Regeling uitvoering van LEADER-projecten Oost-Groningen nationaal

Artikel 1 definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

• a.

  LEADER: subsidieregeling in het kader hoofdstuk 3 van Regeling subsidies Plattelandsontwikkelingsprogramma 2014 - 2022 provincie Groningen;

• b.

  LAG: LEADER Actiegroep, adviesorgaan van het subsidieprogramma, zoals ingesteld bij besluit van Gedeputeerde Staten d.d. 15 december 2015, agendapunt 11, zaaknr. 599719;

• c.

  LOS: Lokale Ontwikkelingsstrategie, het door Gedeputeerde Staten vastgestelde beleidsdocument voor de uitvoering van het subsdieprogramma;

• d.

  Oost-Groningen: het gebied geografisch gelegen binnen de gemeentegrenzen van Midden-Groningen (enkel voor het grondgebied van de voormalige gemeente Menterwolde), Oldambt, Pekela, Veendam, Stadskanaal en Westerwolde.

• e.

  Regeling POP: Regeling subsidies Plattelandsontwikkelingsprogramma 2014 - 2022 provincie Groningen.

Artikel 2 subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor de uitvoering van doelen en resultaten genoemd in hoofdstuk 3.2 van de LOS als uitwerking van de volgende thema’s:

• a.

  economische impuls bij achterblijvende minder verstedelijkte regio’s;

• b.

  activiteiten of ontmoetingsplaatsen die de sociale cohesie op het platteland vergroten, zeker daar waar men sterker afhankelijk is van nabuurschap;

• c.

  uitbreiden en verbeteren van de (agro)toeristische infrastructuur.

Artikel 3 aanvrager

• a.

  publieke rechtspersonen;

• b.

  private rechtspersonen;

• c.

  ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid, met name eenmanszaken, vennootschappen onder firma, commanditaire vennootschapen, maatschappen.

Artikel 4 subsidiabele kosten

Onverminderd artikel 1.12 van de Regeling POP kan subsidie worden verstrekt voor de onderstaande kosten gemaakt ter uitvoering van projecten die passen binnen de LOS:

• a.

  de kosten van de bouw, verbetering, van onroerende zaken. Aankoop of huur van onroerend goed is expliciet niet subsidiabel;

• b.

  de kosten van de koop of huurkoop van goederen, nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

• c.

  de kosten voor ingrepen in de openbare ruimte ter verwezenlijking van de in de LOS omgeschreven doelen ter versterking van de ruimtelijke kwaliteit;;

• d.

  haalbaarheidsonderzoeken als bedoeld in de LOS;

• e.

  de kosten van verwerving of ontwikkeling van computersoftware;

• f.

  de kosten van verwerving van octrooien, licenties, auteursrechten en merken;

• g.

  bijdragen in natura bestaande uit onbetaalde arbeid;

• h.

  niet verrekenbare BTW, in gevallen dat de aanvrager geen BTW kan verrekenen of compenseren, kan de BTW over de subsidiabele kosten voor 100 % subsidiabel worden gesteld;

• i.

  personeelskosten;

• j.

  voorbereidingskosten als genoemd in 1.12 van de Regeling POP met een maximum van

• a.

  12 % van de totale subsidiabele kosten;

• k.

  reis- en verblijfkosten;

• l.

  de kosten voor promotie en publiciteit;

• m.

  de kosten van adviseurs, architecten en ingenieurs.

• n.

  tweedehands installaties en goederen, indien noodzakelijk voor het project en de kosten aantoonbaar de marktwaarde niet overstijgen.

Artikel 5 minimale en maximale subsidie

Om voor subsidie in aanmerking te komen dient de subsidiebijdrage per project minimaal € 2.500,- en maximaal € 25.000,- te bedragen. Voor het verduurzamen en optimaliseren van basis- en publieksvoorzieningen (zoals dorpshuizen, sportvoorzieningen, en scholen) als bedoeld op pagina 25 van de LOS (doel 2.2) en voor het stimuleren van innovatieve oplossingen om de aansluiting tussen vraag en aanbod op het gebied van zorg en welzijn te vergroten (doel 2.3) geldt een maximum subsidiebijdrage van € 15.000,-.

Artikel 6 hoogte subsidie

De subsidiebijdrage bedraagt 40 % van de totale subsidiabele kosten. Indien een lagere bijdrage wordt aangevraagd, geldt het aangevraagde bedrag als het maximum subsidiebedrag.

Artikel 7 weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.8 en artikel 3.3.5 van het Regeling POP wordt subsidie geweigerd als:

• a.

  onvoldoende is gescoord overeenkomstig de in artikel 12 genoemde punten.

• b.

  de aanvragende onderneming op het moment van indienen van de aanvraag meer dan 25 FTE aan personeelsleden heeft.

Artikel 8 bevoorschotting

GS kan besluiten om een voorschot van maximaal 80 % uit te keren.

Artikel 9 voorwaarden

Subsidie kan slechts worden verstrekt indien:

• a.

  de uitvoeringsperiode maximaal 2 jaar is;

• b.

  de uitvoering van het project in de regio Oost-Groningen plaatsvindt;

• c.

  er geen sprake is van een aanvraag voor subsidiëren van de reguliere exploitatie van een activiteit of evenement met een terugkerend karakter;

• d.

  er geen sprake is van een project gericht op reguliere activiteiten als onderhoud, vaste lasten en exploitatiekosten.

Artikel 10 indiening

• a.

  Een aanvraag dient, om in het daaropvolgende kwartaal beoordeeld te worden door de LAG, compleet en uiterlijk te worden ingediend op 18 mei, 31 augustus en 2 november 2022.

• b.

  De aanvraag wordt vergezeld met een projectplan dat in elk geval inzicht geeft in het project, de begroting, het dekkingsplan en moet informatie verschaffen over de in artikel 11 genoemde selectiecriteria.

Artikel 11 selectiecriteria

In afwijking van artikel 1.15 van de Regeling POP hanteren Gedeputeerde Staten, op basis van de selectie door de LAG, voor de rangschikking van de aanvragen bedoeld in artikel 1.15 van de regeling POP de volgende criteria:

• a.

  De mate waarin het project bijdraagt aan de doelen en subdoelen van de LOS, die zijn omschreven bij de volgende thema’s:

  • 1.

    economische impuls bij achterblijvende minder verstedelijkte regio’s;

  • 2.

    activiteiten of ontmoetingsplaatsen die de sociale cohesie op het platteland vergroten, zeker daar waar men sterker afhankelijk is van nabuurschap;

  • 3.

    uitbreiden en verbeteren van de toeristische en agrotoeristische infrastructuur;

• b.

  De mate waarin het project draagvlak heeft en er behoefte is aan het project uitgaande van:

  • 1.

    brede lokale en regionale maatschappelijke steun;

  • 2.

    behoefte aan het project bij de doelgroep;

• c.

  De mate waarin het project blijk geeft van continuïteit en toekomstig beheer en onderhoud.

• d.

  De mate waarin het project haalbaar is vanuit financieel en organisatorisch oogpunt, hetgeen blijkt uit:

  • 1.

    de organisatiebeschrijving;

  • 2.

    de expertise van de initiatiefnemer;

  • 3.

    het realisme van het tijdpad;

  • 4.

    een sluitende en transparante begroting;

  • 5.

    het dekkingsplan;

• e.

  De mate waarin het project vernieuwend is voor de streek Oost-Groningen of het onderscheidend karakter;

• f.

  De integraliteit van het project als het gaat om het bedienen van meerdere doelgroepen, de inegrale en/of multisectorale aanpak en de grootte van het bereik in relatie tot de hoogte van de gevraagde subsidie;

• g.

  De voorbeeldfunctie van het project in de regio of daarbuiten;

• h.

  De mate waarin wordt samengewerkt met andere partijen in de regio.

Artikel 12 puntenmethodiek

• 1.

  De projecten worden door de LAG beoordeeld op basis van de selectiecriteria uit artikel 11, waarbij per criterium punten worden toegekend met de volgende regels:

  • a.

    het maximale aantal punten te scoren per criterium uit artikel 11 bedraagt 10 punten;

  • b.

    het minimum aantal gescoorde punten dient per artikel te bedragen:

    artikel 11, onder a, 4 punten;

    artikel 11, onder b, 6 punten;

    artikel 11, onder c, 4 punten;

    artikel 11, onder d, 5 punten;

    artikel 11, onder e, 5 punten;

    artikel 11, onder f, 3 punten;

    artikel 11, onder g, 3 punten;

    artikel 11, onder h, 3 punten.

• 2.

  Projecten dienen minimaal 40 punten te behalen om voor subsidie in aanmerking te komen.

Artikel 13 citeertitel

Deze wordt aangehaald als: Regeling uitvoering van LEADER-projecten Oost-Groningen nationaal.

Artikel 14 inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad.