Organisatie | Gennep |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van marktgeld gemeente Gennep (2022) |
Citeertitel | Verordening marktgeld gemeente Gennep 2022 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening marktgeld 2021
artikel 229 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2022 | nieuwe regeling | 20-12-2021 | 521974 |
• gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Gennep d.d. 16 november 2021;
• gehoord de voorbereidende raadsvergadering d.d. 6 december 2021;
• gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
vast te stellen de verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van marktgeld gemeente Gennep (2022)
Onder de naam 'marktgeld' wordt een recht geheven voor het ter beschikking stellen van een standplaats op een markt als bedoeld in de marktverordening, daaronder begrepen de diensten welke in verband hiermee door de gemeente worden verleend.
Het belastingtijdvak is de periode waarvoor een vergunning voor een standplaats is afgegeven, met dien verstande dat bij een vergunning voor meer dan twaalf maanden het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien van een standplaats waarvoor een vergunning voor meer dan een maand is verleend door omstandigheden buiten de wil van belanghebbende geen gebruik is gemaakt dan wel gedurende een kortere periode gebruik is gemaakt dan waarvoor de vergunning is verleend, wordt op aanvraag van belanghebbende teruggaaf van het marktgeld verleend. De teruggaaf wordt berekend door het voor het betreffende belastingtijdvak gevorderde bedrag te verminderen met het bedrag dat volgens de tarieventabel verschuldigd is voor de periode waarin gebruik is gemaakt van de standplaats.
Indien van een standplaats waarvoor een vergunning voor meer dan een maand is verleend gedurende een of meer marktdagen geen gebruik kan worden gemaakt omdat het marktterrein voor andere activiteiten in gebruik is, bestaat aanspraak op teruggaaf, tenzij door het college van burgemeester en wethouders een andere plaats voor het houden van de markt is aangewezen. De teruggaaf wordt berekend door het voor het betreffende belastingtijdvak gevorderde bedrag te verminderen met het bedrag dat volgens de tarieventabel verschuldigd is voor de periode waarin gebruik is gemaakt van de standplaats,
Het marktgeld wordt geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van het marktgeld.
De 'Verordening marktgeld 2021 ' van 14 december 2020, zoals laatstelijk gewijzigd, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11 genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de op grond van het eerste lid ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van het marktgeld hiervoor in die periode plaatsvindt.
behorende bij de Verordening marktgeld gemeente Gennep 2022
Hoofdstuk 1 Standplaatsen Tarief 2022
1.2 voor een periode van een maand waarin vier wekelijkse marktdagen zijn begrepen € 7,00
1.3 voor een periode van een maand waarin vijf wekelijke marktdagen zijn begrepen € 8,60
1.4 voor een periode van een kwartaal € 20,15
1.5 voor een periode van een half jaar € 39,65
1.6 voor een periode van een jaar € 75,65
Behoort bij het raadsbesluit van 20 december 2021, 521974