Organisatie | Vijfheerenlanden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Vijfheerenlanden 2022, eerste herziening |
Citeertitel | Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Vijfheerenlanden 2022, eerste herziening |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2024 | artikel 2 | 12-12-2023 | |||
01-07-2023 | 01-01-2024 | artikel 2 | 27-06-2023 | ||
01-01-2023 | 01-07-2023 | artikel 2, 3, 5 | 20-12-2022 | ||
21-10-2022 | 01-10-2022 | 01-01-2023 | artikel 2.1, artikel 3.1 | 04-10-2022 | |
04-05-2022 | 01-01-2022 | 21-10-2022 | nieuwe regeling | 26-04-2022 |
De begrippen in dit besluit worden gebruikt in dezelfde betekenis als in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo), de Verordening maatschappelijke ondersteuning en de Nadere regels en toelichting Wmo.
Artikel 2 Tarieven begeleiding, dagbesteding, huishoudelijke ondersteuning en kortdurend verblijf
2.1 Wmo Individuele begeleiding
2.1.1 Tarief per maand Individuele begeleiding 2024
2.2 Ondersteuning maatschappelijke deelname – OMD 2024 (dagbesteding)
Artikel 3 Persoonsgebonden budget (pgb)
3.1 Maximum pgb-tarief voor ondersteuning vanuit sociaal netwerk
Het maximum tarief voor ondersteuning vanuit het sociaal netwerk bedraagt:
3.1.1 Berekening maximum pgb-tarief voor Individuele begeleiding uit sociaal netwerk
Het maximum pgb-tarief per maand voor Individuele begeleiding uit het sociaal netwerk is gelijk aan het gemiddeld aantal uren van de bandbreedte van uren in het product, zoals opgenomen in het document “Naar maandtarieven voor Wmo Individuele begeleiding” vermenigvuldigd met het maximum uurtarief.
3.1.2 Maximum pgb-maandtarief voor Individuele begeleiding uit sociaal netwerk per maand
Het maximum pgb-maandtarief per product Individuele begeleiding uit het sociaal netwerk is op basis van artikel 3.1.1 als volgt vastgesteld:
Een sportrolstoel en sportvoorziening worden gezien als een maatwerkvoorziening.
Een sportvoorziening wordt uitsluitend verstrekt als pgb. Het te verlenen bedrag voor dit pgb bedraagt maximaal € 3.000,--. Dit bedrag is bedoeld als tegemoetkoming in aanschaf en onderhoud van een sportvoorziening (waaronder een sportrolstoel) voor een periode van minimaal drie jaar. De hoogte van het bedrag wordt gebaseerd op de goedkoopste passende kosten zoals geoffreerd in minimaal twee offertes, rekening houdend met het maximum bedrag.
Het pgb wordt na ontvangst van de factuur rechtstreeks aan de inwoner betaalbaar gesteld, tenzij de inwoner de gemeente heeft gemachtigd de betaling te verrichten rechtstreeks aan de leverancier. Binnen een maand na aflevering overlegt de inwoner het afleverbewijs aan de gemeente.
3.4 hulpmiddelen in de vorm van PGB
Wanneer met het pgb een hulpmiddel wordt aangeschaft, omvat het pgb een bedrag voor verzekering, onderhoud en reparaties. In geval van elektrische voorzieningen betreft dit 6% van de hoogte van het pgb per jaar, en voor niet-elektrische voorzieningen 2%. Deze kosten worden eenmalig uitgekeerd en zijn gemaximeerd op het toegekende bedrag per jaar tot aan het aantal jaar van de toekenning. Indien er garantie wordt geboden op de te kopen voorziening, wordt er het 1e jaar geen bedrag gereserveerd voor onderhoud en reparatie.
4.1Grensbedrag kosten woningaanpassing
Het grensbedrag voor de kosten van woningaanpassing genoemd in artikel 3.2.1 lid 3 van de verordening bedraagt € 9.000,--.
4.2Financiële tegemoetkoming verhuiskosten
De (éénmalige) financiële tegemoetkoming voor verhuiskosten zoals bedoeld in artikel 3.2.1 lid 4 van de verordening bedraagt maximaal € 2.950,--.
Uitbetaling van de tegemoetkoming vindt plaats na overlegging van het getekende huurcontract of het getekend koopcontract. Als de verhuizing niet plaatsvindt, dan dient het uitbetaalde bedrag per omgaande te worden terugbetaald.
Artikel 5 Vervoersvoorzieningen
5.1Ritbijdrage Collectief Vraagafhankelijk Vervoer
5.2Hoogte financiële tegemoetkoming individueel vervoer
Bij de vaststelling van de hoogte van een (éénmalig) financiële tegemoetkoming voor auto- en (rolstoel)taxikosten wordt uitgegaan van maximaal 1.500 km op jaarbasis. Maximaal 25 km per enkele reis komt in aanmerking voor vergoeding;
Voor een financiële tegemoetkoming in de kosten van het gebruik van een eigen auto of bruikleenauto geldt een maximumbedrag van € 585,-- per jaar (gebaseerd op maximaal 1.500 km à € 0,39); Dit bedrag wordt, verspreid over het jaar, middels een maandelijks bedrag (€ 48,75) uitgekeerd. Het aantal kilometers dient bijgehouden te worden, een overzicht van het aantal kilometers kan door de gemeente steekproefsgewijs opgevraagd worden;
Personen met een beperking die anders zouden zijn aangewezen op dagbesteding en kunnen aantonen dat zij structureel deelnemen aan regulier vrijwilligerswerk, kunnen de voor hun rekening blijvende extra reiskosten, voor zover deze niet verhaalbaar zijn op de instantie voor wie zij dat vrijwilligerswerk verrichten, declareren tot maximaal 1.500 kilometer per jaar. Het maximumbedrag is afhankelijk van het vervoermiddel en wordt overeenkomstig onderdeel a. tot en met c. vastgesteld.
Artikel 6 Tegemoetkoming voor meerkosten als gevolg van en beperking of chronische problemen
De tegemoetkoming zoals genoemd in artikel 3.7 van de verordening bedraagt € 350,- per jaar per gezinslid dat voldoet aan de voorwaarden voor de tegemoetkoming.
De in dit besluit geldende tarieven voor begeleiding, dagbesteding en huishoudelijke ondersteuning, kortdurend verblijf worden jaarlijks door de burgemeester en wethouders aangepast met het door de rijksoverheid vastgestelde percentage voor de Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling (OVA).
Dit besluit treedt in werking één dag na bekendmaking en heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2022.