Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterschap De Dommel

Beleidsnotitie Nautisch Beheer bij laagwater

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaterschap De Dommel
OrganisatietypeWaterschap
Officiële naam regelingBeleidsnotitie Nautisch Beheer bij laagwater
CiteertitelNautisch Beheer bij laagwater
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 6 van de Scheepvaartverkeerswet
  3. Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-10-2004nieuwe regeling

22-09-2004

Eindhovens en Brabantsdagblad, 25 oktober 2004

I-04-00945

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsnotitie Nautisch Beheer bij laagwater

 

Waterschap De Dommel

DB-besluit, 22 september 2004

1. Inleiding/ aanleiding

Het hele Nautisch beheer draait om het vinden van de juiste balans tussen de natuur enerzijds en het belang van de kanosport en –verhuurbedrijven anderzijds. Dit geldt ook voor het kanoën bij laagwater. Bij lage waterstanden heeft kanovaren een extra negatieve invloed op de aanwezige natuurwaarden en de structuur van de watergang. Het waterschap kan op grond van artikel 6 van de Scheepvaartverkeerswet en artikel 10 van het Besluit administratieve bepalingen in bijzondere omstandigheden, zo ook bij laag water een vaarverbod afkondigen. Het volledig voorkomen van enige vorm van schade zou in de praktijk betekenen dat de kanovaart onmogelijk wordt. In deze notitie wordt invulling gegeven aan het toetsingskader dat aangeeft bij welke waterstanden het waterschap moet overgaan tot sluiting van watergangen voor de recreatievaart.

2. De benodigde waterdiepte

Waterschap De Dommel heeft het ingenieursbureau Royal Haskoning ingeschakeld om te onderzoeken in hoeverre kanoën bij laagwater gevolgen heeft voor de watergang en ecologie. De hier gehanteerde cijfers zijn gebaseerd op de uitkomsten van dat onderzoek. Op basis van het rapport van Royal Haskoning kan geconcludeerd worden dat er geen duidelijke relatie bestaat tussen het voorkomen van onderwatervegetatie en de aanwezige waterdiepte. Met andere woorden: het is niet aantoonbaar dat kanovaren bij laagwater onaanvaardbaar schadelijk is voor de onderwatervegetatie.

Wat wel geconcludeerd kan worden op basis van dit rapport is dat bij lage waterstanden er regelmatig contact is tussen de peddel en de waterbodem. Bij hele lage peilen resulteert dit in een structurele beschadiging van de waterbodem. Dit heeft ook de opwerveling van bodemdeeltjes (slib en zand) tot gevolg, wat weer effect heeft op onder andere het doorzicht en de hoeveelheid nutriënten in het water. Er kan worden geconcludeerd dat er minimaal 35 cm waterdiepte nodig is om nog nét zonder onaanvaardbare schade te kunnen (kano)varen. Alleen voor canadezen is meer waterdiepte nodig: namelijk 45 cm, omdat deze peddels dieper in het water steken. Een canadees onderscheid zich door het gebruik van éénbladige peddels.

In natuurlijk beken kan de waterdiepte op korte afstand flink variëren. We willen voorkomen dat één enkele zandbank de kanovaart over een langer traject onmogelijk maakt. Hiertoe stellen we dat over maximaal 5% van de lengte van een traject de benodigde waterdiepte niet gehaald mag worden. Met andere woorden: om te mogen kanovaren moet over minimaal 95% van de lengte van een traject de minimale waterdiepte aanwezig zijn.

3. Het traject Borkel & Schaft – Venbergse Watermolen (Boven-Dommel)

Voor het populaire traject op de Boven-Dommel (vanaf de Belgische grens tot aan de Venbergse watermolen) hebben we op basis van de algemene benodigde waterdiepte laten doorrekenen welk peil nodig is bij de instapplaats bij Borkel en Schaft. Dit is namelijk veruit de belangrijkste instapplaats op dit traject.

Uit deze berekeningen blijkt dat als het peil bij Borkel en Schaft onder de 26,56 NAP komt het er op het traject tot aan de Venbergse watermolen onvoldoende water is om te kunnen (kano)varen. In de afgelopen 24 jaar kwam dit niet voor. Voor canadezen geldt het peil van 26,70 NAP. In de afgelopen 24 jaar kwam dit gemiddeld minder dan 7 dagen per jaar voor.

Door middel van een peilschaal (met uitleg) kan aan iedereen ter plekke worden uitgelegd of er wel of niet gekanood mag worden.

4. Bekendmaking/ juridische aspecten

Deze beleidsnotitie geeft invulling aan de mogelijkheid in de beleidsnota Nautisch Beheer (vastgesteld door het DB in februari 2003) om in bijzondere omstandigheden (lage waterstanden) over te gaan tot sluiting van de watergang (op basis van artikel 6 van de Scheepvaartverkeerswet en artikel 10 van het Besluit administratieve bepalingen). De minimale waterdieptes kunnen worden toegepast voor alle trajecten in het gebied van Waterschap De Dommel. Indien geconstateerd wordt dat het peil onder dit minimum is gekomen kan de desbetreffende stroomgebiedmanager, na overleg met de portefeuillehouder, een besluit te nemen tot sluiting. Na bekendmaking van deze tijdelijke sluiting is kanovaart op dit traject verboden. Deze bekendmaking kan plaatsvinden door middel van een bord, een bekendmaking in de krant en het aanschrijven van de betreffende ontheffingshouders.

Voor het traject op de Boven-Dommel (van Borkel & Schaft tot aan de Venbergse watermolen) gelden de peilen zoals deze worden aangegeven op de peilschaal bij de instapplaats. De peilschaal met uitleg geldt als officiële bekendmaking wanneer het peil te laag is. Dat betekent dat indien het peil onder het aangegeven niveau komt, het verbod per direct ingaat.

Wat te doen bij overtreding?

Het blijft de verantwoordelijkheid van de ontheffinghouder om toe te zien op de naleving van de regels, en dus ook op de naleving van dit vaarverbod. Indien overtreding van het verbod wordt geconstateerd zal het waterschap hiertegen optreden. Gezien de aard en tijdsduur van het ingestelde verbod heeft het opmaken van proces-verbaal hier de voorkeur.