Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hulst

Nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst 2022

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHulst
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst 2022
CiteertitelNadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst 2022
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de ‘Nadere voorschriften met betrekking tot de indeling en onderscheid van de graven d.d. 19-04-2012’ en het ‘Uitvoeringsbesluit voor grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst d.d. 19-04-2012’

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet op de lijkbezorging

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-12-2021Nieuwe regeling

21-12-2021

gmb-2021-404898

besluitenlijst B&W d.d. 21-12-2021

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst 2022

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst;

 

gelet op de 'Verordening op het gebruik en het beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst 2022' vastgesteld d.d. 16 december 2021;

besluit:

 

vast te stellen:

 

‘Nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst 2022’.

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaat onder:

  • a.

    grafbedekking: gedenkteken en/of vaste- en winterharde grafbeplanting op een (urnen)graf;

  • b.

    gedenkteken: voorwerp op het graf voor het aanbrengen van opschriften of figuren;

  • c.

    grafbeplanting: vaste- en winterharde beplanting welke door de rechthebbende en/of het bestuursorgaan op een graf wordt aangebracht;

  • d.

    duurzame materialen: vaste, niet buigzame materialen van natuursteen, glas, hout, keramiek, kunststof en metaal, welke van nature of middels een daartoe speciale behandeling weerbestendig zijn, niet breukgevoelig en welke bestaan uit één geheel en waarvan de praktische toepasbaarheid zoals opnemen, verplaatsen, e.d. gewaarborgd is;

  • e.

    fundering: ondergrondse ondersteuning ter voorkoming van nazakking van het gedenkteken.

Artikel 2 Openstelling begraafplaatsen

  • 1.

    De openingstijden zijn, behoudens door het bestuursorgaan te verlenen ontheffing, van zonsopgang tot zonsondergang.

  • 2.

    De tijd van het begraven van stoffelijke resten en het bezorgen van de as zijn de begraafplaatsen geopend:

    • -

      Van 1 maart tot 1 november van maandag t/m vrijdag van 09:00 uur tot 16:00 uur;

    • -

      Van 1 november tot 1 maart van maandag t/m vrijdag van 09.00 tot 15.00 uur;

    • -

      Op zaterdagen van 10:00 uur tot 15:00 uur.

  • 3.

    Het tijdstip van begraven of bijzetten van stoffelijke resten en het bezorgen van de as wordt telkens en voor elk geval afzonderlijk door de beheerder, in overleg met de betrokken nabestaande vastgesteld.

Hoofdstuk 2 Indeling begraafplaats en onderscheid graven

Artikel 3 Termijnen

  • 1.

    Op de begraafplaatsen kunnen worden uitgegeven:

    • -

      algemene graven;

    • -

      particuliere graven, particuliere keldergraven, particuliere kindergraven, particuliere urnengraven en particuliere urnennissen;

    • -

      asverstrooiingen.

  • 2.

    Algemene graven worden uitgegeven voor een termijn van tien jaren (geen verlenging mogelijk).

  • 3.

    In een algemeen graf kan één lijk worden begraven.

  • 4.

    In een particulier graf kan/kunnen:

    • -

      maximaal twee lijken worden begraven en

    • -

      maximaal twee asbussen/ urnen worden bijgezet.

    In een particulier urnengraf kunnen maximaal vier asbussen worden geplaatst. In een particuliere urnennis kunnen maximaal twee asbussen worden bijgezet.

  • 5.

    Het college verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaatsen dat toelaat, het uitsluitend recht op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van tien, twintig of dertig jaar op een particulier graf, een particulier kindergraf of een particuliere grafkelder. De termijn begint te lopen op de datum waarop het graf is uitgegeven.

  • 6.

    Deze termijn kan steeds met een termijn van tien jaren worden verlengd op verzoek van de rechthebbende, mits een zodanig verzoek vóór het verstrijken van de lopende termijn, doch niet eerder dan twee jaar vóór het verstrijken van die termijn, wordt ingediend.

  • 7.

    Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanige periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn.

  • 8.

    Indien in geval van overlijden van één der echtgenoten dan wel samenwonende partners de langstlevende partner te zijner tijd na zijn of haar overlijden wenst te worden begraven bij de eerst overledene, dient dit bij de eerste begraving te worden aangegeven. Bij een enkeldiep graf zal dan aangrenzend een plaats naast het graf worden uitgegeven. Bij een dubbeldiep graf zal dan dubbeldiep worden gedolven.

  • 9.

    Een uitsluitend recht op een particulier graf geeft de rechthebbende zeggenschap over wie in dat graf wordt begraven en begraven wordt gehouden, dan wel wiens as wordt bijgezet en bijgezet gehouden onder voorwaarden en beperkingen van deze verordening.

  • 10.

    Het college verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaatsen dat toelaat, het uitsluitend recht op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van vijf, tien of twintig jaar op een particulier (kinder)urnengraf of een particuliere (kinder)urnennis. De termijn begint te lopen op de datum waarop het graf is uitgegeven.

  • 11.

    Deze termijn kan steeds met een termijn van vijf of tien jaren worden verlengd op verzoek van de rechthebbende, mits een zodanig verzoek vóór het verstrijken van de lopende termijn, doch niet eerder dan twee jaar vóór het verstrijken van die termijn, wordt ingediend.

Hoofdstuk 3 Aanvraag vergunning

Artikel 4 Vergunning

  • 1.

    Een vergunning voor het hebben of vervangen van een gedenkteken dient schriftelijk bij het college te worden aangevraagd, onder overlegging van een ontwerptekening en een duidelijke omschrijving van de toe te passen materialen.

  • 2.

    Op deze ontwerptekening dienen tenminste vermeld te worden :

    • a.

      een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

    • b.

      de soort, kleur en bewerking van het te gebruiken materiaal; of de letters e.d. ingehakt, opgelegd of van metaal zijn;

    • c.

      de tekst;

    • d.

      het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop;

    • e.

      de maatvoeringen van de fundering evenals de manier waarop de fundering onder de grafbedekking wordt aangebracht;

    • f.

      de handtekening van de rechthebbende.

  • 3.

    Alvorens de vergunning wordt verleend, worden de persoonsgegevens van de overledene geverifieerd.

Hoofdstuk 4 Afmetingen grafoppervlak

Artikel 5 Afmetingen

  • 1.

    De afmetingen van het grafoppervlak van een kindergraf bedragen: lengte 2.50 meter x breedte 1.00 meter;

  • 2.

    De afmetingen van het grafoppervlak van een volwassenengraf bedragen: lengte 2.50 meter x breedte 1.20 meter;

  • 3.

    De afmetingen van het grafoppervlak van een grafkelder bedragen: lente 2.50 meter x breedte 1.20 meter;

  • 4.

    De afmetingen van het grafoppervlak van een urnengraf bedragen: lengte 1.00 meter x breedte 1.00 meter.

Hoofdstuk 5 Gedenktekens

Artikel 6 Materialen

Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt. Dit zijn vaste, niet buigzame materialen van natuursteen, glas, hout, keramiek, kunststof en metaal, welke van nature of middels een daartoe speciale behandeling weerbestendig zijn, niet breukgevoelig en welke bestaan uit één geheel en waarvan de praktische toepasbaarheid zoals opnemen, verplaatsen, e.d. gewaarborgd is.

Artikel 7 Afmetingen gedenktekens graven

  • 1.

    De afmetingen van de gedenktekens voor particuliere graven voor volwassenen zijn:

    • a.

      lengte: minimaal 1.60 meter en maximaal 1.80 meter;

    • b.

      breedte enkelgraf: minimaal 0.70 meter en maximaal 0.80 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

    • c.

      breedte dubbel graf: minimaal 1.90 meter en maximaal 2.00 meter, waarbij de breedte van het liggende deel niet kleiner mag zijn dan de breedte van het staande gedeelte;

    • d.

      hoogte: minimaal 0.70 meter en maximaal 1.20 meter ten opzichte van het maaiveld;

    • e.

      dikte: minimaal 0.08 meter en maximaal 0.12 meter;

    • f.

      een staand gedenkteken mag uitsluitend aan de verst gelegen breedtezijde van het graf, gerekend vanaf het pad binnen het grafveld worden aangebracht. Over de overige oppervlakte van het graf zijn uitsluitend liggende gedenktekens toegestaan.

  • 2.

    De afmetingen van de graftekens voor algemene graven zijn:

    • a.

      lengte: 0.70 meter;

    • b.

      breedte: 0.70 meter;

    • c.

      dikte: minimaal 0.08 meter en maximaal 0.12 meter;

      er mag uitsluitend een liggende steen worden aangebracht.

  • 3.

    De afmetingen van de gedenktekens voor grafkelders zijn:

    • a.

      lengte: minimaal 1.60 meter en maximaal 1.80 meter;

    • b.

      breedte: maximaal 0,80 meter;

    • c.

      hoogte: minimaal 0,70 meter en maximaal 1.20 meter ten opzichte van het maaiveld;

    • d.

      dikte: minimaal 0.08 meter en maximaal 0.12 meter;

      een staand gedenkteken mag uitsluitend aan de verst gelegen breedtezijde van het graf, gerekend vanaf het pad binnen het grafveld worden aangebracht. Over de overige oppervlakte van het graf zijn uitsluitend liggende gedenktekens toegestaan.

  • 4.

    De afmetingen van de gedenktekens voor particuliere kindergraven voor kinderen onder 12 jaar zijn:

    • a.

      lengte: maximaal 1.10 meter;

    • b.

      breedte: maximaal 0.70 meter;

    • c.

      hoogte: minimaal 0.70 meter en maximaal 1.00 meter ten opzichte van het maaiveld;

    • d.

      dikte: minimaal 0.08 meter en maximaal 0.12 meter;

      een staand gedenkteken mag uitsluitend aan de verst gelegen breedtezijde van het graf, gerekend vanaf het pad binnen het grafveld worden aangebracht. Over de overige oppervlakte van het graf zijn uitsluitend liggende gedenktekens toegestaan.

Artikel 8 Gedenktekens urnengraven, urnennissen, verstrooiingsplaats

Alle dekplaten voor de urnennissen en urnengraven en herdenkingsplaatjes voor de herdenkingszuilen op verstrooiingsplaatsen worden door de gemeente verstrekt. De platen zijn af te halen bij de gemeente.

Artikel 9 Firmanaam

Het vermelden van een firmanaam of enige andere reclame op een gedenkteken of onderdeel daarvan is verboden.

Artikel 10 Tijdstip plaatsing

Het tijdstip van plaatsing van het gedenkteken dient tenminste 2 werkdagen tevoren kenbaar gemaakt te worden aan de beheerder. Het plaatsen van de gedenktekens dient plaats te vinden op werkdagen van maandag t/m vrijdag 08:00 uur tot 10:00 uur.

Artikel 11 Afval

Alle sporen van afval, ontstaan ten gevolge van werkzaamheden op of aan de gedenktekens dienen van de begraafplaats te worden meegenomen. Beschadigingen, ontstaan ten gevolge van werkzaamheden op of aan de gedenktekens moeten worden hersteld.

Hoofdstuk 6 Losse bloemen en planten, eenjarige planten en winterharde gewassen

Artikel 12 Gewassen

  • 1.

    Voor een particulier en algemeen graf met een staand gedenkteken geldt dat de aan het gedenkteken aansluitende strook met een lengte van 50 cm door de rechthebbenden op het graf kan worden beplant met gewassen, die de voor het graf beschikbare oppervlakte niet overschrijden of die door snoeien binnen de oppervlakte kunnen worden gehouden. De hoogte van deze gewassen mag niet meer zijn dan de hoogte van het gedenkteken op het graf.

  • 2.

    Gewassen die buiten bovengenoemde ruimte geplant worden, kunnen van gemeentewege verwijderd worden, zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

  • 3.

    Er mogen geen woekerende of sterk zaaiende beplantingen worden aangebracht.

  • 4.

    Het is niet toegestaan op een graf voor of naast het gedenkteken of voor of naast de beplanting één of meerdere kantafzettingen aan te brengen.

  • 5.

    Op een graf kunnen potplanten en bloemen in vazen worden geplaatst. Het is toegestaan op een graf losse bloemen te leggen.

Hoofdstuk 7 Onderhoud

Artikel 13 Onderhoud door rechthebbende

De rechthebbende is verplicht het graf behoorlijk te onderhouden of te herstellen. Onder dit onderhoud wordt verstaan:

  • a.

    het uitvoeren van herstelwerkzaamheden aan gedenktekens en losse voorwerpen, het verven of het vergulden van de opschriften, het aanbrengen, onderhouden en vernieuwen van losse planten en één of meerjarige gewassen.

  • b.

    het afval dat vrij komt bij het onderhoud dient door een ieder in de daarvoor aanwezige afvalbakken te worden gedeponeerd.

  • c.

    bij het plegen van onderhoud en/of het schoonmaken van grafmonumenten mogen geen bestrijdingsmiddelen of agressieve schoonmaakmiddelen (zoals chloor) gebruikt worden ter bescherming van de bodem en de flora en fauna.

Artikel 14 Onderhoud door de gemeente

Het onderhoud van de grafvelden, zoals het maaien van het gras, snoeien van hagen en bomen, herstel en vernieuwing van verhardingen, het verwijderen van vuil en afval en het aanvullen van grond door inspoeling geschiedt door of vanwege de gemeente. Verzakking en schade van de grafbedekking wordt niet door de gemeente herstelt.

Hoofdstuk 8 Slotbepalingen

Artikel 15 Inwerkingtreding en intrekking oude regelingen

  • 1.

    De ‘Nadere voorschriften met betrekking tot de indeling en onderscheid van de graven d.d. 19-04-2012’ en het ‘Uitvoeringsbesluit voor grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst d.d. 19-04-2012’ worden ingetrokken.

  • 2.

    Deze ‘Nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen in de gemeente Hulst 2022’ treden in werking op de dag na bekendmaking.

Aldus vastgesteld door het college in zijn vergadering van 21 december 2021.

Burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst,

de secretaris,

de burgemeester,