Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Arnhem

Delegatiebesluit wijzigen omgevingsplan op grond van artikel 2.8 Omgevingswet

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieArnhem
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingDelegatiebesluit wijzigen omgevingsplan op grond van artikel 2.8 Omgevingswet
CiteertitelDelegatiebesluit wijzigen omgevingsplan op grond van artikel 2.8 Omgevingswet
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpdelegatiebesluit

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 108 van de Gemeentewet
  2. afdeling 10.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-02-2022nieuwe regeling

17-02-2022

gmb-2022-83153

624184

Tekst van de regeling

Intitulé

Delegatiebesluit wijzigen omgevingsplan op grond van artikel 2.8 Omgevingswet

DE RAAD VAN DE GEMEENTE ARNHEM;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 december 2021, nummer: 624184;

 

overwegende dat:

  • de Omgevingswet de mogelijkheid aan de raad biedt om de bevoegdheid om een omgevingsplan te wijzigen over te dragen aan het college;

  • deze delegatie passend is omdat de genoemde gevallen uitvoering geven aan eerder door de raad vastgesteld beleid of het beleid van hogere overheden;

  • dit besluit zorgt dat ontwikkelingen in de stad sneller mogelijk gemaakt kunnen worden en de transitie naar één integraal omgevingsplan sneller kan verlopen.

 

gelet op artikel 2.8 van de Omgevingswet

 

besluit

 

  • 1.

    Het college de bevoegdheid over te dragen om op grond van artikel 2.8 Omgevingswet het omgevingsplan te wijzigen voor de volgende gevallen:

  • a.

    het verwerken van bestaande regels die bij de overgang naar het omgevingsplan inhoudelijk niet wijzigen;

  • b.

    het opnemen van verleende vergunningen voor buitenplanse omgevingsplanactiviteiten voor ruimtelijke ontwikkelingen;

  • c.

    regels die voortvloeien uit vastgestelde raadskaders;

  • d.

    regels die voortvloeien uit instructieregels vanuit het rijk en de provincie;

  • e.

    bestaande wijzigingsbevoegdheden en uitwerkingsplichten binnen de randvoorwaarden van het tijdelijk deel van het omgevingsplan;

  • f.

    het aanwijzen van gemeentelijke monumenten;

  • g.

    kruimelactiviteiten zoals opgenomen in artikel 4 van bijlage II van het Besluit omgevingsrecht.

 

  • 2.

    Het college de bevoegdheid over te dragen om op grond van artikel 2.8 Omgevingswet het omgevingsplan te wijzigen voor de volgende gevallen indien er op het ontwerp-besluit geen zienswijzen zijn ingediend:

  • a.

    het toevoegen van 50 woningen of minder;

  • b.

    het oprichten, veranderen of uitbreiden van maatschappelijke, sport-, recreatieve of commerciële voorzieningen tot maximaal 3000m2;

  • c.

    het transformeren van bestaande gebouwen;

  • d.

    kleinschalige voorzieningen voor de opwek van (duurzame) energie, waaronder in ieder geval wordt verstaan kleine windturbines (tot 15 m hoog) en kleine zonnevelden tot maximaal 1 ha;

  • e.

    het oprichten of veranderen van een antenne-installatie lager dan 40 m.

 

  • 3.

    Bij de uitoefening van de bevoegdheid als bedoeld onder 1.c geldt als aanvullende voorwaarde dat in het geval een raadskader ruimte laat voor verschillende interpretaties deze niet voor delegatie in aanmerking komt.

 

  • 4.

    Bij de uitoefening van de bevoegdheid als bedoeld onder 2 gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

  • a.

    Een bouwplan/project mag niet worden opgeknipt in deelplannen of deelprojecten met als doel om voor delegatie in aanmerking te komen;

  • b.

    een bouwplan/project komt niet voor delegatie in aanmerking als deze:

  • 1.

    niet past binnen de doelen van de omgevingsvisie, een programma of een gebiedsvisie of;

  • 2.

    in een gebied ligt dat op grond van het omgevingsplan een groen, water, - park of natuurfunctie heeft of;

  • 3.

    op grond van het omgevingsplan aangewezen is om ecologische, cultuurhistorische of landschappelijke waarden te realiseren, te behouden en/of te versterken;

  • c.

    wanneer het ontwerp-plan ter inzage heeft gelegen en er wel zienswijzen zijn ingediend, is delegatie toch mogelijk in het geval 5 werkdagen na afloop van de zienswijzentermijn er geen raadsleden zijn geweest die hebben aangegeven het plan zelf te willen vaststellen.

 

  • 5.

    Het college op te dragen om aan de raad een actueel overzicht beschikbaar te stellen van alle planwijzigingen die met delegatie mogelijk worden gemaakt en de eventueel ingediende zienswijzen. Dit overzicht wordt zodanig op tijd geleverd dat de raad dit eventueel kan agenderen.

 

6. Dit besluit in werking te laten treden op de dag na de bekendmaking en te bepalen dat het besluit wordt toegepast vanaf de dag van inwerkingtreding van de Wet van 23 maart 2016, houdende regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet).

 

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 17 februari 2022

De griffier, De voorzitter,