Organisatie | Meierijstad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels Jeugdhulp Meierijstad 2022 |
Citeertitel | Nadere regels jeugdhulp Meierijstad 2022 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Jeugdhulp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-02-2022 | Nieuwe regeling | 25-01-2022 |
Hoofdstuk 2. Algemene voorzieningen
Artikel 2. Beschikbare algemene voorzieningen
Algemene jeugdhulpvoorzieningen zijn rechtstreeks toegankelijk zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften en persoonskenmerken van de jeugdige en/of zijn ouders. Met de inzet van een algemene voorziening kan in sommige gevallen worden voorkomen dat een individuele jeugdhulpvoorziening nodig is.
Hoofdstuk 3. Individuele voorzieningen
Artikel 3 Beschikbare individuele voorzieningen
In tegenstelling tot de algemene voorzieningen, zijn individuele voorzieningen niet vrij toegankelijk. Een individuele voorziening kan alleen na zorgvuldig onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van de jeugdige en/of ouder, toegekend worden middels een beschikking. Maatwerk is hierbij belangrijk.
Voor dyslexiezorg geldt dat deze alleen toegankelijk is voor de jeugdige nadat de EED-specialist van het dyslexieteam van het Samenwerkingsverband Primair Onderwijs op basis van het Protocol Dyslexie Diagnose en Behandeling 2.0 van oordeel is dat diagnostiek dan wel behandeling van Ernstige Enkelvoudige Dyslexie noodzakelijk is.
Vervoer bij jeugdhulp; vanuit het oogpunt van medicaliseren/normaliseren en benutten van eigen kracht, vinden we dat het vervoer van een jeugdige naar een jeugdhulpvoorziening in de basis de verantwoordelijkheid is van ouders/verzorgers/netwerk als onderdeel van gebruikelijke hulp. Indien uit onderzoek blijkt dat ouders/verzorgers/netwerk niet in staat zijn zelf het vervoer te organiseren, kan men in aanmerking komen voor een vervoersvoorziening op grond van de jeugdwet, voor het gedeelte dat als boven gebruikelijk wordt beschouwd. Daar waar vervoer onderdeel uitmaakt van de jeugdhulpvoorziening, is dit opgenomen in het Productenboek Inkoop Gespecialiseerde Jeugdhulp Regio Noordoost Brabant van het betreffende jaar.
Artikel 5. Aanvullende criteria PGB
Een PGB kan worden verstrekt als naar oordeel van het college is gewaarborgd dat de ondersteuning van goede kwaliteit is. Het college toetst vooraf of de kwaliteit van de voorzieningen die de aanvrager van het budget wil betrekken voldoende is gegarandeerd, door middel van het PGB-plan. De belangrijkste eisen zijn dat de zorg veilig, doeltreffend en cliëntgericht geleverd wordt.
De PGB-hulpverlener verleent verantwoorde hulp, waaronder wordt verstaan hulp van goed niveau, die in ieder geval veilig, doeltreffend, doelmatig en cliëntgericht wordt verleend en die is afgestemd op de reële behoefte van de jeugdige of ouder. De PGB-hulpverlener organiseert zich op zodanige wijze, voorziet zich kwalitatief en kwantitatief zodanig van personeel en materieel en dragen zorg voor een zodanige verantwoordelijkheidstoedeling, dat een en ander leidt of redelijkerwijs moet leiden tot verantwoorde hulp. De PGB-hulpverlener neemt bij zijn werkzaamheden de rol van een goede hulpverlener in acht en handelt daarbij in overeenstemming met de op hem rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de voor die hulpverlener geldende professionele standaard (artikel 4.1.1. jeugdwet);
De PGB-hulpverlener beschikt over een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) voor natuurlijke personen die niet eerder is afgegeven dan drie maanden voor het tijdstip, waarop de PGB-hulpverlener voor de instelling ging werken of als zelfstandige zonder personeel. En is bereid deze op verzoek van het college te tonen;
De PGB-hulpverlener is bekend met en maakt indien nodig gebruik van de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling waarin stapsgewijs wordt aangegeven hoe met signalen van huiselijk geweld en/of kindermishandeling wordt omgegaan en die er redelijkerwijs aan bijdraagt dat zo snel en adequaat mogelijk hulp kan worden geboden;
Aldus vastgesteld in de vergadering van 25 januari 2022,
Burgemeester en wethouders van Meierijstad.
De secretaris,
Drs. M.G.C. Wilms –Wils RA,
De burgemeester,
ir. C.H.C. van Rooij
Bijlage 1. Gebruikelijke hulp conform Beleidsregels indicatiestelling Wlz
Uitgangspunten gebruikelijke zorg
Een veilige woonomgeving = gebruikelijke zorg
Het door ouders bieden van een veilige thuis omgeving is gebruikelijke zorg. Dit betekent dat:
Als een kind niet bij (een van) de ouder(s) kan wonen, vanwege de onmogelijkheden van de ouder(s) om een veilige woonomgeving te bieden en/of vanwege opvoedingsonmacht van de ouder(s), is verblijf op grond van de Jeugdwet aan de orde.
Permanent toezicht = geen gebruikelijke zorg
Permanent toezicht in de zin van actieve observatie valt niet onder gebruikelijke zorg. Permanent toezicht is onafgebroken toezicht en actieve observatie gedurende het gehele etmaal, waardoor tijdig kan worden ingegrepen.
24 uur per dag zorg in de nabijheid = gebruikelijke zorg afhankelijk van leeftijd en zorgbehoefte
Kinderen die een blijvende behoefte hebben aan 24 uur per dag zorg in de nabijheid, kunnen nog zijn aangewezen op (gebruikelijke) zorg van ouders, zo nodig ondersteund door zorg vanuit de Jeugdwet of de Zorgverzekeringswet.
Vanaf ongeveer 8 jaar spreken we (bij kinderen die voldoen aan de toegangscriteria van de Wlz) niet meer van gebruikelijke zorg.
Kinderen tot ongeveer 8 jaar hebben nog zorg in de nabijheid nodig. Daarbij worden de volgende richtlijnen aangehouden:
Er is geen sprake meer van gebruikelijke zorg als er:
Kinderen van 3 tot ongeveer 5 jaar hebben overdag voortdurend begeleiding, toezicht en overname van zelfzorg nodig. ’s Nachts hebben zij soms nog begeleiding en overname van zelfzorg nodig. Er is geen sprake meer van gebruikelijke zorg als is vastgesteld dat het gaat om een kind met ernstige meervoudig complexe handicaps (MCG), ook wel genoemd ernstige meervoudige beperkingen (EMB). MCG/EMB kinderen hebben een ernstige verstandelijke beperking met een blijvend zeer laag ontwikkelingsperspectief en een motorische beperking. Meestal is ook sprake van zintuiglijke problemen (waaronder prikkelverwerkingsstoornissen) en/of somatische aandoeningen (zoals epilepsie, reflux, slikproblemen, luchtweginfecties etc.).
Uitgangspunt is dat ouders in eerste instantie zelf verantwoordelijk zijn voor vervoer van de jeugdige van en naar de jeugdhulpinstelling. Hierbij wordt twee keer rijden (heen en terug) per week als gebruikelijke hulp beschouwd. Het college moet in elke individuele situatie een afweging maken of daadwerkelijk sprake is van gebruikelijke hulp waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke omstandigheden en eigen mogelijkheden van de jeugdige en/of zijn ouders. Het gaat hierbij nadrukkelijk om vervoer van de jeugdige en niet om vervoer van ouders of verzorgers naar een jeugdhulplocatie zonder de jeugdige.
Vervoer kan in geval van boven-gebruikelijke hulp ingezet worden in de vorm van taxivervoer, PGB of een vergoeding. Vergoeding kan dan alleen plaatsvinden voor het gedeelte van het vervoer dat beschouwd wordt als boven-gebruikelijk. De vergoeding bedraagt € 0,19 per kilometer.