Organisatie | Wormerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van rioolheffing 2022 |
Citeertitel | Verordening rioolheffing 2022 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.
Deze regeling vervangt de Verordening rioolheffing 2021.
artikel 228a van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-12-2021 | nieuwe regeling | 21-12-2021 |
De raad van de gemeente Wormerland;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 23 november 2021
gelet op artikel 228a van de Gemeentewet;
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van rioolheffing 2022
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:
Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht
Voor het eigenarendeel wordt, als het perceel een onroerende zaak is, als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het belastingjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebben krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is. Ingeval het perceel een roerende zaak is, wordt naar omstandigheden beoordeeld wie als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht moet worden beschouwd.
Voor het gebruikersdeel wordt:
Gebruik van een perceel door de leden van een huishouden dat door de in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar als gebruiker wordt aangemerkt
Gebruik door degene aan wie een deel van een perceel in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven;
Het ter beschikking stellen van een perceel voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die dat perceel ter beschikking heeft gesteld.
Artikel 5 Maatstaf van heffing rioolheffing afvalwater
Het aantal kubieke meters wordt gesteld op het aantal kubieke meters leidingwater en grondwater dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naar het perceel is toegevoerd of opgepompt. Ingeval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periode van twaalf maanden, wordt de hoeveelheid water door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij die herleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend.
Artikel 6 Maatstaf van heffing rioolheffing hemel- en grondwater
De rioolheffing hemel- en grondwater wordt geheven naar een vast bedrag per perceel.
Artikel 11 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, meer is dan € 100 en minder is dan € 5.000, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, moeten de aanslagen worden betaald in negen gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de tweede maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens één maand later.