Beleidsregels hulp bij financiële zorgen gemeente Halderberge

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. de wet: Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs);

b. aanvraag: de aanvraag om te worden toegelaten tot schuldhulpverlening;

c. college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Halderberge;

d. inwoner: ingezetene die op grond van de Wet basisregistratie personen bij de gemeente Halderberge is ingeschreven;

e. cliënt: persoon aan wie op grond van deze wet schuldhulpverlening wordt gegeven;

f. schuldhulpverlening: het ondersteunen bij het vinden van een adequate oplossing gericht op de aflossing van schulden indien redelijkerwijs is te voorzien dat een natuurlijke persoon of een zelfstandig ondernemer niet zal kunnen voortgaan met het betalen van zijn schulden of indien hij in de toestand verkeert dat hij heeft opgehouden te betalen, alsmede nazorg;

g. Wsnp: Wet schuldsanering natuurlijke personen;

h. OGGZ: Openbare Geestelijke Gezondheidszorg;

i. vroegsignalering schulden: het in een zo vroeg mogelijk stadium in beeld brengen van mensen met financiële problemen om vroegtijdige hulpverlening mogelijk te maken door gebruik te maken van daadwerkelijke signalen en outreachende hulpverlening.

Artikel 2 Doelgroep gemeentelijke schuldhulpverlening

1. Een inwoner, waaronder ook een zelfstandig ondernemer, kan zich tot het college wenden voor schuldhulpverlening.

2. Een inwoner jonger dan 18 jaar die te maken heeft met financiële problemen of schulden, kan zich tot het college wenden voor informatie en advies op gebied van schuldenproblematiek.

Artikel 3 Aanbod schuldhulpverlening

1. Het college verleent aan client schuldhulpverlening indien het college schuldhulpverlening noodzakelijk acht. De noodzaak is aanwezig als er sprake is van een situatie zoals omschreven in artikel 1, onder f, van deze beleidsregel.

2. Indien de noodzaak niet aanwezig wordt geacht door het college, kan een aanvraag worden geweigerd.

3. Het aanbod schuldhulpverlening kan uit de volgende onderdelen bestaan:

a. informatie- en adviestraject

b. schuldhulpverleningstraject met als mogelijke onderdelen:

I betalingsregeling

II crisisinterventie

III budgetbeheer

IV budgetcoaching

V herfinanciering

VI schuldregeling

c. nazorg

4. Bij het besluiten over de schuldhulpverlening neemt het college de volgende omstandigheden in aanmerking:

a. de zwaarte en/of omvang van de schulden;

b. de hoogte en/of omvang van het inkomen;

c. de psychosociale situatie van de cliënt en/of zijn omgeving;

d. de houding en gedrag van cliënt (motivatie);

e. een eventueel eerder gebruik van schuldhulpverlening.

5. Het college kan voorwaarden verbinden aan de schuldhulpverlening. Voorwaarden die gesteld kunnen worden, zijn:

a. het aanvaarden van flankerende hulpverlening, die door het college noodzakelijk wordt geacht om te komen tot een duurzaam resultaat van de schuldhulpverlening. Het college verwacht dat de cliënt hierin een gemotiveerde en actieve houding aanneemt.

b. het openen van een basisbankrekening, indien de cliënt niet beschikt over een betaalrekening op eigen naam en zonder debetstand bij een reguliere bank;

c. het liquideren van vermogensbestanddelen.

Artikel 4 Verplichtingen

1. Cliënt doet aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op schuldhulpverlening, zowel bij de aanvraag als gedurende de looptijd van het schuldhulpverleningstraject.

2. Cliënt is verplicht om alle medewerking te verlenen die redelijkerwijs nodig is gedurende de aanvraagperiode en tijdens het schuldhulpverleningstraject. De medewerking bestaat onder andere uit:

a. het nakomen van afspraken gedurende de aanvraagperiode en het schuldhulpverleningstraject;

b. het niet aangaan van nieuwe financiële verplichtingen;

c. het zich houden aan de bepalingen van de schuldregelingsovereenkomst;

d. het verrichten van maximale inspanningen om zoveel mogelijk aflossingscapaciteit te creëren door het inkomen te vergroten, beschikbaar vermogen in te zetten en uitgaven te verminderen. De aflossingscapaciteit dient te worden ingezet om schulden af te lossen.

e. het verrichten van voldoende inspanningen om de financiële vaardigheden te vergroten en waar nodig gebruik te maken van een aanbod voor begeleiding en/of training;

f. eventuele bezittingen te gelde maken indien zij vermogen opleveren of indien hiermee kosten worden verminderd;

g. het op orde brengen en houden van de financiële huishouding en administratie zodanig dat er geen nieuwe schulden ontstaan.

Artikel 5 Afwijzings- en beëindigingsgronden

1. Onverminderd de overige bepalingen in deze beleidsregels, weigert het college een schuldhulpverlening, dan wel beëindigt lopende schuldhulpverlening, indien de cliënt niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals neergelegd in artikel 4, lid 1 en 2.

2. Onverminderd de overige bepalingen in deze beleidsregels kan het college de schuldhulpverlening weigeren of beëindigen als:

a. het schuldhulpverleningstraject succesvol is afgerond;

b. cliënt zijn beschikbare aflossingscapaciteit niet wil gebruiken voor de aflossing van schulden;

c. de inkomens-, woon- of leefsituatie van de cliënt dermate onzeker is dat door dak- en thuisloosheid die samenhangt met OGGZ-problematiek, of opname in een instelling, of detentie schuldhulpverlening (nog) niet mogelijk is;

d. op grond van – zo later is gebleken – onjuiste gegevens schuldhulpverlening aan cliënt is toegekend, terwijl indien dit ten tijde van de besluitvorming bekend was geweest bij het college, een andere beslissing zou zijn genomen;

e. de cliënt intimiderend, dreigend of agressief gedrag vertoont jegens medewerkers van de gemeente;

f. cliënt in staat is om zijn schulden zelf te regelen dan wel in staat is de schulden zelfstandig te beheren;

g. de geboden hulpverlening, gelet op de persoonlijke omstandigheden van cliënt, niet (langer) passend is;

h. de schuldhulpverlening door het college niet (langer) noodzakelijk wordt geacht;

i. cliënt een gezamenlijke huishouding voert met een niet rechtmatig in Nederland verblijvende partner en/of kinderen;

j. cliënt bezig is met een echtscheidingsprocedure en nog geen bewijs kan overleggen dat er een verzoek tot echtscheiding is ingediend bij de rechtbank;

k. cliënt gedurende het schuldverleningstraject fraude pleegt, zoals bedoeld in artikel 3, derde lid, van de wet;

l. cliënt niet langer inwoner is van de gemeente Halderberge.

3. Alvorens te besluiten tot weigering dan wel beëindiging van schuldhulpverlening op grond van lid 1, lid 2 en lid 3, sub b, van dit artikel, wordt cliënt een redelijke termijn geboden om alsnog, binnen de gestelde termijn, de gevraagde medewerking te verlenen of informatie te verstrekken.

Artikel 6 Recidive en hernieuwde aanvraag

1. Het college kan schuldhulpverlening weigeren indien een eerder schuldhulpverleningstraject voortijdig is afgebroken.

2. Het college kan schuldhulpverlening weigeren indien minder dan een jaar voorafgaande aan het verzoek een schuldregeling voortijdig is afgebroken.

3. Het college kan schuldhulpverlening weigeren indien minder dan twee jaar voorafgaande aan het verzoek een schuldbemiddeling of traject volgens de Wsnp voortijdig is beëindigd of een saneringskrediet niet volledig is afgelost.

4. Het college kan schuldhulpverlening weigeren indien minder dan zes maanden voorafgaande aan het verzoek:

• een schuldhulpverleningstraject vanwege fraude tijdens het traject voortijdig is beëindigd;

• achteraf fraude is vastgesteld binnen het schuldhulpverleningstraject;

• door belanghebbende een schuldhulpverleningstraject succesvol is afgerond (zowel minnelijk als wettelijk).

Artikel 7 Vroegsignalering van schulden

1. Het college heeft afspraken gemaakt met tenminste de volgende externe partijen door aansluiting bij het Landelijk Convenant Vroegsignalering om vroegsignalering van schulden mogelijk te maken:

a. verhuurders;

b. waterbedrijven;

c. zorgverzekeraars;

d. aanbieders van elektriciteit en/of gas

2. De signalen van achterstallige betalingen worden gecombineerd met interne gegevens zijnde:

a. bekend zijn bij schuldhulpverlening omdat een aanvraag tot schuldhulpverlening is ingediend of een beschikking tot schuldhulpverlening is afgegeven;

b. opgenomen in de Basisregistratie Personen.

Het college neemt contact op met de inwoner over de aanpak van de betalingsachterstanden. Bij twee of meer meldingen op één adres of een enkelvoudige melding van een hoge betalingsachterstand, kan namens het college een huisbezoek worden uitgevoerd.

Artikel 8 Hardheidsclausule

1. Het college kan in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van de bepalingen in deze regeling, indien onverkorte toepassing daarvan aanleiding geeft of zou leiden tot disproportionele onredelijkheid of onbillijkheid.

2. In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel

1. Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

2. De ‘Beleidsregels Schuldhulpverlening gemeente Halderberge’, zoals vastgesteld op 25 september 2012, worden ingetrokken met ingang van de dag van inwerkingtreding van deze beleidsregels.

3. Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘Beleidsregels hulp bij financiële zorgen gemeente Halderberge’.