Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Zutphen

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over strategische informatiebeveiliging (Strategisch informatiebeveiligingsbeleid Zutphen 2020-2024)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieZutphen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over strategische informatiebeveiliging (Strategisch informatiebeveiligingsbeleid Zutphen 2020-2024)
CiteertitelStrategisch informatiebeveiligingsbeleid Zutphen 2020-2024
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 1.11, eerste lid, van de Wet basisregistratie personen
  3. artikel 90 van de Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001
  4. artikel 6 van het Besluit basisregistratie personen

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-05-2022Nieuwe regeling

03-11-2020

gmb-2022-227646

147810

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over strategische informatiebeveiliging (Strategisch informatiebeveiligingsbeleid Zutphen 2020-2024)

 

 

Ons kenmerk: 147810

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen,

 

gelet op artikel(en) 1.11, eerste lid, van de Wet Basisregistratie Personen, 6 van het Besluit Basisregistratie Personen, 90 van de Paspoortuitvoeringsregeling Nederland;

 

gelet op norm B01 van het Specifiek Suwinet-normenkader Afnemers 2017, resolutie Ínformatieveiligheid, randvoorwaarde voor de professionele gemeente’ (Bijzondere Algemene Ledenvergadering van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten 2013, norm 5.1.1 van de Tactische Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten (BIG) en control 5.1.1 en 5.1.2 van de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO-versie 1.3);

 

gelet op artikel 4:81 e.v. van de Algemene wet bestuursrecht;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen de

 

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over de over strategische informatiebeveiliging (Strategische informatiebeveiligingsbeleid Zutphen 2020-2024).

 

1. Inleiding

 

Deze beleidsnota beschrijft het strategisch informatiebeveiligingsbeleid van de gemeente Zutphen voor de jaren 2020 tot 2024 en vervangt het in 2015 vastgestelde ‘Informatiebeveiligingsbeleid gemeente Zutphen 2014”.

Deze nota is richtinggevend en kaderstellend en wordt aangevuld met onderwerp-specifieke beleidsdocumenten voor informatiebeveiliging op tactisch niveau en werkinstructies op operationeel niveau.

Met dit ‘Strategisch Informatiebeveiligingsbeleid gemeente Zutphen 2020 tot 2024’ zet de gemeente een volgende stap om de beveiliging van informatie binnen de gemeente te continueren en voort te borduren op de stappen die in de voorgaande jaren gezet zijn.

De basis voor dit strategisch beleid is de NEN-ISO/IEC 27002:2017-norm en de daarvan afgeleide Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO). De principes zijn gebaseerd op de 10 principes voor informatiebeveiliging zoals uitgewerkt door de VNG, zie bijlage 1.

1.1 Leeswijzer

In hoofdstuk 2 wordt de kern van het strategisch beleid uiteengezet. Dit beleid wordt op tactisch niveau aangevuld met onderwerp specifieke tactische beleidsregels die aanvullend zijn op dit strategisch beleid.

In het jaarlijks uit te brengen gemeentelijk Informatiebeveiligingsplan (vastgesteld door de directie) worden deze tactische en operationele aspecten van de informatiebeveiliging verder uitgewerkt en geconcretiseerd. Dit gebeurt op basis van input van de teamleiders, de CISO, het dreigingsbeeld van de IBD en de uitkomsten van ENSIA. Daarin staan dan ook de acties en planning vermeld, om de praktijk in overeenstemming te brengen met dat wat het beleid vereist.

Hoofdstuk 3 beschrijft hoe de taken en verantwoordelijkheden in de organisatie belegd zijn.

1.2 Wat is informatiebeveiliging?

Onder informatiebeveiliging wordt verstaan het treffen en onderhouden van een samenhangend pakket van maatregelen om de betrouwbaarheid van informatievoorziening aantoonbaar te waarborgen. Kernpunten daarbij zijn beschikbaarheid, integriteit (juistheid) en vertrouwelijkheid van informatie, waaronder persoonsgegevens.

Het informatiebeveiligingsbeleid geldt voor alle processen van de gemeente en borgt daarmee de informatievoorziening gedurende de hele levenscyclus van informatiesystemen, ongeacht de toegepaste technologie en ongeacht het karakter van de informatie. Het beperkt zich niet alleen tot de ICT en heeft betrekking op het politieke bestuur, alle medewerkers, burgers, gasten, bezoekers en externe relaties.

1.3 Ambitie en visie van de gemeente op het gebied van informatieveiligheid

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen stelt zich als doel om die beveiligingsmaatregelen te treffen die enerzijds uit de wettelijke verplichtingen voortvloeien en anderzijds de beschikbaarheid, integriteit, vertrouwelijkheid en controleerbaarheid van de gemeentelijke gegevens zoveel mogelijk optimaliseren en zoveel mogelijk garanderen. Deze doelstelling geldt voor alle gegevensverwerkende processen waarvoor het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen de uiteindelijke verantwoordelijkheid draagt.

 

2. Strategisch beleid

2.1 Doel

Het doel van deze beleidsnota is het presenteren van het ‘Strategisch Informatiebeveiligingsbeleid voor de jaren 2020 tot 2024. De uitwerking van dit beleid in concrete maatregelen vindt plaats in het jaarlijks bij te stellen informatiebeveiligingsplan (IBP).

2.2 Ontwikkelingen

De ontwikkelingen die van belang zijn voor de actualisering van het informatiebeveiligingsbeleid zijn de volgende:

2.2.1 De BIO

De BIO (Baseline Informatiebeveiliging Overheid) is het nieuwe normenkader voor de gehele overheid. De werkwijze van deze BIO is meer gericht op risicomanagement dan de oude BIG (Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten). Dat wil zeggen dat de teamleiders nu meer dan vroeger moeten werken volgens de aanpak van de ISO 27001 en daarbij is risicomanagement van belang. Dit houdt voor het management in, dat men op voorhand keuzes maakt en continu afwegingen maakt of informatie in bestaande en nieuwe processen adequaat beveiligd is in termen van beschikbaarheid, integriteit en vertrouwelijkheid.

2.2.2 De 10 principes voor informatiebeveiliging

De 10 principes voor informatiebeveiliging zijn een bestuurlijke aanvulling op het normenkader van de BIO en gaan over de waarden die de bestuurder zichzelf oplegt. Deze principes zijn als volgt:

  • 1.

    Bestuurders bevorderen een veilige cultuur.

  • 2.

    Informatiebeveiliging is van iedereen.

  • 3.

    Informatiebeveiliging is risicomanagement.

  • 4.

    Risicomanagement is onderdeel van de besluitvorming.

  • 5.

    Informatiebeveiliging behoeft ook aandacht in (keten)samenwerking.

  • 6.

    Informatiebeveiliging is een proces.

  • 7.

    Informatiebeveiliging kost geld.

  • 8.

    Onzekerheid dient te worden ingecalculeerd.

  • 9.

    Verbetering komt voort uit leren en ervaring.

  • 10.

    Het bestuur controleert en evalueert.

De principes gaan vooral over de rol van het bestuur bij het borgen van informatiebeveiliging in de gemeentelijke organisatie.

Deze principes ondersteunen de bestuurder bij het uitvoeren van goed risicomanagement. Als er iets verkeerd gaat met betrekking tot het beveiligen van de informatie binnen de gemeentelijke processen, dan kan dit directe gevolgen hebben voor inwoners, ondernemers en partners van de gemeente.

2.2.3 Dreigingsbeeld Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten

Het Dreigingsbeeld Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten geeft een actueel zicht op incidenten en factoren uit het verleden, aangevuld met een verwachting voor het heden en de nabije toekomst. Dit dreigingsbeeld is daarmee het ideale document om focus aan te brengen in het actualiseren van beleid en plannen voor informatiebeveiliging.

2.2.4 Informatie uit incidenten en inbreuken op de beveiliging

De gemeente kent naast het hierboven genoemde dreigingsbeeld een eigen systeem waarin incidenten worden vastgelegd. Dit systeem geeft ook waardevolle informatie om van te leren en dus zijn incidenten ook nadrukkelijk input bij het actualiseren van het beleid.

2.3 Standaarden informatiebeveiliging

De basis voor de inrichting van het beveiligingsbeleid is NEN-ISO/IEC 27001:2017. De maatregelen worden op basis van best practices bij (lokale) overheden en NEN-ISO/IEC 27002:2017 genomen.

De inhoud en structuur van deze nota zijn afgestemd op die van de ISO en de BIO. Ook het Informatiebeveiligingsplan volgt deze structuur.

2.4 Plaats van het strategisch beleid

Het strategisch beleid wordt gebruikt als basis voor tactische beleidsplannen en geeft richting aan de verdere invulling van informatiebeveiliging op tactisch en operationeel niveau.

2.5 Scope informatiebeveiliging

De scope van dit beleid omvat alle gemeentelijke processen, onderliggende informatiesystemen, informatie en gegevens van de gemeente en externe partijen (bijvoorbeeld politie), het gebruik daarvan door medewerkers en (keten)partners in de meest brede zin van het woord, ongeacht locatie, tijdstip en gebruikte apparatuur.

Dit strategisch gemeentelijke Informatiebeveiligingsbeleid is een algemene basis en dekt tevens aanvullende beveiligingseisen uit wetgeving af zoals voor de BRP, PNIK, DigiD en SUWI . Voor bepaalde kerntaken gelden op grond van wet- en regelgeving ook nog enkele specifieke (aanvullende) beveiligingseisen (bijvoorbeeld SUWI en gemeentelijke basisregistraties). Deze worden in aanvullende documenten geformuleerd.

Bewust wordt in het strategisch beleid geen limitatief overzicht van onderliggende documenten opgenomen. In de onderliggende documenten wordt de link naar het strategisch beleid gelegd.

2.6 Uitgangspunten

Het bestuur, de directie en de teamleiders spelen een cruciale rol bij het uitvoeren van dit strategische informatiebeveiligingsbeleid. Het management maakt een inschatting van het belang dat de verschillende delen van de informatievoorziening voor de gemeente heeft, de risico’s die de gemeente hiermee loopt en welke van deze risico’s onacceptabel hoog zijn.

Op basis hiervan zet het management dit beleid voor informatiebeveiliging op, draagt dit uit naar de organisatie en ondersteunt en bewaakt de uitvoering ervan.

Het gehele gemeentelijk management geeft een duidelijke richting aan informatiebeveiliging en demonstreert dat zij informatiebeveiliging ondersteunt en zich hierbij betrokken voelt. Dit doen zij door het uitdragen en handhaven van een informatiebeveiligingsbeleid van en voor de hele gemeente.

Dit beleid is van toepassing op de gehele organisatie, alle processen, organisatieonderdelen, objecten, informatiesystemen en gegevens(verzamelingen). Het informatiebeveiligingsbeleid is in lijn met het algemene beleid van de gemeente en de relevante landelijke en Europese wet- en regelgeving.

2.6.1 Strategische doelen

De strategische doelen van het informatiebeveiligingsbeleid zijn:

  • Het managen van de informatiebeveiliging.

  • Adequate bescherming van bedrijfsmiddelen.

  • Het minimaliseren van risico’s van menselijk gedrag.

  • Het voorkomen van ongeautoriseerde toegang.

  • Het garanderen van correcte en veilige informatievoorzieningen.

  • Het beheersen van de toegang tot informatiesystemen.

  • Het waarborgen van veilige informatiesystemen.

  • Het adequaat reageren op incidenten.

  • Het beschermen van kritieke bedrijfsprocessen.

  • Het beschermen en correct verwerken van persoonsgegevens van burgers en medewerkers.

  • Het waarborgen van de naleving van dit beleid.

2.6.2 Belangrijkste uitgangspunten

De belangrijkste uitgangspunten van het beleid zijn:

  • Alle informatie en informatiesystemen zijn van belang voor de gemeente, bepaalde informatie is van vitaal of kritiek belang. Het college van burgemeester en wethouders is eindverantwoordelijke voor de informatiebeveiliging.

  • De uitvoering van de informatiebeveiliging is een verantwoordelijkheid van het lijnmanagement. Alle informatiebronnen en -systemen die gebruikt worden door de gemeente Zutphen hebben een interne eigenaar die de vertrouwelijkheid en/of waarde bepaalt van de informatie die ze bevatten. De primaire verantwoordelijkheid voor de bescherming van informatie ligt bij de eigenaar van de informatie.

  • Door middel van periodieke controle, organisatiebrede planning én coördinatie wordt de kwaliteit van de informatievoorziening verankerd binnen de organisatie. Het informatiebeveiligingsbeleid vormt samen met het informatiebeveiligingsplan het fundament onder een betrouwbare informatievoorziening. In het informatiebeveiligingsplan wordt de betrouwbaarheid van de informatievoorziening organisatiebreed benaderd. Het plan wordt periodiek bijgesteld op basis van nieuwe ontwikkelingen, registraties in het incidentenregister en bestaande risicoanalyses.

  • Informatiebeveiliging is een continu verbeterproces. ‘Plan, do, check en act’ vormen samen het managementsysteem van informatiebeveiliging.

  • De gemeente stelt de benodigde mensen en middelen beschikbaar om haar eigendommen en werkprocessen te kunnen beveiligen op de manier zoals gesteld in dit beleid.

  • Regels en verantwoordelijkheden voor het beveiligingsbeleid worden vastgelegd en vastgesteld.

  • Iedere medewerker, zowel vast als tijdelijk, intern of extern, is verplicht waar nodig gegevens en informatiesystemen te beschermen tegen ongeautoriseerde toegang, gebruik, verandering, openbaring, vernietiging, verlies of overdracht en bij vermeende inbreuken hiervan melding te maken.

2.6.3 Invulling van de uitgangspunten

Praktisch wordt als volgt invulling gegeven aan de uitgangspunten:

  • Het college van burgemeester en wethouders stelt als eindverantwoordelijke het strategisch informatiebeveiligingsbeleid vast.

  • De directie stelt jaarlijks het informatiebeveiligingsplan vast.

  • De directie is verantwoordelijk voor het (laten) uitwerken en uitvoeren van onderwerp-specifieke tactische beleidsregels die aanvullend zijn op dit strategisch beleid.

  • De directie is verantwoordelijk voor het vragen om informatie bij de teamleiders en ziet erop toe dat de teamleiders adequate maatregelen genomen hebben voor de bescherming van de informatie die onder hun verantwoordelijkheid valt.

  • De Chief Information Security Officer (CISO) ondersteunt vanuit een onafhankelijke positie de organisatie bij het bewaken en verhogen van de betrouwbaarheid van de informatievoorziening en rapporteert hierover rechtstreeks aan de directie.

  • Tijdens planning en control-gesprekken dient er aandacht te zijn voor de informatiebeveiliging op basis van de rapportage van de CISO. De onderwerpen, die als risicovol worden gezien, worden opgenomen in de auditplannen.

  • De teamleiders zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de informatiebeveiliging voor de processen waarvoor zij verantwoordelijk zijn.

  • Hoewel de basiskernregistraties (zoals BRP, PUN, SUWI, BAG, BGT) en toekomstige basisregistraties belangrijk zijn in het kader van informatiebeveiliging, krijgen zij niet meer of minder voorrang dan andere (primaire) processen binnen de gemeente. Het samenspel van alle processen binnen de bedrijfsvoering is belangrijk voor de missie en de visie van de gemeente en het behalen van de doelen die zijn gesteld.

  • Alle medewerkers van de gemeente worden getraind in het gebruik van beveiligingsprocedures.

  • Medewerkers dienen verantwoord om te gaan met persoonsgegevens en andere informatie.

  • Teamleiders zien erop toe dat de controle op het verwerken van persoonsgegevens regelmatig wordt uitgevoerd, zodat zij kunnen vaststellen dat alleen rechthebbende medewerkers de juiste persoonsgegevens ingezien en verwerkt hebben.

  • De beveiligingsmaatregelen worden bepaald op basis van risicomanagement. Teamleiders voeren eenvoudige risicoanalyses informatiebeveiliging uit op basis van de BIO om deze risico-afwegingen te kunnen maken.

 

2.6.4 Randvoorwaarden

Belangrijke randvoorwaarden zijn:

  • Informatiebeveiliging maakt deel uit van afspraken met ketenpartners.

  • Kennis en bewustzijn van informatiebeveiliging en omgaan met persoonsgegevens binnen de organisatie worden actief bevorderd en geborgd.

  • Jaarlijks wordt een informatiebeveiligingsplan opgesteld onder leiding van de Chief Information Officer (CIO), gebaseerd op:

    • °

      de uitkomsten van de jaarlijkse Eenduidige Normatiek Single Information Audit (ENSIA);

    • °

      het dreigingsbeeld gemeenten van de Informatiebeveiligingsdienst (IBD);

    • °

      de door de teamleiders ingebrachte onderwerpen voor de informatievoorziening waarvoor zij verantwoordelijk zijn.

 

3. Organisatie, taken & verantwoordelijkheden

 

In dit hoofdstuk wordt uiteengezet welke taken en verantwoordelijkheden voor informatiebeveiliging op welke plaats binnen de organisatie belegd zijn. Teamleiders zijn verantwoordelijk voor de eigen processen. De tweede lijn (CISO, security officer(s)) ondersteunt, adviseert, coördineert en bewaakt of de teamleider zijn verantwoordelijkheden ook daadwerkelijk neemt. In de derde lijn wordt het geheel door een (interne) auditor van een objectief oordeel voorzien met mogelijkheden tot verbetering.

3.1 Aansturing: directieteam

De directie zorgt dat alle processen en systemen en de daarbij behorende middelen altijd onder de verantwoordelijkheid vallen van een teamleider. De directie zorgt dat de teamleiders zich verantwoorden over de beveiliging van de informatie die onder hen berust. De directie zorgt dat de eindverantwoordelijke portefeuillehouders binnen het college gevraagd en ongevraagd geïnformeerd worden over de mate waarin informatiebeveiliging een onderdeel is van het handelen van de bedrijfsvoering. Op die manier kan het college zich ook verantwoorden naar de raad.

De directie stelt het gewenste niveau van continuïteit en vertrouwelijkheid vast. De directie draagt zorg voor het uitwerken van tactische informatiebeveiligingsbeleidsonderwerpen en laat zich hierin bijstaan door de CISO van de gemeente. De directie autoriseert de benodigde procedures en uitvoeringsmaatregelen. Het onderwerp informatiebeveiliging wordt in de gemeente Zutphen gezien als een integraal onderdeel van risicomanagement.

3.2 Uitvoering: teamleiders

Informatiebeveiliging valt onder de verantwoordelijkheid van teamleiders. Om deze verantwoordelijkheid waar te kunnen maken dienen teamleiders ondersteund te worden vanuit de tweede lijn. Deze verantwoordelijkheid kunnen zij niet delegeren, uitvoerende werkzaamheden wel. De bedoeling is dat alle processen, systemen, data, applicaties altijd minimaal één eigenaar hebben; er moet dus altijd iemand verantwoordelijk zijn.

Teamleiders rapporteren aan de directie over de door hen uitgevoerde tactische en operationele informatiebeveiligingsactiviteiten. Afstemming met de teams over de inhoudelijke aanpak vindt plaats door minimaal twee keer per jaar het onderwerp Informatiebeveiliging te bespreken in het teamleidersoverleg. Voorbereiding en coördinatie van het overleg ligt bij de CISO.

Taken van de teamleiders in het kader van informatiebeveiliging zijn:

  • Het leveren van input voor wijzigingen op maatregelen en procedures.

  • Het binnen de eigen afdeling uitdragen van het beveiligingsbeleid en de daaraan gerelateerde procedures.

  • Het vroegtijdig signaleren van de voornaamste bedreigingen waaraan de bedrijfsinformatie is blootgesteld.

  • Bespreking van beveiligingsincidenten en de consequenties die dit moet hebben voor beleid en maatregelen.

3.3 Controle en verantwoording

Dit Strategisch Beleid is een verantwoordelijkheid van het bestuur van gemeente Zutphen. De bestuurders en directeuren van de gemeente Zutphen geven volgens de 10 principes voor informatiebeveiliging richting en sturing aan het onderwerp informatiebeveiliging door het vertonen van voorbeeldgedrag en het vragen om informatie.

De directie is verantwoordelijk voor het gevraagd en ongevraagd rapporteren over informatiebeveiliging aan respectievelijke portefeuillehouders. De directie rapporteert daarnaast over de mate waarin zij invulling heeft gegeven aan het uitwerken van tactische (deel) beleidsonderwerpen die aanvullend zijn op dit strategische beleid.

3.3.1 ENSIA

De gemeente verantwoordt zich over informatiebeveiliging middels de ENSIA-systematiek. Dat betekent dat jaarlijks een ENSIA-coördinator wordt aangewezen. Deze zorgt ervoor dat de informatie die nodig is voor het beantwoorden van vragen binnen ENSIA wordt opgehaald bij de verantwoordelijke teamleiders. De teamleiders leveren alle informatie die nodig is voor het invullen van de jaarlijkse ENSIA-vragenlijsten.

De verantwoording over de informatiebeveiliging komt in het jaarverslag tot uitdrukking in de collegeverklaring Informatiebeveiliging. Met deze verklaring geeft het college van burgemeester en wethouders aan in hoeverre de gemeente voldoet aan de afspraken die gemaakt zijn voor de ENSIA-verantwoording Informatiebeveiliging. Ook worden de eventuele verbetermaatregelen vermeld die de gemeente gaat treffen. De ingevulde zelfevaluatievragenlijst vormt de basis voor het opstellen van de collegeverklaring aan de raad.

Met deze verantwoording worden het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen en de gemeenteraad geïnformeerd. De betrokkenheid van het college van burgemeester en wethouders is essentieel en laat zien dat de gemeente Zutphen informatiebeveiliging serieus neemt en het een onderdeel laat zijn van de ambities om informatie van haar inwoners adequaat te beschermen.

 

4. Slotbepalingen

4.1 Intrekking oude regeling

Het Informatiebeveiligingsbeleid gemeente Zutphen, vastgesteld in 2015, wordt ingetrokken.

 

4.2 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na de datum van bekendmaking.

 

4.3 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Strategische informatiebeveiligingsbeleid Zutphen 2020-2024.

 

 

 

 

 

Aldus besloten op 3 november 2020.

Het college van burgemeester en wethouders,

De burgemeester, de secretaris

Bijlage 1: De 10 bestuurlijke principes voor informatiebeveiliging

 

 

De 10 bestuurlijke principes voor informatiebeveiliging Behorende bij de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO) Het beheer van dit document berust bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).

Informatiebeveiliging en de gemeentelijke bestuurder

Gemeenten wisselen op alle beleidsterreinen informatie uit en beheren dat op vele manieren. Binnen de eigen organisatie, maar ook daarbuiten: met inwoners, ondernemers, ketenpartners en medeoverheden. Door informatie te delen kunnen gemeenten onder andere hun dienstverlening beter organiseren, de veiligheid van inwoners verbeteren en meer mensen aan het werk krijgen. Als professionele organisatie past hierbij dat gemeenten ook de beveiliging van informatie adequaat organiseren. Informatie moet immers beschikbaar, actueel, volledig en betrouwbaar zijn en mag alleen door bevoegden zijn in te zien. Bij de uitwisseling moeten gemeenten te allen tijde rekening houden met beveiligings- en privacyaspecten omdat ze een maatschappelijke en wettelijke verantwoordelijkheid (O.a. de Algemene wet gegevensbescherming, Wet BRP, PUN, DigiD, BAG, BGT en SUWI) hebben om de gegevens van hun inwoners onder alle omstandigheden te beschermen. De risico’s rondom de vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid van informatie(systemen) maken dat het onderwerp informatiebeveiliging niet mag ontbreken op de bestuurstafel.

Mens, proces en techniek

Informatieveiligheid is veel meer dan ICT, het gaat in veel gevallen om de mens in de organisatie en de manier waarop deze met risico’s omgaat. Is de medewerker zich bewust van die risico’s? Zijn bestuurders zich bewust van de risico’s van en voor de organisatie? Gemeentelijke bestuurders zijn verantwoordelijk voor de informatiebeveiliging binnen gemeentelijke organisatie. Beveiliging van gegevens en systemen is een zaak van organisatie, procedures, werkprocessen en in de laatste plaats techniek. Het gaat om de mens, de manier waarop deze werkt en het gereedschap waarmee het werk verricht wordt.

 

 

Risicomanagement is de basis

De bestuurder is verantwoordelijk voor een veilige informatievoorziening. Het is daarom aan de bestuurder om de risicobereidheid te bepalen en daarmee ook te controleren of de maatregelen binnen de organisatie de risico’s terugbrengen tot een voor de bestuurder acceptabel niveau. Overschrijding van dat niveau vereist expliciete besluitvorming. Risicomanagement staat daarmee aan de basis van informatiebeveiliging. Er dient een continu proces van identificatie en beoordeling van risico’s plaats te vinden om te bepalen wat nodig is om informatie adequaat te beschermen. Hierbij moet worden opgemerkt dat het risico nul niet bestaat en dat het aan het bestuur is om te bepalen hoeveel of welk risico acceptabel is. En de risico’s zijn talrijk: privacyschendingen door een datalek, economische schade door het uitlekken van vertrouwelijke plannen, fysieke schade door storingen in systemen in de openbare ruimte.

Normen en regels

De ontwikkelingen in de informatietechnologie gaan steeds sneller en de wetgeving rondom de bescherming van persoonsgegevens is aangescherpt. De internationale norm om informatie(systemen) adequaat te beveiligen is vastgelegd in de ISO27001/2. Voor de Nederlandse overheid is deze norm vertaald naar een zogenaamde Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO) met daarin de regels waaraan alle overheidslagen dienen te voldoen. Door middel van een zelfevaluatie (ENSIA) verantwoorden gemeenten zich over deze norm.

Bestuurlijke aanvulling op de normen en regels

In aanvulling op de baseline bevat dit document de bijbehorende principes voor bestuurders. Daarmee gaat dit document over waarden die u zichzelf als bestuurder oplegt. Deze waarden dienen verbonden te zijn aan de waarden van uw organisatie. Dit document is de bestuurlijke aanvulling op de baseline en helpt u om de juiste dingen te doen. De principes gaan daarom vooral over u en uw rol bij het borgen van informatiebeveiliging in uw organisatie. Deze principes ondersteunen de bestuurder bij het uitvoeren van goed risicomanagement.

 

 

 

De 10 principes voor informatiebeveiliging

Informatiebeveiliging creëert waarde, voorkomt schade en draagt bij aan de bedrijfsdoelstellingen van de organisatie. Om dat te bewerkstelligen zijn de volgende principes belangrijk:

1 Bestuurders bevorderen een veilige cultuur

Menselijk gedrag en cultuur beïnvloeden op significante wijze alle aspecten van risicomanagement op elk niveau en in elk stadium.

Ik ben mij bewust van de voorbeeldfunctie van een bestuurder en ik draag uit dat risicomanagement van iedereen is. Ik zorg daarom voor een cultuur waarin iedereen vrij is om dreigingen waar te nemen en te melden. In eerste instantie bij de verantwoordelijke, maar indien nodig ook bij mij als bestuurder. Ik spoor managers aan om voorwaarden te scheppen zodat iedereen binnen de organisatie deelgenoot wordt van het proces van risicomanagement.

Ik zorg ervoor dat fouten besproken kunnen worden en dat daarmee een lerende organisatie ontstaat. Ten slotte geef ik in mijn eigen doen en laten het goede voorbeeld van hoe je verantwoordelijk omgaat met informatie.

Toelichting

Zonder open cultuur waar iedereen vrij is om te spreken is het niet goed mogelijk om risico’s te identificeren en als de risico’s niet bekend zijn, kunt u ze ook niet adresseren. Als u in uw organisatie een cultuur bevordert waarin mensen zich vrij voelen om risico’s te melden en maatregelen voor te stellen, dan kunt u adequaat reageren op dreigingen en samenhangende risico’s.

2 Informatiebeveiliging is van iedereen

Passende en tijdige betrokkenheid van belanghebbenden maakt het mogelijk dat hun kennis, opvattingen en percepties in aanmerking worden genomen. Dit resulteert in een verbeterd bewustzijn en goed geïnformeerd risicomanagement.

Ik maak medewerkers bewust van de risico’s van het werken met informatie en ik maak risicomanagement onderdeel van het MT-overleg en laat het anderen in vergaderingen agenderen. Ik zorg ervoor dat iedereen risicomanagement toepast en dat het gezien wordt als vanzelfsprekend en nuttig. Ik ben transparant naar de raad en zorg ervoor dat hij ook zijn rol kan pakken op dit onderwerp.

Toelichting

Iedereen moet betrokken worden bij risicomanagement, in alle lagen van de organisatie. Maak gebruik van de kennis en verantwoordelijkheid van proces- en systeem eigenaren. Gebruik uw Chief Information Security Officer (CISO), Functionaris Gegevensbescherming (FG) en Controller als onafhankelijke adviseur en laat ze samenwerken in een risicoteam, waar u vanzelfsprekend ook zitting in heeft. Laat uw interne communicatie aandacht besteden aan het verspreiden van de boodschap, het belang en het voordeel van risicomanagement binnen uw organisatie. Goed uitgevoerd risicomanagement creëert waarde voor de organisatie omdat de kwaliteit van besluiten toeneemt en de kans op falen afneemt.

3 Informatiebeveiliging is risicomanagement

Risicomanagement wordt bewust toegepast bij alle organisatie activiteiten.

Ik zorg dat risicomanagement een onderdeel is van het bestuurlijk overleg en dialoog. Daarnaast zal ik het integreren in het risicobewustzijn van alle medewerkers en het onderdeel laten zijn van de samenwerking met partners en ik zorg ervoor dat risicomanagement integraal onderdeel uitmaakt van uitbestedingen en samenwerkingen. Ik zorg ervoor dat risicomanagement geformaliseerd wordt binnen de hele organisatie met een duidelijke verdeling van verantwoordelijkheden en heldere besluitvorming.

Toelichting

Risicomanagement werkt alleen als het geïntegreerd is in alle werkprocessen van de organisatie. Dat kan alleen bereikt worden als risico’s regelmatig op de agenda staan en als risico’s een plek/paragraaf krijgen in alle bestuurlijke documenten. Maak lijnmanagers verantwoordelijk voor risicomanagement door afspraken met ze te maken over uw risicobereidheid. Lijnmanagers zijn verantwoordelijk voor de maatregelen en rapportage daarover.

4 Risicomanagement is onderdeel van de besluitvorming

Risicomanagement is onderdeel van alle besluiten en risicomanagement is chefsache.

Ik maak medewerkers mede-eigenaar van het risicoproces op het vlak van informatieveiligheid en ik maak informatiebeveiliging onderwerp van alle overlegstructuren. Ik draag er zorg voor dat besluiten ten aanzien van de omgang met risico’s expliciet genomen en vastgelegd worden. Ik laat risicomanagement naadloos aansluiten op de strategische en beleidsmatige doelstellingen van de organisatie. Op deze wijze bied ik een duidelijk kader waarbinnen de medewerkers kunnen opereren.

Toelichting

U kunt als bestuurder alleen de juiste richting aangeven als informatie u bereikt. Door dreigingen en risico’s mee te nemen in de vragen die u stelt aan uw managers kunt u er in uw beslissingen ook rekening mee houden. Zo kunt u bijsturen voordat risico’s manifest worden en escalatie voorkomen.

 

5 Informatiebeveiliging behoeft ook aandacht in (keten)samenwerking

Het risicomanagementproces is aangepast en staat in verhouding tot de externe en interne context van de organisatie die verband houdt met haar doelstellingen.

Ik zorg dat ik de risico’s ken die een gevaar vormen voor de informatievoorziening van de bedrijfsvoering van de gemeente en ik anticipeer op risico’s die voortkomen uit het werken in ketens en ik houd rekening met de complexiteit, de onzekerheid en ambiguïteit in de samenwerking met anderen. Bij samenwerken of uitbesteden van (delen) van de organisatie of processen zorg ik ervoor dat de risico’s in kaart gebracht zijn, verantwoordelijkheden verdeeld en dat de juiste maatregelen getroffen worden.

Toelichting

Het risicomanagementproces moet passen bij de organisatie en ondersteunen aan de organisatiedoelstellingen. De keten is zo sterk als de zwakste schakel. De gemeente dient met ketenpartners en leveranciers regelmatig het gesprek te voeren over risico’s en de maatregelen die ervoor zorgen dat de risico’s tot een acceptabel niveau worden teruggebracht.

6 Informatiebeveiliging is een proces

Risico’s kunnen ontstaan, veranderen of verdwijnen als de externe en interne context van een organisatie verandert. Risicomanagement detecteert en anticipeert op die veranderingen en gebeurtenissen op een gepaste en tijdige manier.

Ik zorg ervoor dat risicomanagement cyclisch is en daarmee kan ik reageren op veranderingen en toekomstgericht sturen. Het staat daarom regelmatig op de agenda.

Toelichting

Risicomanagement moet een cyclisch, iteratief en terugkerend proces zijn, want dreigingen veranderen, doelstellingen veranderen, de omgeving verandert en wetgeving verandert. Indien u in uw risicomanagement geen rekening houdt met een veranderende omgeving, dan zijn uw maatregelen op termijn wellicht niet doeltreffend of doelmatig.

7 Informatiebeveiliging kost geld

Risico’s moeten behandeld worden en er zijn vele manieren om veiligheid te realiseren, maar aan alle zijn kosten verbonden.

Ik zorg ervoor dat er voldoende middelen beschikbaar zijn om de onderkende risico’s op een adequate manier te behandelen. Als gebleken is dat een risico een bedreiging is voor de organisatiedoelstellingen en er maatregelen genomen moeten worden, dan zorg ik er ook voor dat de middelen beschikbaar zijn om deze maatregelen uit te voeren.

Toelichting

Risico’s kunt u ontwijken, mitigeren, overdragen of wegnemen door het nemen van preventieve-, repressieve en/of correctieve maatregelen. Welke strategie u ook kiest, ze kosten allemaal middelen in termen van tijd en geld. Voor maatregelen kan derhalve een kosten-batenanalyse worden gemaakt.

 

8 Onzekerheid dient te worden ingecalculeerd

De input voor risicomanagement is gebaseerd op historische en actuele informatie, evenals op toekomstige verwachtingen. Risicomanagement houdt expliciet rekening met eventuele beperkingen en onzekerheden die aan dergelijke informatie en verwachtingen zijn verbonden. Informatie moet tijdig, duidelijk en beschikbaar zijn voor relevante belanghebbenden.

Risicomanagement is gebaseerd op de best beschikbare informatie vanuit mijn organisatie en vanuit mijn samenwerkingen. Ik zorg ervoor dat alle belanghebbenden op een gestructureerde en voorspelbare wijze informatie delen die bijdraagt aan risicomanagement.

Toelichting

Zonder goede informatie kunt u geen goede risico-inschattingen en besluiten nemen. Zonder goede en tijdige informatie bent u niet bekend met de risico’s die uw organisatie loopt.

9 Verbetering komt voort uit leren en ervaring

Risicobeheer wordt voortdurend verbeterd door leren en ervaring.

Door mijn inzet zorg ik ervoor dat risico gestuurd werken doorontwikkeld wordt. Ik reflecteer op ervaringen en ik nodig medewerkers uit tot het delen van ervaringen met betrekking tot de risico’s die de informatievoorziening bedreigen. Ik zorg ervoor dat de organisatie kan leren van incidenten en dat de organisatie leert te ontdekken wat wel en wat niet werkt.

Toelichting

Risicomanagement gedijt het beste in een organisatie die leert van ervaringen en op basis hiervan verbeteringen doorvoert. Hoe goed u uw informatiehuishouding ook beveiligt, incidenten zullen altijd voorkomen. Door te zoeken naar verbeterpunten en de wil om te leren bouwt u doorlopend aan het verhogen van uw digitale weerbaarheid.

10 Het bestuur controleert en evalueert

Risicomanagement is het controleren en evalueren van resultaten, evenals het nemen van eindverantwoordelijkheid en het doorhakken van lastige knopen.

Ik geef opdracht om de werking van risicomanagement binnen mijn organisatie op effectiviteit en efficiency te (laten) controleren. Naast managementrapportages zijn (externe) controles de manier om te weten te komen of en hoe het beleid in de praktijk uitwerkt. Als bestuurder weeg ik goed geïnformeerd risico’s en belangen af en neem ik mijn verantwoordelijkheid om knopen door te hakken.

Toelichting

Controle is belangrijk om goed inzicht te krijgen in de mate waarin het informatiebeveiligingsbeleid en risicomanagement ingebed zijn in de organisatie. Naast verslagen en managementrapportages zijn incidenten, en dan vooral de manier waarop ze afgewikkeld worden, een goede graadmeter om te zien hoe de organisatie omgaat met het onderwerp. Medewerkers kunnen erop vertrouwen dat besluiten op bestuursniveau genomen worden, wanneer de situatie daar om vraagt.

Copyright

© 2019 Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Alle rechten voorbehouden. Verveelvoudiging, verspreiding en gebruik van deze uitgave voor het doel zoals vermeld in deze uitgave is met bronvermelding toegestaan voor alle gemeenten en overheidsorganisaties.