Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ermelo

Subsidieregeling Nationaal Programma Onderwijs Ermelo 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieErmelo
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Nationaal Programma Onderwijs Ermelo 2022
CiteertitelSubsidieregeling Nationaal Programma Onderwijs Ermelo 2022
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervalt op 1 juli 2023.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR623922
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-01-2022nieuwe regeling

30-11-2021

gmb-2021-440581

e210045402

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Nationaal Programma Onderwijs Ermelo 2022

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ermelo;

 

overwegende dat de Rijksoverheid via het Nationaal Programma Onderwijs middelen ter beschikking heeft gesteld om maatregelen te stimuleren om coronagerelateerde onderwijsvertragingen in te lopen;

 

gelet op titel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Ermelo 2019;

 

besluit vast te stellen de Subsidieregeling Nationaal Programma Onderwijs Ermelo 2022

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Asv: Algemene subsidieverordening Ermelo 2019;

  • b.

    bevoegd gezag: bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra en artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs;

  • c.

    cognitief: geestelijk vermogen, processen van de menselijke geest die verband houden met het bevattingsvermogen, met denken en onthouden;

  • d.

    evidence based: zo goed mogelijk wetenschappelijk onderbouwd, het beste passend volgens de professional en in de praktijk haalbaar en acceptabel;

  • e.

    executief: het doelgericht uitvoeren van taken bedoeld en alles wat daarvoor nodig is: planning, structuur aanbrengen, zelfmonitoring, mentale flexibiliteit en het inhiberen van ongewenste impulsen;

  • f.

    kinderen:

    • -

      degenen die in aanmerking komen voor voorschoolse educatie als bedoeld in artikel 167 van de Wet op het primair onderwijs;

    • -

      leerlingen; en

    • -

      thuiszitters;

  • g.

    leerling: degene die is ingeschreven als leerling van een school als bedoeld in artikel 1 van het Besluit bekostiging WPO, artikel 1 van het Besluit bekostiging WEC, artikel 7 van het Bekostigingsbesluit WVO of artikel 2.1.2. onderdeel g, van het Uitvoeringsbesluit WEB, met uitzondering van de scholen bedoeld in artikel 185 van de Wet op het primair onderwijs;

  • h.

    lokale partij: partner voor gemeentelijk onderwijs- en jeugdbeleid in en om de school namelijk: (jeugdgezondheids)zorgpartijen, bibliotheken, kinderopvang, sociaal werk, welzijnsorganisaties, sport en cultuur alsook vervolgonderwijs namelijk universiteiten, HBO- en MBO-instellingen voor wat betreft het inhalen van vertragingen bij kinderen als gevolg van de coronapandemie;

  • i.

    school: uit ’s Rijks kas bekostigde school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra en artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs, met uitzondering van de scholen bedoeld in artikel 185 van de Wet op het primair onderwijs;

  • j.

    thuiszitters: alle op grond van de Leerplichtwet 1969 kwalificatie- of leerplichtige jongeren die absoluut verzuimen of kort dan wel langdurig relatief verzuimen, met uitzondering van jongeren die zijn ingeschreven aan een instelling als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van de Leerplichtwet 1969.

Artikel 2. Doel

De subsidie wordt niet-structureel verleend om een bijdrage te leveren bij het wegnemen van de opgelopen vertragingen in de ontwikkeling van kinderen die de coronapandemie heeft veroorzaakt.

Artikel 3. Doelgroep

Het college verleent uitsluitend subsidie aan een (semi-)professionele organisatie die de activiteiten uitvoert.

Artikel 4. Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Een subsidie kan worden verleend voor activiteiten

  • a.

    om onderwijsvertragingen bij kinderen als gevolg van de coronapandemie in te lopen op cognitief, executief, sociaal en emotioneel vlak in aanvulling op de interventies die scholen nemen;

  • b.

    om de vertraging als gevolg van de coronapandemie in te lopen in de voorschoolse periode voor kinderen die in aanmerking komen voor voorschoolse educatie.

Artikel 5. Aanvraagtermijn

In afwijking van artikel 9 van de Algemene subsidieverordening Ermelo 2019 kunnen subsidieaanvragen worden ingediend vanaf 17 januari 2022 tot en met 18 maart 2022.

Artikel 6. Voorwaarden

De subsidie kan verleend worden:

  • a.

    als de activiteiten passen in het vastgestelde beleid van de partner die de activiteiten inzet en/of als de activiteiten een versnelde invoering betekenen van nieuw beleid;

  • b.

    als de in te zetten activiteiten een duurzaam karakter hebben;

  • c.

    als de activiteiten de samenwerking bevorderen met scholen en/of kinderopvangorganisaties, lokale partijen, belanghebbenden en het netwerk van de kinderen;

  • d.

    als de activiteiten een bijdrage leveren aan de veerkracht van kinderen en/of hun opvoeders.

Artikel 7. Subsidiabele kosten

Het college kan subsidie verlenen voor de volgende kosten:

  • a.

    kosten voor het nemen van bovenschoolse maatregelen of maatregelen op schoolniveau, gericht op het inhalen van onderwijsvertragingen bij kinderen opgelopen tijdens de coronapandemie, waarvan de gemeente Ermelo na overleg met de bevoegde gezagsorganen van in Ermelo gelegen scholen oordeelt dat dit een toegevoegde waarde heeft;

  • b.

    kosten voor maatregelen om de vertraging die als gevolg van de coronapandemie is ontstaan in de voorschoolse periode in te lopen voor degenen die in aanmerking komen voor voorschoolse educatie;

  • c.

    kosten voor maatregelen gericht op zorg en welzijn in de school of in verlengde leertijd en extra beschikbaarheid van zorg op school om vertragingen op sociaal en emotioneel vlak als gevolg van de coronapandemie in te halen, die aanvullend zijn aan de reguliere inzet en die op basis van analyse van de coronapandemie-vertragingen nodig worden geacht;

  • d.

    kosten gericht op het bevorderen van lokale (en regionale) samenwerking tussen scholen, bevoegde gezagsorganen, samenwerkingsverbanden passend onderwijs en andere lokale partijen ten behoeve van de aanpak van coronapandemie-vertragingen en een integrale ondersteuning van kinderen op sociaal, emotioneel, executief en cognitief vlak;

  • e.

    kosten gericht op het betrekken van thuiszitters en leerlingen die thuiszitters dreigen te worden bij de aanpak van het inlopen van vertragingen als gevolg van de coronapandemie;

  • f.

    kosten voor tijdelijke extra huur van bestaande huisvesting als deze extra huisvesting nodig is voor de uitvoering van maatregelen die scholen in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs nemen.

Artikel 8. Kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen

De volgende kosten komen niet in aanmerking voor subsidieverlening:

  • a.

    kosten voor activiteiten die niet gericht zijn op het inlopen van de onderwijsvertragingen als gevolg van de coronapandemie;

  • b.

    kosten die al op andere wijze worden gesubsidieerd of bekostigd.

Artikel 9. Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 11, derde lid, van de Algemene subsidieverordening Ermelo 2019 weigert het college een subsidie te verlenen als:

  • a.

    de subsidieaanvraag niet is ontvangen in het tijdvak 17 januari 2022 tot en met 18 maart 2022;

  • b.

    de activiteiten niet gericht zijn op het inlopen van de vertragingen als gevolg van de coronapandemie;

  • c.

    de activiteiten al op andere wijze worden gesubsidieerd of bekostigd.

Artikel 10. Subsidieplafond

Het subsidieplafond bedraagt maximaal € 400.000,00.

Artikel 11. Wijze van verdeling

Het subsidieplafond (zie artikel 10) wordt na sluiting van de aanvraagtermijn (zie artikel 5) verdeeld over de subsidieaanvragen volgens de volgende beoordeling:

 

Beoordelingscriterium

Score

Voldoet de activiteit aan de voorwaarden van de Algemene subsidieverordening Ermelo 2019 en deze subsidieregeling

Verplicht

Mate waarin de activiteiten bijdragen aan het inlopen van de vertragingen bij kinderen als gevolg van de coronapandemie

30 of

50 (in grote mate)

Mate waarin de activiteiten aanvullend zijn en een toegevoegde waarde hebben

30 of

50 (in grote mate)

Mate waarin de activiteiten passen in het vastgestelde beleid van de partner die de activiteiten inzet en/of mate waarin de activiteiten een versnelde invoering betekenen van nieuw beleid

30 of

50 (in grote mate)

Mate waarin de activiteiten een duurzaam effect hebben

20 of

30 (in grote mate)

Mate waarin samengewerkt wordt met scholen / kinderopvangorganisaties, lokale partijen en belanghebbenden

20 of

30 (in grote mate)

Mate waarin de activiteiten bijdragen aan de veerkracht van de kinderen en/of hun opvoeders

20 of

30 (in grote mate)

Mate waarin de activiteiten evidence based zijn

0 (niet) of

20 of

30 (in grote mate)

 

Aan de activiteit met het hoogste aantal punten wordt als eerste het aangevraagde subsidiebedrag verleend. Vervolgens wordt aan de activiteit met het puntenaantal als tweede het subsidiebedrag verleend en zo voort tot het subsidieplafond is bereikt.

Artikel 12. Onvoorziene gevallen en hardheidsclausule

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet of onduidelijk is, beslist het college.

  • 2.

    Het college kan deze subsidieregeling, met uitzondering van het bepaalde in de artikelen 1 en 2, in individuele gevallen buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover de toepassing van die bepalingen voor de subsidieaanvrager gevolgen zou hebben die onevenredig zijn in verhouding tot de met de betrokken bepalingen te dienen doelen.

Artikel 13. Inwerkingtreding en looptijd

Deze subsidieregeling treedt in werking op 17 januari 2022 en vervalt op 1 juli 2023.

Artikel 14. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Subsidieregeling Nationaal Programma Onderwijs Ermelo 2022.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Ermelo op 30 november 2021 onder nummer e210045402.

A.M. Weststrate,

secretaris,

dra. Th.A.J. Burmanje,

burgemeester,

Toelichting

Op basis van de “Regeling specifieke uitkering inhalen COVID-19 gerelateerde onderwijsvertragingen” heeft de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media een subsidie beschikbaar gesteld aan gemeenten om het doel te realiseren dat in deze Ermelose subsidieregeling genoemd staat in artikel 2.

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2.

De subsidie wordt verleend vanuit het doel en de middelen die opgenomen zijn in de ministeriële regeling “Regeling specifieke uitkering inhalen COVID-19 gerelateerde onderwijsvertragingen”. Het doel rechtvaardigt geen structurele subsidie; de middelen worden ook niet structureel aan de gemeenten beschikbaar gesteld.

 

Artikel 5.

Om alle aanvragen in samenhang te kunnen beoordelen, wordt de aanvraagtermijn beperkt tot twee maanden. Na de sluitingstermijn zullen de aanvragen volgens een puntenscore beoordeeld worden (beschreven in artikel 11).

 

Artikel 6 onder b.

De in te zetten activiteiten moeten een duurzaam karakter hebben. Dat betekent onder andere dat er na de activiteiten geen (nieuwe) hiaten ontstaan op individueel- en op groepsniveau.

De in te zetten interventies moeten dan ook geborgd worden naar de toekomst of er moet aangetoond worden dat de noodzaak tot blijvende interventie is komen te vervallen.

 

Artikel 7.

De subsidiabele kosten zijn overgenomen uit de “Regeling specifieke uitkering inhalen COVID-19 gerelateerde onderwijsvertragingen” van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media.

 

Artikel 13.

De looptijd komt overeen met de “Regeling specifieke uitkering inhalen COVID-19 gerelateerde onderwijsvertragingen”.