Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ommen

Aanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOmmen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022
CiteertitelAanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpAanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 1, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2022Aanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022

14-12-2021

gmb-2021-483495

Tekst van de regeling

Intitulé

Aanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022

Het college van B&W van de gemeente Ommen,

Gelet op de dienstverleningsovereenkomst met GBLT van 9 november 2021, artikelen 160, eerste lid, en 231, tweede lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet en artikel 1, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken;

 

Besluit vast te stellen:

 

Aanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022

 

Artikel 1 Heffingsambtenaar

Als degene die is belast met de heffing van gemeentelijke belastingen, als bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet, wordt aangewezen: De manager van de afdeling Heffen van GBLT; te noemen ‘heffingsambtenaar’.

Artikel 2 WOZ-ambtenaar

De in artikel 1 genoemde heffingsambtenaar is tevens gemeenteambtenaar als bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken en belast met de uitvoering van de Wet WOZ.

Artikel 3 Invorderingsambtenaar

Als degene die is belast met de invordering van gemeentelijke belastingen, als bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel c, van de Gemeentewet, wordt aangewezen: de manager van de afdeling Innen van GBLT te noemen ‘invorderingsambtenaar’.

Artikel 4 Reikwijdte

Dit aanwijzingsbesluit is van toepassing op belastingjaar 2022 en daarop volgende belastingjaren en ziet uitsluitend op uitvoering van de Wet WOZ en de volgende heffingen en belastingen:

  • 1.

    Afvalstoffenheffing, alleen hoofdstuk 1 en 2 van de bij verordening behorende tarieventabel;

  • 2.

    Rioolheffing;

  • 3.

    Onroerende zaakbelastingen;

  • 4.

    Toeristenbelasting;

  • 5.

    Forensenbelasting;

  • 6.

    Reclamebelasting;

  • 7.

    Precariobelasting;

  • 8.

    Marktgelden, alleen het jaarabonnement;

  • 9.

    Begraafplaatsrechten, alleen de onderhoudsrechten die per kalenderjaar worden geheven.

Artikel 5 Intrekking eerdere aanwijzingsbesluiten

Eerdere aanwijzingsbesluiten worden ingetrokken met dien verstande dat zij van kracht blijven voor belastingjaren gelegen vóór 2022 en voor heffingen en belastingen die niet onder de reikwijdte van artikel 4 vallen.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt inwerking met ingang van de dag na bekendmaking.

Artikel 7 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Aanwijzingsbesluit van de ambtenaar belast met de heffing, de WOZ-ambtenaar en de ambtenaar belast met de invordering van Ommen 2022.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 14 december 2021

 

Gemeentesecretaris,

J.W.H. Blaauw

 

Burgermeester,

mr. drs. J.M. Vroomen