Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Almere

Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlmere
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022
CiteertitelVerordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening treedt tegelijk met de Wet van 23 maart 2016, houdende regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet) in werking. Op de dag van inwerkingtreding wordt de Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden, vastgesteld bij raadsbesluit van 20 september 1990, ingetrokken

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 96 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2023nieuwe regeling

10-03-2022

gmb-2022-149423

RV-24/2022

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022

De raad van de gemeente Almere;

gelet op artikel 96 Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stellen de navolgende verordening:

 

Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022

 

Artikel 1 Begripsbepaling

  • 1.

    Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    commissie: een commissie als bedoeld in artikel 84 Gemeentewet.

  • b.

    commissielid: lid van een commissie als onder a. bedoeld dat niet tevens raadslid is, of ambtenaar die als zodanig tot lid van een adviescommissie is benoemd of voor wie het lidmaatschap tot de normale uitoefening van de functie moet worden beschouwd.

  • c.

    AMvB: Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers (Koninklijk Besluit van 15 oktober 2018, Stb.2018, 386).

  • d.

    normbedrag: het bedrag vermeld in artikel 3.4.1 van de AMvB voor de inwonersklasse waartoe de gemeente Almere behoort.

 

Artikel 2 Vergoeding

  • 1.

    De vergoeding aan leden van commissies die zijn genoemd onder A in de bij deze verordening behorende lijst ontvangen per bijgewoonde vergadering een vergoeding ten bedrage van 1x het normbedrag.

  • 2.

    De vergoeding aan leden van commissies die zijn genoemd onder B in de bij deze verordening behorende lijst ontvangen per bijgewoonde vergadering of per uur een vergoeding waarvan de hoogte tevens onder B is aangegeven.

  • 3.

    De leden van een commissie kunnen voor hun werkzaamheden ook een vergoeding ontvangen zonder dat een vergadering is bijgewoond en de redelijkheid dit vereist. De vergoeding bedraagt maximaal 1x het normbedrag.

  • 4.

    De bedragen worden per 1 januari van elk jaar geïndexeerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.4.1 van de AMvB.

 

Artikel 3 Uitbetaling

De in deze verordening bedoelde vergoedingen worden na afloop van elk kalenderkwartaal aan de rechthebbende uitbetaald.

 

Artikel 4 Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022.

  • 2.

    Deze verordening treedt tegelijk met de Wet van 23 maart 2016, houdende regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet) in werking. Op de dag van inwerkingtreding wordt de Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden, vastgesteld bij raadsbesluit van 20 september 1990, ingetrokken.

 

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 maart 2022

de raad voornoemd,

 

 

de griffier, de voorzitter,

 

 

G.J. Broer, A.T.B. Bijleveld-Schouten

 

 

Lijst als bedoeld in artikel 2 van de Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022

 

  • A.

    Commissies als bedoeld in artikel 2 eerste lid van de verordening

  • 1.

    Bezwaarschriftencommissie

  • 2.

    Naamgevingscommissie openbare ruimte Almere

  • 3.

    Adviesraad sociaal domein

  • 4.

    Urgentiecommissie

  • 5.

    Geschillencommissie

  • 6.

    Bomencommissie

 

  • B.

    Commissieleden als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de verordening

 

commissie

functie

vergoeding

Bezwaarschriftencommissie

* voorzitter dan wel het lid dat als zodanig optreedt, ingeval van meervoudige zittingen

 

* lid, onder wie de voorzitter ingeval van enkelvoudige zittingen als bedoeld in artikel 7:13, derde lid van de Algemene wet bestuursrecht

2x normbedrag

 

 

 

2x normbedrag

Adviescommissie voor omgevingskwaliteit

lid

€ 104,33 per uur

 

Toelichting op de Verordening geldelijke voorzieningen commissieleden 2022

 

Artikel 1

  • 1a.

    Het begrip "commissie" ziet voor de toepassing van deze Verordening op een commissie als bedoeld in artikel 84 Gemeentewet. Op grond van dit artikel heeft de raad, het college of de burgemeester de bevoegdheid om andere commissies in te stellen dan die bedoeld in artikel 82, eerste lid (raadscommissies) en 83 eerste lid, (bestuurscommissies).

  • 1b.

    Artikel 96, eerste lid Gemeentewet bepaalt dat de leden van een door de raad, het college of de burgemeester ingestelde commissie een vergoeding ontvangen, voor zover zij geen lid zijn van de raad of het college. Het vierde lid van dit artikel bepaalt dat ten aanzien van de vergoeding bij AMvB nadere regels worden gesteld. Deze nadere regels zijn vastgelegd in het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers. Volledigheidshalve en ter voorkoming van enig misverstand is aan dit artikellid toegevoegd dat ook ambtenaren niet vallen onder de term commissie. Hetzelfde geldt gelijk voor degenen voor wie het lidmaatschap tot de normale uitoefening van de functie moet worden beschouwd.

 

Artikel 2

  • 1.

    De hoogte van de vergoedingen is geregeld in artikel 3.4.1 van de AMvB. De vergoeding is gekoppeld aan inwonersklassen en wordt jaarlijks geïndexeerd. De AMvB gaat uit van een normbedrag dat niet naar beneneden kan worden bijgesteld. Leden van commissies die in aanmerking komen voor 1x het normbedrag worden op lijst A vermeld.

  • 2.

    Het staat de raad op grond van artikel 3.4.2 van de AMvB vrij om bij verordening een hogere vergoeding toe te kennen dan het normbedrag, hetgeen ook de mogelijkheid biedt om een uurvergoeding te hanteren. Leden van commissies die voor een uurvergoeding dan wel een hoger normbedrag in aanmerking komen worden op lijst B vermeld.

  • 3.

    Dit lid is toegevoegd om in de Verordening een grondslag te bieden voor een vergoeding voor werkzaamheden van commissieleden zonder dat feitelijk een vergadering is bijgewoond. Deze omstandigheid doet zich voor bij het mee-adviseren door leden van de bezwaarschriftencommissie in geval van enkelvoudig horen. Deze commissieleden bestuderen het dossier, beraadslagen over het uit te brengen advies en beoordelen het conceptadvies. Een vergoeding tot maximaal het 1x het normbedrag wordt geacht in redelijke verhouding te staan tot de te verrichten werkzaamheden.

 

Artikel 3

Dit artikel behoeft geen toelichting

 

Artikel 4

De gelijktijdige inwerkingtreding houdt verband met de omstandigheid dat op de dag van inwerkingtreding tevens de Verordening adviescommissie omgevingskwaliteit inwerking treedt. Met die Verordening wordt de instelling van adviescommissie omgevingskwaliteit geregeld. Deze commissie wordt vereist op grond van de Omgevingswet. Door de gelijktijdige inwerkingtreding wordt voorzien in een juridische grondslag voor de vergoeding voor de leden van al de gemeentelijke adviescommissies waaronder deze adviescommissie .