Organisatie | Medemblik |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Medemblik 2022 |
Citeertitel | Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Medemblik 2022 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2024 | artikel 1, 6, 8, 12, 15, 16 | 21-12-2023 | Z-23-475270 | ||
11-02-2022 | 01-01-2024 | nieuwe regeling | 27-01-2022 | Z-21-179301 |
De raad van de gemeente Medemblik,
gelezen het bijbehorend voorstel van het College van burgemeester en wethouders van Medemblik d.d. 21 december 2021;
gelet op de artikelen 2.1.3, tot en met 2.1.7, 2.3.6 en 2.6.6 van de Wet Maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikelen 3.8 en 5.4 van het uitvoeringsbesluit Wmo 2015;
het noodzakelijk is om regels vast te stellen ter uitvoering van het beleidsplan met betrekking tot de ondersteuning bij de versterking van de zelfredzaamheid en participatie van personen met een beperking of met chronische psychische op psychosociale problemen, beschermd wonen en opvang, en dat het noodzakelijk is om de toegankelijkheid van voorzieningen, diensten en ruimten voor mensen met een beperking te bevorderen en daarmee bij te dragen aan het realiseren van een inclusieve samenleving;
Vast te stellen de Verordening Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Medemblik 2022
In te trekken de Verordening Maatschappelijke Ondersteuning Medemblik 2020
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In de verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
algemeen gebruikelijke voorziening: een voorziening die niet specifiek bedoeld is voor personen met een beperking, die daadwerkelijk beschikbaar is, een passende bijdrage levert aan het realiseren van een situatie waarin de cliënt in staat is tot zelfredzaamheid of participatie en financieel gedragen kan worden met een inkomen op minimumniveau;
mantelzorg: intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke ondersteuning overstijgt.
Hoofdstuk 3. Criteria en weigeringsgronden
Artikel 7. Criteria voor een maatwerkvoorziening
Geen maatwerkvoorziening wordt verstrekt:
voor zover de aanvraag betrekking heeft op een voorziening die aan inwoner al eerder is verstrekt in het kader van enige wettelijke bepaling of regeling en de normale afschrijvingstermijn van de voorziening nog niet verstreken is, tenzij de eerder vergoede of verstrekte voorziening verloren is gegaan als gevolg van omstandigheden die niet aan de inwoner zijn toe te rekenen, of tenzij inwoner geheel of gedeeltelijk tegemoetkomt in de veroorzaakte kosten;
Hoofdstuk 4. Maatwerkvoorzieningen in de vorm van pgb en financiële tegemoetkomingen
Artikel 10. Tegemoetkoming meerkosten personen met een beperking of chronische problemen
Het college verstrekt in overeenstemming met de Beleidsregel tegemoetkoming chronisch zieken, gehandicapten en ouderen, bedoeld in artikel 2.1.7 van de wet, en de nader vastgestelde regeling aan personen met een beperking of chronische psychische of psycho-sociale problemen die daarmee verband houdende aannemelijke meerkosten hebben, een tegemoetkoming ter ondersteuning van de zelfredzaamheid en de participatie.
Artikel 12. Weigeringsgronden voor een pgb
Het college weigert een pgb indien zij verwacht dat de budgethouder of zijn vertegenwoordiger niet kan voldoen aan de taken verbonden aan het pgb.
sub 1. Het pgb wordt in ieder geval geweigerd als de aanvrager aantoonbaar:
sub 2. Het pgb wordt in ieder geval geweigerd als:
Artikel 13. Onderscheid professionele en niet-professionele ondersteuning
Van professionele ondersteuning is sprake als de ondersteuning geleverd wordt door onderstaande personen, met uitzondering van bloed- of aanverwanten in de 1e of 2e graad van de inwoner:
personen die werkzaam zijn bij een instelling die ten aanzien van de voor het pgb uit te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staat in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007) en die beschikken over de relevante diploma’s die nodig zijn voor uitoefening van de desbetreffende taken, of;
personen die aangemerkt zijn als Zelfstandige zonder personeel. Daarnaast moeten ze ten aanzien van de voor het pgb uit te voeren taken/werkzaamheden ingeschreven staan in het Handelsregister (conform artikel 5 Handelsregisterwet 2007) en beschikken over de relevante diploma’s die nodig zijn voor uitoefening van de desbetreffende taken.
Hoofdstuk 5. Berekening van prijzen/ tarieven en eigen bijdragen
Artikel 14. Verhouding prijs en kwaliteit levering dienst door derden
Artikel 15. Wijze van berekenen van een pgb
wordt berekend op basis van een prijs of tarief waarmee is verzekerd dat het pgb toereikend is om veilige, doeltreffende en kwalitatief goede diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en andere maatregelen die tot de maatwerkvoorziening behoren, van derden te betrekken, en wordt indien nodig aangevuld met een vergoeding voor onderhoud en verzekering; en
Artikel 16. Bijdrage in de kosten van maatwerkvoorzieningen en algemene voorzieningen
Een inwoner is een bijdrage in de kosten verschuldigd voor een maatwerkvoorziening dan wel pgb, zolang de inwoner van de maatwerkvoorziening gebruik maakt of gedurende de periode waarvoor het pgb wordt verstrekt. Bij een koopvoorziening is het totaal van de bijdragen nooit hoger dan de kostprijs van de voorziening.
Een inwoner is een niet van het inkomen afhankelijke ritbijdrage verschuldigd voor de kosten voor het gebruik van collectief vervoer. De ritbijdrage wordt berekend aan de hand van vaste tarieven per zone of kilometer op basis van de tarieven van het openbaar vervoer. De ritbijdrage kan worden gewijzigd aan de hand van ontwikkelingen van de tarieven van het openbaar vervoer. Het college stelt de ritbijdrage vast bij nadere regeling in een financieel besluit.
Hoofdstuk 6. Kwaliteitsmanagement en fraudebestrijding
Artikel 18. Kwaliteitseisen maatschappelijke ondersteuning
Het college neemt in de contracten en subsidieafspraken met aanbieders op aan welke kwaliteitseisen de maatschappelijke ondersteuning moet voldoen. Hierbij sluit het college zoveel als mogelijk aan bij artikel 3.1 van de wet en de kwaliteits- en deskundigheidseisen die in de desbetreffende branche gelden.
Artikel 19. Voorkoming en bestrijding van ten onrechte ontvangen maatwerkvoorzieningen en pgb’s en misbruik of oneigenlijk gebruik van de Wmo 2015
Onverminderd artikel 2.3.8 van de wet doet een inwoner aan het college op verzoek of onverwijld uit eigen beweging mededeling van alle feiten en omstandigheden, waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze aanleiding kunnen zijn tot heroverweging van een beslissing als bedoeld in artikel 2.3.5 of 2.3.6 van de wet.
Als het college een beslissing op grond van het derde lid, onder a, heeft ingetrokken en de verstrekking van de onjuiste of onvolledige gegevens door de inwoner opzettelijk heeft plaatsgevonden, kan het college van de inwoner en degene die daaraan opzettelijk zijn medewerking heeft verleend, geheel of gedeeltelijk de geldswaarde vorderen van de ten onrechte genoten maatwerkvoorziening of het ten onrechte genoten pgb.
Bij herhaald en ernstig wangedrag bij het ontvangen van diensten dan wel herhaalde onzorgvuldige omgang met verstrekte voorzieningen, kan het college al dan niet tijdelijke maatregelen ten aanzien van de inwoner treffen ter bescherming van de medewerker van een aanbieder dan wel voorkomen van (verdere) schade.
Artikel 20. Opschorting betaling uit het pgb
Het college kan de Sociale verzekeringsbank gemotiveerd verzoeken te beslissen tot een gehele of gedeeltelijke opschorting van betalingen uit het pgb voor ten hoogste een door het college vastgestelde periode, als er ten aanzien van een inwoner of zorgverlener een ernstig vermoeden is gerezen dat sprake is van een omstandigheid als bedoeld in artikel 2.3.10, eerste lid, onder a, d of e, van de wet.
Hoofdstuk 7. Klachten en meldingen
Artikel 22. Meldingsregeling calamiteiten en geweld
Zowel gecontracteerde aanbieders als aanbieders die vanuit een pgb zorg leveren doen onverwijld melding van calamiteiten en geweld bij de toezichthouder. De verantwoordelijkheid van de aanbieder blijft om passende maatregelen te treffen ter zake van de melding en van het voorkomen van meldingen in de toekomst.
Hoofdstuk 8. Overige bepalingen
Artikel 25. Betrekken van ingezetenen bij het beleid
Het college betrekt ingezetenen van de gemeente, waaronder in ieder geval inwoners of hun vertegenwoordigers, bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning, overeenkomstig de krachtens artikel 150 van de Gemeentewet gestelde regels met betrekking tot de wijze waarop inspraak wordt verleend.
Het college stelt ingezetenen vroegtijdig in de gelegenheid voorstellen voor het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning te doen, advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen betreffende maatschappelijke ondersteuning, en voorziet hen van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen.
Artikel 26. Bijzondere en onvoorziene nadelige gevolgen voor de inwoner
Het college kan, indien er zeer dringende redenen zijn, ten gunste van de inwoner afwijken van de bepalingen in deze verordening, als toepassing van deze verordening tot bijzondere en onvoorziene nadelige gevolgen leidt.