Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Land van Cuijk

Winkeltijdenverordening gemeente Land van Cuijk 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLand van Cuijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingWinkeltijdenverordening gemeente Land van Cuijk 2022
CiteertitelWinkeltijdenverordening gemeente Land van Cuijk 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Winkeltijdenverordening Sint Anthonis 2014, de Verordening winkeltijden gemeente Boxmeer 2013 1e wijziging, de Verordening winkeltijden gemeente Cuijk 2020, de Verordening Winkeltijdenwet 2013 (gemeente Mill en Sint Hubert) en Verordening Winkeltijdenwet Grave 2013.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 3 van de Winkeltijdenwet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-01-202201-01-2022nieuwe regeling

03-01-2022

gmb-2022-17123

Tekst van de regeling

Intitulé

Winkeltijdenverordening gemeente Land van Cuijk 2022

De raad van de gemeente Land van Cuijk,

 

gelezen het voorstel van de Stuurgroep Land van Cuijk i.o. d.d. 15 september 2021;

 

gezien het positieve advies van de Land van Cuijk-raad d.d. 20 oktober 2021;

 

gelet op artikel 3 van de Winkeltijdenwet;

 

besluit:

 

  • 1.

    Vervallen te verklaren:

    • Verordening winkeltijden gemeente Boxmeer 2013 en 1e wijziging (wijziging 2017);

    • Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Cuijk houdende regels omtrent de winkeltijden (Verordening winkeltijden Gemeente Cuijk 2020);

    • Verordening Winkeltijdenwet Grave 2013;

    • Verordening Winkeltijdenwet 2013 (gemeente Mill en Sint Hubert);

    • Winkeltijdenverordening Sint Anthonis 2014.

  • 2.

    Vast te stellen de navolgende Winkeltijdenverordening gemeente Land van Cuijk 2022.

Winkeltijdenverordening gemeente Land van Cuijk 2022

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede paasdag, Hemelvaartsdag, tweede pinksterdag, eerste en tweede kerstdag;

  • straatverkoop: markt- en straathandel en de handel te water;

  • werkdagen: maandag tot en met zaterdag;

  • winkel: dat wat daaronder wordt verstaan in de Winkeltijdenwet.

Artikel 2. Vrijstelling winkels en anders dan winkels

  • 1.

    Voor de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, en tweede lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden geldt een algemene vrijstelling tussen 6.00 en 22.00 uur, behoudens voor straatverkoop.

  • 2.

    De in lid 1 van dit artikel bedoelde vrijstelling geldt niet voor dodenherdenking, 4 mei tussen 19.00 uur en 22.00 uur.

  • 3.

    De in lid 2 bedoelde uitzondering geldt niet:

    • a.

      voor musea;

    • b.

      voor winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksprodukten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

    • c.

      voor winkels waar de bedrijfsactiviteit hoofdzakelijk bestaat uit het verhuren van voorbespeelde videobanden en andere voorbespeelde beelddragers, mits in die winkel geen andere goederen worden te koop aangeboden of verkocht dan videobanden en andere beelddragers, alsmede tijdschriften en catalogi, die betrekking hebben op het te huur aangeboden assortiment.

    • d.

      voor winkels waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt enkel en alleen voor het mogelijk maken van bezoeken aan het restaurant of de lunchroom en niet ten aanzien van het verkopen van goederen.

    • e.

      voor winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht enkel en alleen voor het huren van fietsen en bromfietsen en niet ten aanzien van het verkopen van goederen

    • f.

      voor de straatverkoop van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken.

    • g.

      voor het te koop aanbieden en verkopen van bloemen en planten in een winkels of anderszins op een begraafplaats dan wel op een afstand van ten hoogste 100 meter van de publieksingang daarvan, gedurende de openingstijden van die begraafplaats.

    • h.

      voor het ter gelegenheid van voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard in een gebouw of anderszins te koop aanbieden en verkopen van goederen, die rechtstreeks verband houden met die voorstellingen, uitvoeringen of evenementen, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan.

    • i.

      voor het in of op het terrein van sportcomplexen te koop aanbieden en verkopen van goederen in een winkel of anderszins, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen.

    • j.

      voor het te koop aanbieden en verkopen van eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen en tijdschriften alsmede bloemen en planten in een winkel of anderszins of op het terrein van bejaardenoorden.

    • k.

      gedurende de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang in een winkel of anderszins, waar brood en gebak wordt verkocht dat in het bijzonder is bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden.

    • l.

      in de directe omgeving van een bedevaartplaats, gedurende de tijd dat deze plaats als zodanig wordt bezocht, ten aanzien van het te koop aanbieden en verkopen in een winkel of anderszins van:

      • voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken;

      • religieuze artikelen en souvenirs;

      • bloemen en planten.

Artikel 3. Individuele ontheffingen

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden voor zover deze betrekking hebben op:

    • a.

      bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

    • b.

      het uitstallen van goederen/straatverkoop.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan de ontheffing voorschriften verbinden.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen voor de uitoefening van deze regel beleidsregels vaststellen.

  • 4.

    De ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel/ verkoop.

Artikel 4. Beslistermijn

  • 1.

    Burgemeester en wethouders beschikken op een aanvraag om ontheffing binnen acht weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen.

  • 2.

    Zij kunnen hun beschikking voor ten hoogste acht weken verdagen.

Artikel 5. Intrekken of wijzigen ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken of wijzigen als:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    verandering van omstandigheden of inzichten dit naar hun oordeel noodzakelijk maken in het belang van de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    de exploitatie van de winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarbij gestelde termijn; of

  • f.

    de houder dit verzoekt.

Artikel 6. Toezicht

  • 1.

    Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de buitengewone opsporingsambtenaren, de ambtenaren van de politie en de medewerkers van de Omgevingsdienst Brabant Noord;

  • 2.

    Voorts zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening belast, de bij besluit van het college dan wel de burgemeester aan te wijzen personen.

Artikel 7. Vervallen verklaren oude verordeningen en overgangsrecht

  • 1.

    De Winkeltijdenverordening Sint Anthonis 2014, Verordening winkeltijden gemeente Boxmeer 2013 1e wijziging, Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Cuijk houdende regels omtrent de winkeltijden (Verordening winkeltijden Gemeente Cuijk 2020), Verordening Winkeltijdenwet 2013 (gemeente Mill en Sint Hubert) en Verordening Winkeltijdenwet Grave 2013 worden vervallen verklaard.

  • 2.

    Aanvragen om ontheffing die zijn ingediend onder de verordeningen genoemd onder lid 1, maar waarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld overeenkomstig deze verordening.

Artikel 8. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met januari 2022.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Winkeltijdenverordening gemeente Land van Cuijk 2022.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Land van Cuijk in zijn openbare vergadering van 3 januari 2022.

De griffier,

Richard van der Weegen

De voorzitter,

Wim Hillenaar

Toelichting

Op 28 mei 2013 heeft de Eerste Kamer ingestemd met een initiatiefwet tot wijziging van de Winkeltijdenwet. Deze wetswijziging is op 1 juli 2013 in werking getreden. Op grond van de gewijzigde Winkeltijdenwet blijven de wettelijke verboden om winkels op zon-, feestdagen en op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur open te stellen bestaan. Gemeenten kunnen nu echter zelf bepalen of – en in hoeverre – zij vrijstelling of ontheffing verlenen van deze verboden. De uitzonderingsbepalingen daarvoor uit de oude Winkeltijdenwet, zoals de toerismebepaling en de avondwinkelbepaling, zijn komen te vervallen. De achterliggende gedachte is dat, zonder bemoeienis vanuit het Rijk, gemeenten zelf kunnen en mogen beslissen of winkels het gehele weekend open mogen. Dit komt tegemoet aan de wensen van consumenten, huishoudens en ondernemers. Daarnaast verwacht de politiek een stimulans voor de uitgaven voor de consument.

 

De met betrekking tot deze verordening meest relevante bepalingen van de Wtw, de artikelen 2 en 3, luiden als volgt:

 

Artikel 2

  • 1.

    Het is verboden een winkel voor het publiek geopend te hebben:

    • a.

      op zondag;

    • b.

      op nieuwjaarsdag, op Goede Vrijdag na 19 uur, op tweede paasdag, op Hemelvaartsdag, op tweede pinksterdag, op 24 december na 19 uur, op eerste en tweede kerstdag en op 4 mei na 19 uur;

    • c.

      op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur.

  • 2.

    Het is voorts verboden op de in het eerste lid bedoelde dagen en tijden in de uitoefening van een bedrijf, anders dan in een winkel, goederen te koop aan te bieden of te verkopen aan en in rechtstreekse aanraking met particulieren.

 

Artikel 3

  • 1.

    De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden.

  • 2.

    De gemeenteraad kan bij verordening aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen om in de gevallen, in de verordening aan te wijzen, en met inachtneming van de daarin gestelde regels op daartoe strekkend verzoek ontheffing van de in het eerste lid bedoelde verboden te verlenen.

  • 3.

    De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

 

Met de nieuwe wet is een einde gekomen aan de oude regelingen in de Winkeltijdenwet. De volgende regelingen voor zondagopenstellingen zijn verdwenen:

  • 1.

    de 12 zondagen per jaarregeling (artikel 3, eerste lid, van de oude WTW);

  • 2.

    de ontheffing voor zondagavondopenstelling vanaf 16 uur, 1 per 15.000 inwoners (artikel 3, vierde lid, van de oude WTW);

  • 3.

    de toerismebepaling (artikel 3, derde lid, van de oude WTW);

  • 4.

    de bijzondere omstandigheden en feestdagenregeling (artikelen 4 en 5 van de oude WTW);

  • 5.

    de nachtwinkels op werkdagen tussen 22.00 uur en 6.00 uur (artikel 7 van de oude WTW).

 

Artikel 10 van de WTW is vervallen bij de inwerkingtreding per 1 januari 2013 van de Wet aanpassing bestuursprocesrecht (Wab), waarbij de Algemene wet bestuursrecht is gewijzigd. De artikelen 3 en 8 worden gewijzigd.

 

De bevoegdheid van gemeenten is nu zo ruim dat zowel algehele handhaving van de verboden als het volledig terzijde stellen daarvan tot de mogelijkheden behoort. Hetzelfde geldt voor alle opties die daartussen zitten. Om tot een zorgvuldige besluitvorming te komen, is het van belang dat de betrokken belangen in de besluitvorming worden afgewogen (art. 3:4 Awb). De verordening zelf of onderdelen daaruit zijn niet vatbaar voor bezwaar en beroep. Dit betekent dat conform de hoofdregel uit de Algemene wet bestuursrecht tegen de verordening of onderdelen daaruit geen bestuursrechtelijke rechtsmiddelen kunnen worden aangewend.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

Voor de definitie van winkel wordt verwezen naar artikel 1 van de Winkeltijdenwet. Daarin is een winkel gedefinieerd als: een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte, waarin goederen aan particulieren plegen te worden verkocht.

 

Voor de omschrijving van het begrip feestdag is aansluiting gezocht bij artikel 2, eerste lid onder b van de Winkeltijdenwet. In de wet is geen definitie opgenomen van feestdag, maar worden de volgende dagen genoemd als dagen waarop de winkels gesloten moeten zijn (naast de zondag): nieuwjaarsdag, tweede paasdag, Hemelvaartsdag, tweede pinksterdag en eerste en tweede kerstdag. Deze dagen zijn in artikel 1 van de verordening gedefinieerd als feestdag. Daarnaast noemt artikel 2, eerste lid onder b van de Winkeltijdenwet nog drie dagen waarop de winkels gesloten moeten zijn vanaf 19.00 uur: Goede Vrijdag, 4 mei en 24 december. Deze dagen vallen dus niet onder het begrip feestdag in de verordening. Door in de verordening het begrip feestdag te definiëren, kan waar nodig worden volstaan met het woord “feestdag” of “feestdagen” en hoeven niet steeds alle dagen bij naam genoemd te worden.

 

Artikel 2, lid 1. Vrijstelling

Op basis van de nieuwe Winkeltijdenwet is het mogelijk om een groot aantal keuzes te maken. Deze vrijheid heeft de gemeenteraad van de wetgever gekregen. De belangrijkste worden hieronder weergegeven.

 

Keuze 1 (Artikel 2, lid 1) Vrijstellen van zon- en feestdagen vrijstellen:

De belangrijkste wijziging in de wet is dat de gemeenteraad de bevoegdheid krijgt om een keuze te maken in de openstelling van winkels op zon- en feestdagen. Met onderhavige winkeltijdenverordening bepaald de gemeenteraad dat winkels, behoudens straatverkoop, geopend mogen zijn op alle zon- en feestdagen, met uitzondering van Dodenherdenking op 4 mei na 19.00 uur.

 

Keuze 2 (Artikel 2 lid 1): Beperking tijdstip op zon- en feestdagen?

Wij zien onvoldoende aanleiding om de tijdstippen voor de zon- en feestdagen anders te bepalen dan de tijden voor door de week. Dit zou tegen de wens van ondernemers en consumenten in kunnen gaan die juist op de zondagochtend artikelen voor het zondagsontbijt aan te willen bieden/ kopen. Denk hierbij aan de bakker en de supermarkten. Wij zijn van mening dat de ondernemers ook op zondag het beste zelf kunnen bepalen of én wanneer de winkel geopend is. De klantvraag zal uiteindelijk deze tijden bepalen. Immers, indien er geen vraag is, zal de winkel niet geopend zijn.

 

Keuze 3 (Artikel 2 lid 1) Beperken tot alleen verkoop vanuit winkels?

De gemeenteraad kan er voor kiezen om de verkoop van goederen anders dan in een winkel wel of niet mee te nemen in de algemene vrijstelling voor de zon- en feestdagen. In artikel 2 lid 1 van de Verordening is het tweede lid van artikel 2 van de WTW toegevoegd, waardoor de algemene vrijstelling ook voor niet winkels geldt, behoudens voor straatverkoop. Het college is van mening dat er een afweging plaats moet vinden als het gaat om markt- en straathandel en de handel te water. Zeker daar dit in het openbare gebied plaats vindt. Met name de organisatie van diverse kofferbakverkopen in onze gemeente vraagt om een nadere afweging.

 

Keuze 4 (Artikel 2 lid 2): Zijn er dagen waarop een uitzonderingen van de vrijstelling is gewenst?

Bezien is of een uitzondering van de vrijstelling is gewenst op de volgende dagen: nieuwjaarsdag, Goede Vrijdag na 19 uur, eerste en tweede paasdag, Hemelvaartsdag, eerste en tweede pinksterdag, kerstavond 24 december na 19 uur, dodenherdenking op 4 mei na 19 uur en eerste en tweede kerstdag.

De gemeenteraad heeft bepaald dat winkels, behoudens straatverkoop, geopend mogen zijn op alle zon- en feestdagen, met uitzondering van dodenherdenking op 4 mei na 19.00 uur.

Artikel 3 geeft burgemeester en wethouders de bevoegdheid om voor deze dag een ontheffing te verlenen in geval van bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard.

 

Keuze 5: Openstelling in de avonduren voor 6.00 uur en na 22.00 uur

De gemeenteraad kan een algemene vrijstelling verlenen voor het openen van winkels in de nachtelijke uren. Er is momenteel geen aanleiding om ook een algemene vrijstelling te verlenen voor de winkeltijden tussen 22.00 en 6.00 uur. Er liggen geen concrete aanvragen en daarnaast is ook in de afgelopen jaren geen of weinig gebruik gemaakt van de ontheffingsmogelijkheid.

Artikel 3 geeft Burgemeester en wethouders de bevoegdheid om voor deze tijdstippen een ontheffing te verlenen bij bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard. Een fulltime nachtwinkel behoort daarom binnen de verordening niet tot de mogelijkheden.

 

Keuze 6: Onderscheid in deelgebieden

Een algehele vrijstelling maakt het voor alle winkels in ieder deelgebied mogelijk om in de toekomst een eigen afweging te maken om de winkel geopend te hebben. Er is geen aanleiding om onderscheid aan te brengen.

 

Belangenafweging en proces

Om tot een zorgvuldige besluitvorming te komen is het van belang dat de betrokken belangen in de besluitvorming worden afgewogen (art. 3:4 Awb). De Winkeltijdenwet omschrijft niet langer welke belangen moeten worden afgewogen, maar de volgende belangen zijn in het verleden afgewogen en spelen uiteraard momenteel nog altijd een rol.

  • a.

    Economische bedrijvigheid en werkgelegenheid

  • b.

    De leefbaarheid (incl. zondagsrust), de veiligheid en de openbare orde

 

a. Economische bedrijvigheid en werkgelegenheid

Ondernemers

Ondernemers hebben in het verleden vaker aangegeven dat zij zelf een keuze willen hebben voor openstelling. Burgers winkelen tegenwoordig 24/7 en ondernemers willen in elk geval de mogelijkheid om tijdig daarop in te kunnen spelen.

 

Belangen winkelpersoneel

In de Arbeidstijdenwet (Atw) wordt erkend, dat de zondag als een speciale dag wordt gezien, een dag waarop het normale regime van de arbeids- en rusttijden niet van toepassing is. Het uitgangspunt van de Atw is dat op zondag geen arbeid wordt verricht. Alleen als dat uit de aard van de arbeid voortvloeit of de bedrijfsomstandigheden dit noodzakelijk maken is zondagarbeid toegestaan. Deze uitzondering is al jaren gemeengoed bij winkels aangezien de Winkeltijdenwet al jaren winkelopenstelling op zondagen toestaat (12-dagenregeling en zondagavondopenstelling).

Van belang hierbij is dat de werknemer er zelf voor moet kiezen om op zondag te werken. De winkeliers dienen over het werken op zondag goede afspraken met de werknemers te maken. In de Atw en het Burgerlijk Wetboek is voor verschillende situaties bescherming geregeld van werknemers voor het werken op zondag. Werknemers die onder druk worden gezet om op zondag te werken, kunnen zich op deze wetten beroepen, afhankelijk van de situatie die voor hen geldt.

 

Economisch belang

Wellicht komen bestedingen van consumenten hetzij door toeristen en/of consumenten uit de regio ten goede aan de economie van Land van Cuijk. Echter veel gemeenten in Nederland hebben zich al uitgesproken voor (een vorm van) verruiming van de zondagopenstelling en heeft de mogelijkheden van de wet ook toegepast in hun verordeningen. De verwachting is dat, de winkels, bij veel gemeenten in Nederland geopend mogen zijn.

Indien gemeente Land van Cuijk hier niet in meegaat zal dat kunnen betekenen dat consumenten op zondag voor hun boodschappen en mogelijk ook voor het winkelen naar andere dorpen/ steden vertrekken. Dit zal een negatief effect kunnen hebben op de economie en werkgelegenheid.

 

b. Leefbaarheid, zondagsrust en veiligheid

In diverse kernen in de gemeente Land van Cuijk zijn al jaren supermarkten open op zondagen. De klanten maken gebruik gemaakt van de openstelling. Kennelijk verleggen consumenten de aankopen ook naar zondag en vinden zij het makkelijk om ook op zondag nog iets te kunnen halen, waardoor zij ruimte en rust krijgen in het wekelijkse schema.

De openstelling heeft tot op heden nog geen klachten opgeleverd over de leefbaarheid, veiligheid en zondagsrust. Voor zover bekend, zijn er niet meer of minder incidenten dan op normale doordeweekse dagen te verwachten. Ook ontvangen wij geen extra klachten over de openstelling op de aangewezen koopzondagen.

 

Conclusie belangenafweging

De inventarisatie en de afweging van de bovenstaande belangen leidt tot de conclusie dat er geen noemenswaardige aantasting is de genoemde belangen. Gezien de wijzigingen in de wet en de intentie hierachter, en gezien de ontwikkelingen in gemeenten om ons heen, maken wij de keuze om mee te gaan met deze ontwikkeling. Het ondernemerschap (creativiteit en innovatie) zal meer tot zijn recht komen en daarmee wordt de economische ontwikkeling van gemeente Land van Cuijk gestimuleerd. Bovendien wordt tegemoet gekomen aan de (moderne) consument die ook op zondag de mogelijkheid wil hebben om te kunnen winkelen en boodschappen te doen.

 

Artikel 2, lid 3. Overgehevelde vrijstellingen uit het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

De wijziging van de wet heeft gevolgen voor het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet. Deze algemene maatregel van bestuur had als grondslag de artikelen 5, eerste lid, en 8, eerste lid, van de Winkeltijdenwet (oud). Na de wetswijziging is dit het nieuwe artikel 8, eerste lid, van de Winkeltijdenwet (nieuw). Een substantieel aantal opgenomen vrijstellingen op het verbod zijn van rechtswege vervallen.

Deze vervallen vrijstellingen kan de gemeenteraad op grond van artikel 3, eerste lid, van de Winkeltijdenwet (nieuw) bij verordening vaststellen. Met deze bepaling in de verordening wordt hieraan uitvoering gegeven.

Het gaat hier om vrijstellingen voor vormen van detailhandel die traditioneel reeds veel (ook) op zon- en feestdagen plaatsvinden zoals ijscomannen, videotheken, bloemenwinkels bij begraafplaatsen, winkels in musea en in bejaardenoorden, etc.

 

Artikel 3. Individuele ontheffingen voor bijzondere situaties

Met artikel 2, lid 3 van de verordening wordt de mogelijkheid geboden om een ontheffing te verlenen voor bijzondere situaties van tijdelijke aard en uitstallen van goederen/ straatverkoop. De gemeenteraad kiest bewust voor het uitzonderen van dodenherdenking en het tegengaan van openingstelling in de nachtelijke uren. Het is in ons oordeel dan ook alleen wenselijk om een ontheffing te verlenen bij bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard. Wij zijn van mening dat er een afweging plaats moet vinden als het gaat om markt- en straathandel en de handel te water. Zeker daar dit in het openbare gebied plaats vindt. Met name de organisatie van diverse kofferbakverkopen in onze gemeente vraagt iedere keer weer om een nadere afweging. Burgemeester en wethouder kunnen beleidsregels opstellen voor de uitvoering van deze regels.

 

Artikel 4. Beslistermijn

De Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (artikel 4:17 ev. Van de Awb) is van toepassing. Een aanvraag om ontheffing kan, bij niet tijdig beslissen, niet van rechtswege zijn verleend.

 

Artikel 5. Intrekken of wijzigen ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken of wijzigen als er sprake is van één of meer van de aangegeven situaties.

 

Artikel 6. Toezicht

Met toezicht op de naleving van deze verordening kunnen dezelfde functionarissen belast zijn als die belast zijn met de naleving van de Algemene plaatselijke verordening.

 

Artikel 7. Vervallen verklaren oude verordeningen en overgangsrecht

Als bestaande verordeningen worden vervangen door een nieuwe verordening dan zullen de op de oude verordening gebaseerde besluiten vervallen voor zover ze niet krachtens overgangsrecht in stand worden gehouden. Hiervoor is niet gekozen. Dit betekent dat het college van burgemeester en wethouders van gemeente Land van Cuijk een nieuwe afweging kan maken bij gewenste ontheffingen. Hiernaast worden ook reeds in behandeling zijnde aanvragen behandeld conform deze verordening.

 

Bezwaar en beroep

Tegen ontheffingen kan bezwaar en beroep ingesteld worden bij burgemeester en wethouders. Op grond van artikel 4 van bijlage 2, hoofdstuk 2, bij de Awb staat beroep open bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven. Als een vrijstelling het karakter van een algemeen verbindend voorschrift heeft, staat geen beroep bij de bestuursrechter open.

 

Leges

Ingevolge de Legesverordening zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing van deze verordening leges verschuldigd.