Hoofdstuk 1 Algemeen
Artikel 1.1 Begripsbepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- a.
ASV: de Algemene subsidieverordening Rijswijk 2020;
- b.
Onderwijs-Jeugdhulp-Arrangement (OJA): een integrale samenwerking op school rondom een leerling tussen ouders, het onderwijs en de desbetreffende aanbieder van jeugdhulp en/of zorg bij de in deze regeling omschreven activiteiten;
- c.
Samenwerkingsverband: zoals bedoeld in artikel 18a, tweede lid van de Wet op het primair onderwijs en artikel 17a, tweede lid van de Wet op het voortgezet onderwijs;
- d.
Thuiszitters: leerlingen die langer dan vier weken niet ingeschreven staan op een school of niet naar school gaan zonder geldige reden;
- e.
Inrichtingsdocument: het inrichtingsdocument OJA’s en bijbehorend addendum die als bijlage bij deze regeling is gevoegd.
Artikel 1.2 Doel van de subsidie
- 1.
Het doel van de regeling is het gedurende een jaar organiseren van OJA’s op scholen in Den Haag voor speciaal onderwijs, voortgezet speciaal onderwijs, speciaal en voorgezet speciaal onderwijs, zoals bedoeld in de Wet op de expertisecentra, en het Flexcollege (OPDC);
- 2.
Het achterliggende maatschappelijke doel van de regeling is vanuit het kind-perspectief integreren van onderwijs en zorg op school voor leerlingen met een dergelijke ondersteuningsbehoefte, om thuiszitters te voorkomen.
Artikel 1.3 Activiteiten
- 1.
De subsidie wordt uitsluitend verstrekt voor het bieden van OJA’s;
- 2.
Er zijn vier verschillende OJA’s die voor subsidie in aanmerking komen:
- a.
Persoonlijke verzorging (arrangement 1); gericht op het bieden van ondersteuning aan jeugdigen die vanwege een beperking in de vorm van een fysieke of verstandelijke beperking of ontwikkelingsachterstand behoefte hebben aan extra hulp om zich te verzorgen;
- b.
Persoonlijke begeleiding (arrangement 2); het bieden van ondersteuning aan jeugdigen die vanwege een beperking in de vorm van een verstandelijke beperking of ontwikkelingsachterstand behoefte hebben aan extra begeleiding in het klaslokaal;
- c.
Ambulante begeleiding (arrangement 3); het bieden van ondersteuning aan jeugdigen die vanwege een beperking in de vorm van een fysieke of verstandelijke beperking of ontwikkelingsachterstand behoefte hebben aan extra begeleiding buiten het klaslokaal;
- d.
Jeugdcoaches (arrangement 4); het bieden van ondersteuning aan jeugdigen die vanwege een beperking in de vorm van een fysieke of verstandelijke beperking of ontwikkelingsachterstand behoefte hebben aan extra ondersteuning op het behalen van gedragsdoelstellingen.
- 3.
Arrangementen 1, 2 en 3 vinden uitsluitend plaats in het primair onderwijs;
- 4.
Arrangement 4 vindt uitsluitend plaats in het voortgezet onderwijs;
- 5.
Voor alle OJA’s geldt dat de uitvoering dient te geschieden conform het inrichtingsdocument OJA’s en het bijbehorende addendum.
Artikel 1.4 Aanvrager(s)
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan samenwerkingsverbanden passend onderwijs die opereren in de gemeenten Rijswijk, Den Haag en Leidschendam-Voorburg.
Artikel 1.5 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Voor subsidie komen uitsluitend de kosten in aanmerking zoals genoemd in het inrichtingsdocument OJA’s en het bijbehorende addendum inclusief de bijbehorende cofinanciering vanuit het onderwijs en de afgesproken verdeling van de kosten over het onderwijs en de gemeenten.
Artikel 1.6 Hoogte van de subsidie
- 1.
de subsidie bedraagt maximaal € 57.430,-- per aanvrager in het primair onderwijs;
- 2.
de subsidie bedraagt maximaal € 7.399,-- per aanvrager in het voortgezet onderwijs.
Artikel 1.7 Subsidieplafond
- 1.
Het subsidieplafond voor 2022 bedraagt in totaal € 64.829,--
- 2.
In aanvulling op het eerste lid wordt het subsidieplafond verdeeld in de volgende deelplafonds:
- a.
Voor arrangement 1: € 8.968,--;
- b.
Voor arrangement 2: € 47.554,--;
- c.
Voor arrangement 3: € 908,--;
- d.
Voor arrangement 4: € 7.399,--
- 3.
Bij besluit kan het college een nieuw subsidieplafond vaststellen.
Artikel 1.8 Wijze van verdeling
- 1.
Het college verleent de subsidie in volgorde van ontvangst van de aanvraag bij het college, totdat het vastgestelde subsidieplafond is bereikt;
- 2.
Als de aanvrager op basis van artikel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht, de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van indiening van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is aangevuld.
Hoofdstuk 2 Aanvraag subsidieverlening en termijnen
Artikel 2.1 Aanvraag subsidieverlening
De aanvraag om subsidieverlening in het kalenderjaar 2022 wordt schriftelijk ingediend bij het college.
Artikel 2.2 Aanvraagtermijn
- 1.
Een aanvraag om subsidieverlening wordt, in afwijking van artikel 8, lid a van de ASV, ingediend vóór 1 april 2022;
- 2.
Bij besluit kan het college een nieuw aanvraagtijdvak openen.
Artikel 2.3 Beslistermijn
- 1.
Het college beslist, in afwijking van artikel 8, lid d van de ASV, binnen 8 weken nadat de volledige aanvraag om subsidie is ingediend;
- 2.
Het college kan de beslistermijn uit het eerste lid eenmaal verlengen met vier weken.
Hoofdstuk 3 Verplichtingen
Artikel 31. Verplichtingen
Onverminderd artikel 12 van de ASV, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:
- a.
Per arrangement wordt voldaan aan de eisen rondom toelating, registratie en evaluatie zoals vermeld in het Inrichtingsdocument OJA’s;
- b.
De subsidieontvanger draagt met de administratie bij aan de verrekening van de kosten voor jeugdigen met een OJA, waarvan de woonplaats buiten Rijswijk, Den Haag of Leidschendam-Voorburg ligt;
- c.
Per kwartaal worden alle scholen waarvan een activiteit conform artikel 1.3 zich afspeelt, bezocht en de werkwijze rondom de inzet van de OJA’s besproken. De evaluatiegesprekken vinden plaats met minimaal een vertegenwoordiger van één van de drie gemeenten, het betreffende samenwerkingsverband, de onderwijsinstelling en indien wenselijk een vertegenwoordiging van de staf van het schoolbestuur.
Artikel 3.2 Anders inzetten middelen
- 1.
Als gedurende de uitvoering van de activiteiten blijkt dat de subsidie niet volledig besteed zal worden, mag een aanvrager, na goedkeuring daartoe van het college, maximaal 25% van de resterende subsidie gebruiken voor het voorkomen van jeugdhulp, innovatie en het versterken van schoolondersteuning;
- 2.
Om de goedkeuring, bedoeld in het eerste lid, te krijgen, moet een aanvrager ten minste een bestedingsplan indienen.
Hoofdstuk 4 Eindverantwoording en vaststelling subsidie
Artikel 4.1 Indieningstermijn aanvraag tot vaststelling subsidie
In afwijking van artikel 8 onder b van de ASV, wordt de aanvraag tot vaststelling uiterlijk voor 1 juli 2023 ingediend.
Artikel 4.2
De aanvraag tot vaststelling wordt schriftelijk ingediend en bevat:
- a.
Een inhoudelijk en financieel verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht;
- b.
Een verklaring waaruit blijkt dat de verantwoording juist en volledig is;
- c.
In de verantwoording wordt minimaal het aantal leerlingen vermeld waarbij een OJA is ingezet, per leerling welke OJA is ingezet, de hiermee gepaarde kosten en de woonplaats van de leerling.
- d.
Indien toepassing is gegeven aan artikel 3.2, eerste lid van deze regeling, wordt dit in een aparte bijlage bij de aanvraag tot vaststelling vermeld en verantwoord.
Artikel 4.3 Beslistermijn
- 1.
Het college beslist binnen 12 weken na ontvangst van de volledige aanvraag tot vaststelling van de subsidie.