Organisatie | West Maas en Waal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening werkleeraanbod wet investeren in jongeren |
Citeertitel | Verordening werkleeraanbod WIJ gemeente West Maas en Waal |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-12-2010 | 01-10-2009 | 11-01-2017 | Onbekend | 01-07-2010 Waalkanter, 29-12-2010 | Onbekend |
PARAGRAAF 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 – Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
startkwalificatie : een diploma van een opleiding als bedoeld in artikel 7.2.2, eerste lid, onderdelen b tot en met e van de Wet educatie en beroepsonderwijs of een diploma hoger algemeen voortgezet onderwijs of voorbereidend wetenschappelijk onderwijs als bedoeld in artikel 7 onderscheidenlijk 8 van de Wet op het voortgezet onderwijs;
PARAGRAAF 2. BELEID EN FINANCIIËN
Het college stemt het werkleeraanbod af op de omstandigheden, krachten en bekwaamheden van de jongere, wiens recht op een werkleeraanbod is vastgesteld. Bij de invulling van het werkleeraanbod onderzoekt het college de mogelijkheden en omstandigheden van de jongere. Zij beziet daarbij tevens in hoeverre de wensen van de jongere bij de invulling van het werkleeraanbod kunnen worden betrokken.
Artikel 4 – Arbeidsinschakeling
Het college biedt jongeren die recht hebben op een werkleeraanbod en naar het oordeel van het college direct inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt in beginsel algemeen geaccepteerde arbeid of ondersteuning bij de arbeidsinschakeling aan.
Onverminderd artikel 4, kan het college jongeren die recht hebben op een werkleeraanbod, één of meer van de volgende voorzieningen aanbieden:
Artikel 6 – Inzet van de voorzieningen
Het doel van de inzet van voorzieningen is het bevorderen van duurzame arbeidsparticipatie van jongeren door het opdoen van werkervaring, het aanleren van vaardigheden en kennis, het opdoen van werkritme, maatschappelijke participatie dan wel op andere wijze vergroten van persoonlijke en maatschappelijke zelfredzaamheden.
Onverminderd artikel 2, vierde lid, kunnen de beschikbare voorzieningen als volgt in beginsel en als eerste aanzet worden ingezet:
voor jongeren die zich richten op arbeid in zelfstandig bedrijf of beroep wordt in beginsel de voorziening, genoemd in artikel 5 , onderdeel a en i, ingezet; ingeval naar het oordeel van het College voor een jongere arbeidsinschakeling in loondienst minder haalbaar is dan het starten als zelfstandig ondernemer;
Artikel 7 – Combinatie arbeid en zorg
Onverminderd artikel 17, vierde lid, van de wet, betrekt het college bij de invulling van het werkleeraanbod de beschikbaarheid van passende kinderopvang, het belang van voldoende scholing en de belastbaarheid van de jongere.
Onverminderd artikel 17, tweede lid, van de wet, stemt het college het werkleeraanbod af op de medische beperkingen van de jongere en draagt zorg voor passende voorzieningen ter ondersteuning bij de arbeidsinschakeling.
Artikel 9 – Uitvoering door derden
Het college kan in verband met de invulling en uitvoering van het werkleeraanbod afspraken maken met derden, waaronder werkgevers en re-integratiebedrijven, alsmede subsidies verstrekken.
Artikel 10 – Verplichtingen van de jongere
Een jongere die gebruik maakt van een voorziening is gehouden te voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit de wet, de Wet structuur uitvoering werk en inkomen, deze verordening, alsmede aan de verplichtingen die het college aan de aangeboden voorziening heeft verbonden.
Artikel 11 – Intrekking werkleeraanbod
Het college kan het werkleeraanbod intrekken of herzien, indien wijziging optreedt in de omstandigheden, krachten of bekwaamheden van de jongere dan wel indien de jongere niet voldoet aan een of meer op hem rustende verplichtingen als bedoeld in hoofdstuk 5 van de wet en hem dit te verwijten valt.