Organisatie | Oosterhout |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van Oosterhout van 12 april 2022 tot vaststelling van de "Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022, gemeente Oosterhout" |
Citeertitel | Beleidsregels eenmalige energietoeslag 2022, gemeente Oosterhout |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-09-2022 | 15-03-2022 | Artt. 1, 2, 4 en 6 | 30-08-2022 | 357890 | |
20-04-2022 | 15-03-2022 | 03-09-2022 | Nieuwe regeling | 12-04-2022 | 339399 |
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
Artikel 3 Ambtshalve toekenning
Een huishouden dat voldoet aan de doelgroepomschrijving van artikel 2, en:
ontvangt de eenmalige energietoeslag 2022 ambtshalve in de maand april 2022 of mei 2022.
Artikel 4 Aanvraag eenmalige energietoeslag 2022
Een huishouden dat op grond van artikel 3 niet in aanmerking komt voor een ambtshalve toekenning van de eenmalige energietoeslag 2022 en een inkomen heeft van maximaal 125% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm, kan vanaf 1 juni 2022 een aanvraag indienen met gebruikmaking van het digitale aanvraagformulier op de website van de gemeente Oosterhout.
Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag kan het college, gelet op alle omstandigheden, in het individuele geval beoordelen of die aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een eenmalige energietoeslag 2022, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.
Nederland heeft vanaf eind 2021 te maken gekregen met een forse stijging van de energietarieven. Met name huishoudens met een laag inkomen lopen hierdoor het risico om in financiële problemen te komen. De regering heeft daarom maatregelen genomen om de hogere energietarieven (gedeeltelijke) te compenseren. Hierbij is gekozen voor twee categorieën maatregelen. In de eerste plaats is gekozen voor een generieke verlaging van de energiebelasting. Hiervan profiteren dus alle huishoudens. Daarnaast is er een aanvullende compensatie voor huishoudens met een laag inkomen. Aan deze huishoudens kan de gemeente een eenmalige energietoeslag verlenen.
De gemeente kan deze eenmalige energietoeslag 2022 verlenen op grond van artikel 35 van de Participatiewet. Dit artikel regelt de verstrekking van individuele en categoriale bijzondere bijstand. Om het gemeenten mogelijk te maken om een energietoeslag in de vorm van categoriale bijzondere bijstand te verstrekken, wordt artikel 35 van de Participatiewet gewijzigd. Ook zal een bepaling worden opgenomen waardoor gemeenten de mogelijkheid krijgen om de energietoeslag aan bepaalde groepen ambtshalve te verstrekken.
Hoewel de wet waarmee artikel 35 Participatiewet gewijzigd wordt nog niet door het parlement is aangenomen, heeft de minister van SZW aangegeven dat gemeenten vooruit mogen lopen op de wetswijziging en van start mogen gaan met de verstrekking van de eenmalige energietoeslag.
De gemeente heeft de bevoegdheid om in 2022 een eenmalige energietoeslag toe te kennen aan huishoudens met een laag inkomen; het betreft dus geen verplichting. Het feit dat de eenmalige energietoeslag onderdeel uitmaakt van de bijzondere bijstand, geeft beleidsvrijheid ten aanzien van de vormgeving.
In deze beleidsregels bepaalt de gemeente Oosterhout op welke wijze zij invulling geeft aan de eenmalige energietoeslag.
De beleidsregels hebben betrekking op de uitvoering van artikel 35 van de Participatiewet. Om deze reden wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de begripsbepalingen van de Participatiewet. Een aantal begrippen wordt in het tweede lid nader omschreven.
Artikel 2 Hoogte en doelgroep eenmalige energietoeslag 2022
In het eerste lid wordt de hoogte van de eenmalige energietoeslag bepaald op € 800,00. Het staat de gemeente vrij om deze hoogte te bepalen. Het is ook mogelijk om de hoogte afhankelijk te stellen van de samenstelling van het huishouden. Er is gekozen om het bedrag van de energietoeslag vast te stellen op de richtlijn die het ministerie van SZW hierover heeft gegeven. Het richtbedrag dat genoemd wordt is € 800,00. Dit is ook het bedrag dat door SZW wordt gecommuniceerd. Voor de helderheid kiezen we er voor om dit bedrag te hanteren. Dit schept duidelijkheid voor de burger.
Het tweede lid bepaalt dat we geen vermogenstoets toe passen bij de beoordeling van het recht op de energietoeslag. We willen de aanvraag voor de energietoeslag laagdrempelig houden en de uitvoering hiervan eenvoudig. Het niet toepassen van een vermogenstoets draagt hier aan bij.
De inkomensgrens om in aanmerking te kunnen komen voor de energietoeslag wordt in het derde lid bepaald op 125% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm. Het ministerie hanteert in de richtlijn de grens van 120%, maar heeft er voor gekozen om dit niet in de wet vast te leggen, zodat gemeenten er voor kunnen kiezen om een grens te hanteren die aansluit bij het in de gemeente geldende beleid voor bijzondere bijstand. We kiezen voor de grens van 125% omdat dit een van de grenzen is die we hanteren in het reguliere beleid voor de verstrekking van bijzondere bijstand.
Het vierde lid bepaalt de doelgroep die in aanmerking komt voor de energietoeslag. Uitgangspunt hierbij is dat er per adres maar aan één persoon een energietoeslag verstrekt wordt. Dit zal in het algemeen de hoofdbewoner van het adres zijn die verantwoordelijk is voor het contract met en de betalingen aan het energiebedrijf.
Artikel 3 Ambtshalve toekenning
We willen de verstrekking van een energietoeslag op een laagdrempelige manier vorm geven en de uitvoeringslasten voor de eigen organisatie beperkt houden. Om deze reden wordt in artikel 3 een aantal categorieën genoemd dat de energietoeslag ambtshalve toegekend krijgt. Dit betreft de groep huishoudens met een laag inkomen die bij ons bekend is. Door deze ambtshalve toekenning hoeft deze groep geen aanvraag in te dienen (laagdrempelig) en voor de organisatie betekent dit een aanmerkelijk lager aantal individuele aanvragen die afgehandeld moet worden.
Artikel 4 Aanvraag eenmalige energietoeslag 2022
Vanaf 1 juni 2022 kunnen huishoudens met een laag inkomen, die niet onder de ambtshalve toekenning vallen, zelf een aanvraag voor de energietoeslag indien. Deze aanvraag vindt digitaal plaats. Hiervoor wordt een aanvraagformulier op de gemeentelijke website geplaatst. Personen die minder digitaal vaardig zijn kunnen ondersteuning vragen bij de burgeradviseurs van Surplus. Voor specifieke gevallen waar een digitale aanvraag echt niet tot de mogelijkheden behoort is in het tweede lid opgenomen dat dan een schriftelijke aanvraag kan worden ingediend.
We willen de uitvoering van de energietoeslag op een eenvoudige een laagdrempelige manier regelen. Om deze reden kiezen we er voor om de beleidsregels vrij basaal te houden en geen differentiatie in omstandigheden te benoemen. Ook is vanwege deze eenvoudige uitvoering gekozen voor een peildatum en een referteperiode.
Het risico van een weinig gedetailleerde regeling is dat er zich hierdoor schrijnende situaties voor kunnen doen waarin iemand geen recht heeft op de energietoeslag. Bijvoorbeeld een situatie waarin het inkomen het gehele jaar op het minimumniveau ligt, maar in de referteperiode hoger is. Voor dergelijke gevallen is in artikel 5 een hardheidsclausule opgenomen.
De hardheidsclausule is bedoeld voor verstrekking van de categoriale bijzondere bijstand op grond van deze beleidsregels. Daarnaast is er in bijzondere situaties altijd de mogelijkheid om een beroep te doen op individuele bijzondere bijstand. Als een dergelijk beroep op individuele bijzondere bijstand betrekking heeft op energiekosten dan dient er bij de beoordeling hiervan uiteraard wel rekening gehouden te worden met het feit dat er in deze kosten op grond van deze beleidsregels een verstrekking gedaan is.
Artikel 6 Inwerkingtreding en duur beleidsregels
De inwerkingtreding van de regeling zal direct na publicatie zijn. In artikel 6 is echter bepaald dat de regeling terugwerkende kracht zal hebben tot 15 maart 2022. Deze datum sluit aan bij het wetsvoorstel om artikel 35 Participatiewet te wijzigen en hierin de mogelijkheid te creëren om categoriale bijzondere bijstand in de vorm van een energietoeslag te verlenen. Ook is in dit wetsvoorstel opgenomen dat de wetswijziging terugwerkende kracht heeft tot 15 maart 2022.