Organisatie | Steenbergen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Steenbergen |
Citeertitel | Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Steenbergen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Eenmalige energietoeslag 2022 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-08-2022 | Wijziging art 5 lid 3 | 30-08-2022 | 2228050 | ||
23-07-2022 | 30-08-2022 | wijziging art. 2, 7 en toelichting | 19-07-2022 | 2223559 | |
19-04-2022 | 01-04-2022 | 23-07-2022 | nieuwe regeling | 19-04-2022 | 2213265 |
Burgemeester en wethouders van Steenbergen;
In behandeling genomen de Beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Steenbergen.
- het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking kunnen komen voor een eenmalige energietoeslag 2022;
- titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;
- artikel 35 van de Participatiewet;
De beleidsregels Eenmalige energietoeslag 2022 gemeente Steenbergen vast te stellen.
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
Hoofdbewoner: degene die een woning bewoont; eigenaar of huurder is en energielasten betaalt op basis van een leveringsovereenkomst met een energieleverancier; of diegene die op basis van een commercieel huurcontract een woning huurt, bewoont en energielasten betaalt op basis van die commerciële huurovereenkomst.
De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via het daarvoor beschikbaar gestelde aanvraagformulier op de website van de ISD Brabantse wal (www.antwoordop.nl).
In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag ook mogelijk indien bijzondere omstandigheden in het individuele geval hier aanleiding toe geven.
Door of namens het college kan met toepassing van artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende worden afgeweken van deze beleidsregels, indien toepassing hiervan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Aldus vastgesteld door de burgemeester en wethouders van Steenbergen op 19 april 2022.
de loco-secretaris, de burgemeester,
mr. N.M.H.C. Pot-Broos R.P. van den Belt, MBA
De beleidsregel eenmalige energietoeslag 2022 staat niet op zichzelf, maar is gebaseerd op artikel 35 van de Participatiewet. Dit betekent dat wie niet aan de voorwaarden van de wet voldoet, bijvoorbeeld omdat die persoon op de peildatum geen rechthebbende is of omdat een uitsluitingsgrond geldt, geen aanspraak kan maken op de energietoeslag. Soms kan dat een hardheid inhouden. Daar voorziet artikel 5 in.
De referteperiode voor het inkomen wat in aanmerking wordt genomen, is bij een vast inkomen vast gesteld op 1 maand direct voorafgaand aan de maand van aanvraag. (Dit betreft het nettoinkomen excl. vakantietoeslag). In geval van wisselende inkomsten wordt er uit gegaan van het netto-inkomen (excl. vakantietoeslag) over drie maanden direct voorafgaand aan de maand van aanvraag. De eenmalige energietoeslag kan daardoor worden toegekend aan een aanvrager die gedurende een periode van 1 of 3 maanden is aangewezen op een inkomen wat gemiddeld per maand niet uitkomt boven 135 procent van de geldende bijstandsnorm.
Hoofdbewoner: De participatiewet kent geen beschrijving van het begrip huishouden. Om stapeling van de energietoeslag op één adres te voorkomen, wordt de toeslag eenmaal verstrekt per adres. Er wordt vanuit gegaan dat er op één adres in de meeste gevallen slecht één energiecontract is afgesloten met de hoofdbewoner. In het geval van medebewoners dienen zij onderling met elkaar af te stemmen hoe zij omgaan met de ontvangen toeslag.
Er wordt gesproken over een laag inkomen als het inkomen exclusief vakantiegeld lager is dan of gelijk aan 135 procent van de bijstandsnorm exclusief vakantietoeslag. Vanwege een snelle uitvoerbaarheid van de regeling wordt het vermogen van de aanvrager en eventuele partner buiten beschouwing gelaten. De eenmalige energietoeslag wordt onbelast uitgekeerd. Dit betekent dat de ontvangst ervan geen gevolgen heeft voor andere inkomensafhankelijke regelingen, zoals de huurtoeslag, de zorgtoeslag, de kinderopvangtoeslag en het kindgebonden budget. Indien er sprake is van inkomensvrijlating; hier wordt geen rekening mee gehouden in de verstrekking of hoogte van de eenmalige energietoeslag.
Tot een huishouden wordt niet gerekend de persoon die op de peildatum:
- Verblijft in een inrichting: Zij worden uitgesloten van de energietoeslag, omdat de instelling voorziet in de energiekosten.
- Jonger is dan 21 jaar, tenzij zij ook aanvullende periodieke bijzondere bijstand ontvangen
voor het voeren van een zelfstandig huishouden; Voor 18-, 19- en 20-jarigen geldt dat zij voor de energiekosten een beroep kunnen doen op de ouders. Deze hebben een wettelijke onderhoudsplicht (artikel 12 Pw)
- Jonger is dan 27 jaar en aanspraak maakt op studiefinanciering op grond van de Wet
studiefinanciering 2000; Studenten jonger dan 27 jaar die aanspraak kunnen maken op studiefinanciering (WSF 2000) zijn op grond van artikel 13 van de Participatiewet al uitgesloten van het recht op algemene bijstand. De woonsituatie van studenten is zeer divers, ook voor wat betreft de energiekosten. Vanwege deze diversiteit is voor deze doelgroep de individuele bijzondere bijstand een geschikter instrument dan de categoriale bijzondere bijstand. Op deze wijze komt de financiële ondersteuning vanuit de bijzondere bijstand uitsluitend terecht bij de studentenhuishoudens die het daadwerkelijk nodig hebben.
- Dak- en thuisloos zijn; Inwoners met alleen een briefadres (dak- en thuislozen) worden uitgesloten van de eenmalige energietoeslag omdat zij geen energiekosten hebben.
- Op grond van artikel 19a van de Participatiewet worden aangemerkt als kostendelende
medebewoner tenzij men hoofdbewoner is. Dit om stapeling van de energietoeslag te voorkomen. Over het algemeen is er per huishouden één contract met de energieleverancier. Om die reden wordt de toeslag alleen verstrekt aan de hoofdbewoner.
Een ambtshalve toekenning is mogelijk als vaststaat dat de persoon op de peildatum recht heeft.
Dit kan worden aangenomen bij huishoudens die algemene bijstand ontvangen of een uitkering IOAW / IOAZ/ Bbz 2004 of een AIO uitkering vanuit de Sociale verzekeringsbank.
Daarnaast zal een ambtshalve toekenning geschieden bij de inwoner die een verstrekking in het kader het minimabeleid heeft ontvangen in de periode vanaf 1 juli 2021 tot 1 april 2 één van de onderstaande lokale armoede en minima-regelingen hebben ontvangen:
d. De Individuele inkomstenstoeslag;
e. De bijzondere bijstand (zonder draagkracht);
f. Inwoners die in 2022 een bijdrage hebben ontvangen voor deelname maatschappelijke participatie .
Inwoners die voor 1 april 2022 een kwijtschelding hebben ontvangen voor de gemeentelijke belastingen vanuit de Belastingsamenwerking West-Brabant voor het jaar 2022 zullen de toeslag ook ambtshalve ontvangen.
In de periode van 1 april tot 1 september zal er bij nieuwe instroom in de PW verstrekkingen (PW/IAOW/ IAOZ/Bbz 2004) beoordeeld worden of de aanvrager voldoet aan de voorwaarden om de energietoeslag ambtshalve te ontvangen.
Dit geldt niet voor de overige groepen (AIO, minimavoorzieningen en kwijtschelding gemeentelijke belastingen).
Behoeft geen nadere toelichting
Met deze beleidsregels wordt beoogd zoveel mogelijk duidelijkheid, rechtsgelijkheid en rechtszekerheid te waarborgen. Desalniettemin kunnen er zich situaties voordoen, waarin onverkorte handhaving van deze regels onrecht zou doen aan de doelstelling van bijzondere bijstandsverlening. In uitzonderlijke gevallen dient dan ook de mogelijkheid te bestaan om af te wijken van de hier neergelegde regels. Uiteraard zal het besluit in een dergelijk geval ook de motivering moeten omvatten, waarom in de situatie van de beleidsregels wordt afgeweken.