Subsidieregeling verenigingsaccommodaties buitensport

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

• -

  college: college van burgemeester en wethouders;

• -

  duurzaamheidsbeleid: Het vigerende duurzaamheidsbeleid dat is vastgesteld door de raad;

• -

  kosten: kosten die betrekking hebben op de bouw, de aanleg, de renovatie of de uitbreiding van sportverenigingsaccommodaties inclusief toebehoren;

• -

  leden: geregistreerde leden van de sportvereniging bij een sportbond;

• -

  sportbond: overkoepelende organisatie van sportverenigingen/organisaties die rechtstreeks is aangesloten bij het Nederlands Olympisch Comité*Nederlandse Sport Federatie;

• -

  Sportplan: het vigerende sportplan dat is vastgesteld door de raad;

• -

  sportvereniging: een vereniging met volledige rechtsbevoegdheid of een vereniging die een stichting met volledige rechtsbevoegdheid in het leven heeft geroepen, die is aangesloten bij een sportbond en waarvan de activiteiten zich afspelen op het grondgebied van de gemeente Amsterdam, of op een locatie die eigendom is van de gemeente Amsterdam;

• -

  sportverenigingsaccommodatie: kleed- en clubhuisgebouw;

• -

  SWS: Stichting Waarborgfonds voor de Sport;

• -

  toebehoren: de bij de sportverenigingsaccommodatie behorende voorzieningen die noodzakelijk zijn voor het uitoefenen van de buitensportactiviteit.

Artikel 2. Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3. Doel subsidieregeling

Het doel van deze subsidieregeling is het bevorderen van een goede kwaliteit van de sportverenigingsaccommodaties inclusief toebehoren van de Amsterdamse buitensportverenigingen.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

Het college kan een eenmalige subsidie verlenen aan een sportvereniging voor de volgende activiteiten:

• a.

  bouw, de renovatie of de uitbreiding van een sportverenigingsaccommodatie inclusief toebehoren, waarbij een termijn geldt voor de betreffende accommodatie van één subsidie per vijf jaar;

• b.

  aanleg of vervanging van een sportveld met een kunsttoplaag of een ander intensief te gebruiken toplaag, waarbij een termijn geldt voor het betreffende veld van één subsidie per tien jaar;

• c.

  het plaatsen van energiezuinige lichtinstallaties bij sportvelden, waarbij een termijn geldt van één subsidie per 25 jaar per veld.

Artikel 5. Hoogte en aard van de subsidie

De subsidie kan bestaan uit:

• 1.

  een bijdrage van een derde van de kosten, tot een maximum bedrag van € 325.000,=.

• 2.

  een borgstelling voor de rente en aflossing van een door een bank op voorspraak van de SWS aan een sportvereniging verstrekte lening. De borgstelling betreft maximaal € 500.000 waarbij SWS en het college dan ieder voor 50% borg staan voor een periode van maximaal 15 jaar.

Artikel 6. Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In aanvulling op artikel 5, tweede lid van de ASA 2013 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overlegd:

• a.

  een verklaring van de sportbond betreffende het aantal geregistreerde leden, uitgesplitst naar jeugd en senioren;

• b.

  de balans, rekening van baten en lasten, kascommissieverslagen van de laatste drie boekjaren;

• c.

  de begroting van het huidige en komende boekjaar;

• d.

  opgave van de, op het moment van indiening, saldi van alle geldrekeningen;

• e.

  eventuele benodigde vergunningen, of bewijs dat een vergunning is aangevraagd;

• f.

  indien een lening wordt afgesloten de documenten met betrekking tot deze lening.

Artikel 7. Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 9, tweede lid ASA 2013 kan het college de subsidie geheel of gedeeltelijk weigeren indien:

• a.

  de sportvereniging op grond van een andere gemeentelijke regeling voor hetzelfde doel financiële ondersteuning ontvangt;

• b.

  de beoogde voorziening niet aansluit bij het gemeentelijk sportbeleid/sportplan, het vastgestelde duurzaamheidsbeleid en bij het sportief maatschappelijk doel van de sportvereniging;

• c.

  de vereniging niet in staat is om het voor zijn rekening komende deel van de kosten te dragen;

• d.

  de sportvereniging niet in het bezit is van een recht van opstal of erfpachtovereenkomst.

Artikel 8. Aanvullende verplichtingen

• 1.

  Het is niet toegestaan zonder toestemming van het college de sportverenigingsaccommodatie te vervreemden, te bezwaren of de bestemming daarvan te wijzigen;

• 2.

  Bij subsidieverlening op grond van artikel 4.a is de sportvereniging verplicht om de kleedkamers en de sanitaire voorzieningen van hun clubgebouw ter beschikking te stellen aan scholen in de periodes dat zij daar zelf geen gebruik van maakt.

Artikel 9. Overgangsbepaling

Als de aanvraag tot subsidieverlening of de aanvraag tot subsidievaststelling is ingediend voor de inwerkingtreding van deze subsidieregeling, is de bij indiening geldige regeling van toepassing.

Artikel 10  

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

Artikel 11  

Deze regeling wordt aangehaald als de Subsidieregeling Verenigingsaccommodaties Buitensport

Artikel 12  

De Subsidieregeling Verenigingsaccommodaties Buitensport van 11 oktober 2016 wordt ingetrokken met in achtneming van het bepaalde in artikel 9.