Organisatie | Súdwest-Fryslân |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022 |
Citeertitel | Nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp | maatschappelijke ondersteuning |
Externe bijlage | Nadere regels Wmo 2022; toelichting |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-03-2022 | 01-01-2022 | 12-03-2022 | nieuwe regeling | 08-02-2022 | |
12-03-2022 | 01-01-2022 | geconsolideerde regeling | 08-02-2022 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Súdwest-Fryslân;
Gelet op de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022;
vast te stellen de Nadere regels maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022
Deze nadere regels bestaan uit:
Hoofdstuk 1 Vormen van ondersteuning
Hoofdstuk 2 Toegang tot voorzieningen
Hoofdstuk 3 Persoonsgebonden budget
Hoofdstuk 4 Hulp bij het huishouden
Hoofdstuk 5 Bijdrage voor een algemene voorziening
Hoofdstuk 6 Eigen bijdrage voor een maatwerkvoorziening
Hoofdstuk 7 Bepalen van de kostprijs van een maatwerkvoorziening
Hoofdstuk 8 Stallingsvoorzieningen scootmobielen
Hoofdstuk 9 Tegemoetkoming in diverse kosten
Hoofdstuk 10 Tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of chronische problemen
Hoofdstuk 11 Gebruikelijke hulp en informele hulp
Hoofdstuk 13 Het betrekken van ingezetenen bij het beleid
Alle begrippen die in deze nadere regels worden gebruikt en niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) en de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022.
In deze nadere regels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
algemeen gebruikelijke voorziening: voorziening die niet speciaal is bedoeld voor mensen met een beperking, die daadwerkelijk beschikbaar is, die een passende bijdrage levert aan het realiseren van een situatie waarin de cliënt in staat is tot zelfredzaamheid en die financieel gedragen kan worden met een inkomen op minimumniveau;
cliëntondersteuning: onafhankelijke ondersteuning met informatie, advies en algemene ondersteuning die bijdraagt aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, preventieve zorg, zorg, jeugdhulp, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen.
mantelzorg: hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep;
Hoofdstuk 1 Vormen van ondersteuning
Artikel 2 Informatie en advies
Ondersteuning geboden door het gebiedsteam in de vorm van informatie, advies en algemene ondersteuning. Dit draagt bij aan het versterken van de zelfredzaamheid en participatie en het krijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening. Hierbij wordt waar mogelijk verwezen naar voorliggende en algemene voorzieningen. Het betreft een vrij toegankelijke ondersteuningsvorm.
Artikel 3 Mantelzorgondersteuning
Ondersteuning ten behoeve van de mantelzorger met als doel het blijvend kunnen bieden van de mantelzorg en het voorkomen van overbelasting van de mantelzorger. Hieronder valt bijvoorbeeld respijtzorg.
Artikel 4 Individuele maatwerkvoorziening
In het Productenboek Maatwerkvoorzieningen worden de verschillende maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 beschreven. Het betreft de volgende voorzieningen:
Hulp bij het Huishouden: schoonmaakwerkzaamheden om tot een schoon en leefbaar huis te komen, (ondersteuning bij) regievoering over het huishouden, wasverzorging om er voor te zorgen dat de cliënt over schone en draagbare kleding beschikt, maaltijdverzorging in de vorm van klaarzetten van de broodmaaltijd(en) en het opwarmen van de warme maaltijd, opvang en/of verzorging van kinderen/volwassen huisgenoten. Zie het Normenkader HHM en de uitwerking hiervan in Bijlage II – Normtijden hulp bij huishouden.
Beschermd wonen: wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorend 24-uurs toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de bewoner of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving. De centrumgemeente Leeuwarden doet de uitvoering van deze voorziening voor de gemeente Súdwest-Fryslân. Alleen de toegang gaat via de gebiedsteams van de gemeente Súdwest-Fryslân. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar het beleid van de centrumgemeente. Dit geldt ook voor de vormen van ondersteuning ThuisPLUS en Opvang.
Opvang: het bieden van een tijdelijk en veilig onderdak, begeleiding, informatie en advies aan een cliënt die, door één of meerdere problemen, al dan niet gedwongen de thuissituatie heeft verlaten. Opvang betreft deels een algemene voorziening en deels een individuele maatwerkvoorziening. De centrumgemeente Leeuwarden voert dit uit voor de gemeente Súdwest-Fryslân.
Hoofdstuk 2 Toegang tot voorzieningen
Als de ondersteuningsbehoefte enkel hulp bij het huishouden betreft verricht de zorgaanbieder het onderzoek. De zorgaanbieder gebruikt het Normenkader HHM en de uitwerking hiervan in Bijlage II – Normtijden hulp bij huishouden, om de omvang van de behoefte aan hulp bij het huishouden vast te stellen.
Artikel 7 Het (keukentafel)gesprek
Als de ondersteuningsbehoefte enkel hulp bij het huishouden betreft wordt het gesprek met de cliënt gevoerd met een medewerker van de zorgaanbieder voor hulp bij het huishouden. De zorgaanbieder maakt een uitvoeringsplan en stuurt dit binnen 25 werkdagen na ontvangst van de melding naar het college.
Het ondersteuningsplan wordt binnen 6 weken na de melding in tweevoud aan de cliënt toegestuurd, tezamen met een begeleidende brief waarin cliënt wordt verzocht het ondersteuningsplan ondertekend retour te sturen. Als de gestelde termijn niet haalbaar is wordt de cliënt hiervan op de hoogte gesteld.
De cliënt kan bij retourzending van het ondertekende ondersteuningsplan aangeven dat hij het eens is met de conclusies van het onderzoek. Ook kan de cliënt aangeven op welke punten hij het niet eens is met de conclusie van het onderzoek en uitleggen waarom hij het er niet mee eens is. De cliënt tekent het ondersteuningsplan in dat geval voor niet akkoord en stuurt het retour.
Op de aanvraag voor een individuele maatwerkvoorziening ontvangt de cliënt binnen 40 werkdagen na ontvangst van de melding een beschikking van het college. Het college kan van deze termijn afwijken, indien voor het verstrekken van een maatwerkvoorziening advies van een extern gekwalificeerde professional nodig is, of dat zij dit nodig acht in verband met een zorgvuldig tot stand gekomen ondersteuningsplan. De cliënt wordt van een dergelijk uitstel tijdig in kennis gesteld.
Uit de beschikking volgt voor de cliënt duidelijk welke rechten en plichten hij krijgt. Daartoe wordt in de beschikking waarbij een maatwerkvoorziening wordt getroffen opgenomen welke vorm van ondersteuning wordt toegekend, welke doelen en resultaten hiermee worden beoogd, welke zorgaanbieder de ondersteuning zal bieden, voor welke periode, met welke frequentie en met welke omvang (aantal uren/minuten) de ondersteuning zal worden verleend.
Indien de ondersteuning wordt toegekend in de vorm van een pgb wordt in de beschikking opgenomen welke kwaliteitseisen er gelden voor de met het pgb in te kopen ondersteuning, of het om formele of informele ondersteuning gaat, wat de hoogte en het tarief is van het pgb en op welke wijze betaling vanuit het pgb plaatsvindt.
Hoofdstuk 3 Persoonsgebonden budget
Artikel 11 Voorwaarden voor een pgb
Om te bepalen of een persoonsgebonden budget (pgb) voor de cliënt toegankelijk en passend is en conform de daarvoor opgestelde regels wordt besteed, worden de volgende aspecten getoetst en/of gewogen:
Met een pgb kan de cliënt zelf individuele maatwerkvoorzieningen inkopen. De zelfgekozen zorgaanbieder/leverancier/aanbieder kan in bepaalde gevallen meer passend en/of goedkoper zijn. De cliënt voert met een pgb zelf regie over zijn eigen ondersteuning. De cliënt kan met een pgb kiezen voor formele ondersteuning, en/of informele ondersteuning. Inzet van het sociaal netwerk met een vergoeding vanuit een pgb kan alleen in situaties waarin het de gebruikelijke hulp overstijgt en dit aantoonbaar tot een beter resultaat leidt en aantoonbaar doelmatiger is dan formele ondersteuning of zorg in natura en kwalitatief voldoende is.
Pgb-houders die langer dan 6 weken naar het buitenland gaan en hun ondersteuning in het buitenland willen inkopen, moeten toestemming vragen aan het college. Het inkopen van ondersteuning in het buitenland is maximaal 13 weken per kalenderjaar toegestaan. Het pgb wordt dan aangepast aan de tarief dat gehanteerd wordt in het land waar men gedurende deze periode verblijft, met een maximum van het binnen de gemeente Súdwest-Fryslân vastgestelde pgb tarief.
De cliënt mag, naar zijn of haar behoefte, de ene periode meer ondersteuning inkopen dan de andere periode, zolang het totaal beschikte budget (per kalenderjaar) niet wordt overschreden. De cliënt is in dit geval wel verplicht om per periode een factuur in te dienen over de werkelijk ontvangen uren ondersteuning.
Het pgb wordt niet rechtstreeks overgemaakt op de rekening van de cliënt, maar aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Dit is wettelijk geregeld om misbruik en oneigenlijk gebruik van pgb tegen te gaan. De SVB doet de betalingen rechtstreeks aan de zorgaanbieder. Deze regeling, trekkingsrecht geheten, geldt voor alle gemeenten.
Hoofdstuk 4 Hulp bij het huishouden
Artikel 12 Hulp bij Huishouden
Om te bepalen of Hulp bij Huishouden voor de bewoner toegankelijk en passend is worden de volgende aspecten beoordeeld:
gebruikelijke hulp: indien er andere personen binnen de eigen leefeenheid zijn die de benodigde schoonmaakwerkzaamheden in huis kunnen verrichten, komt de bewoner niet in aanmerking voor Hulp bij Huishouden. Alleen bij langdurige fysieke afwezigheid, tenminste 7 etmalen aaneengesloten, is er niet of in mindere mate sprake van de inzetbaarheid van gebruikelijke hulp.
de taken waarbij de bewoner ondersteuning nodig heeft: de volgende taken vallen onder Hulp bij Huishouden: schoonmaakwerkzaamheden om tot een schoon en leefbaar huis te komen, (ondersteuning bij) regievoering over het huishouden, wasverzorging om er voor te zorgen dat de cliënt over schone en draagbare kleding beschikt, maaltijdverzorging in de vorm van klaarzetten van de broodmaaltijd(en) en het opwarmen van de warme maaltijd, opvang en/of verzorging van kinderen/volwassen huisgenoten.
Algemeen gebruikelijke voorzieningen:
Technische hulpmiddelen zoals een wasmachine, droogtrommel, afwasautomaat of stofzuiger is algemeen gebruikelijke huishoudelijke apparatuur. Als dergelijke apparaten niet aanwezig zijn, maar wel een oplossing kunnen bieden voor het probleem, dan gaat de aanschaf van deze hulpmiddelen in beginsel voor het verstrekken van de individuele maatwerkvoorziening hulp bij huishouden.
Hoofdstuk 9 Tegemoetkoming in diverse kosten
Artikel 20 Tegemoetkomingen in diverse kosten
De gemeente kan in bepaalde situaties een financiële tegemoetkoming toekennen. Het betreft hier in iedere situatie maatwerk, op basis daarvan wordt de hoogte van de tegemoetkoming bepaald. De gemeente kan in alle gevallen aanvrager vragen om de aanvraag te baseren op twee of drie offertes. Het kan hier gaan om:
de bedragen die genoemd zijn in de leden 1 tot en met 4 kunnen jaarlijks worden geïndexeerd aan de hand van de prijsindex voor de gezinsconsumptie, waarbij het voorlopige cijfer wordt gebruikt van de maand oktober van het lopende jaar, gerekend over een periode van de 12 voorafgaande maanden. De bedragen worden afgerond op hele euro’s.
Hoofdstuk 10 Tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of chronische problemen
Hoofdstuk 11 Gebruikelijke hulp en Informele hulp
Artikel 23 Onderscheid formele en informele hulp
Van formele hulp is sprake als de hulp verleend wordt door onderstaande personen, met uitzondering van bloed- of aanverwanten in de 1e of 2e graad van de budgethouder:
personen die werkzaam zijn bij een instelling die ten aanzien van de voor het pgb uit te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staat in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007), en die beschikken over de relevante diploma’s die nodig zijn voor uitoefening van de desbetreffende taken, of;
personen die aangemerkt zijn als Zelfstandige zonder personeel. Daarnaast moeten ze ten aanzien van de voor het pgb uit te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staan in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007) en beschikken over de relevante diploma’s die nodig zijn voor uitoefening van de desbetreffende taken, of;
Hoofdstuk 14 Citeertitel en overige bepalingen
Aanvragen en bezwaarschriften waarop nog niet is besloten bij het in werking treden van de verordening en de Nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022, worden afgehandeld volgens die verordening en deze Nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022.
Dit besluit wordt aangehaald als Nadere regels Wet maatschappelijke ondersteuning gemeente Súdwest-Fryslân 2022.