Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Maastricht

Verordening op het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaats, rouw- en gedenkpark Tongerseweg Maastricht 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMaastricht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaats, rouw- en gedenkpark Tongerseweg Maastricht 2022
CiteertitelVerordening op het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaats, rouw- en gedenkpark Tongerseweg Maastricht 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg Maastricht 2008.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging
  2. artikel 149 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-03-2022nieuwe regeling

22-02-2022

gmb-2022-126593

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaats, rouw- en gedenkpark Tongerseweg Maastricht 2022

De raad van de gemeente Maastricht:

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 18 januari , 2022.01067;

 

gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging (Wlb) en artikel 149 van de

Gemeentewet;

 

besluit vast te stellen de volgende verordening:

 

 

Verordening op het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaats, rouw- en gedenkpark Tongerseweg Maastricht 2022.

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a)

    Administrateur: de ambtenaar die belast is met de begraafplaatsadministratie.

  • b)

    Algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van overledene(n) (bij uitzondering beschikbaar).

  • c)

    Asbus/asbol: een bus of een bol ter berging van as van een overledene.

  • d)

    Begraafplaats: de gemeentelijke begraafplaats aan de Tongerseweg in Maastricht.

  • e)

    Bestuursorgaan: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht.

  • f)

    Beheerder: de gemeenteambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die hem vervangt.

  • g)

    Gebruiker: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een recht tot gebruik van een ruimte in een algemeen graf of een algemeen urnengraf is verleend, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden.

  • h)

    Graf: een zand/aardgraf of keldergraf.

  • i)

    Grafakte: de schriftelijke bevestiging waarin overeenkomstig de bepalingen van deze verordening door of namens het bestuursorgaan een uitsluitend grafrecht of het gebruik wordt verleend.

  • j)

    Grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere overledene(n) worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand.

  • k)

    Grafbedekking: gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf.

  • l)

    Grafrecht: het recht op het begraven en begraven houden in een particulier graf, particulier kindergraf, particuliere grafkelder of het recht tot het doen bijzetten en bijgezet houden in een particulier urnengraf of particuliere asbolplek dan wel het recht om as te verstrooien op een verstrooiingsplaats.

  • m)

    Herdenkingsboom: een boom geplant ter herinnering aan een overleden persoon.

  • n)

    Lijst cultuurhistorische en monumentale graven: de door het bestuursorgaan vastgestelde lijst van beschermde cultuurhistorische en monumentale graven en/of grafbedekkingen.

  • o)

    Onbepaalde tijd: uitgifte voor een termijn die voortduurt uiterlijk tot aan het tijdstip waarop het terrein met inachtneming van de wettelijke voorschriften aan zijn bestemming van begraafplaats zal zijn onttrokken.

  • p)

    Particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het doen begraven en begraven houden van overledene(n);

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • het doen verstrooien van as door het plaatsen van een bio-asbus.

  • q)

    Particuliere urnennis/asbol: een nis/plek waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • het daarin doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn, bevattende de as van overledenen;

    • het doen bijzetten en bijgezet houden van asbollen, bevattende de as van overledenen.

  • r)

    Particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om overledenen te gedenken.

  • s)

    Rechthebbende: de natuurlijke persoon of rechtspersoon, aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf, een particulier urnengraf, een particuliere urnennis, of het doen verstrooien van as op een verstrooiingsplaats, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden.

  • t)

    Ruimen: het leegmaken van een graf, meestal bij heruitgifte van een bestaand graf, waarbij de stoffelijke resten vaak zonder kist opnieuw op de begraafplaats onder in hetzelfde graf ter aarde of in een verzamelgraf worden besteld.

  • u)

    Samenvoegen: een vorm van ruimen in opdracht van de rechthebbende waarbij de stoffelijke resten apart in het graf verzameld worden en onder in hetzelfde graf (op laag drie) worden geborgen om opnieuw ruimte te maken voor het begraven van maximaal twee nieuwe overledenen. Dit wordt ook wel het schudden van een graf genoemd.

  • v)

    Urn: een voorwerp ter berging van een of meer asbussen.

  • w)

    Urnentuin: een gedeelte van de begraafplaats bestemd tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen in een particulier urnengraf.

  • x)

    Verlof tot begraven of cremeren: schriftelijke/digitale toestemming van de gemeentelijke ambtenaar Burgerlijke Stand na aangifte van overlijden voor het begraven van de vermelde overledene.

  • y)

    Verstrooiingsveld: een daartoe bestemde plaats op de gemeentelijke begraafplaats waarop as wordt verstrooid.

  • z)

    Cultuurhistorische waardenkaart(en): plattegrond en overzicht van cultuurhistorische waarden uit het rapport: Handboek voor beheer, gebruik en behoud cultuurhistorische analyse, waardenstelling en advies, Monumentenhuis Limburg, februari 2002. (ISBN 1566-2500).

  • aa)

    Cultuurhistorische waarden: bestaande en/of toegekende samenhangende waarden op het gebied van algemene historische waarden en/of de ensemblewaarden en/of de architectuurhistorische waarden en/of de bouwhistorische waarden en/of de waarden vanuit de gebruikshistorie en/of de waarden vanuit sociaal – maatschappelijk oogpunt, toegekend aan een zaak en/of object en/of gebied en/of een graf en/of een overledene.

Artikel 2 Begrippen particulier graf en algemeen graf

  • 1.

    Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voor zover van belang onder ‘particulier graf’ mede verstaan: particulier kindergraf, particuliere grafkelder, particulier Israëlitisch graf, particulier Islamitisch graf, particulier Armeens graf.

  • 2.

    Voor de toepassing van het bij of krachtens deze verordening bepaalde wordt, voor zover van belang onder 'algemeen graf' mede verstaan: algemeen urnengraf.

Artikel 3 Beheer

Het beheer van de begraafplaats wordt gevoerd onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan. Onder toezicht van het bestuursorgaan worden één of meer daartoe aangewezen personen belast met:

  • a.

    de aanwezige administratie van de begraafplaats;

  • b.

    de dagelijkse leiding van de begraafplaats;

  • c.

    het onderhoud van de begraafplaats;

  • d.

    het doen delven of openen en sluiten van graven.

Artikel 4 Bestemming

  • 1.

    De onder artikel 1, lid a, genoemde begraafplaats is bestemd voor:

    • het begraven en begraven houden van overledenen;

    • het plaatsen en geplaatst houden, bijzetten en bijgezet houden van asbussen en asbollen;

    • het verstrooien van as van personen;

    • het planten van herdenkingsbomen;

    • het houden van maximaal 5 activiteiten / evenementen die een relatie hebben met de bestemming van de begraafplaats, rouw en gedenkpark.

  • 2.

    Het bestuursorgaan kan nadere regels stellen omtrent de bestemming van de begraafplaats, waarbij de regels kunnen verschillen voor de te onderscheiden vakken en rijen.

HOOFDSTUK 2 OPENSTELLING, ORDE EN RUST OP DE BEGRAAFPLAATS

Artikel 5 Openstelling begraafplaats

  • 1.

    De begraafplaats is voor eenieder dagelijks toegankelijk op de bepaalde openingstijden. Deze openingstijden worden door het college openbaar bekend gemaakt.

  • 2.

    De openingstijden zijn, behoudens door het bestuursorgaan te verlenen ontheffing:

    • Op alle dagen van de week als volgt:

      • o

        Periode 1 april t/m 31 oktober: van 08:00 – 20:00 uur;

      • o

        Periode 1 november t/m 31 maart: van 08:00 – 16:30 uur.

  • 3.

    Ter handhaving van de orde, rust of veiligheid op de begraafplaats kunnen de toegangen tijdelijk worden gesloten.

  • 4.

    Het is verboden gedurende de tijd dat de begraafplaats niet voor het publiek is geopend, zich daarop te bevinden, anders dan voor het bijwonen van een begrafenis of de bezorging van as of behoudens door het college te verlenen ontheffing.

Artikel 6 Ordemaatregelen

  • 1.

    Bezoekers, personeel van uitvaartondernemingen en personen die werkzaamheden op de begraafplaats hebben te verrichten, zijn verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

  • 2.

    Degenen die zich niet aan de in het eerste lid bedoelde aanwijzingen houden, moeten zich op eerste aanzegging van de beheerder van de begraafplaats verwijderen.

  • 3.

    Het is steenhouwers, hoveniers en daarmee gelijk te stellen personen verboden, anders dan met toestemming van of namens het bestuursorgaan, werkzaamheden voor derden aan grafbedekkingen op de begraafplaats te verrichten. Deze toestemming kan mondeling worden gegeven.

  • 4.

    Op de donderdag en vrijdag voor de gemeentelijke dodenherdenking en in de week voor Allerheiligen en Allerzielen (1 en 2 november) is het niet toegestaan dat steenhouwers werkzaamheden op de begraafplaatsen verrichten.

  • 5.

    Tijdens begravings-, bijzettings- en verstrooiingsplechtigheden dienen bezoekers en/of aannemers in de nabijheid van de afscheidslocatie uit piëteit stilte in acht te nemen.

  • 6.

    Ter handhaving van de orde op de begraafplaats kan bezoekers de toegang tot de begraafplaats worden ontzegd.

  • 7.

    Het is toegestaan huisdieren mee te nemen mits aangelijnd en onder appel. Het urineren tegen een grafsteen is niet toegestaan. Ontlasting dient ter stond opgeruimd te worden. De eigenaar dient altijd een dogbag/poepzakje bij zich te hebben.

Artikel 7 Niet toegestane activiteiten

Het is niet toegestaan op de begraafplaats:

  • a.

    te colporteren of goederen voor verkoop aan te bieden;

  • b.

    op enige wijze reclame te maken voor handel of bedrijf;

  • c.

    op de graven te lopen of de begraafplaats te verontreinigen;

  • d.

    dieren te begraven;

  • e.

    zich toegang tot de begraafplaats te verschaffen anders dan via de daarvoor bestemde ingangen;

  • f.

    met motorrijtuigen op de begraafplaats te rijden:

    • -

      elders dan op de hoofdpaden; motorrijtuigen zijn buiten de hoofdpaden alleen toegestaan voor begrafenissen of vervoer van materialen;

    • -

      sneller dan 10 km per uur.

  • g.

    fietsend of met (snor)brommer te rijden, personeel van de begraafplaats uitgezonderd; deze bepaling is niet van toepassing op voetgangers en fietsers/(snor)brommers die gedurende de openingstijden gebruik maken van de Trichterbaan.

Artikel 8 Plechtigheden

  • 1.

    Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats dienen vijf dagen van tevoren schriftelijk worden gemeld aan de beheerder onder opgave van datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop de plechtigheid zal plaatsvinden. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.

  • 2.

    Deelnemers aan de plechtigheid, bedoeld in het eerste lid dienen zich in het belang van de orde, rust en netheid houden aan de aanwijzingen van de beheerder.

Artikel 9 Opgravingen en ruimen

Bij het opgravingen en ruimen van graven zijn geen andere personen aanwezig dan degenen die door de beheerder met deze werkzaamheden zijn belast. Bij uitzondering kan de rechthebbende of een vertegenwoordiger bij een opgraving van een overledene na gemotiveerd verzoek aan de beheerder eveneens aanwezig zijn. Hij en/of zij dient de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.

HOOFDSTUK 3 VOORSCHRIFTEN VOOR LIJKBEZORGING

Artikel 10. Kennisgeving begraven en asbezorging

  • 1.

    De rechthebbende, gebruiker of namens deze de uitvaartondernemer die wil doen begraven, een asbus wil doen bijzetten, de as wil verstrooien of een asbol in het herdenkingsmonument Memorial Cube wil bijzetten, geeft daarvan uiterlijk 24 uur voorafgaande aan de dag waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, vóór 12.00 uur schriftelijk kennis aan de administrateur/beheerder. Zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag.

  • 2.

    Deze kennisgeving dient bij voorkeur digitaal via de website www.begraafplaatstongerseweg.nl/inlog, inloggen begrafenisondernemer, te geschieden.

  • 3.

    Indien het bestuursorgaan verlof heeft verleend om het stoffelijk overschot binnen 36 uur na het overlijden te begraven, moet de kennisgeving zo tijdig mogelijk aan de beheerder worden gedaan.

  • 4.

    Bij de in het eerste en tweede lid van dit artikel bedoelde kennisgeving dient het verlof tot begraving of de bezorging van as dan wel een ander wettelijk daarmee gelijkgesteld document te worden overgelegd.

Artikel 11 Openen en sluiten van het graf

  • 1.

    Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen, mag uitsluitend geschieden door of in opdracht van de beheerder van de begraafplaats.

  • De voorwaarden waaraan het openen en sluiten van een graf moet voldoen staan omschreven in onderdeel 4; nadere regels delven van graven.

  • 2.

    De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.

Artikel 12 Te overleggen documenten

  • 1.

    Begraving en/of asbezorging mag slechts geschieden indien van tevoren het verlof tot begraven of de bezorging van as is overgelegd aan de beheerder. Een verlof tot begraven wordt afgegeven door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente (document art. 8 Wlb.)

  • 2.

    Indien de begraving of de bezorging van as in een bestaand particulier graf zal plaatsvinden, dient een machtiging daartoe aan de beheerder te worden overgelegd. De machtiging moet zijn ondertekend door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door degene die in de uitvaart voorziet.

  • 3.

    Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum-grafrusttermijn van 10 jaar afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanige periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum-grafrusttermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende.

  • 4.

    de in het vorige lid bedoelde periode van verlenging wordt naar boven toe afgerond op gehele jaren.

  • 5.

    De beheerder onderzoekt of de overlegde stukken toereikend zijn.

Artikel 13 Tijden van begraven en asbezorging

  • 1.

    De tijd van het begraven van stoffelijke resten is:

    • Op werkdagen van 9:00 – 16:00 uur.

    • Op zaterdagen van 9:00 – 15:00 uur.

  • De tijd van het bezorgen van de as is:

    • Op werkdagen van 9:00 – 16:00 uur.

    • Op zaterdagen van 9.00 – 15.00 uur.

  • 2.

    Op zondagen en algemeen erkende feest- en gedenkdagen vinden geen begravingen, bijzettingen of bezorgingen van as plaats.

  • 3.

    Het tijdstip van begraven of bijzetten van stoffelijke resten en het bezorgen van de as wordt telkens en voor elk geval afzonderlijk door de beheerder, in overleg met de betrokken nabestaande(n), vastgesteld.

  • 4.

    Op hetzelfde tijdstip mag op de begraafplaats niet meer dan één begraving of asbezorging plaatsvinden.

  • 5.

    Het bestuursorgaan kan in bijzondere gevallen van de dagen en tijden en tijdstippen, genoemd in lid 1, 2 en 4 van dit artikel afwijken.

  • 6.

    Een standaardafwijking van lid 2 betreft een begraving op de zondag van een burger met een Joodse/Israëlitische geloofsovertuiging, gestorven op de zaterdag voor 12.00 uur voorafgaande aan de betreffende zondag.

Artikel 14 Begraving

  • 1.

    De aanwijzing van de plaats van het graf geschiedt met inachtneming van het bepaalde in artikel 12 door de beheerder in samenspraak met de nabestaanden.

  • 2.

    Tot de begraving of bijzetting wordt niet overgegaan dan nadat bij begraving van een stoffelijk overschot het personeel van de begraafplaats de identiteit van het stoffelijk overschot heeft vastgesteld door vergelijking van het op de kist of een ander lijkomhulsel vermelde registratienummer met dat op een bijgevoegd document dat tevens de namen, overlijdens- en geboortedatum van de overledene dan wel de geslachtsnaam van de levenloos geborene bevat.

  • 3.

    De uitvaartondernemer is verantwoordelijk voor het correct laten verlopen van de begrafenisceremonie en het dalen van de kist tot op de bodem van het graf. Hij volgt hierbij de aanwijzingen van de beheerder van de begraafplaats op. De inzet van professionele dragers is een voorwaarde. Het verrichten van deze handelingen door vertegenwoordigers van geloofsgemeenschappen of nabestaanden zelf gebeurt onder verantwoording van de uitvaartondernemer. Ook dan dienen de aanwijzingen van de beheerder opgevolgd te worden.

Artikel 15. Eisen lijkkisten en/of omhulsels

  • 1.

    Een overledene mag uitsluitend worden begraven in een kist of ander omhulsel, eventueel met gebruikmaking van een lijkhoes/lijkwade, die voldoen aan de eisen genoemd in het besluit op de lijkbezorging 2013 te weten:

    • Een kist, de bekleding hiervan of ander omhulsel wordt slechts voor begraving gebruikt indien deze is vervaardigd met toepassing van biologisch afbreekbare materialen die het doel van begraving niet belemmeren.

    • Conform de Wlb dient bij een begraving de omstandigheden gecreëerd te worden waarbij een stoffelijk overschot in 10 jaar volledig verteert. Een kist of ander omhulsel dient dit proces niet te belemmeren.

    • Het eerste lid is niet van toepassing ten aanzien van materialen die worden gebruikt voor handvatten en ornamenten voor zover die van buitenaf verwijderd kunnen worden en verbindingselementen als lijm, spijkers, schroeven, nieten of klemmen.

  • 2.

    Op het gedeelte van de begraafplaats met de bestemming natuurlijk begraven, de grafvakken AD t/m AR, uitgezonderd de grafrijen aan de buitenranden (zie bijlage A.), mogen bij nieuwe begravingen niet zijnde bijzettingen, alleen kisten en binnenbekleding, omhulsels en lijkwaden gebruikt worden van 100% verteerbaar en natuurlijk, niet behandeld hout en/of stoffen. Deze bepaling is ook van toepassing op de handvaten, ornamenten en verbindingselementen.

HOOFDSTUK 4. INDELING EN ADMINISTRATIE VAN DE BEGRAAFPLAATS

Artikel 16. Verantwoording

  • a.

    Het bestuursorgaan draagt er zorg voor dat er van de begraafplaats een gewaarmerkte plattegrondtekening wordt aangehouden waarop de indeling en de grafnummering van de begraafplaats is aangegeven.

Artikel 17. Soorten graven

  • 1.

    Op de begraafplaats kunnen worden uitgegeven:

    • a.

      particuliere graven;

    • b.

      particuliere urnengraven;

    • c.

      particuliere asbollen;

    • d.

      algemene graven (alleen indien op kosten van de gemeente begraven wordt).

  • 2.

    Asverstrooiing vindt plaats op:

    • de daartoe aangewezen verstrooiingsvelden, vak L.+ VV;

    • bij een herdenkingsboom.

Artikel 18 Uitgifte en indeling graven

  • 1.

    Een particulier graf wordt voor de A of B- locaties binnen de bestaande vakken in overleg met de beheerder uitgezocht, met in acht neming van het gestelde in de legenda van de bij deze verordening behorende cultuurhistorische waarden- en advieskaart, zie bijlage C.

  • 2.

    Een particulier urnengraf wordt uitgegeven binnen de bestaande vakken M, K, KK, JJ, HH en AW, in overleg met de beheerder uit te zoeken.

  • 3.

    Een algemeen urnengraf wordt uitgegeven binnen het bestaande vak H, een zogenaamd “wiebertjes” graf.

  • 4.

    Een particuliere asbol wordt uitgegeven in het herdenkingsmonument voor asbestemmingen: de Memorial Cube. Locatie en QR-code worden bepaald door de beheerder.

  • 5.

    Het bestuursorgaan behoudt zich het recht voor een particulier graf toe te wijzen anders dan voor directe begraving en aansluitend op de reeds uitgegeven graven, indien dit gezien de situatie op de begraafplaats niet bezwaarlijk is en met in acht neming van het gestelde in de legenda van de bij deze verordening behorende cultuurhistorische waardenkaart.

  • 6.

    Het bestuursorgaan behoudt zich het recht voor om bij nader vast te stellen regels de indeling van de begraafplaats, de bestemming van de grafvelden en het onderscheid in graven vast te stellen en te wijzigen.

Artikel 19 Categorieën

De begraafplaats is verdeeld in vakken die worden aangeduid door (een) letter(s).

De vakken zijn verdeeld in (graf)ruimten aangeduid met een nummer (zie bijlage A.).

  • 1.

    Particuliere graven worden onderverdeeld in 3 locaties:

    • Locatie A is gelegen langs de hoofdpaden;

    • Locatie B is gelegen langs de zijpaden;

    • Locatie C is gelegen in het vak (alleen nog beschikbaar voor bijzettingen).

  • 2.

    Particuliere graven worden uitgegeven in twee gebieden:

    • Traditioneel begraven: aardgraven met de mogelijkheid tot het plaatsen van een grafbedekking/grafsteen: alle grafvakken gelegen ten oosten/zuiden van het hoofdpad ingang Javastraat – zendtoren Neptunushof; de grafvakken A t/m Z, AA t/m MM en AC, AB, AN, AO, AT, AU, AV en ZZ (Isla);

    • Natuurlijk begraven: aardgraven met een natuurlijke gras/kruiden grafbedekking waarbij het niet toegestaan is een grafsteen te plaatsen: alle grafvakken ten noord/westen van het hoofdpad ingang Javastraat -zendtoren Neptunushof; de grafvakken AD t/m AM, AP, AQ, AR.

  • 3.

    Particuliere urnengraven worden onderverdeeld in 2 locaties:

    • de urnenvelden in het monumentale gedeelte: de vakken K en M ,

    • Overig gedeelte: verspreid in rijen op diverse grafvakken KK, JJ, HH en AW,

  • 4.

    Particuliere asbollen worden geplaatst in het vak MC (Memorial Cube).

  • 5.

    Asverstrooiingen worden gedaan in vak L en vak VV (Verstrooiingsveld).

  • 6.

    Herdenkingsbomen worden geplant in het vak HB, Herdenkingsbos.

Het bestuursorgaan kan bij uitzondering afwijken van het bepaalde in lid 1, 2 en 5.

Artikel 20 Herdenkingsbos

  • 1.

    Het herdenkingsbos is bedoeld voor het planten van herdenkingsbomen (vak HB).

  • 2.

    Herdenkingsbomen kunnen alleen geplant worden in het plantseizoen, dus in de periode oktober tot maart.

  • 3.

    Het bestuursorgaan kan nadere regels stellen m.b.t. het planten van herdenkingsbomen in het herdenkingsbos (zie onderdeel 5, “Nadere regels herdenkingsbos”).

Artikel 21 Aantal overledenen en asbussen

  • 1.

    In een particulier graf kunnen:

    • -

      maximaal 3 overledenen worden begraven;

    • -

      maximaal 3 overledenen worden begraven en maximaal 3 asbussen met of zonder urnen worden bijgezet.

  • 2.

    In een particulier kindergraf kan:

    • -

      maximaal 1 overledene worden begraven;

    • -

      maximaal 1 overledene worden begraven of maximaal 1 asbus met of zonder urnen worden bijgezet.

  • 3.

    In een particuliere grafkelder kunnen afhankelijk van het type grafkelder:

    • -

      maximaal 2 tot 6 overledenen worden begraven (afhankelijk van het aantal aanwezige nissen);

    • -

      maximaal 3 asbussen per vrije nis geplaatst worden.

  • 4.

    In een particulier Israëlitisch graf kan maximaal 1 overledene worden begraven.

  • 5.

    In een algemeen graf kunnen maximaal 3 overledenen worden begraven.

  • 6.

    In een particulier urnengraf kunnen maximaal 3 asbussen met of zonder urnen worden bijgezet.

  • 7.

    In een particuliere urnennis kunnen maximaal 2 asbussen met of zonder urnen worden bijgezet.

  • 8.

    In een asbol/asbus in het herdenkingsmonument voor asbestemmingen, de Memorial Cube, kan de as van 1 overledene bijgezet worden.

Artikel 22 Termijn particuliere graven

  • 1.

    Het bestuursorgaan verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats zulks toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor een bepaalde tijd zijnde een eerste periode van 20 jaar voor A en B-locaties of voor onbepaalde tijd voor A-locaties, het recht op een particulier graf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het particulier graf is uitgegeven.

  • 2.

    Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde recht voor bepaalde tijd wordt op aanvraag van de rechthebbende verlengd met telkens een termijn van 5 of 10 jaar, mits de aanvraag voor het verstrijken van de lopende termijn wordt ingediend.

  • 3.

    Bij de uitgifte van een grafrecht voor onbepaalde tijd dient per periode van 20 jaar een verplicht aanvullend onderhoudsrecht betaald te worden als bijdrage aan het algemeen onderhoud van de begraafplaats.

  • 4.
    • a.

      Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijk minimum-grafrusttermijn van 10 jaar afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanig periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimumgrafrusttermijn.

    • b.

      De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door één van de in artikel 27, lid 1, bedoelde personen.

    • c.

      De onder lid 4a, van dit artikel, bedoelde periode van verlenging wordt naar boven toe afgerond op hele jaren en dient minimaal 20 jaar te zijn.

    • d.

      Het bestuursorgaan heeft de mogelijkheid om bij de derde verlenging of een latere verlenging van het grafrecht het graf te verplaatsen naar een andere locatie op de begraafplaats.

  • 5.

    Het in lid 1 van dit artikel bedoelde uitsluitend recht wordt door het bestuursorgaan schriftelijk bevestigd door middel van een grafakte. Rechthebbenden kunnen, tegen betaling van de daarvoor verschuldigde kosten, een duplicaatakte/vergunning verkrijgen.

Artikel 23 Termijnen Israëlitische graven

  • 1.

    Israëlitische graven worden uitgegeven voor onbepaalde tijd. Een stoffelijk overschot mag niet worden geruimd, dan alleen op schriftelijk verzoek en kosten van de rechthebbende.

  • 2.

    Het in lid 1 van dit artikel bedoelde uitsluitend recht wordt door het bestuursorgaan schriftelijk bevestigd door middel van een grafakte/vergunning. Rechthebbenden kunnen, tegen betaling van de daarvoor verschuldigde kosten, een duplicaatakte/vergunning verkrijgen.

  • 3.

    Bij de uitgifte van een grafrecht voor onbepaalde tijd dient per periode van 20 jaar een verplicht aanvullend onderhoudsrecht betaald te worden als bijdrage aan het algemeen onderhoud van de begraafplaats.

Artikel 24 Termijnen Islamitische graven

  • 1.

    Islamitische graven worden uitgegeven als particulier graf voor bepaalde en onbepaalde tijd. Een stoffelijk overschot mag niet worden geruimd, dan alleen op schriftelijk verzoek en kosten van de rechthebbende.

  • 2.

    Islamitische graven voor bepaalde tijd worden voor een eerste periode van 20 jaar als recht op een particulier graf, B-locatie, uitgegeven. De termijn begint te lopen op de datum waarop het particulier graf is uitgegeven.

  • 3.

    Islamitische graven voor onbepaalde tijd worden als een particulier graf, B-locatie, uitgegeven.

  • 4.

    Bij de uitgifte van een grafrecht voor onbepaalde tijd dient per periode van 20 jaar een verplicht aanvullend onderhoudsrecht betaald te worden als bijdrage aan het algemeen onderhoud van de begraafplaats.

  • 5.

    Het in lid 1 van dit artikel bedoelde uitsluitend recht wordt door het bestuursorgaan schriftelijk bevestigd door middel van een grafakte/vergunning. Rechthebbenden kunnen, tegen betaling van de daarvoor verschuldigde kosten, een duplicaatakte/vergunning verkrijgen.

Artikel 25 Termijnen algemene graven (beschikbaar in uitzonderingsgevallen)

  • 1.

    Algemene graven worden uitgegeven voor een termijn van 10 jaar. Deze termijn kan niet worden verlengd. De stoffelijk resten kunnen echter na afloop van de termijn, op schriftelijk verzoek en kosten van de gebruiker, in een nieuw particulier graf volgens de bepalingen van deze verordening worden herbegraven of elders worden gecremeerd.

  • 2.

    Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde gebruik wordt door het bestuursorgaan bevestigd door middel van een schriftelijke bevestiging.

Artikel 26 Grafkelders

  • 1.

    Het bestuursorgaan kan aan de rechthebbende op een particulier graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder op het gedeelte van de begraafplaats dat door het bestuursorgaan daartoe is bestemd.

  • 2.

    Het bestuursorgaan stelt nadere regels voor de afmetingen van de ruimte welke voor het stichten van een grafkelder beschikbaar wordt gesteld.

  • 3.

    Het stichten van een grafkelder geschiedt door de zorg van de aanvrager na verkregen vergunning van het bestuursorgaan.

  • 4.

    Degene, die in een grafkelder wil doen begraven, is verplicht op zijn kosten deze kelder voor de begrafenis te laten openen en na het begraven terstond te laten sluiten.

  • 5.

    Het openen van een grafkelder met een ontsluiting van bovenaf, anders dan tot het daarin opnemen van overledenen en in dat geval eerder dan twee uren tevoren, is verboden, tenzij de beheerder van de begraafplaats hiervoor toestemming heeft verleend. Dit is niet van toepassing op de grafkelders met een ontsluiting per nis.

  • 6.

    Indien de rechthebbende zijn verplichtingen ten aanzien van het sluiten niet nakomt, geschiedt sluiting op zijn kosten van gemeentewege.

Artikel 27 Termijnen particuliere urnengraven, urnennissen en asbollen/asbussen herdenkingsmonument voor asbestemmingen: de Memorial Cube.

  • 1.

    Het bestuursorgaan verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats zulks toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor een eerste periode van 10 of 20 jaar het recht op een particulier urnengraf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het particulier graf is uitgegeven.

  • 2.

    Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde recht wordt op aanvraag van de rechthebbende verlengd met telkens een termijn van 5 of 10 jaar, mits de aanvraag voor het verstrijken van de lopende termijn wordt ingediend.

  • 3.

    Een uitsluitend recht op een particulier urnengraf geeft de rechthebbende zeggenschap over wie in dat graf wordt bijgezet, onder de voorwaarden en de beperkingen van deze verordening.

  • 4.

    Een recht als bedoeld in lid 1 van dit artikel, kan slechts aan één rechthebbende worden verleend ten behoeve van zichzelf en voor de personen genoemd in artikel 28, lid 1.

  • 5.

    Het in lid 1 van dit artikel bedoelde uitsluitend recht wordt door het bestuursorgaan schriftelijk bevestigd door middel van een urnen-grafakte. Rechthebbenden kunnen, tegen betaling van de daarvoor verschuldigde kosten, een duplicaatakte verkrijgen.

  • 6.

    Het bestuursorgaan verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte in het herdenkingsmonument voor asbestemmingen, de Memorial Cube, zulks toelaat, voor een eerste periode van 10 of 20 jaar het recht op een asbol/asbusplek. De termijn begint te lopen op de datum waarop het asbol/asbusplek is uitgegeven. Ieder asbol/asbus wordt voorzien van een chip en/of QR-code met een uniek registratienummer.

Artikel 28 Overschrijving van verleende rechten

  • 1.

    Een grafrecht van een particulier graf, particulier urnengraf/nis of particuliere asbol/asbus kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven op naam van een ander natuurlijk persoon of rechtspersoon. De rechthebbende en de betrokken rechtsopvolger overleggen een getekend bewijs van overdracht. Deze rechtsopvolger is de echtgenoot of geregistreerde partner of andere levenspartner, dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan vorengenoemde personen is mogelijk indien daarvoor gewichtige redenen bestaan.

  • 2.

    Overschrijven van grafrechten naar een niet-natuurlijk rechtspersoon zoals een stichting is mogelijk als deze stichting schriftelijk verklaart de verantwoordelijkheden en verplichtingen voor de instandhouding van het graf integraal over te nemen.

  • 3.

    Na het overlijden van de rechthebbende kan het grafrecht van een particulier graf, particulier urnengraf/nis, particulier asbol/asbus worden overgeschreven op naam van de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levenspartner dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen 12 maanden na het overlijden van de rechthebbende. Indien de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan.

  • 4.

    Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijving niet wordt gedaan binnen de in het tweede lid van dit artikel gestelde termijn, is het bestuursorgaan bevoegd het grafrecht vervallen te verklaren.

  • 5.

    Na het verstrijken van de in het vorige lid genoemde termijn kan het bestuursorgaan het grafrecht alsnog op naam stellen van een nieuwe rechthebbende, tenzij dit recht betrekking heeft op een eigen graf dat inmiddels is geruimd.

  • 6.

    Over elke overdracht of overboeking zijn de daarvoor vastgestelde kosten verschuldigd.

Artikel 29 Afstand doen graf

Zonder aanspraak te kunnen maken op restitutie van reeds betaalden rechten kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het grafrecht op het particulier graf, particulier Israëlitisch graf, particulier islamitisch graf, of een particulier urnengraf/nis/asbol. Van de ontvangst van zodanige verklaring doet het bestuursorgaan schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.

Artikel 30 Vervallen grafrechten

  • 1.

    De grafrechten vervallen:

    • a.

      door het verlopen van de termijn waarvoor het recht is verleend;

    • b.

      indien de rechthebbende schriftelijk afstand doet van het recht;

    • c.

      indien de begraafplaats wordt opgeheven.

  • 2.

    Het bestuursorgaan kan de grafrechten vervallen verklaren:

    • a.

      indien de betaling van het verplicht aanvullend periodiek onderhoudsrecht ten behoeve van gevestigd grafrecht voor onbepaalde tijd of een verlenging van het grafrecht voor bepaalde tijd -ondanks een aanmaning- niet binnen zes maanden na aanvang van die termijn is geschied;

    • b.

      indien de rechthebbende of de gebruiker -ondanks een aanmaning- in verzuim blijft een op grond van deze verordening op hem rustende verplichting na te komen of daarmee in strijd handelt;

    • c.

      indien de rechthebbende van een particulier graf is overleden en het recht niet binnen de in artikel 26, lid 2, gestelde termijn is overgeschreven.

  • 3.

    In de gevallen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen b en c en in het tweede lid vindt geen terugbetaling plaats van (een deel van) de betaalde rechten.

  • 4.

    Het eventueel op het graf aanwezige gedenkteken en/ of beplanting kan gedurende één maand voor het vervallen van een grafrecht door de rechthebbende of gebruiker van het graf worden verwijderd. Na het vervallen van het grafrecht kunnen zij geen aanspraken op deze voorwerpen doen gelden. Het op het graf aanwezige gedenkteken en de beplanting zal na het vervallen van het grafrecht door of namens het bestuursorgaan worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gedaan op schadevergoeding. Indien de gemeente de aanwezige grafsteen moet verwijderen zullen hiervoor de vastgestelde kosten in rekening gebracht worden.

HOOFDSTUK 5 TARIEVEN

Artikel 31 Tarievenlijst en termijnen

  • 1.

    De toegepaste tarieven worden vastgesteld door de gemeenteraad en openbaar gemaakt in de tarievenlijst behorende bij de meest actuele “Verordening op de heffing en invordering van rechten voor het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats, rouw- en gedenkpark Tongerseweg". Deze verordening is onderdeel van de jaarlijks vast te stellen Belastingmaatregel van de gemeente Maastricht.

  • 2.

    Daarbij wordt tevens aangegeven, wanneer of binnen welke termijn de betreffende kosten voldaan moeten zijn.

HOOFDSTUK 6 GRAFBEDEKKINGEN (gedenktekens en grafbeplantingen)

Artikel 32 Vergunning grafbedekking

  • 1.

    Het (doen) plaatsen, aanbrengen, herstellen, vernieuwen of verwijderen van de grafbedekking geschiedt voor rekening en risico van de rechthebbende of gebruiker.

  • 2.

    Het verplicht verwijderen van de grafbedekking niet zijnde een monumentale grafbedekking bij beëindiging van het grafrecht is eveneens voor rekening en risico van de rechthebbende of de gebruiker.

  • 3.

    Het aanbrengen van een grafbedekking is niet verplicht, het verzorgen en onderhouden van het graf (inclusief grafbedekking) wel.

  • 4.

    Voor het (doen) plaatsen, aanbrengen, herstellen, vernieuwen, aanpassen of verwijderen van een grafbedekking is een schriftelijke vergunning nodig van het bestuursorgaan.

  • 5.

    Voor het aanpassen en/of renoveren of verwijderen van een in bruikleen verkregen monumentale grafsteen is eveneens een schriftelijke vergunning vereist.

  • 6.

    De rechthebbende van een particulier graf of een derde namens hem vraagt de vergunning voor het hebben van een grafbedekking aan. Voor het verkrijgen van een vergunning zijn kosten verschuldigd.

  • 7.

    Omtrent de wijze van aanvraag van de vergunning, de aard en de afmetingen van de grafbedekkingen, alsmede het aanbrengen of onderhoud van beplantingen kan het bestuursorgaan nadere regels vaststellen (zie “Nadere regels grafbedekkingen”, onderdeel 3).

  • 8.

    Voor de grafvakken AD t/m AR waarin “natuurlijk begraven” van toepassing is mag alleen een onbewerkte houten boomschijf met tekst op het graf aangebracht worden (een melding is voldoende).

  • 9.

    Het bestuursorgaan kan de in de voorgaande leden van dit artikel bedoelde vergunning (zie met name de leden 4 en 5) weigeren indien:

    • a.

      niet voldaan is aan de door haar vastgestelde nadere regels conform het uitvoeringsbesluit (hiervoor genoemd in artikel 32 lid 7);

    • b.

      de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;

    • c.

      de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;

    • d.

      de constructie van de grafbedekking ondeugdelijk is;

    • e.

      de grafbedekking de bestaande cultuurhistorische waarden aantast;

    • f.

      de gemeentelijke deskundige Monumentenzorg en Cultureel Erfgoed negatief adviseert op basis van redelijke eisen van Welstand (zie ook artikel 45).

  • 10.

    Het bestuursorgaan kan gemotiveerd afwijken verlenen van de door hen vastgestelde nadere regels.

Artikel 33 In gebruik neming bestaande monumentale grafbedekking (tekens)

Nabestaanden/rechthebbende kunnen een graflocatie in het monumentale gedeelte kiezen met gebruik van een bestaande waardevolle, monumentale grafsteen.

Aan dit gebruik zijn voorwaarden verbonden verwoord in het onderdeel 3; “Nadere regels grafbedekkingen”. Deze voorwaarden zijn gebaseerd op de rapportage cultuurhistorisch analyse, waardenstelling en advies van het Monumentenhuis Limburg. Deze rapportage ligt ter inzage op het kantoor van de begraafplaats of is op te vragen op de website www.begraafplaatstongerseweg.nl/bedrijfsvoering/downloads.

Het in gebruik gegeven grafbedekking/teken blijft gedurende de grafrechttermijn eigendom van de gemeente.

De aanpassingen, restauratie overige veranderingen aan de oorspronkelijke grafsteen dienen conform de verplichte vergunningsaanvraag ter goedkeuring aan het bestuursorgaan te worden voorgelegd.

Artikel 34 Onderhoud gemeente

Het bestuursorgaan voorziet in het algemeen onderhoud van de begraafplaats met uitzondering van de grafoppervlakken.

Artikel 35 Onderhoud rechthebbende/gebruiker

  • 1.

    Dit artikel is van toepassing voor zover dit onderhoud niet bij de houder van de begraafplaats berust.

  • 2.

    De rechthebbende of de gebruiker is verplicht de grafbedekking op het graf behoorlijk te onderhouden of te herstellen. Hiertoe behoort ook het onderhoud van de letters en andere figuren op het gedenkteken, indien nodig het opnieuw stellen van het gedenkteken en de zorg voor de grafbeplanting. Het afval dat vrijkomt bij het onderhoud dient door eenieder in de daarvoor aanwezige afvalbakken gescheiden te worden gedeponeerd.

  • 3.

    Indien de rechthebbende of de gebruiker nalaat de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kan het bestuursorgaan de hiervoor in aanmerking komende beplanting, voorwerpen of zo nodig het gedenkteken doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende dertien weken ter beschikking van de rechthebbende of de gebruiker en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

  • 4.

    De verwijdering van de grafbeplanting of het gedenkteken, zoals bedoeld is in dit artikel, vindt niet plaats dan nadat de rechthebbende of de gebruiker schriftelijk is ingelicht over toestand van de grafbedekking. Wanneer het adres van de rechthebbende of gebruiker niet bekend is maakt het bestuursorgaan de verklaring bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.

  • 5.

    Het bestuursorgaan kan de rechthebbende of de gebruiker per aanschrijving verplichten een beschadiging aan de grafbedekking te herstellen binnen de door het bestuursorgaan gestelde termijn indien de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van het bestuursorgaan het uiterlijk aanzien en/of de cultuurhistorische waarden van de begraafplaats schaadt of indien de beschadiging van de grafbedekking gevaar oplevert voor derden.

  • 6.

    Verwelkte bloemen of kransen en kapotte voorwerpen kunnen zonder voorafgaande kennisgeving door de beheerder worden verwijderd, zonder dat aanspraak kan worden gedaan op schadevergoeding.

Artikel 36 Niet- blijvende beplanting

Niet-blijvende beplanting op een graf die in een verwaarloosde staat verkeert kan door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende dertien weken ter beschikking gehouden van de rechthebbende of wanneer het een algemeen graf betreft, van de belanghebbende indien deze daartoe tevoren een aanvraag heeft ingediend bij de beheerder.

Artikel 37 Verwijderen grafbedekking na verstrijken van de termijn

  • 1.

    De grafbedekking kan indien de rechthebbende daartoe binnen de termijn van uitgifte (grafrecht) opdracht heeft verstrekt door de beheerder verwijderd worden. Hiervoor worden kosten in rekening gebracht.

  • 2.

    De grafbedekking kan na het verstrijken van de termijn van uitgifte van het graf (grafrecht) door het bestuursorgaan worden verwijderd.

  • 3.

    Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking maakt het bestuursorgaan ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd per brief aan de rechthebbende of, wanneer het een algemeen graf betreft, aan de belanghebbende bekend. Wanneer het adres van de rechthebbende of belanghebbende niet bekend is, maakt het bestuursorgaan het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats bekend.

  • 4.

    Indien de rechthebbende of belanghebbende niet bekend is zal na het in lid 2 gestelde, en de grafbedekking niet binnen dertien weken na verwijdering is afgehaald, vervallen aan de gemeente, zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

  • 5.

    Het is niet toegestaan een grafbedekking waaraan een monumentale en/of cultuurhistorische waarde toegekend is (zie gemeentelijke lijst beschermde graven en grafstenen) te verwijderden. In overleg en na het vervallen van het grafrecht neemt de gemeente de zorg voor de instandhouding over.

Artikel 38 Aansprakelijkheid

  • 1.

    De in artikel 30 bedoelde grafbedekking worden geacht voor rekening en risico van de rechthebbende of gebruiker te zijn aangebracht.

  • 2.

    Schade als gevolg van brand, storm, vorst, wateroverlast, bliksem, ontploffing, molest, vandalisme en andere van buiten komende oorzaken, of ontstaan door het weghalen en terugplaatsen van monumenten, grafstenen, zerken of andere gedenktekens of van heesters of andere beplantingen ten behoeve van een bijzetting of opgraving, en eventuele gevolgschade voor derden, is voor rekening en risico van de rechthebbende of gebruiker.

  • 3.

    Indien door een ondeugdelijk geworden constructie naar het oordeel van de beheerder een situatie is ontstaan die gevaar oplevert voor het omvallen of inzakken van een grafmonument, kan het bestuursorgaan direct maatregelen treffen.

Artikel 39 Losse voorwerpen

  • 1.

    De op de graven geplaatste losse voorwerpen blijven ter beschikking van de rechthebbende en gebruiker, gedurende een periode van 13 weken na beëindiging van het grafrechtcontract c.q. na ruiming van het betreffende graf.

  • 2.

    Na afloop van de in het vorig lid genoemde periode vervalt het recht op deze voorwerpen aan het bestuursorgaan zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.

Artikel 40 Tijdelijke verwijdering

  • 1.

    Het afnemen en herplaatsen van een grafbedekking respectievelijk afdekplaat ten behoeve van de begraving van een lijk of de bijzetting van een asbus in een particulier graf of algemeen graf geschiedt namens de rechthebbende of gebruiker en is voor rekening en risico van de rechthebbende of gebruiker.

  • 2.

    Een gebruiker is verplicht te gedogen dat de op een algemeen graf aanwezige grafbedekking en voorwerpen vanwege de gemeente op kosten van de gemeente tijdelijk geheel of gedeeltelijk wordt verwijderd en herplaatst, indien dit voor een begraving of bijzetting in de nabijheid van het graf of om een andere reden nodig is.

HOOFDSTUK 6 OPGRAVEN en HERBEGRAVEN.

Artikel 41 Opgraven en herbegraven

De rechthebbende van een particulier graf kan het bestuursorgaan verzoeken conform artikel 29 Wet op de lijkbezorging, tot opgraven en herbegraven van het stoffelijke overschot of de resten daarvan met als doel herbegraving in een graf op dezelfde begraafplaats of elders of t.b.v. crematie in een crematorium.

HOOFDSTUK 7 RUIMEN VAN GRAVEN, URNENGRAVEN EN URNENNISSEN

Artikel 42 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as

  • 1.

    Het voornemen van het bestuursorgaan om een graf te ruimen wordt tenminste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf zal worden geruimd schriftelijk aan de rechthebbende of belanghebbende/gebruiker bekend gemaakt. Wanneer het adres van de rechthebbende of belanghebbende/gebruiker niet bekend is maakt het bestuursorgaan het voornemen tot ruiming van het graf gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip van ruiming door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend.

  • 2.

    De beheerder draagt er zorg voor dat met de bij de ruiming van het graf nog aanwezige stoffelijke resten te allen tijde respectvol wordt omgegaan en dat bezoekers van de begraafplaats niet met stoffelijke resten worden geconfronteerd.

  • 3.

    De bij de ruiming van een graf aanwezige stoffelijke resten en/of asbussen, worden bij her uitgifte van een graf onder in hetzelfde graf of in een verzamelgraf begraven; de as wordt verstrooid op een van de twee aanwezige verstrooiingsvelden van de begraafplaats.

  • 4.

    De rechthebbende op een particulier graf, particulier kindergraf, particuliere grafkelder, particulier Israëlitisch graf of Islamitisch graf kan bij de beheerder een aanvraag indienen om bij de ruiming de stoffelijke resten te verzamelen voor herbegraving in een ander graf.

  • 5.

    De rechthebbende op een particulier graf, particulier kindergraf, particuliere grafkelder of particulier Islamitisch graf kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de stoffelijke resten in het graf samen te voegen. Het samenvoegen is een vorm van ruimen waarbij de stoffelijke resten apart in het graf verzameld worden en op de onderste laag in hetzelfde graf worden geborgen om opnieuw ruimte te maken voor het begraven van maximaal twee nieuwe overledenen.

  • 6.

    De rechthebbende op een particulier urnengraf of urnennis kan bij de beheerder een aanvraag indienen de asbus ter beschikking te houden om elders bij te zetten of te doen verstrooien.

  • 7.

    De nabestaanden van een overledene die begraven is in een algemeen graf kan gedurende een periode van één jaar voor beëindiging van de grafrusttermijn bij het bestuursorgaan een aanvraag indienen om bij de ruiming de stoffelijke resten te verzamelen voor herbegraving in een particulier graf elders of crematie. Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus al of niet met een urn is bijgezet in een algemeen graf kunnen de beheerder een aanvraag indienen om deze ter beschikking te houden voor herbegraving of verstrooiing elders.

  • 8.

    Het ruimen en opgraven/herbegraven zoals bedoeld in lid 3, 4, en 5 zal niet eerder plaatsvinden dan na beëindiging van de minimale grafrusttermijn van de laatst begraven overledene.

  • 9.

    De kosten welke gemoeid zijn met de werkzaamheden genoemd onder lid 4, 5 en 6 van dit artikel, komen voor rekening van de rechthebbende en/of gebruiker van het betreffende graf.

  • 10.

    Het ruimen van de stoffelijke resten gebeurt niet als het graf vermeld staat op de lijst beschermde cultuurhistorische en monumentale graven.

Artikel 43 Bevoegdheden

  • 1.

    Het openen, sluiten en ruimen van graven, alsmede het opgraven en het opnieuw begraven van stoffelijke resten, dan wel van een asbus, al dan niet met urn, in een ander graf op de begraafplaats geschiedt uitsluitend door de daartoe door het bestuursorgaan aangewezen personen.

  • 2.

    Het opgraven van overledenen of de stoffelijke resten en het ruimen van graven is slechts toegestaan indien daarbij geen andere personen aanwezig zijn, dan degenen die met deze werkzaamheden zijn belast.

  • De beheerder kan voor deze werkzaamheden de begraafplaats tijdelijk geheel of gedeeltelijk sluiten. Op verzoek van de rechthebbende kan in overleg met de beheerder hiervan afgeweken worden.

  • 3.

    Het bestuursorgaan kan nadere regels stellen voor het delven van graven (zie onderdeel 4, “Nadere regels delven van graven”).

HOOFDSTUK 8 GEDEELTE VOOR KERKGENOOTSCHAP

Artikel 44 Afwijkende regels en kennisgeving onderhoudsbehoefte van graven

  • 1.

    Het bestuursorgaan kan na overleg met het bestuur van een kerkgenootschap ten aanzien van de openstelling van het gedeelte, de indeling van graven, de onderverdeling van graven in categorieën en de eisen voor de grafbedekking op het ter beschikking van een kerkgenootschap gestelde deel van de begraafplaats nadere regels stellen die afwijken van de regels krachtens deze verordening.

  • 2.

    Het bestuur van een kerkgenootschap kan burgemeester en wethouders schriftelijk verzoeken hem er schriftelijk van in kennis te stellen dat er onderhoud of herstel door de rechthebbende nodig is van de grafbedekking op een of meer graven op het deel van de begraafplaats dat aan een kerkgenootschap ter beschikking is gesteld.

  • 3.

    Op grond van het in het tweede lid genoemde verzoek stellen burgemeester en wethouders het bestuur van een kerkgenootschap schriftelijk in kennis dat de grafbedekking van een of meer graven onderhoud en herstel behoeft. De kennisgeving laat de bevoegdheid van burgemeester en wethouders onverlet om de rechthebbende op de graven ervan in kennis te stellen dat de grafbedekking moet worden onderhouden of hersteld.

HOOFDSTUK 9 INSTANDHOUDEN HISTORISCHE GRAVEN EN OPVALLENDE GRAFBEDEKKING

Artikel 45 Lijst Historische graven

  • 1.

    Het bestuursorgaan houdt een lijst bij van graven die bescherming genieten krachtens de Monumentenwet of de gemeentelijke monumentenlijst en/ of die van cultuurhistorische betekenis zijn en/of waarvan de grafbedekking een opvallende kwaliteit heeft.

  • 2.

    Alvorens tot ruiming van graven wordt overgegaan, onderzoekt het bestuursorgaan of er graven zijn, die in aanmerking komen om op de lijst te worden bijgeschreven. De waardenkaart(en) uit het rapport Monumentenhuis Limburg kunnen hierbij ondersteunen.

  • 3.

    Het bestuursorgaan beslist over het ruimen van graven en het verwijderen van grafbedekkingen die op de in het eerste lid bedoelde lijst staan met in achtneming van het gestelde in de Monumentenwet, bestemmingsplannen en omgevingsplannen.

  • 4.

    Het bestuursorgaan kan nadere regels stellen voor het plaatsen van de in het eerste lid genoemde grafbedekkingen (zie onderdeel 3 “Nadere regels grafbedekkingen”).

Artikel 46 Cultuurhistorische waarden- en advieskaart, handboek en kwaliteitscatalogus

  • 1.

    Bij deze verordening hoort het “Handboek voor beheer, gebruik en behoud; cultuurhistorische analyse, waardenstelling en advies Monumentenhuis Limburg, datum februari 2002, met historisch profiel, waardenstelling, index per vak en een cultuurhistorische waarden- en advieskaart (zie ook bijlage C), in te zien bij de beheerder. Daarnaast hoort bij deze verordening een kwaliteitscatalogus als toetsdocument.

  • 2.

    De cultuurhistorische waarden- en advieskaart van het in lid 1 genoemde handboek van het Monumentenhuis Limburg wordt geacht integraal onderdeel uit te maken van deze beheersverordening.

  • 3.

    Deze waardenkaart met legenda, het handboek met advieskaart en de kwaliteits-catalogus met modellen vormen de grondslag voor beleid ten aanzien van de (her-)uitgifte of verwijdering van graven in gebieden, waarbij de kleuren de volgende betekenis hebben:

    • a.

      Rood, bevriezen, geen (her-)uitgifte van graven of met behoud van grafbedekking mogelijk tenzij er dwingende redenen zijn;

    • b.

      Groen, behouden, zeer beperkte heruitgifte van bestaande graven met behoud van grafbedekking is mogelijk, met behoud van stenen, naamsaanduiding en kunstuiting; nieuwe grafbedekking onder hoge kwaliteitseisen;

    • c.

      Paars, respecteren, beperkte heruitgifte van bestaande graven en met behoud van grafbedekking mogelijk, nieuwe grafbedekking mogelijk onder kwaliteitseisen met gebruikmaking van de kwaliteitscatalogus;

    • d.

      Oranje, inspireren, heruitgifte van bestaande graven met hun grafbedekking is mogelijk, nieuwe grafbedekking mogelijk onder hoge kwaliteitseisen (kwaliteitscatalogus raadplegen);

    • e.

      Geel, continueren, voor wat betreft die gedeeltes van de begraafplaats welke vallen onder de bescherming van de Monumentenwet (Rijks monumentaal gedeelte), is heruitgifte van bestaande graven en met behoud van grafbedekking mogelijk, nieuwe grafbedekking mogelijk onder kwaliteitseisen met gebruikmaking van de kwaliteitscatalogus.

    • f.

      Geel, continueren, overige gedeeltes en vakken, heruitgifte van bestaande graven en met behoud van grafbedekking mogelijk, nieuwe grafbedekking, eigentijds conform de basisvoorwaarden en het gestelde in artikel 30 van deze verordening.

    • g.

      Blauw, nieuwe grafbedekkingen, eigentijds, conform de basisvoorwaarden en het gestelde in artikel 30 van deze verordening.

  • 4.

    De gemeentelijke deskundige(n) van Monumentenzorg en Cultureel Erfgoed en de beheerder worden geacht deze waardenkaart met legenda, het handboek met advieskaart en de kwaliteitscatalogus met modellen te hanteren als grondslag voor hun beslissingen.

  • 5.

    Voorafgaand aan grafuitgifte, vergunningen grafbedekking en in bruikleen/heruitgifte geven van monumentale grafstenen in de rode en groene gebieden dient overleg met de twee genoemde gemeentelijke deskundigen Monumentenzorg en Cultureel Erfgoed plaats te vinden.

HOOFSTUK 10 INRICHTING REGISTER

Artikel 47 Inrichting register

  • 1.

    De beheerder houdt een administratie bij. Deze administratie bevat o.a. een register van alle rechthebbenden en gebruikers van de graven met hun namen en adressen. In dit register worden tevens de naam, geboortedatum en de datum van overlijden opgenomen van degene die is begraven of waarvan de as is bezorgd. Daarbij is vermeld de grafaanduiding en de dag van de begraving of bijzetting.

  • 2.

    De rechthebbenden en gebruikers zijn verplicht de wijziging van hun adres aan het bestuursorgaan door te geven.

  • 3.

    Het in het eerste lid bedoelde register is met inachtneming van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) openbaar. Van de afgelopen vijf jaar is een digitaal exemplaar beschikbaar op www.begraafplaatstongerseweg.nl. Belanghebbende kunnen tegen betaling van de daarvoor verschuldigde rechten, bij de administratie van de begraafplaats, Tongerseweg 292 te Maastricht, of bij het RHC Limburg, Sint Pieterstraat 7 te Maastricht, een uittreksel ten aanzien van hun graf of nis verkrijgen.

HOOFSTUK 11 OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 48 Rechten en plichten

Door vestiging van een grafrecht of gebruik van een grafruimte onderwerpt een rechthebbende of een gebruiker zich aan de bepalingen van deze verordening, zoals deze eventueel nader wordt gewijzigd of aangevuld.

Artikel 49 Klachten

  • 1.

    Ingezetenen en personen die in de gemeente een belang hebben kunnen omtrent feitelijke handelingen of het nalaten van feitelijke handelingen betreffende de begraafplaats bij het bestuursorgaan een schriftelijke klacht indienen.

  • 2.

    Het bestuursorgaan beslist binnen zes weken na ontvangst van de klacht. Zij kunnen deze termijn met ten hoogste vier weken verlengen.

  • 3.

    Het bestuursorgaan brengt deze beslissing omtrent de klacht terstond schriftelijk ter kennis van de klager.

Artikel 50 Overgangsbepaling

  • 1.

    Besluiten van het college die genomen zijn krachtens de Beheersverordening 2008 gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

  • 2.

    Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de Beheerverordening 2008 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 51 Strafbepalingen

Hij die handelt in strijd met artikel 5 lid 4, artikel 6 lid 2 en lid 6 en artikel 8 wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie.

Artikel 52 Verstrekking verordening

Een exemplaar van deze verordening kan worden gedownload op de website www.begraafplaatstongerseweg.nl , onderdeel dienstverlening / Formulieren.

Tevens kan belanghebbende een exemplaar opvragen bij de balie begraafplaats tegen betaling van de vastgestelde leges.

Artikel 53 Beslissingsbevoegdheid

In geval waarin deze verordening niet voorziet of in geval van verschil van mening over de uitleg van de daarin opgenomen bepalingen, beslist het bestuursorgaan.

Artikel 54 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in de plaats van de “Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaats Tongerseweg Maastricht 2008” na bekendmaking op de wettelijk voorgeschreven wijze.

Artikel 55 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening op het gebruik en beheer van de

gemeentelijke begraafplaats, rouw- en gedenkpark Tongerseweg Maastricht 2022”.

Aldus besloten door de Raad der gemeente Maastricht in zijn openbare vergadering van 22 februari 2022.

De Griffier,

H-J. Bodewitz.

De Voorzitter,

J.M. Penn-te Strake.

Bijlage A: Plattegrond vakkenindeling begraafplaats

Bijlage B: Monumentenkaart, verankerd via Erfgoedwet c.q. bestemmingsplan

Bijlage C: Cultuurhistorische waarden- en advieskaart.

(Genoemd in artikel 46 van de Verordening op het beheer en gebruik van begraafplaats, rouw- en gedenkpark Ton