Organisatie | Renkum |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Nadere regels Scholing Participatiewet gemeente Renkum |
Citeertitel | Nadere regels Scholing Participatiewet gemeente Renkum |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
09-02-2024 | 01-07-2023 | Gewijzigde regeling | 23-01-2024 | ||
10-01-2022 | 09-02-2024 | nieuwe regeling | 21-12-2021 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Renkum;
Gelet op: artikel 7 lid 1 van de Participatiewet en de artikelen 2 lid 1 en 8 van de Re-integratieverordening Participatiewet Renkum 2023;
Overwegende dat: het noodzakelijk is nadere regels vast te stellen voor het aanbieden van scholing;
Besluit vast te stellen de volgende Nadere regels Scholing Participatiewet gemeente Renkum
In deze regel[s] wordt verstaan onder:
Scholing: elke activiteit in het kader van een gestructureerde leersituatie die gericht is op het ontwikkelen van de belanghebbende en/of het vergroten van de kennis, die noodzakelijk is om zijn arbeidsinschakeling mogelijk te maken of de reeds verkregen arbeid te behouden, eventueel in combinatie met andere voorzieningen.
De doelgroep bestaat uit personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a van de Participatiewet met uitzondering van personen jonger dan 27 jaar hierna te noemen: belanghebbenden.
Artikel 3. Voorwaarden voor toekenning van scholing
Het college stelt een vergoeding voor scholing vast op basis van een individuele beoordeling van voor belanghebbende goedkoopste en meest adequate scholingsmogelijkheid door een prijsvergelijk volgens lokaal inkoopbeleid voor de duur van maximaal 6 maanden. Indien nodig volgt na deze periode opnieuw een beoordeling.
Artikel 6. Eigen bijdrage in de kosten van scholing
Het college stelt de verschuldigde eigen bijdrage vast op basis van het vermogen voor zover het vermogen van belanghebbende meer bedraagt dan vijftig procent van het vrij te laten bescheiden vermogen zoals vermeld in artikel 34 lid 3 van de Participatiewet. De verschuldigde eigen bedrage is het meerdere vermogen tot een maximum van de totale scholingskosten op basis van artikel 5.