Beleidsregels vrijlating giften gemeente Waterland 2021

Artikel 1 Begripsbepalingen

• 1.

  Alle begrippen die in deze beleidsregels gebruikt worden en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht.

• 2.

  In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland;

  • b.

    giften: een bijdrage of meerdere bijdragen met een onverplicht karakter als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onder m van de Participatiewet;

  • c.

    inkomen: inkomsten die in mindering worden gebracht op de bijstandsuitkering zoals bedoeld in de artikelen 32, eerste lid en 33, eerste lid van de Participatiewet;

  • d.

    klant: de inwoner die een uitkering/ bijzondere bijstand/ minimavoorziening aanvraagt bij of ontvangt van de gemeente Waterland;

  • e.

    maandnorm: hoogte uitkering op grond van de Participatiewet per maand;

  • f.

    NIBUD-lijst: overzicht van de gemiddelde kosten voor een consument zoals kosten van boodschappen, kleding en woninginrichting;

  • g.

    vermogen: de waarde van de bezittingen van de klant minus de schulden;

  • h.

    witgoed: groot huishoudelijk apparatuur zoals koelkasten, diepvriezers, wasmachines en droogtrommels;

  • i.

    wet: Participatiewet.

Artikel 2 Vrijlating van giften

• 1.

  Giften zowel in de vorm van geld als in natura worden tot aan het bedrag van € 1.200,- per kalenderjaar niet tot de middelen gerekend.

• 2.

  De vrijlating van giften als bedoeld in het eerste lid geldt voor alleenstaanden, alleenstaande ouders en gehuwden/samenwonenden.

• 3.

  Het bedrag meer dan € 1.200,- wordt gezien als middel in de maand waarin de gift is ontvangen.

• 4.

  Als het bedrag boven de € 1.200,- meer is dan het maandbedrag aan uitkering, wordt het resterende bedrag tot het vermogen gerekend.

• 5.

  De giften in de vorm van witgoed worden vrijgelaten.

• 6.

  Indien er niet het gehele kalenderjaar recht is op een uitkering, wordt het bedrag uit het eerste lid naar rato berekend over de maanden waarover in het kalenderjaar de uitkering wordt verstrekt.

• 7.

  Van een gift in natura wordt de tegenwaarde in het economisch verkeer in aanmerking genomen. De waarde wordt bepaald aan de hand van de NIBUD – lijst.

• 8.

  Het bedrag van de maximale vrijlating uit het eerste lid geldt per kalenderjaar. Het is niet mogelijk om een “ongebruikt” deel van de vrijlating mee te nemen naar het volgende kalenderjaar.

• 9.

  Giften worden altijd door belanghebbende zelf gemeld bij het college.

Artikel 3 Afwijkingen

• 1.

  Het college kan in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van deze bepalingen indien daar aanleiding voor is of het zou leiden tot disproportionele onredelijkheid of onbillijkheid.

• 2.

  In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de dag na bekendmaking.

Artikel 5 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Beleidsregels vrijlating giften gemeente Waterland 2021.