Organisatie | Tiel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels kamerverhuurbedrijven APV |
Citeertitel | Beleidsregels kamerverhuurbedrijven APV |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-12-2021 | nieuwe regeling | 22-11-2021 |
Van slecht verhuurderschap is in ieder geval sprake als:
Met de leefbaarheidstoets moet worden voorkomen dat de directe omgeving van de woonruimte waarvoor vergunning moet gelden te zwaar wordt belast en er onaanvaardbare inbreuk op de woon- en leefomgeving ontstaat. Hiervoor kan de Omgevingsdienst Rivierenland en de politie om advies gevraagd worden. De volgende aspecten spelen bij de beoordeling in ieder geval een rol:
Voor een vergunningsaanvraag onder het overgangsrecht dient de aanvrager door middel van bewijsstukken aan te tonen dat zes maanden voor de inwerkingtreding van de verhuurdersvergunning werd voldaan aan de omschrijving van een kamerverhuurbedrijf. Dit bewijs dient te worden geleverd door het verstrekken van de betreffende huurovereenkomsten en betalingsbewijzen van de huur in de periode 1 december 2020 tot 1 maart 2021. Wanneer geen sprake is van een huurbetaling, dient de schriftelijke afspraak voor het gebruik van de woonruimte te worden verstrekt (arbeidsovereenkomst of gebruiksovereenkomst). Mondelinge afspraken worden niet als bewijsstuk beschouwd. Wanneer geen (directe of indirecte) vergoeding voor het gebruik van de woonruimte is voldaan, volgt nader onderzoek.
De gegevens van de bewoners dienen overeen te komen met de inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP).
Het aantonen dat geen sprake is van overbewoning en dat wordt voldaan aan de eisen van brandveilig gebruik, dient plaats te vinden door het verstrekken van een situatietekening op schaal. Alle brandveiligheidseisen dienen op deze tekening te worden aangegeven.
Er wordt onderzoek gedaan naar bestuurlijke sancties of waarschuwingen die opgelegd zijn wegens overlast als gevolg van o.a. geluid, afval, of achterstallig onderhoud van het betreffende bouwwerk, of dat sprake is van overlast waardoor de leefbaarheid onder druk staat. Daarbij kan navraag worden gedaan bij de politie en bij de Omgevingsdienst Rivierenland of er meldingen wegens overlast met betrekking tot het bouwwerk bekend zijn.
Als sprake is van drie gegronde overlastmeldingen of meer ten aanzien van het bouwwerk kunnen aanvullende voorschriften, beperkingen of voorwaarden aan de vergunning worden verbonden om deze overlast te beperken.
Op basis van de aard van de overtreding en het aantal overtredingen, kan worden overgaan tot intrekking van de vergunning. In ernstige gevallen kan direct tot deze intrekking worden besloten.
Vooruitlopend op een eventuele intrekking kan worden besloten om aan de vergunninghouder een waarschuwing op te leggen. Zijn twee of meer waarschuwingen opgelegd, dan kan bij de eerstvolgende overtreding direct worden overgaan tot intrekking van de vergunning.