Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ameland

BESLUIT COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE MANDAAT EN MACHTIGING

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmeland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBESLUIT COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE MANDAAT EN MACHTIGING
CiteertitelBesluit college van burgemeester en wethouders inzake mandaat en machtiging
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp Financiën en economie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 160, eerste lid, van de Gemeentewet
  2. artikel 255, vijfde lid, van de Gemeentewet
  3. artikel 231 van de Gemeentewet
  4. artikel 10:9, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht
  5. artikel 10:1 van de Algemene wet bestuursrecht
  6. artikel 6, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen
  7. artikel 28, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen
  8. artikel 63 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen
  9. artikel 4, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken
  10. artikel 11, eerste lid, van de Wet waardering onroerende zaken
  11. artikel 30, zesde lid, van de Wet waardering onroerende zaken
  12. artikel 32 van de Wet waardering onroerende zaken
  13. artikel 38 van de Wet waardering onroerende zaken

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-12-2021Wijziging

23-11-2021

gmb-2021-426929

Tekst van de regeling

Intitulé

BESLUIT COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS INZAKE MANDAAT EN MACHTIGING

 

Het college van burgemeester en wethouders van Ameland;

 

Gelet op artikel 160, eerste lid, onder c, van de Gemeentewet en afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

 

B E S L U I T:

Gelet op artikel 231 van de Gemeentewet, de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Awr) en de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ);

 

Artikel 1. In te trekken het ‘’Besluit Burgemeester en Wethouders inzake mandaat en machtiging”, zoals vastgesteld op 18 december 2007;

 

Artikel 2. De heffings- en invorderingsambtenaar en zijn plaatsvervanger te mandateren om: 

a. in bepaalde gevallen de hardheidsclausule, ingevolge artikel 63 van de Awr, toe te passen;

b. de belasting geheel of gedeeltelijk oninbaar te verklaren als bedoeld in artikel 255, lid 5, van de Gemeentewet;

c. het formulier aangiftebiljet Forensenbelasting/ Toeristenbelasting vast te stellen, ingevolge artikel 6, lid 1, van de Awr;

 

De heffings- en invorderingsambtenaar en zijn plaatsvervanger en de medewerker WOZ en belastingen te mandateren om:

d. gegevens te verstrekken aan de Waarderingskamer, ingevolge artikel 4, lid 2, van de wet WOZ;

e. een geschil met afnemers voor te leggen aan de Waarderingskamer ingevolge artikel 11, lid 1, van de Wet WOZ;

f. bij afnemers inlichtingen vragen ingevolge artikel 32 van de Wet WOZ;

g. zorg te dragen voor gegevensbeheer ingevolge artikel 38 van de Wet WOZ.

 

Artikel 3. Het verlenen van ondermandaat, ingevolge artikel 10:9, lid 1 Awb, voor de in artikel 2 genoemde bevoegdheden is mogelijk;

 

Gelet op artikel 28, eerste lid, van de Awr en artikel 30, lid 6, van de Wet WOZ;

 

Artikel 4. De heffingsambtenaar en zijn plaatsvervanger te machtigen cassatie bij de Hoge Raad in te stellen in belastingprocedures betreffende de gemeentelijke belastingen van de gemeente.

 

Dit besluit treedt in werking op 8 december 2021.

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 23 november 2021.

 

 

, burgemeester.

 

 

, secretaris.