Organisatie | Fryslân |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Verordening Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen provincie Fryslân 2022 |
Citeertitel | Verordening Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen provincie Fryslân 2022 |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-01-2022 | nieuwe regeling | 15-12-2021 | 01917848 |
Onder de naam ‘heffing Lijst der Geldelijke Regelingen’ wordt een directe provinciale belasting geheven als bedoeld in artikel 90 van de Wet inrichting landelijk gebied ter afrekening van de omgeslagen kosten van landinrichting uit hoofde van de Wet inrichting landelijk gebied.
De heffing Lijst der Geldelijke Regelingen wordt geheven van iedere eigenaar die schuldplichtig is voor de over hem omgeslagen kosten zoals bepaald in de Lijst der Geldelijke Regelingen.
De hoogte van de schuldplichtigheid van de eigenaren volgt uit de Lijst der Geldelijke Regelingen waarop door Gedeputeerde Staten een correctiefactor is toegepast als bedoeld in artikel 90, vierde lid, van de wet.
Indien de over een eigenaar omgeslagen kosten lager zijn dan € 25, dan worden deze kosten niet geheven.
Bij de invordering van de Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen wordt geen kwijtschelding verleend.
Indien uit de Lijst der Geldelijke Regelingen volgt dat een eigenaar niet schuldplichtig is, maar een vordering uit de landinrichting heeft, dan wordt dit bedrag door Gedeputeerde Staten aan deze eigenaar uitbetaald binnen 4 weken nadat Gedeputeerde Staten de correctiefactor als bedoeld in artikel 90, vierde lid, van de wet heeft vastgesteld.
Door Gedeputeerde Staten kunnen in individuele gevallen bepalingen vastgesteld bij of krachtens deze verordening buiten toepassing worden gelaten of kan daarvan worden afgeweken, voor zover toepassing gelet op het belang van het doel van deze regeling zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 2: Het R-nummer dat gebruikt wordt bij de landinrichtingsadministratie kan uit meerdere rechthebbenden bestaan. Daar waar er meerdere rechthebbenden zijn, wordt degene die als eerste wordt genoemd de kopman genoemd. Dat is degene met het grootste aandeel zakelijk recht en bij gelijk aandeel zakelijk recht is dat de oudste persoon.
Artikel 3: Met de Lijst der Geldelijke Regelingen wordt de herverkaveling in financiële zin afgewikkeld. Hierin wordt, op basis van het inrichtingsplan, de bijdrage van de gezamenlijke eigenaren (als bedoeld in artikel 17, tweede lid, sub f, van de Wet inrichting landelijk gebied) verdeeld over de individuele eigenaren. Daarnaast worden in de Lijst der Geldelijke Regelingen ook de verrekenposten over en weer tussen de verschillende bij de herverkaveling betrokken eigenaren c.q. het herverkavelingsblok opgenomen, zoals de verrekening van waardeveranderingen tussen ingebrachte en toegedeelde percelen, de verrekening bij de overgang van onroerende zaken, de financiële gevolgen van kortingen, onder- en overbedeling en van de vestiging of opheffing van beperkte rechten (het recht van huur en dergelijke).
Artikel 4: In artikel 90, vierde lid, van de wet is bepaald dat nadat het besluit tot vaststelling van de Lijst der Geldelijke Regelingen is genomen en de beroepstermijn is verstreken, dan wel, indien beroep is ingesteld, door de Rechtbank op het beroep is beslist, de kosten die over de eigenaren worden omgeslagen gecorrigeerd worden met een door Gedeputeerde Staten vastgestelde correctiefactor. Deze correctiefactor is het quotiënt van de definitieve kosten en de kosten zoals deze in de Lijst der Geldelijke Regelingen zijn opgenomen. De hoogte van de schuldplichtigheid wordt dus bepaald nadat de correctiefactor op de over de eigenaren omgeslagen kosten is toegepast. Tegen het besluit tot vaststelling van de correctiefactor staat bezwaar en beroep open.
Artikel 5, tweede lid: Op grond van artikel 91, vierde lid, van de wet kan, indien met betrekking tot een onroerende zaak twee of meerdere eigenaren kostenplichtig zijn, de aanslag ten name van een van hen worden gesteld. In dit tweede lid is bepaald dat de aanslag ten name van de kopman wordt gesteld. Op grond van artikel 91, vijfde lid, onder a, van de wet, kan de aanslag op de gehele onroerende zaak op deze kopman worden verhaald. Dit laat onverlet dat de kopman, op grond van artikel 91, vijfde lid, onder b, van de wet, hetgeen hij meer heeft voldaan dan overeenkomt met zijn kostenplicht, kan verhalen op de overige kostenplichtigen naar evenredigheid van ieders kostenplicht.
Artikel 6: Met het tijdstip is aangesloten bij de gebruikelijke termijnen voor het voldoen van vorderingen. Het is mogelijk dat uit een Lijst der Geldelijke Regelingen een aanzienlijke schuldplichtigheid voor bepaalde eigenaren volgt, bijvoorbeeld vanwege een overbedeling. Deze eigenaren zullen zo nodig aanvullende financiering moeten regelen om de aanslag te kunnen betalen. De standaardbetalingstermijn van vier weken zal hiervoor in de regel onvoldoende zijn. Om die reden geldt voor een schuldplichtigheid van meer dan € 10.000 een afwijkende betalingstermijn van 12 weken. Voor aanslagen tot en met € 10.000 geldt de standaardbetalingstermijn van vier weken.
Minimumbedrag: In artikel 91, derde lid, van de wet is geregeld dat wanneer de omgeslagen kosten lager zijn dan een bij een provinciale verordening bepaald bedrag, deze kosten niet worden geheven. De gedachte achter deze bepaling is dat inning van kosten beneden dit minimumbedrag hogere kosten met zich mee zou brengen dan de opbrengst van de inning zou opleveren. In dit artikel wordt dit minimumbedrag bepaald.
Kwijtschelding: Een aanvrager kan geen verzoek tot kwijtschelding doen. Eventueel kan in uitzonderlijke gevallen worden verzocht om toepassing van de hardheidsclausule uit artikel 10.
Uitbetaling: Het is mogelijk dat, bijvoorbeeld als gevolg van een onderbedeling bij de herverkaveling, uit de Lijst der Geldelijke Regelingen volgt dat een eigenaar recht heeft op een som geld. In dit artikel worden regels gegeven met betrekking tot de uitbetaling van dergelijke bedragen.
Hardheidsclausule: De hardheidsclausule kan worden toegepast in het geval onverkorte toepassing van deze verordening, gelet op het belang van het doel daarvan, leidt tot onbillijkheden. Het moet daarbij gaan om individuele en onvoorziene gevallen. Besluiten tot afwijking van deze verordening op grond van de hardheidsclausule zijn voorbehouden aan Gedeputeerde Staten en worden niet in mandaat afgedaan.