Organisatie | Voorst |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022 |
Citeertitel | Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022 |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-03-2022 | nieuwe regeling | 07-03-2022 | 2021-69491 |
In deze verordening en daarop berustende bepalingen wordt verstaan dan wel mede verstaan:
gezelschapsdier: alle dieren die de mens in of rond het huis houdt en verzorgt om zichzelf te plezieren. Tot deze categorie behoren onder meer honden, katten, knaagdieren, kooi- en volièredieren, duiven en vissen. Konijnen, kippen, kalkoenen, kwartels, parelhoenders, eenden, ganzen en fazanten behoren eveneens tot deze categorie, indien er geen commerciële opbrengst aan verbonden is, zoals de productie van vlees, wol pels, eieren, pluimen of huiden. Onder de categorie gezelschapsdier worden geen hobby- en landbouwhuisdieren verstaan zoals runderen, paarden, schapen, (dwerg)geiten, hangbuikzwijnen, varkens en herten;
Het college van burgemeester en wethouders wijst één of meer verzamelplaatsen aan waar dode gezelschapsdieren in ontvangst worden genomen.
Het bepaalde in deze verordening is niet van toepassing indien:
de houder het dode gezelschapsdier uiterlijk op de eerste werkdag, die volgt op de dag waarop het dier dood is aangetroffen dit dier, in overleg met een dierenartsenpraktijk (al dan niet tegen betaling), naar de dierenartsenpraktijk vervoert en de dierenartsenpraktijk ervoor zorgt dat dit dier ter verwerking wordt aangeboden.
Artikel 5 Intrekking oude regeling
De Destructieverordening 1997, zoals vastgesteld op 28 april 1997, wordt ingetrokken.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Voorst in de (openbare) vergadering van 7 maart 2022.
de raad
Bernadette Jansen, griffier
Paula Jorritsma-Verkade, burgemeester
TOELICHTING OP DE VERORDENING DODE GEZELSCHAPSDIEREN GEMEENTE VOORST 2022
De destructie van dode dieren en dierlijk afval dient de hygiëne en voorkomt zoveel mogelijk dat de gezondheid van mensen in gevaar komt. Ook de verspreiding van besmettelijke dierziekten wordt hierdoor beperkt.
In het verleden regelde de Destructiewet, gecombineerd met de algemene plaatselijke verordening, de destructie van onder meer gezelschapsdieren. De Destructiewet is echter vervallen en vervangen door de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (Gwwd). Verder is hier per 1 januari 2013 de Wet dieren bijgekomen. De bepalingen die van belang zijn voor de destructie zijn opgenomen in de Wet dieren. Artikel 3.5 van de Wet dieren verplicht tot een gemeentelijke verordening, waarin regels zijn opgenomen over het afgeven, bewaren, ophalen en het overdragen van dode gezelschapsdieren aan de ondernemer (lees: eigenaar of exploitant van een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit erkend categorie 1-verwerkingsbedrijf of een categorie 2-verwerkingsbedrijf (artikel 3.3 Wet dieren) binnen wiens werkgebied het materiaal zich bevindt.
Werd in de Destructiewet uitsluitend gesproken over honden en katten, in de Wet dieren is sprake van gezelschapsdieren. Gezelschapsdieren zijn dieren die de mens in of rond het huis houdt en verzorgt om zichzelf te plezieren. Tot deze categorie behoren onder meer honden, katten, knaagdieren, kooi- en volièrevogels, duiven en vissen.
Gezelschapsdieren hoeven overigens op grond van de Wet dieren niet overgedragen te worden maar mogen ook begraven of gecremeerd worden. Bij gezelschapsdieren die de houder laat inslapen door tussenkomst van een dierenarts, zorgt de dierenarts dat dit dier ter verwerking wordt aangeboden.
Noch de Wet dieren, noch de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren bevat nadere bepalingen over de aangifte, bewaring, het ophalen en vervoer en de overdracht van dode gezelschapsdieren. Een gemeentelijke verordening is de plaats waar eenvoudige regels hierover moeten staan.
Het college dient één of meer verzamelplaatsen aan te wijzen.
Artikel 3 Aangeven, bewaren, ophalen en overdragen
Met de bepaling in artikel 3, tweede lid wordt bedoeld, dat dode gezelschapsdieren niet samen met ander materiaal dan van dierlijke herkomst mogen worden bewaard. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om halsbanden, touw en kleden.
Het is toegestaan dode gezelschapsdieren te begraven op het terrein van de houder. Ook als ze worden verast in een crematorium of bij een dierenarts inslapen, hoeven dode gezelschapsdieren door de houder niet te worden afgestaan aan een aangewezen verzamelplaats.
Artikelen 5 (Intrekking oude regeling), 6 (Inwerkingtreding) en 7 (Citeertitel)