Organisatie | Strijen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van markt- en staangeld 2008 |
Citeertitel | Verordening op de heffing en de invordering van markt- en staangeld 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-06-2008 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 27-05-2008 Het Kompas, 06-06-2008 | Onbekend |
De raad van de gemeente Strijen;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 mei 2008;
overwegende, dat de verordening op de heffing en invordering van standplaatsrechten 1998 geactualiseerd moet worden;
Gelet op artikel 229, lid 1 van de Gemeentewet;
Verordening op de heffing en de invordering van markt- en staangeld 2008
De rechten worden geheven van degenen door wie dan wel ten behoeve van wie een standplaats wordt ingenomen.
Artikel 3 Maatstaf van heffing
De heffingsgrondslag voor de berekening van de rechten als bedoeld in artikel 1 van deze verordening is de oppervlakte die door de belastingplichtige in gebruik wordt genomen.
De rechten bedragen voor het innemen van een standplaats per vierkante
meter in gebruik genomen grond of gedeelte daarvan per dag of een gedeelte daarvan € 0,45.
In de gevallen waarin de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van een standplaats is het belastingtijdvak de periode waarvoor de vergunning is verleend, met dien verstande dat bij een kalenderjaaroverschrijdende geldigheidsduur van de vergunning het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de naar jaartarieven geheven rechten verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de naar jaartarieven geheven belasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
De rechten worden niet geheven van degene die een standplaats inneemt uitsluitend gebezigd voor een non-profitinstelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sociale of culturele aard en waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers.
Artikel 9 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de standplaatsrechten.
Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘ verordening op de heffing en invordering van standplaatsrechten 1998” sedertdien gewijzigd, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.