Mandaatbesluit Servicegemeente Dordrecht

Artikel 1 Definities

In dit besluit wordt verstaan onder:

• a.

  het college: het college van burgemeester en wethouders van Hendrik-Ido-Ambacht;

• b.

  de burgemeester: de burgemeester van Hendrik-Ido-Ambacht als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger van de gemeente in en buiten rechte, zoals bedoeld in artikel 171 Gemeentewet;

• c.

  de gemeente: de gemeente als publiekrechtelijk lichaam alsmede de gemeente als privaatrechtelijke rechtspersoon;

• d.

  de raad: de gemeenteraad van Hendrik-Ido-Ambacht;

• e.

  burgemeester en wethouders: burgemeester en wethouders van Dordrecht;

• f.

  mandaat: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester besluiten te nemen.

• g.

  Ondertekeningsmandaat: de bevoegdheid om door het college of de burgemeester genomen besluiten namens hem te ondertekenen en bekend te maken.

• h.

  volmacht: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

• i.

  machtiging: de bevoegdheid om namens het college of de burgemeester handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

Artikel 2 Mandaat

• 1.

  Aan burgemeester en wethouders wordt mandaat verleend ten aanzien van de in de bijlagen genoemde bevoegdheden.

• 2.

  Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om van de bevoegdheden die bij dit besluit aan hen zijn toegekend, ondermandaat te verlenen.

• 3.

  Plaatsvervangend leidinggevenden oefenen de bevoegdheden uit van de leidinggevende die zij bij diens afwezigheid vervangen.

• 4.

  Het Algemeen mandaatbesluit Dordrecht is de uitwerking van het ondermandaat als bedoeld in het tweede lid, tenzij voor een specifieke bevoegdheid een op zichzelf staand ondermandaatbesluit is vastgesteld.

Artikel 3 Algemene uitzonderingen van mandaat

• 1.

  Aan het college en de burgemeester blijft voorbehouden de bevoegdheid tot het nemen van beslissingen die zijn neergelegd in een document, gericht tot:

  • a.

    de Raad;

  • b.

    de Koning en andere leden van het Koninklijk Huis;

  • c.

    de raad van ministers van het Koninkrijk, de ministerraad of een daaruit gevormde onderraad of commissie, ministers en staatssecretarissen;

  • d.

    de voorzitter van de Eerste of Tweede Kamer der Staten-Generaal of van een uit die Kamer gevormde commissie;

  • e.

    de vice-president van de Raad van State;

  • f.

    de president van de Algemene Rekenkamer;

  • g.

    enig bestuursorgaan van een provincie voor zover geen sprake is van een aanvraag voor een subsidie, vergunning, ontheffing of vrijstelling ten behoeve van de gemeente;/

  • h.

    enig bestuursorgaan van een waterschap of een hoogheemraadschap;

  • i.

    de Nationale Ombudsman, voor zover het klachten tegen medewerkers van de gemeente zelf betreft.

• 2.

  Onverminderd het gestelde in het eerste lid is het mandaat niet van toepassing:

  • a.

    indien het een aangelegenheid betreft waarover door de raad in een eerder stadium vragen aan het college of de burgemeester zijn gesteld;

  • b.

    indien de verantwoordelijke portefeuillehouder namens het college beslist dat de aangelegenheid door het college moet worden afgedaan en indien de burgemeester beslist dat de aangelegenheid door hem moet worden afgedaan. De portefeuillehouder wordt tijdig geïnformeerd over gevoelige kwesties;

  • c.

    indien de aangelegenheid tot kritische berichtgeving in de media heeft geleid dan wel in verband met de aard van de aangelegenheid redelijkerwijs moet worden aangenomen dat dit zal gebeuren;

  • d.

    indien de aangelegenheid ingrijpende gevolgen kan hebben voor een groot aantal burgers, bedrijven, verenigingen of belangengroepen van (… mandaat gevende gemeente);

Artikel 4 Voorwaarden

Het college respectievelijk de burgemeester kan voorwaarden stellen met betrekking tot de verlening van het (onder)mandaat.

Artikel 5 Ondertekening

• 1.

  Dit besluit heeft betrekking op de volgende besluiten en documenten:

  • a.

    Publiekrechtelijke besluiten en documenten waarin deze worden vastgelegd;

  • b.

    Privaatrechtelijke rechtshandelingen en andere handelingen en documenten waarin deze worden vastgelegd;

  • c.

    Officiële standpunten van of namens het gemeentebestuur en documenten waarin deze worden vastgelegd.

• 2.

  Documenten, bedoeld in het eerste lid, worden opgemaakt op briefpapier en in de huisstijl van de gemeente en worden als volgt ondertekend:

  “Het college van <naam gemeente>”,

  namens deze,

  <functienaam ondertekenaar>,

   

   

  <naam ondertekenaar>”

• 3.

  Documenten, anders dan in het eerste lid bedoeld, zoals stukken ter voorbereiding van vergaderingen e.d., kunnen desgewenst door medewerkers worden ondertekend.

• 4.

  Ingeval van ondertekeningsmandaat, worden de documenten opgemaakt op briefpapier en in de huisstijl van de gemeente en als volgt ondertekend:

  “Overeenkomstig het door <naam bestuurorgaan, naam deelnemer en datum besluit> genomen besluit”,

  <functienaam ondertekenaar>

   

   

  <naam ondertekenaar>

Artikel 6 Volmacht en machtiging

Voor de toepassing van deze regeling en de daarop berustende bepalingen worden met mandaat gelijkgesteld de verlening van:

• a.

  Volmacht;

• b.

  Machtiging.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2022.

Artikel 8 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als "Mandaatbesluit Servicegemeente Dordrecht".