Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
West Betuwe

Verordening burgerinitiatief gemeente West Betuwe 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWest Betuwe
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening burgerinitiatief gemeente West Betuwe 2021
CiteertitelVerordening burgerinitiatief gemeente West Betuwe 2021
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 149 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

11-02-2022nieuwe regeling

01-02-2022

gmb-2022-58370

2021/110

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening burgerinitiatief gemeente West Betuwe 2021

De raad van de gemeente West Betuwe;

 

Gelezen het voorstel van de raadsgriffier;

Gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet;

Gehoord de beraadslaging in de oordeelsvormende vergadering van 12 oktober 2021;

Gehoord het advies van het Presidium van 13 december 2021;

 

Besluit:

 

de Verordening burgerinitiatief gemeente West Betuwe 2021 vast te stellen.

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    Met de “raad” wordt bedoeld de gemeenteraad van West Betuwe.

  • 2.

    Onder “voorzitter” wordt verstaan de voorzitter van de gemeenteraad van West Betuwe.

  • 3.

    Onder ”college” wordt verstaan het college van burgemeester en wethouders van West Betuwe.

  • 4.

    Een “burgerinitiatief” is een schriftelijk en gemotiveerd verzoek van ingezetenen aan de raad om te beraadslagen en te besluiten over een door hen geformuleerd voorstel dat betrekking heeft op een gemeentelijke aangelegenheid.

  • 5.

    Onder “ingezetenen” worden personen verstaan die ingeschreven zijn in het bevolkingsregister van de gemeente West Betuwe.

  • 6.

    Een “initiatiefgerechtigde” is een inwoner (ingezetene) van de gemeente West Betuwe die kiesgerechtigd is voor de verkiezing van de leden van de raad, maar ook inwoners van 12 jaar en ouder (eveneens de leeftijd voor deelname aan de jongerenadviesraad) die met uitzondering van hun leeftijd eveneens voldoen aan de vereisten voor het kiesrecht voor de leden van de raad.

Artikel 2 Doel

De doelstelling van deze verordening burgerinitiatief is, om de participatie en betrokkenheid van de inwoners binnen de gemeente te vergroten en hen de mogelijkheid te bieden om direct invloed uit te oefenen op de politieke agenda.

Artikel 3 Geldig verzoek

  • 1.

    De raad plaatst een burgerinitiatief op de agenda van zijn vergadering, als daartoe door een initiatiefgerechtigde een geldig verzoek is ingediend.

  • 2.

    Een verzoek is geldig als het:

    • a.

      door tenminste 50 initiatiefgerechtigden wordt ondersteund:

      • i.

        dit zal blijken uit een aangehechte lijst, waarop de ondersteuning is kenbaar gemaakt door weergave van de naam, het adres, de woonplaats, de geboortedatum en de handtekening van de ondersteuners.

    • b.

      voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 4.

    • c.

      geen uitsluitingsgrond bevat als bedoeld in artikel 5.

Artikel 4 Indienen initiatief

  • 1.

    Het verzoek tot plaatsing van een burgerinitiatief op de agenda van de vergadering van de raad wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter.

  • 2.

    Het verzoek bevat tenminste:

    • a.

      Een nauwkeurige omschrijving van het burgerinitiatief:

      • i.

        dit is een voorstel aan de raad voor de door de raad te nemen besluit.

    • b.

      Een toelichting op het burgerinitiatief:

      • ii.

        een motivering van het verzoek en

      • iii.

        als uit de realisering van het burgerinitiatief kosten voortvloeien wordt daarvan ook een globale raming gegeven.

    • c.

      De voor- en achternaam, het adres, de geboortedatum en de handtekening van de initiatiefnemer(s):

      • i.

        tenminste één en ten hoogste drie personen treden op als vertegenwoordiger(s) van het burgerinitiatief.

      • ii.

        de eerstgenoemde vertegenwoordiger is de contactpersoon voor de raad en zal als correspondentieadres voor dit initiatief fungeren.

Artikel 5 Uitsluitingsgronden

  • 1.

    Een burgerinitiatief kan geen betrekking hebben op:

    • a.

      een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van het gemeentebestuur.

    • b.

      een vraag over het gemeentelijk beleid.

    • c.

      een klacht in de zin van Hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht.

    • d.

      een bezwaar in de zin van Hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht tegen een besluit van het gemeentebestuur.

    • e.

      vaststelling of wijziging van de gemeentelijke begroting en begrotingen van Gemeenschappelijke regelingen.

    • f.

      gemeentelijke belastingen en tarieven.

    • g.

      een onderwerp dat louter een privébelang betreft.

    • h.

      een onderwerp waarover tijdens de lopende of voorgaande raadsperiode, waarin indiening van het voorstel plaatsvindt, door de raad al een besluit is genomen.

  • 2.

    Een burgerinitiatief over een voorstel dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad, maar wel valt onder de bevoegdheid van het gemeentebestuur, zal door de raad, eventueel vergezeld van zijn advies, worden doorgezonden naar het college of naar de burgemeester in de hoedanigheid van portefeuillehouder.

    • a.

      Het college of de burgemeester zal het onderwerp of voorstel behandelen als ware het een burgerinitiatief dat aan hen is gericht.

Artikel 6 Agendering initiatief

  • 1.

    Het Presidium (in zijn taak als agendacommissie van de raad) agendeert het burgerinitiatief voor zijn eerstvolgende vergadering na de datum van indiening van het initiatief, als dit initiatief voldoet aan de vereisten uit artikel 4 en geen uitsluitingsgrond betreft zoals genoemd in artikel 5.

    • a.

      Er dient tenminste 2 weken te liggen tussen het moment van indiening van het burgerinitiatief en de vergaderdatum van het Presidium.

  • 2.

    De in het 1e lid genoemde vergadering van het Presidium beslist op welke agenda van de raad het burgerinitiatief wordt geplaatst.

  • 3.

    De voorzitter nodigt de initiatiefnemer(s) uit voor de vergadering van de raad waarin het burgerinitiatief is geagendeerd.

    • a.

      De initiatiefnemer of zijn plaatsvervanger heeft tijdens deze vergadering de gelegenheid om zijn burgerinitiatief mondeling nader toe te lichten.

Artikel 7 Besluitvorming en afdoening

  • 1.

    Beraadslaging en besluitvorming over een burgerinitiatief vindt plaats binnen 12 weken nadat de raad heeft besloten om het burgerinitiatief in behandeling te nemen.

    • a.

      Als een burgerinitiatief wordt ingediend in de maanden juli of augustus, dan wordt de termijn van 12 weken met 8 weken verlengd.

    • b.

      De termijn van 12 weken is bedoeld om de raad de mogelijkheid te bieden advies in te winnen over het burgerinitiatief bij het college of elders, waarbij gelijktijdig een termijn wordt vastgesteld waarbinnen het advies dient te worden gegeven.

  • 2.

    Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatief een besluit heeft genomen, wordt dit besluit bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit, of van de zakelijke inhoud ervan, in de gemeentelijke publicatie in het huis-aan-huis blad binnen de gemeente West Betuwe en in het elektronisch gemeenteblad van West Betuwe.

  • 3.

    Tegelijkertijd met de bekendmaking wordt van het besluit mededeling gedaan aan de initiatiefnemer(s):

    • a.

      als de raad geheel of gedeeltelijk afwijkt van het gevraagde besluit in het burgerinitiatief, dan geeft hij daar de redenen voor aan.

      • i.

        Indien een burgerinitiatief is afgewezen, is sprake van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waartegen bezwaar en beroep open staat.

    • b.

      bij een positief besluit wordt de initiatiefnemer(s) daarbij ingelicht over de vervolgstappen met betrekking tot de uitwerking van het burgerinitiatief.

Artikel 8 Slotbepalingen

Deze verordening treedt in werking op de dag volgend na de dag van bekendmaking.

Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening burgerinitiatief gemeente West Betuwe 2021”.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering

van 1 februari 2022, nummer 2021/110,

de griffier,

Hans van der Graaff

de burgemeester,

Servaas Stoop

Algemene toelichting Burgerinitiatief

Het burgerinitiatief is een uitgewerkte vorm van het petitierecht: het in de Grondwet vastgelegde recht voor een ieder om een schriftelijk verzoek in te dienen bij het bevoegd gezag. Het burgerinitiatief verschilt echter van het petitierecht, doordat de raad zich verplicht, om door inwoners (procedureel correct) ingediende onderwerpen of voorstellen op zijn agenda te zetten en die te behandelen. Het burgerinitiatief kan op die manier de participatie en betrokkenheid van de inwoners vergroten en geeft hen de mogelijkheid direct invloed uit te oefenen op de politieke agenda.

 

Burgerinitiatieven zijn er in alle soorten en maten. Voor zowel kleine als grote groepen uit wijk, kern of zelfs hele gemeente. Voorbeelden in het land zijn: oprichten van een coöperatie voor duurzame wind- en zonne-energie, oprichten van een zorgcoöperatie (behoud en ontwikkelen van zorg, diensten en faciliteiten in een dorp maar ook mobiliseren van het sociale netwerk en vrijwilligers), de realisatie van een zwemvoorziening in de gemeente, etcetera. Veelal is voor dit soort burgerinitiatieven besluitvorming nodig binnen de gemeenteraad.

 

Onderdeel van het burgerinitiatief kan ook zijn, de mogelijkheid voor inwoners om via het “leefbaarheidsbudget voor burgerinitiatieven per kern” een al bestaande activiteit een tijdelijke impuls te geven (max. 25% van het beschikbare budget) of voor een nieuw initiatief (max. 75% van het beschikbare budget). Hiervoor kan rechtstreeks een verzoek worden gedaan bij het college van burgemeester en wethouders voor een bijdrage uit het leefbaarheidsbudget.

 

Als laatste vorm kan worden genoemd Right to challenge, waarbij inwoners en/of verenigingen de ruimte krijgen om (mede)verantwoordelijkheid te dragen voor de uitvoering van publieke taken. Denk daarbij aan: groenonderhoud, welzijnswerk in de buurt in eigen hand nemen, exploiteren van het dorpshuis, etecetera. Deze vorm is opgenomen in het participatiebeleid van de gemeente West Betuwe en juridisch geborgd in de Participatieverordening West Betuwe.

 

Het belang dat “burgerinitiatieven de ruimte moeten krijgen” zal steeds worden afgewogen tegen de belangen die door deze regelcomplexen worden beschermd, zoals de veiligheid voor andere inwoners, bescherming van de publieke financiën en het waarborgen van eerlijke concurrentieverhoudingen. Het is niet vanzelfsprekend dat de balans zal doorslaan ten gunste van het burgerinitiatief.

 

Het burgerinitiatief legt het initiatief echter bij de inwoners zelf neer. Het is een instrument voor inwoners om een nieuw onderwerp of voorstel op de agenda van de raad te plaatsen. De raad moet vervolgens over dit punt beraadslagen, mits het aan de gestelde voorwaarden voldoet en erover beslissen. Het burgerinitiatief biedt een extra kanaal waarlangs “zaken die in de samenleving leven”, hun weg naar de gemeentelijke politiek kunnen vinden. Door de invoering van het burgerinitiatief is het vertalen van “geluiden uit de samenleving” niet langer het alleenrecht (het recht van initiatief) van raadsleden.

 

Om het burgerinitiatief een volwaardige plaats in het democratisch bestel te geven en de participatie en betrokkenheid van de inwoners daadwerkelijk te vergroten, dient het burgerinitiatief zo laagdrempelig mogelijk te zijn en met zo min mogelijk voorwaarden omgeven te zijn. De voorwaarde, dat het om nieuwe voorstellen of onderwerpen dient te gaan, voorkomt dat voorstellen die reeds door de raad zijn afgehandeld opnieuw op de agenda komen.

 

Artikelsgewijze toelichting Verordening burgerinitiatief gemeente West Betuwe

 

Artikel 149 van de Gemeentewet geeft gemeenten de autonome bevoegdheid om verordeningen te maken die hij in het belang van de gemeente nodig oordeelt.

 

Artikel 1 Begripsomschrijving

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

 

Artikel 2 Doel

Het burgerinitiatief is bedoeld als verbindingsschakel tussen de representatieve en de participatieve democratie. De directe invloed van inwoners versterkt de (legitimiteit van de) besluitvorming in de raad. Het burgerinitiatief is één van de mogelijkheden om participatie van inwoners bij de beleidsvorming en besluitvorming door de raad te stimuleren.

 

Artikel 3 Geldig verzoek

Een verzoek tot behandeling van een burgerinitiatief door de raad wordt door tenminste 50 initiatiefgerechtigden ondersteund. De ondersteuning blijkt uit een aangehechte (bijgevoegde) lijst waarop de ondersteuners naast hun handtekening, ook hun naam, adres, woonplaats en geboortedatum plaatsen. Daarnaast zal het burgerinitiatief voldoen aan de voorwaarden die genoemd zijn in artikel 4 (indienen initiatief) en geen uitsluitingsgrond bevatten die genoemd zijn in artikel 5 (uitsluitingsgronden).

 

Artikel 4 Indienen initiatief

Bij de voorzitter van de raad (de burgemeester of bij afwezigheid diens plaatsvervanger) wordt het burgerinitiatief schriftelijk ingediend. In het verzoek wordt nauwkeurig omschreven, welk voorstel aan de raad wordt voorgelegd en welk besluit van de raad wordt gevraagd. Het verzoek wordt nader toegelicht met een heldere motivering en/of onderbouwing voor het verzoek en als er kosten mee gemoeid zijn wordt daarvan een globale raming opgenomen.

 

Het verzoek wordt ingediend door tenminste 1 en ten hoogste 3 initiatiefgerechtigden, voorzien van voor- en achternaam, het adres, de woonplaats, de geboortedatum en de handtekening. De eerstgenoemde initiatiefnemer is benaderbaar als contactpersoon voor de raad.

 

Artikel 5 Uitsluitingsgronden

Het is weinig efficiënt om de raad te belasten met de beraadslaging over een onderwerp waarover de raad uiteindelijk geen beslissende bevoegdheid heeft. Daar komt bij dat de afstand tussen de inwoner en het bestuur alleen maar zou worden vergroot als de inwoner na het doorlopen van het proces burgerinitiatief te horen krijgt dat de raad niets met het initiatief kan doen, omdat hij “er niet over gaat”.

 

Een vraag over het gemeentelijk beleid kan ook geen onderwerp van een burgerinitiatief zijn. Voor dit soort vragen staan andere wegen open, zoals het spreekrecht in de oordeelsvormende vergadering of het spreekuur van de portefeuillehouder (wethouder).

 

Ook moet voorkomen worden dat het burgerinitiatief andere procedures, zoals bezwaar- of klachtenprocedures doorkruist. Een burgerinitiatief kan dus geen bezwaar tegen een genomen besluit of een klacht over een gedraging van het gemeentebestuur inhouden.

 

Op de vaststelling of wijziging van de gemeentelijke begroting en begrotingen van Gemeenschappelijke regelingen kan ook geen burgerinitiatief worden ingediend. Dat geldt ook voor gemeentelijke belastingen en tarieven.

 

Een onderwerp dat louter een privébelang betreft.

 

Tenslotte is het evenmin de bedoeling dat zaken, die recent nog in de raad aan de orde zijn geweest, opnieuw onderwerp van bespreking worden als gevolg van een burgerinitiatief. Dit zou de besluitvorming in de raad te zeer kunnen frustreren. Denkbaar is dat wordt gekozen voor de vorige en huidige raadsperiode als termijn. Het is aan de initiatiefnemer om aan te tonen dat het initiatief een nieuw voorstel betreft dat nog geen onderwerp van een raadsbesluit is geweest.

 

Mocht een burgerinitiatief worden ingediend, dat de bevoegdheid betreft van het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester in zijn hoedanigheid als portefeuillehouder, dan wordt dit initiatief door de raad, zo nodig voorzien van een advies, naar hen doorgestuurd. Het college van burgemeester en wethouders of de burgemeester zal het initiatief behandelen, als ware het bij hen ingediend.

 

Artikel 6 Agendering initiatief

De inwoner moet erop kunnen vertrouwen dat de raad zijn voorstel spoedig toetst aan de vereisten en een besluit neemt over de behandeling. Daarin voorziet de bepaling in het 1e lid. Daarbij gaat het erom een termijn te kiezen die niet te lang is, maar ook niet zo kort dat er onvoldoende tijd is om het voorstel te kunnen controleren. Verzoeken waarover de raad niet bevoegd is, kan de raad dan zonder tijdverlies direct doorzenden naar het college c.q. de burgemeester in zijn hoedanigheid als portefeuillehouder.

 

Het 2e lid draagt het Presidium op om het voorstel op de eerstvolgende agenda van de raad te agenderen, terwijl het 3e lid ervoor zorgt dat de indiener(s) op de hoogte zijn van de behandeling van het voorstel in de raad en hen de mogelijkheid biedt daarbij aanwezig te zijn en zo nodig het voorstel van een toelichting te voorzien.

 

Artikel 7 Besluitvorming en afdoening

In de raadsvergadering, zoals genoemd in artikel 6, besluit de raad wat er met het ingediende voorstel gebeurt. Dat kan zijn een inhoudelijk besluit, waarvoor het burgerinitiatief binnen een termijn van 12 weken nader wordt voorbereid en door de raad in behandeling wordt genomen, of een mededeling dat het verzoek is afgewezen.

  • Wordt het verzoek tot plaatsing van het burgerinitiatief door de raad afgewezen, dan is er sprake van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waartegen bezwaar en beroep openstaat.

  • Besluit de raad het burgerinitiatief te agenderen, dan is er sprake van een voorbereidingsbeslissing die niet vatbaar is voor bezwaar en beroep (artikel 6:3 Awb).

  • Afhankelijk van de inhoud van de beslissing op het initiatief zelf, zal er sprake zijn van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht dat vatbaar is voor bezwaar en beroep.

Het ligt echter wel voor de hand dat in de genoemde raadsvergadering uit artikel 6 wordt beslist over het te volgen traject bij behandeling door de raad. De indiener van het burgerinitiatief zal hoe dan ook steeds over het vervolgtraject worden ingelicht en waar nodig en mogelijk betrokken.

  • 1.

    Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatief een besluit heeft genomen, wordt dat besluit kenbaar gemaakt via de gemeentelijke publicatie in het huis-aan-huis blad binnen de gemeente West Betuwe en

  • 2.

    Gelet op de Wet elektronische publicatie (Wep) dat sinds 1 juli 2021 van kracht is wordt het besluit ook bekend gemaakt door kennisgeving in het elektronisch Gemeenteblad van West Betuwe.

Tegelijkertijd met die bekendmaking wordt ook de indiener van het burgerinitiatief mededeling gedaan over het besluit, waarbij de raad aangeeft:

  • als de raad geheel of gedeeltelijk afwijkt van het gevraagde besluit in het burgerinitiatief, dan geeft hij daar de redenen voor aan.

    • Indien een burgerinitiatief is afgewezen, is sprake van een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waartegen bezwaar en beroep open staat.

  • bij een positief besluit wordt de initiatiefnemer daarbij ingelicht over de vervolgstappen met betrekking tot de uitwerking van het burgerinitiatief.

Artikel 8 Slotbepalingen

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.