Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Drechterland

Verordening rioolheffing Drechterland 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDrechterland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening rioolheffing Drechterland 2022
CiteertitelVerordening rioolheffing Drechterland 2022
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 147 van de Gemeentewet
  2. artikel 228a van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-12-2021Nieuwe regeling

20-12-2021

gmb-2021-471713

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening rioolheffing Drechterland 2022

De raad van de gemeente Drechterland;

 

gelet op de artikelen 147 en 228a van de Gemeentewet;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 16 november 2021

besluit:

 

vast te stellen de

 

Verordening rioolheffing Drechterland 2022

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    gemeentelijke riolering: een voorziening of combinatie van voorzieningen voor inzameling, verwerking, zuivering of transport van afvalwater, hemelwater of grondwater, in eigendom, in beheer of in onderhoud bij de gemeente;

  • b.

    water: huishoudelijk afvalwater, bedrijfsafvalwater, hemelwater, grondwater of oppervlaktewater.

Artikel 2 Aard van de belasting

Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:

  • a.

    de inzameling en het transport van huishoudelijk afvalwater en bedrijfsafvalwater, alsmede de zuivering van huishoudelijk afvalwater; en

  • b.

    de inzameling van afvloeiend hemelwater en de verwerking van het ingezamelde hemelwater, alsmede het treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken.

Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven van degene die bij het begin van het belastingjaar het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van een perceel dat direct of indirect is aangesloten op de gemeentelijke riolering.

  • 2.

    Voor de belasting wordt, als het perceel een onroerende zaak is, als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het belastingjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.

Artikel 4 Voorwerp van de belasting

  • 1.

    Voorwerp van de belasting is een perceel.

  • 2.

    Als perceel wordt aangemerkt:

    • a.

      de onroerende zaak, bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      de roerende zaak, die duurzaam aan een plaats is gebonden;

    • c.

      een gedeelte van een in onderdeel b bedoelde roerende zaak dat blijkens zijn indeling is bestemd om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt;

    • d.

      een samenstel van twee of meer van de in onderdeel b bedoelde roerende zaken of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde persoon in gebruik zijn en die, naar de omstandigheden beoordeeld, bij elkaar behoren;

    • e.

      het binnen de gemeente gelegen deel van de in onderdeel b bedoelde roerende zaak, van een in onderdeel c bedoeld gedeelte daarvan of van een in onderdeel d bedoeld samenstel.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar een bedrag per perceel.

Artikel 6 Belastingtarieven

  • 1.

    De belasting als bedoeld in artikel 3 bedraagt voor de na te noemen percelen, per perceel per jaar:

    a.

    voor een perceel gebruikt als woning

    171,35

    b.

    voor een perceel gebruikt als winkel of ander bedrijf, waarin niet meer dan 5 personen werkzaam zijn

    209,90

    c.

    voor een perceel, gebruikt als winkel of ander bedrijf, waarin meer dan 5, doch niet meer dan 10 personen werkzaam zijn

    419,55

    d.

    voor een perceel gebruikt als winkel of ander bedrijf, waarin meer dan 10 personen werkzaam zijn, benevens voor een perceel gebruikt als hotel, café of café-restaurant

    844,00

    e.

    voor een perceel, gebruikt als klooster, verpleeginrichting, bejaarden- of ander tehuis, waarin als regel meer dan 10 personen nachtverblijf hebben

    1.126,80

  • 2.

    Belastingaanslagen van minder dan € 5,-- worden niet opgelegd.

  • 3.

    Voor de toepassing van het bepaalde in het derde lid wordt het totaal van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen rioolheffing of andere heffingen aangemerkt als één belastingaanslag.

Artikel 7 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld

De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in één termijn. Deze termijn vervalt op de laatste dag van de maand, zijnde de tweede maand na de dagtekening die in het aanslagbiljet is vermeld.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening rioolheffing Drechterland 2021” laatstelijk vastgesteld bij raadsbesluit van 14 december 2020, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening rioolheffing Drechterland 2022”.

 

Aldus besloten door de raad van de gemeente Drechterland in zijn openbare vergadering van 20 december 2021.

De raad voornoemd,

de griffier,

J.N.M.Commandeur

de voorzitter,

M.Pijl