregen

Categoriel: 2

Last onder dwangsom

1 uur

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

35

Artikel 24, lid 3 Drank- en Horecawet

 

Personen jonger dan 16 jaar dienst laten doen in een horeca- of slijtlokaliteit, gedurende de tijd dat daarin dranken worden verstrekt.

Categorie': 2

Last onder dwangsom

Direct na constatering

Tussen €1.000 en €2.000 (per overtreding)

 

Vanwege de ernst van de overtreding direct sanctie opleggen

36

Artikel 25, lid 1 onder a Drank- en Horecawet

 

Het aanwezig hebben van alcoholhoudende drank in een voor het publiek toegankelijke ruimte anders dan in de rechtmatige uitoefening van het slijters- of horecabedrijf, tenzij dit geschiedt ten dienste van het rechtmatig in die ruimte bedrijfsmatig of anders dan om niet aan particulieren verstrekken van zwakaicoholhoudende drank voor gebruik elders dan ter plaatse, mits deze drank zich bevindt in een verpakking die voldoet aan de bij artikel 17 gestelde eis.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Er is geen onderscheid gemaakt in sterke en zwak-alcoholhoudende drank

37

Artikel 25, lid 1 onder b Drank- en Horecawet

 

Het in voorraad hebben van alcoholhoudende drank in een voor het publiek niet toegankelijk deel van die ruimte, tenzij het betreft:

  • a.

    het in voorraad hebben van zwakalcoholhoudende drank ten dienste van het in de rechtmatige uitoefening van een ander bedrijf dan het slijtersbedrijf bedrijfsmatig aan particulieren verstrekken van deze drank voor gebruik elders dan ter plaatse, mits deze drank zich bevindt in een verpakking die voldoet aan de bij artikel 17 gestelde eis;

  • b.

    het in voorraad hebben van alcoholhoudende drank ten dienste van het uitoefenen van een bedrijf, waarin waren uit onder meer alcoholhoudende drank plegen te worden vervaardigd.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Er is geen onderscheid gemaakt in sterke en zwak-alcoholhoudende drank

38

Artikel 25, lid _2 Drank- en_Horecawet 

 

Het anders dan in de rechtmatige uitoefening van het horecabedrijf toelaten dat in een voor het publiek geopende ruimte alcoholhoudende drank wordt genuttigd.

Van overtreding is geen sprake als de uitzondering van artikel 13, tweede lid, van toepassing is (proeverij in een slijterij).

Categorie1: 2

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Er is geen onderscheid gemaakt in sterke en zwak-alcoholhoudende drank

39

Artikel 25, lid 3 Drank- en Horecawet

 

Het aanwezig hebben van alcoholhoudende drank in een voertuig dat gebruikt wordt voor het rondtrekkende uitoefenen van de kleinhandel, tenzij het betreft een vervoermiddel dat wordt gebruikt voor:

 

  • a.

    het rechtmatig aan particulieren afleveren van alcoholhoudende drank op bestelling;

  • b.

    het binnen het vervoermiddel verstrekken van zwakalcoholhoudende drank in het kader van het rondtrekkend uitoefenen van de kleinhandel overwegend bestaand uit de handel in een gevarieerd assortiment levensmiddelen en kruideniersartikelen.

Categorie': 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €1.250 en €2.500 (per overtreding)

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Er is geen onderscheid gemaakt in sterke en zwak-alcoholhoudende drank

40

Artikel 29, lid 3 Drank- en Horecawet

 

Het niet in de inrichting aanwezig hebben van:

  • a.

    de vergunning en het daarbij behorende aanhangsel of afschriften daarvan;

  • b.

    in voorkomende gevallen een afschrift van de aanvraag als bedoeld in artikel 30a, eerste lid;

  • d.

    de ontvangstbevestiging als bedoeld in artikel 30a, vierde lid of een afschrift daarvan.

Categoriek: 3

Last onder dwangsom

12 uur na constatering

Tussen €500 en €2.250 (per overtreding)

 

 

41

Artikel 30 Drank- en Horecawet

 

Het niet melden van een zodanige verandering van de inrichting dat zij niet meer in overeenstemming is met de in de vergunning gegeven omschrijving.

Categoriek: 1

De vergunning moet worden ingetrokken ingevolge artikel 31.

 

 

 

Voor het vervolgtraject. Geen bestuurlijke boete mogelijk.

42

Artikel 30a Drank- en Horecawet

 

Het niet melden van:

een nieuwe leidinggevende;

het feit dat een leidinggevende geen bemoeienis heeft met de bedrijfsvoering of exploitatie van het horeca- of slijtersbedrijf.

Categoriek: 1

De vergunning moet worden ingetrokken ingevolge artikel 31.

 

 

 

De wettekst noemt geen termijn waarbinnen een dergelijk verzoek gemeld moet worden. Bij constatering wordt het feit als niet gemeld beschouwd tot gevolg hebbende dat de vergunning moet worden ingetrokken.

43

Artikel 35, lid 1 Drank- en Horecawet

 

Het zonder ontheffing uitoefenen van het horecabedrijf bij een aangewezen bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard.

Categoriek: 1

Bij constatering mondelinge waarschuwing binnen 1 uur ontruimentverwij deren. Na ingebrekestelling spoed bestuursdwang toepassen.

1 uur

 

 

De procedure voor spoedbestuursdwang is geregeld in artikel 5:31 van de Algemene wet bestuursrecht. De inzet van deze bestuurlijke maatregel is afhankelijk van de omstandigheden van het geval en de inbreuk die wordt gemaakt op de openbare orde en veiligheid.

44

Artikel 35, lid 1 Drank- en Horecawet 

 

Het verstrekken van zwakalcoholhoudende drank bij een aangewezen bijzondere gelegenheid van zeer tijdelijke aard:

  • 1.

    onder de onmiddellijke leiding van een persoon:

    • a.

      die niet de leeftijd van 21 jaar heeft bereikt;

    • b.

      in enig opzicht van slecht levensgedrag is;

  • 2.

    indien bij deze gelegenheid geen persoon aanwezig is die volgens de ontheffing onmiddellijk leiding behoort te geven.

Categorie' :1

Last onder bestuursdwang

 

Sluiting alcoholverkoop

1 uur

 

 

Geen bestuurlijke boete mogelijk.

45

Artikel 35, lid 2 Drank- en Horecawet 

 

Het niet naleven van de aan de ontheffing verbonden beperkingen of voorschriften.

Categorie': 1

Last onder bestuursdwang

 

Tussen €1.000 en €2.000

Afdoening via de WED. De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

Bestuurlijke boete mogelijk.

 

Optioneel: opnemen in (evenementen)beleid

46

Artikel 35, lid 4 Drank-..en Horecawet

 

Het niet ter plaatse aanwezig hebben van de ontheffing of een afschrift daarvan.

Categorie': 3

Last onder bestuursdwang

uur

Tussen €250 en €750 (per overtreding)

 

 

47

Artikel 38 Drank- en Horecawet

 

Overtreding van verbod om onjuiste of onvolledige gegevens te verstrekken ter zake van een aanvraag om een vergunning of een ontheffing.

Categorie': 4

Melding c.q.

aangifte Justitie wegens valsheid in geschrifte

 

 

De maximale straf die kan worden opgelegd is 6 maanden hechtenis of een geldboete van de vierde categorie. Het OM zal vervolgen conform de richtlijnen na opmaak van proces- verbaal door een BOA of de politie.

 

48

Artikel 45 Drank- en Horecawet

 

Het aanwezig hebben of voor consumptie gereed hebben van alcoholhoudende drank op voor het publiek toegankelijke plaatsen, mits degene de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt.

Categorie': 4

Boete

(strafrechtelijk)

 

 

 

De categorieën van geldboetes zijn vermeld in artikel 23 van het Wetboek van Strafrecht.

 

Het is mogelijk om met een taakstraf (Halt afdoening alcohol) te werken in plaats van een boete.

 

Let op: in dit artikel zijn personen van 16 of 17 jaar die dienst doen in een inrichting waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend, waaronder begrepen het zijn van barvrijwilliger in een inrichting in beheer bij een paracommerciële rechtspersoon uitgezonderd van dit verbod.

 

Deze Sanctietabel treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

 

De burgemeester van Terschelling,

 

de burgemeester van Vlieland,

 

De burgemeester van Ameland,

 

de burgemeester van Schiermonnikoog


1

Kamerstukken 11, 2016/17, 27565, nr. 149.