Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Sociale Dienst Oost Achterhoek

Beleidsregels Terug- en invordering bedrijfskapitaal Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) SDOA 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSociale Dienst Oost Achterhoek
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBeleidsregels Terug- en invordering bedrijfskapitaal Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) SDOA 2021
CiteertitelBeleidsregels Terug- en invordering bedrijfskapitaal Tijdelijke Overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) SDOA 2021
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpTerug- en invordering Tozo

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 4:94 van de Algemene wet bestuursrecht

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Art. 4 Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Oost Achterhoek

Delegatiebesluit Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Oost Achterhoek

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-12-2021Nieuwe regeling

16-12-2021

bgr-2021-1107

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Terug- en invordering bedrijfskapitaal Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) SDOA 2021

Het Dagelijks Bestuur van de Sociale Dienst Oost Achterhoek;

gelet op artikel 4 van de Gemeenschappelijke Regeling van de Sociale Dienst Oost Achterhoek en het delegatiebesluit Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Oost Achterhoek, waarin het bestuur de zelfstandige bevoegdheid voor de uitvoering van bovengenoemde taken gedelegeerd heeft gekregen van zijn deelnemende gemeenten Berkelland, Oost Gelre en Winterswijk, en;

gelet op:

  • artikel 17 lid 2, 58 lid 2, 59, 60 en 62f onderdeel b van de Participatiewet (Pw);

  • artikel 16 van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo);

  • titel 4.3 en art. 4:94 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

overwegende dat:

  • de Tozo een bijzondere, tijdelijke regeling is ten behoeve van zelfstandige ondernemers die financieel getroffen zijn door de coronacrisis;

  • het bedrijfskapitaal Tozo in de vorm van een geldlening wordt verstrekt en daaraan voorwaarden zijn verbonden;

  • het belangrijk is om

  • de zelfstandige te ondersteunen als dit nodig is,

  • de betalingsverplichtingen te laten nakomen zodra dit vereist en mogelijk is,

  • een betalingsregeling te treffen als dit grotere problemen dan wel faillissement kan voorkomen; en

  • het bedrijfskapitaal Tozo terug te vorderen als niet aan de verplichtingen wordt voldaan;

  • het wenselijk is om in aanvulling op de beleidsregels Terug- en invordering Participatiewet uniforme regelgeving voor de terugvordering en invordering van het bedrijfskapitaal Tozo vast te leggen;

 

besluit vast te stellen de

Beleidsregels Terug- en invordering bedrijfskapitaal Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemer (Tozo) SDOA 2021

Artikel 1 Afkortingen

  • a.

    Bedrijfskapitaal: bijstand in de vorm van een rentedragende geldlening op grond van de Tozo van in totaal € 10.157 Boetebesluit: het Boetebesluit socialezekerheidswetten;

  • b.

    Bbz: Besluit Bijstandsverlening zelfstandigen 2004;

  • c.

    PW: de Participatiewet

  • d.

    Tozo : Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers

  • e.

    Zelfstandige: rechthebbende volgens artikel 1 van de Tozo

Artikel 2 Bevoegdheid tot terugvordering bedrijfskapitaal

De SDOA maakt gebruik van de bevoegdheid tot het terugvorderen van het bedrijfskapitaal op grond van de artikelen 58 lid 2, 59 en 60 van de Pw.

Artikel 3 Opeisbaar stellen bedrijfskapitaal

  • 1.

    De SDOA merkt de lening bedrijfskapitaal als direct opeisbaar aan wanneer:

    • a.

      de zelfstandige de terugbetalingsverplichtingen niet nakomt;

    • b.

      de zelfstandige zijn bedrijf of beroep geheel of gedeeltelijk overdraagt of beëindigt;

    • c.

      er sprake is van surseance van betaling of faillissement van de zelfstandige, van één van de vennoten of leden waarmee het bedrijf of zelfstandig beroep in een samenwerkingsverband wordt uitgeoefend, of van de rechtspersoon;

    • d.

      er sprake is van curatele van de zelfstandige, of bij onderbewindstelling van het vermogen van de zelfstandige en/of het bedrijf;

    • e.

      de zelfstandige het bedrijfskapitaal niet besteedt aan de overeengekomen bestemming;

    • f.

      de zelfstandige komt te overlijden.

  • 2.

    Terug- en invordering vindt plaats bij de zelfstandige en/of diens partner, als deze partner bij de bijstand is inbegrepen.

Artikel 4 Rente- en aflossingsverplichtingen bedrijfskapitaal

  • 1.

    De SDOA stelt de aflossing van het verstrekte bedrijfskapitaal vast op basis van de looptijd van de geldlening en kan hierbij rekening houden met de aflossingscapaciteit van de zelfstandige.

  • 2.

    Wanneer de zelfstandige niet aan de rente- en aflossingsverplichtingen voldoet, zal de SDOA contact opnemen met de zelfstandige. Daarna volgen, als dit nodig is, een 1e en een 2e aanmaning.

  • 3.

    Als de zelfstandige ook na een 2e aanmaning niet aan zijn rente- en aflossingsverplichtingen voldoet, gaat de SDOA direct over tot terugvordering van de openstaande vordering plus achterstallige rente.

  • 4.

    Als sprake is van een toerekenbare tekortkoming in de rente- en aflossingsverplichtingen, betaalt de zelfstandige over de achterstallige rente- en aflossingsbedragen de wettelijke rente.

  • 5.

    Bij beëindiging van het bedrijf of beroep wordt het bedrijfskapitaal renteloos gemaakt vanaf de beëindigingsdatum.

Artikel 5 Aflossingscapaciteit en betalingsregeling

  • 1.

    De SDOA biedt de zelfstandige wanneer de vordering, bestaande uit de rentedragende geldlening plus achterstallige rente, direct opeisbaar is geworden, een termijn van 6 weken om het volledige openstaande bedrag te voldoen. Ook biedt de SDOA de zelfstandige de mogelijkheid om een betalingsregeling te treffen. Dit wordt in de beschikking vermeld.

  • 2.

    De zelfstandige kan zelf een betalingsregeling voorstellen. Hiermee stemt de SDOA in als:

    • a.

      daarmee de vordering binnen een periode van 36 maanden in zijn geheel kan worden afgelost; en

    • b.

      de voorgestelde aflossing ten minste € 150,00 per maand bedraagt.

  • 3.

    Wanneer een betalingsregeling zoals genoemd in het 2e lid niet tot stand kan komen, wordt de aflossing vastgesteld op 50% van het inkomen boven de van toepassing zijnde bijstandsnorm.

  • 4.

    In afwijking van het 2e en 3e lid kan de SDOA met een betalingsvoorstel van de zelfstandige instemmen als daarmee wordt bereikt dat de zelfstandige de vordering via minnelijke weg blijft betalen.

Artikel 6 Mogelijkheden tot wijziging van een betalingsverplichting

  • 1.

    De SDOA kan op verzoek van de zelfstandige de eerder vastgestelde betalingsverplichting wijzigen als dit naar het oordeel van de SDOA noodzakelijk is in verband met wijzigingen in de (financiële) situatie van de zelfstandige.

  • 2.

    De SDOA kan de betalingsverplichting wijzigen wanneer uit een draagkrachtonderzoek blijkt dat de zelfstandige over onvoldoende draagkracht beschikt, of als daarmee wordt bereikt dat de zelfstandige de vordering via minnelijke weg blijft betalen.

  • 3.

    De SDOA voert periodiek of op basis van signalen onderzoek uit naar mogelijk gewijzigde financiële omstandigheden.

Artikel 7 Uitstel van betaling

  • 1.

    De SDOA kan op schriftelijk verzoek van de zelfstandige uitstel van de betalingsverplichting verlenen voor de duur van telkens maximaal 6 maanden. Dit kan alleen als de (financiële) omstandigheden daartoe aanleiding geven en de zelfstandige dit onderbouwt met bewijsstukken.

  • 2.

    In afwijking van het bepaalde in lid 1stemt SDOA zonder onderzoek in met een verzoek tot uitstel van betaling als:

    • a.

      aan de zelfstandige in de periode van 12 maanden voor het verzoek niet eerder een uitstel van betaling is toegekend; en

    • b.

      het uitstel van betaling niet langer duurt dan 6 maanden.

  • 3.

    De SDOA trekt het besluit tot uitstel van betaling in wanneer:

    • a.

      op een later tijdstip blijkt dat de zelfstandige onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en op basis van de juiste of volledige gegevens een ander besluit zou zijn genomen; en/of

    • b.

      de gronden voor verlening van het uitstel als bedoeld in het 1e lid zijn komen te vervallen.

Artikel 8 Niet of niet meer voldoen aan de betalingsverplichting

  • 1.

    Als de zelfstandige na terugvordering van het bedrijfskapitaal niet bereid is een betalingsregeling te treffen of een eerder opgelegde betalingsverplichting niet meer nakomt, kan de SDOA invorderen bij dwangbevel. De invordering kan dan worden overgedragen aan de deurwaarder.

  • 2.

    Bij inschakeling van een deurwaarder betaalt de zelfstandige de in rekening gebrachte kosten.

Artikel 9 Afzien van (verdere) invordering na het voldoen aan de betalingsverplichting

  • 1.

    De SDOA kan ambtshalve van (verdere) invordering afzien als de zelfstandige:

    • a.

      gedurende 5 jaar volledig aan de betalingsverplichtingen heeft voldaan, mits die betalingsverplichtingen minimaal 5% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm bedragen;

    • b.

      gedurende 5 jaar niet volledig aan de betalingsverplichtingen heeft voldaan, maar het achterstallige bedrag over die periode alsnog heeft betaald, mits de betalingsverplichtingen minimaal 5% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm bedragen;

    • c.

      gedurende 5 jaar geen betalingen heeft kunnen verrichten en het niet aannemelijk is dat de zelfstandige deze binnen afzienbare tijd wel zal kunnen gaan verrichten;

    • d.

      gedurende 5 jaar geen of onregelmatig betalingen heeft verricht en de openstaande vordering minder bedraagt dan 50% van het oorspronkelijk teruggevorderde bedrag; of

    • e.

      gedurende 5 jaar volledig aan de betalingsverplichtingen heeft voldaan of in totaal 25% of meer van de hoofdsom heeft afgelost, en een bedrag van ten minste 50% van de restsom in één keer aflost.

  • 1.

    Als daarvoor dringende redenen aanwezig zijn kan de SDOA, in afwijking van het 1e lid, besluiten geheel of gedeeltelijk van invordering af te zien.

Artikel 10 Kwijtschelding van de vordering in verband met een schuldregeling

  • 1.

    Op grond van artikel 58 lid 2 onder b van de Pw en artikel 3 lid 1 onder a van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) kan de SDOA de vordering kwijtschelden als:

    • a.

      redelijkerwijs te voorzien is dat de zelfstandige de schuld niet binnen afzienbare tijd zal kunnen afbetalen; en

    • b.

      redelijkerwijs te voorzien is dat een schuldregeling met betrekking tot alle vorderingen van de overige schuldeisers zonder kwijtschelding van de Tozo-vordering niet tot stand zal komen; en

    • c.

      de vordering van de SDOA ten minste zal worden voldaan naar evenredigheid met de vorderingen van de schuldeisers van gelijke rang.

  • 2.

    De SDOA trekt het besluit om mee te werken aan een schuldregeling in als:

    • a.

      niet binnen 12 maanden nadat dat besluit is bekendgemaakt, een schuldregeling tot stand is gekomen die voldoet aan de eisen bedoeld in het 1e lid;

    • b.

      de zelfstandige de aan de schuldregeling verbonden verplichtingen ondanks waarschuwing blijft schenden; of

    • c.

      op een later tijdstip blijkt dat onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt en op basis van de juiste of volledige gegevens een ander besluit zou zijn genomen.

  • 3.

    In afwijking van het 1e lid zal de SDOA de vordering kwijtschelden als de zelfstandige door de Belastingdienst wordt aangemerkt als gedupeerde in de toeslagenaffaire en op grond van de Catshuisregeling een bedrag aan compensatie ontvangt.

Artikel 11 Hardheidsclausule

Het Dagelijks Bestuur SDOA kan, onverminderd artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht, in bijzondere gevallen ten gunste van de zelfstandige afwijken van deze beleidsregels, als toepassing hiervan leidt tot onredelijke gevolgen.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels Terug- en invordering bedrijfskapitaal Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) SDOA 2021“ van het Dagelijks Bestuur van de Sociale Dienst Oost Achterhoek en treden in werking op de dag na bekendmaking, per 17 december 2021.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het Dagelijks Bestuur van de Sociale Dienst Oost Achterhoek van 16 december 2021,

De voorzitter,

J.B.M. Hoenderboom

 

 

De secretaris,

T.A. Beijer