Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Voorst

Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVoorst
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022
CiteertitelVerordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpVerordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 3.5 van de Wet dieren
  2. artikel 149 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-03-2022nieuwe regeling

07-03-2022

gmb-2022-134377

2021-69491

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022

De raad van de gemeente Voorst;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 december 2021, nummer 2021-69481;

gelet op artikel 3.5 van de Wet dieren en artikel 149 van de Gemeentewet;

B E S L U I T:

vast te stellen de Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022

Artikel 1 Begripsomschrijving

In deze verordening en daarop berustende bepalingen wordt verstaan dan wel mede verstaan:

  • a.

    wet: Wet dieren;

  • b.

    houder: eigenaar of houder van een dood gezelschapsdier;

  • c.

    gezelschapsdier: alle dieren die de mens in of rond het huis houdt en verzorgt om zichzelf te plezieren. Tot deze categorie behoren onder meer honden, katten, knaagdieren, kooi- en volièredieren, duiven en vissen. Konijnen, kippen, kalkoenen, kwartels, parelhoenders, eenden, ganzen en fazanten behoren eveneens tot deze categorie, indien er geen commerciële opbrengst aan verbonden is, zoals de productie van vlees, wol pels, eieren, pluimen of huiden. Onder de categorie gezelschapsdier worden geen hobby- en landbouwhuisdieren verstaan zoals runderen, paarden, schapen, (dwerg)geiten, hangbuikzwijnen, varkens en herten;

  • d.

    ondernemer: de eigenaar of exploitant van een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit erkend categorie 1-verwerkingsbedrijf of een categorie 2-verwerkingsbedrijf binnen wiens werkgebied het materiaal zich bevindt.

Artikel 2 Verzamelplaats

Het college van burgemeester en wethouders wijst één of meer verzamelplaatsen aan waar dode gezelschapsdieren in ontvangst worden genomen.

Artikel 3 Aangeven, bewaren, ophalen en overdragen

  • 1.

    De houder is verplicht uiterlijk op de eerste werkdag, die volgt op de dag waarop dode gezelschapsdieren zijn aangetroffen, deze dieren te vervoeren naar een aangewezen verzamelplaats, daar aan te geven en af te staan of deze dieren te brengen naar, aan te geven en af te staan aan de ondernemer.

  • 2.

    Tot het tijdstip van afgifte moet de houder het dode gezelschapsdier zodanig bewaren dat vermenging met ander materiaal wordt voorkomen.

Artikel 4 Uitzonderingen

Het bepaalde in deze verordening is niet van toepassing indien:

  • a.

    het dode gezelschapsdier wordt begraven op een dierenbegraafplaats;

  • b.

    het dode gezelschapsdier wordt begraven op het terrein dat ter beschikking staat van de houder/eigenaar mits het dier binnen 48 uur wordt begraven (minstens 75cm diep, niet verpakt in plastic of andere stoffen die schadelijk zijn voor de bodem);

  • c.

    het dode gezelschapsdier wordt gecremeerd door een dierencrematorium;

  • d.

    de houder het gezelschapsdier laat inslapen door tussenkomst van een dierenarts, die ervoor zorgt dat dit dier ter verwerking wordt aangeboden;

  • e.

    de houder het dode gezelschapsdier uiterlijk op de eerste werkdag, die volgt op de dag waarop het dier dood is aangetroffen dit dier, in overleg met een dierenartsenpraktijk (al dan niet tegen betaling), naar de dierenartsenpraktijk vervoert en de dierenartsenpraktijk ervoor zorgt dat dit dier ter verwerking wordt aangeboden.

Artikel 5 Intrekking oude regeling

De Destructieverordening 1997, zoals vastgesteld op 28 april 1997, wordt ingetrokken.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag volgend op die waarop de verordening is bekendgemaakt.

Artikel 7 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Verordening dode gezelschapsdieren gemeente Voorst 2022.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Voorst in de (openbare) vergadering van 7 maart 2022.

de raad

Bernadette Jansen, griffier

Paula Jorritsma-Verkade, burgemeester

TOELICHTING OP DE VERORDENING DODE GEZELSCHAPSDIEREN GEMEENTE VOORST 2022

Algemeen

De destructie van dode dieren en dierlijk afval dient de hygiëne en voorkomt zoveel mogelijk dat de gezondheid van mensen in gevaar komt. Ook de verspreiding van besmettelijke dierziekten wordt hierdoor beperkt.

In het verleden regelde de Destructiewet, gecombineerd met de algemene plaatselijke verordening, de destructie van onder meer gezelschapsdieren. De Destructiewet is echter vervallen en vervangen door de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (Gwwd). Verder is hier per 1 januari 2013 de Wet dieren bijgekomen. De bepalingen die van belang zijn voor de destructie zijn opgenomen in de Wet dieren. Artikel 3.5 van de Wet dieren verplicht tot een gemeentelijke verordening, waarin regels zijn opgenomen over het afgeven, bewaren, ophalen en het overdragen van dode gezelschapsdieren aan de ondernemer (lees: eigenaar of exploitant van een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit erkend categorie 1-verwerkingsbedrijf of een categorie 2-verwerkingsbedrijf (artikel 3.3 Wet dieren) binnen wiens werkgebied het materiaal zich bevindt.

Werd in de Destructiewet uitsluitend gesproken over honden en katten, in de Wet dieren is sprake van gezelschapsdieren. Gezelschapsdieren zijn dieren die de mens in of rond het huis houdt en verzorgt om zichzelf te plezieren. Tot deze categorie behoren onder meer honden, katten, knaagdieren, kooi- en volièrevogels, duiven en vissen.

Gezelschapsdieren hoeven overigens op grond van de Wet dieren niet overgedragen te worden maar mogen ook begraven of gecremeerd worden. Bij gezelschapsdieren die de houder laat inslapen door tussenkomst van een dierenarts, zorgt de dierenarts dat dit dier ter verwerking wordt aangeboden.

Artikel 2 Verzamelplaats

Noch de Wet dieren, noch de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren bevat nadere bepalingen over de aangifte, bewaring, het ophalen en vervoer en de overdracht van dode gezelschapsdieren. Een gemeentelijke verordening is de plaats waar eenvoudige regels hierover moeten staan.

Het college dient één of meer verzamelplaatsen aan te wijzen.

Artikel 3 Aangeven, bewaren, ophalen en overdragen

Met de bepaling in artikel 3, tweede lid wordt bedoeld, dat dode gezelschapsdieren niet samen met ander materiaal dan van dierlijke herkomst mogen worden bewaard. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om halsbanden, touw en kleden.

Artikel 4 Uitzonderingen

Het is toegestaan dode gezelschapsdieren te begraven op het terrein van de houder. Ook als ze worden verast in een crematorium of bij een dierenarts inslapen, hoeven dode gezelschapsdieren door de houder niet te worden afgestaan aan een aangewezen verzamelplaats.

Artikelen 5 (Intrekking oude regeling), 6 (Inwerkingtreding) en 7 (Citeertitel)

Deze artikelen spreken voor zich.