Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Fryslân

Verordening Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen provincie Fryslân 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieFryslân
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingVerordening Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen provincie Fryslân 2022
CiteertitelVerordening Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen provincie Fryslân 2022
Vastgesteld doorprovinciale staten
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 220 van de Provinciewet
  2. artikel 220a van de Provinciewet
  3. artikel 227 van de Provinciewet
  4. artikel 90 van de Wet inrichting landelijk gebied
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-01-2022nieuwe regeling

15-12-2021

prb-2022-880

01917848

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen provincie Fryslân 2022

Artikel 1 Aard van de heffing

Onder de naam ‘heffing Lijst der Geldelijke Regelingen’ wordt een directe provinciale belasting geheven als bedoeld in artikel 90 van de Wet inrichting landelijk gebied ter afrekening van de omgeslagen kosten van landinrichting uit hoofde van de Wet inrichting landelijk gebied.

Artikel 2 Begripsomschrijving

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    blok: geheel van in een herkaveling begrepen onroerende zaken;

  • b.

    eigenaar: degene die eigenaar is van een tot het blok behorende onroerende zaak en degene aan wie een recht van opstal, erfpacht, beklemming, vruchtgebruik, gebruik of bewoning toebehoort waaraan een in het blok begrepen onroerende zaak is onderworpen;

  • c.

    herverkaveling: herverkaveling als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet inrichting landelijk gebied;

  • d.

    kopman: de eigenaar met het grootste aandeel zakelijk recht en bij gelijk aandeel zakelijk recht de oudste eigenaar;

  • e.

    Lijst der Geldelijke Regelingen: lijst als bedoeld in artikel 62 van de Wet inrichting landelijk gebied waaruit per eigenaar volgt welke kosten van de landinrichting over hem worden overgeslagen;

  • f.

    wet: Wet inrichting landelijk gebied.

Artikel 3 Belastingplichtige

De heffing Lijst der Geldelijke Regelingen wordt geheven van iedere eigenaar die schuldplichtig is voor de over hem omgeslagen kosten zoals bepaald in de Lijst der Geldelijke Regelingen.

Artikel 4 Heffingsmaatstaf

De hoogte van de schuldplichtigheid van de eigenaren volgt uit de Lijst der Geldelijke Regelingen waarop door Gedeputeerde Staten een correctiefactor is toegepast als bedoeld in artikel 90, vierde lid, van de wet.

Artikel 5 Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    indien met betrekking tot een onroerende zaak twee of meerdere eigenaren schuldplichtig zijn, wordt de aanslag ten name van de kopman gesteld.

Artikel 6 Tijdstip van betaling

  • 1.

    De aanslag wordt betaald binnen 30 dagen na dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt dat de aanslag, indien deze meer bedraagt dan € 10.000, binnen 12 weken na dagtekening van het aanslagbiljet moet worden betaald.

Artikel 7 Minimumbedrag

Indien de over een eigenaar omgeslagen kosten lager zijn dan € 25, dan worden deze kosten niet geheven.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Uitbetaling

Indien uit de Lijst der Geldelijke Regelingen volgt dat een eigenaar niet schuldplichtig is, maar een vordering uit de landinrichting heeft, dan wordt dit bedrag door Gedeputeerde Staten aan deze eigenaar uitbetaald binnen 4 weken nadat Gedeputeerde Staten de correctiefactor als bedoeld in artikel 90, vierde lid, van de wet heeft vastgesteld.

Artikel 10 Hardheidsclausule

Door Gedeputeerde Staten kunnen in individuele gevallen bepalingen vastgesteld bij of krachtens deze verordening buiten toepassing worden gelaten of kan daarvan worden afgeweken, voor zover toepassing gelet op het belang van het doel van deze regeling zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag van de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening Heffing Lijst der Geldelijke Regelingen provincie Fryslân 2022”.

 

Artikelsgewijze toelichting

Begripsomschrijving

Artikel 2: Het R-nummer dat gebruikt wordt bij de landinrichtingsadministratie kan uit meerdere rechthebbenden bestaan. Daar waar er meerdere rechthebbenden zijn, wordt degene die als eerste wordt genoemd de kopman genoemd. Dat is degene met het grootste aandeel zakelijk recht en bij gelijk aandeel zakelijk recht is dat de oudste persoon.

 

Belastingplichtige

Artikel 3: Met de Lijst der Geldelijke Regelingen wordt de herverkaveling in financiële zin afgewikkeld. Hierin wordt, op basis van het inrichtingsplan, de bijdrage van de gezamenlijke eigenaren (als bedoeld in artikel 17, tweede lid, sub f, van de Wet inrichting landelijk gebied) verdeeld over de individuele eigenaren. Daarnaast worden in de Lijst der Geldelijke Regelingen ook de verrekenposten over en weer tussen de verschillende bij de herverkaveling betrokken eigenaren c.q. het herverkavelingsblok opgenomen, zoals de verrekening van waardeveranderingen tussen ingebrachte en toegedeelde percelen, de verrekening bij de overgang van onroerende zaken, de financiële gevolgen van kortingen, onder- en overbedeling en van de vestiging of opheffing van beperkte rechten (het recht van huur en dergelijke).

 

Heffingsmaatstaf

Artikel 4: In artikel 90, vierde lid, van de wet is bepaald dat nadat het besluit tot vaststelling van de Lijst der Geldelijke Regelingen is genomen en de beroepstermijn is verstreken, dan wel, indien beroep is ingesteld, door de Rechtbank op het beroep is beslist, de kosten die over de eigenaren worden omgeslagen gecorrigeerd worden met een door Gedeputeerde Staten vastgestelde correctiefactor. Deze correctiefactor is het quotiënt van de definitieve kosten en de kosten zoals deze in de Lijst der Geldelijke Regelingen zijn opgenomen. De hoogte van de schuldplichtigheid wordt dus bepaald nadat de correctiefactor op de over de eigenaren omgeslagen kosten is toegepast. Tegen het besluit tot vaststelling van de correctiefactor staat bezwaar en beroep open.

 

Wijze van heffing

Artikel 5, tweede lid: Op grond van artikel 91, vierde lid, van de wet kan, indien met betrekking tot een onroerende zaak twee of meerdere eigenaren kostenplichtig zijn, de aanslag ten name van een van hen worden gesteld. In dit tweede lid is bepaald dat de aanslag ten name van de kopman wordt gesteld. Op grond van artikel 91, vijfde lid, onder a, van de wet, kan de aanslag op de gehele onroerende zaak op deze kopman worden verhaald. Dit laat onverlet dat de kopman, op grond van artikel 91, vijfde lid, onder b, van de wet, hetgeen hij meer heeft voldaan dan overeenkomt met zijn kostenplicht, kan verhalen op de overige kostenplichtigen naar evenredigheid van ieders kostenplicht.

 

Tijdstip van betaling

Artikel 6: Met het tijdstip is aangesloten bij de gebruikelijke termijnen voor het voldoen van vorderingen. Het is mogelijk dat uit een Lijst der Geldelijke Regelingen een aanzienlijke schuldplichtigheid voor bepaalde eigenaren volgt, bijvoorbeeld vanwege een overbedeling. Deze eigenaren zullen zo nodig aanvullende financiering moeten regelen om de aanslag te kunnen betalen. De standaardbetalingstermijn van vier weken zal hiervoor in de regel onvoldoende zijn. Om die reden geldt voor een schuldplichtigheid van meer dan € 10.000 een afwijkende betalingstermijn van 12 weken. Voor aanslagen tot en met € 10.000 geldt de standaardbetalingstermijn van vier weken.

 

Artikel 7

Minimumbedrag: In artikel 91, derde lid, van de wet is geregeld dat wanneer de omgeslagen kosten lager zijn dan een bij een provinciale verordening bepaald bedrag, deze kosten niet worden geheven. De gedachte achter deze bepaling is dat inning van kosten beneden dit minimumbedrag hogere kosten met zich mee zou brengen dan de opbrengst van de inning zou opleveren. In dit artikel wordt dit minimumbedrag bepaald.

 

Artikel 8

Kwijtschelding: Een aanvrager kan geen verzoek tot kwijtschelding doen. Eventueel kan in uitzonderlijke gevallen worden verzocht om toepassing van de hardheidsclausule uit artikel 10.

 

Artikel 9

Uitbetaling: Het is mogelijk dat, bijvoorbeeld als gevolg van een onderbedeling bij de herverkaveling, uit de Lijst der Geldelijke Regelingen volgt dat een eigenaar recht heeft op een som geld. In dit artikel worden regels gegeven met betrekking tot de uitbetaling van dergelijke bedragen.

 

Artikel 10

Hardheidsclausule: De hardheidsclausule kan worden toegepast in het geval onverkorte toepassing van deze verordening, gelet op het belang van het doel daarvan, leidt tot onbillijkheden. Het moet daarbij gaan om individuele en onvoorziene gevallen. Besluiten tot afwijking van deze verordening op grond van de hardheidsclausule zijn voorbehouden aan Gedeputeerde Staten en worden niet in mandaat afgedaan.